(1) Zij is getrouwd met Inge Jacobsz van der MAESE.
Zij zijn getrouwd rond 1647 te Maasdam.
Kind(eren):
(2) Zij is getrouwd met Joost Jansz de PEE.
Zij zijn getrouwd op 4 juli 1667 te Maasdam.
Kind(eren):
NATI Nederlandse
SURN Maria
--
ORA Maasda 1651 - 1667.
Fol. 108 e.v., akte d.d.28 april 1664.
Jan Ariensen Maasdam, schout, Hermen Lodewijcx Montaen, Jan Dircxe van der Wier, Arien Jansen Wesenhage, Isaak A.Maasdam, Cornelis Jacobsen Sneuckelaer, en Thonis Cornelisen de Rucht, heemraden.
- Compareren Maria Heymendochter, weduwe van Ingen Jacobsen zaliger, wonende opt gadt onder s-Gravendeel, geassisteerdmet Aert Jans van Es, haar gekoren voogd in dezen, en transporteert aan jouffrouw Josina van Bercheyck, weduwe van deheer Cristiaen Koopman, wonende tot Dordrecht, 4 mergen 200 roeden zaailand in het Oudeland van Maasdam, belend O denocker camp, Z Cornelis Jacobs Sneuckelaer met bruyckweer, W den Maasdamsen wech N dheer Thouft tot Dordrecht. Dit landi de comparante nevens haar zuster Cornelia Heymens tezamen aanbedeeld uit de boedel van Marichjen Wijten, volgenscavelcedulle daar van zijnde, gepasseerd voor de notaris Arent van neeten binnen Dordrecht d.d. 29 mei 1655, bij IngenJacobsen, haar comparantes man zaliger van zijn huisvrouwen zuster Cornelia Heymens mede aangenomen en aanbedeelde parten portie in het voorzegde land volgens de brief daar van gemaakt voor schout en schepenen in dato als voren.
Koopsom bedraagt 2200 Car. gld. De verkoopster zal het land bevrijden van lasten tot dato dezes. het land is bezwaardmet 2050 gld. kapitaal, welke de koper overneemt.De 40e penning bedraagt 55 gld.
Getekend door de schout, heemraden Maasdam en de Rucht en secretaris J. van Heysen.
--
Fol. 16 vs.
17 december 1669:
Jan Dircx van der Wier, president-schepen, Isack A(rien)sz.) Maesdam en Aert Jansen van Es, schepenen van maasdam.
-Jacob Leenderts, jongman oud 21 jaren en wonende onder de jurisdictie van s-Gravendeel, verklaart ten verzoeke van Maerichjen Heijmens wegens haar zoon Jacob Ingensen, jonggezel wonende onder s-Gravendeel, als dat Aert Thonissen, jongman wonende opt Gadt, gegaen is met eene roer op den ..[Boshen, Bosem ? = verbleekt] van Maesdam, waer hij attestant int selve geselschap present zijnde gesien ende gehoort heeft dat Aert Thonisse zeijde ende versouckt aen den gemelden Jacob Ingensen omme een roer mede tenemen om thuijs te brengen twelck den selven verscheijde reijse instanter weijgerde doch heeft het selve roer noch aengevaert. Van der Wier plaats handmerkje, de overigen schepenen en secretaris C.J. van Heijsen hun handtekening.
--
Fol 27.
8 september 1671:
Jan Dircxe van der Wier, president-schepen, Isack A(rien)sen Maesdam, en Aert Jansen van Es, schepen van Maasdam.
- Willem Aertsen an den Endt, omtren 60 jaar en wonende op Maasdam, en Geertje Jans, oud omtrent 50 jaren, wonende op het Gadt onder Maasdam, attesteren ten verzoeke van Marichje Heijmens wegens haar zoon Jacob Ingensen, jongezel onder ´s-Gravendeel geboren. Zij verklaren dat hen gebleken is ten huize van Jacob Pietersen, wonende op Maasdam, dat deze te bed liggende Jacob Pietersen heeft begeert en verzocht om Jacob Ingens bij hem te ontbieden, dat deze bij hem gekomen is en waarop Jacob Ingensen aan Jacob Pietersen vroeg of hij het ongeluck dat gebeurd was hem wilde vergeven, waarop Jacob Pietersen antwoordde ja Jacob Ingensen mijn vrient ick vergeeft u wt gront van mijn hert in dien ick comme te sterven wil ick niet hebbe dat ghij om mijnen twil soude vluchten ofte een
lantlooper zijn. Voorts zei Jacob Pietersen dat het ongeluk onnoosel bij gecome ende onversients geschiet, waarop Jacob Pietersen de hand gaf aan Jacob Ingensen.
Getekend door C.J. van Heijsen, secretaris.
--
Marijgje Heijmensdr CAPITEIJN | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
(1) ± 1647 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Inge Jacobsz van der MAESE | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
(2) 1667 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Joost Jansz de PEE |
De getoonde gegevens hebben geen bronnen.