Tijdstip: 07:00
Tijdstip: 11:00
Uit "Weeskinderen die uit Veenhuizen vertrekken om bij hun familie te gaan wonen" door Wil Schackmann. (Zie: http://www.schackmann.nl/proefkolonie/WezenVH/1829_01_00Familie.html)
Annigje IJzaaks Sasburg wordt door het ministerie aangeduid als Sarburg, wat ik in het boek heb nagevolgd, maar het is waarschijnlijk toch met een 's'. Zij heeft het weesnummer 1422 in de invnrs 1572 en 1410. Volgens die registers is zij geboren op 9 september 1817 en het kindergesticht binnengebracht door Schoterland op 1 juli 1825.
Dat is tegelijk met Jacob IJzaaks Sasburg, ook uit Schoterland, geboren 27 januari 1815 en dus vast en zeker haar oudere broer. Hij heeft het weesnummer 1421 in invnr 1572 en - maar dan schrijven ze hem als 'Zasburg' - in de invnrs 1410 en 1411. Hij zal het kindergesticht verlaten als hij op 8 juli 1834 in militaire dienst gaat.
Zeven jaar na Annigje IJzaaks en Jacob IJzaaks arriveren er nog twee.
? Harmen Sasburg, volgens het inschrijfregister geboren 28 oktober 1820, en
? Reint Sasburg, volgens datzelfde register geboren 4 december 1823.
Zij worden op 26 juni 1832 naar Veenhuizen gebracht. Ook door Schoterland. In de invnrs 1411 en 1412 krijgt Harmen het weesnummer 1080 en Reint 1081. Harmen zal op 16 juli 1839 in militaire dienst gaan en Reint, die ze later 'Sasbergen' noemen, vertrekt met ontslag op 24 mei 1844. Waarnaartoe weet ik niet, maar dat staat hoogstwaarschijnlijk in de ontslagvoordracht (invnr 1434, daarvan zijn geen scans). Maar tegen de tijd dat die laatste twee binnenkomen is Annigje al lang en breed weg. Want op 13 januari 1829 komt er een brief binnen van Binnenlandse Zaken met een besluit over haar, invnr 95:
De Administrateur voor de Gevangenissen en het Armwezen,
Gezien het rekwest van Albert Bolman, te Harlingen houdende verzoek om deszelfs nicht Annigje IJzaaks Sarburg, te Veenhuizen uitbesteed, ter verdere opvoeding te mogen tot zich nemen;
Gezien daarop bij den Heer Gouverneur van Vriesland, en bij de Permanente Commissie der Maatschappij van Weldadigheid te s-Gravenhage, ingewonnen berigten;
Autoriseert genoemde Commissie om gemeld kind te laten volgen aan Albert Bolman, of dengene die zich van zijnentwege, ter overneming van hetzelve, aan voorsz gesticht zal aanmelden;
Afschrift dezes zal worden gezonden aan de Heer Gouverneur van Vriesland, met verzoek, om na kennisneming, hetzelve, door tusschenkomst van het stedelijk bestuur van Harlingen, aan den rekwestrant te doen toekomen, alsmede aan de voorgenoemde Commissie, met verzoek omdienovereenkomstig te handelen.
s-Gravenhage, den 13 Januarij 1829
Ze verlaat de kinderetablissementen in Veenhuizen op 8 februari 1829, als één broer er nog zit en twee er nog moeten komen.
Nader onderzoek leert dat broer Harmen een militaire carrière opbouwt en zich uiteindelijk in Middelburg vestigt en overlijdt. Broers Jakob en Reint vestigen zich in Noord-Holland en worden beide onderwijzer. De ongehuwd gebleven Annigje gaat in 1870 bij haar jongste broertje in Wijdenes wonen, alwaar ze 10 jaar later overlijdt.
Annigje Sasburg |