Hij is getrouwd met (Niet openbaar).
Zij zijn getrouwd op 7 maart 1934 te Deventer , hij was toen 19 jaar oud.
Hij is badmeester in deventer van beroep. Dick was voorzitter van een plaatselijke transportarbeidersbond van de NVV en werd in juni 1941 gearresteerd wegens verspreiding van de Waarheid. Hij stierf, 27 jaar oud, voor het vuurpeloton. Zijn laatste woorden zouden zijn geweest:"Honden doe je hondenplicht".
Het gezin van Dick
Dick ging na de lagere school werken. Hij was een tijdlang bezorger van beroep. Met een driewieler-bakfiets bezorgde hij boodschappen voor kruidenier Simon de Wit, die in het najaar van 1933 een filiaal in Deventer opende.
Hij trouwde op 7 maart 1934 met Wytske Wesselink, dochter van een katoenwever, die op 19 april 1915 in Deventer was geboren. Vader Toon was op dat moment colporteur van beroep, Dick loopknecht en Wytske inpakster.
Dick en Wytske trokken na de huwelijksvoltrekking in bij de ouders van Dick op Roggestraat 28. Op dit adres werd op 18 juli 1934 zoon Ton (Antonie) geboren. Op 22 september 1934 verhuisde het gezin van Toon naar Bergschild 23. In augustus 1935 verlieten Dick, Wytske en de kleine Ton Roggestraat 28 en trokken bij Toon en zijn gezin op het Bergschild in. Daarna woonden ze op de Smedenstraat, Lettelerstraat en Graaf van Burenstraat. Op 28 december 1937 vestigden zij zich weer op het adres Bergschild 23, dat intussen door Toon en zijn gezin was verlaten. Op 9 juli 1938 vertrokken ze naar de Eerste Weerdsweg. De woning op het Bergschild deelde de jonge familie Bannink met Jo Rodert en zijn vrouw. De laatst genoemden verlieten dit adres eveneens in juli 1938.
Eind jaren dertig was Dick in de zomer badmeester in zwembad “’t Beekmeertje” van de familie Van Til in Voorst, in de winter werkte hij in de werkverschaffing.
Eind augustus 1940 vond er gezinsuitbreiding plaats. Er werd een dochter geboren.
Sport
In de periode 1931 – 1937 komen we Dick met regelmaat tegen in sportberichten in het Deventer Dagblad. Hij was tot in 1937 lid van de Deventer Krachtsport Vereniging Hercules. In het Deventer Dagblad van 23 november 1934 staat een kort verslag van zijn gewonnen worstelpartij tegen KDO-lid Zandscholten. De verslaggever eindigt met de opmerking: “Dat Bannink op den duur nog wel van zich laat hooren, staat voor ons vast. Hij is de “coming-man” van het Oosten, in het middengewicht, evenals De Vries van K.D.O. in het vedergewicht.” Hij blonk niet alleen uit in het Grieks-Romeins worstelen maar ook in het gewichtheffen. In beide disciplines behaalde hij prijzen. Hij maakte enige tijd deel uit van het bestuur van Hercules. In 1937 stopte hij bij deze vereniging.
Dick was een allround sportman. Hij was bedreven in acrobatiek, koorddansen, gymnastiek, zwemmen en kanoën. Op 4 september 1935 ontving hij als lid van de Deventer Reddingsbrigade het diploma A van de Nederlandse Bond tot Redding van Drenkelingen. In januari 1940 werd hij bij schaatswedstrijden voor werklozen, in de categorie tot en met 30 jaar, vijfde van de 48 deelnemers.
Op 3 maart 1938 komen we Dick voor de laatste keer in een worstelverslag in de krant tegen. Hij worstelt dan voor KDO. Er diende zich namelijk een nieuwe passie aan: de politiek.
De jonge communist
De keuze van Dick voor het communisme is ongetwijfeld beïnvloed door zijn vader. In 1936 werd hij lid van de CPN.
In 1937 behoorde Dick samen met Jo Rodert tot de stakers die het werk neerlegden in de werkverschaffing aan het Twente-Rijnkanaal. Ontstond er toen een vorm van vriendschap tussen hen beiden die leidde tot het tijdelijk delen van een woning?
In die tijd gingen Jo Rodert en Dick regelmatig in het weekeinde naar Utrecht. Ze volgden er een cursus van de CPN. Dick combineerde deze cursus met worsteltrainingen, waarschijnlijk voor een landelijke selectie. In Utrecht overnachtten ze bij vrienden of familie van Jo. Zo nu en dan ging Riek, de vrouw van Jo, ook mee.
Voor de Provinciale Statenverkiezingen op 19 april 1939 was Dick in de kieskringen Deventer, Zwolle en Kampen lijsttrekker voor de CPN. In de andere kieskringen stond hij tweede achter H.J. Geesing. In de aanloop naar deze verkiezingen organiseerde de CPN op 13 april een verkiezingsavond in Help U Zelven. Kamerlid David Wijnkoop en Dick waren de sprekers. Ze werden ingeleid door raadslid Aalbert Jan Gerritsen. Deze betreurde de geringe opkomst en beval de kandidatuur van Dick bij de aanwezigen aan.
Dick wees er in zijn toespraak op dat de aanstaande verkiezingen van groot belang waren. Er waren grote verschillen tussen die van 1935 en die van 1939. De klassentegenstellingen waren nog scherper geworden. In deze periode vonden de fascistische veroveringen plaats die hij in zijn betoog schetste. Het fascisme had zijn laatste troeven nog niet uitgespeeld. De tweede imperialistische oorlog was eigenlijk al begonnen. De afbrokkelende democratieën waren bang voor de internationale arbeidersbeweging en zagen in het fascisme een goed tegengif. Daarom was het de taak van de arbeidersbeweging om het fascisme de pas af te snijden. Dick waarschuwde ervoor om de situatie niet te gemakkelijk op te vatten. Het Duitse fascisme wilde Nederland tot vazalstaat maken. Hitler was een gevaarlijke bluffer. Duitsland mengde zich via de NSB in Nederlandse aangelegenheden. Verder wees hij erop dat de NSB antisemitisme nastreefde. Volgens hem had de regering Colijn de voedingsbodem voor het fascisme gelegd.
Vervolgens ging hij in op de situatie in Nederland: het aantal vermogens boven de dertigduizend gulden groeide en het aantal miljonairs was tot 877 gestegen. De levensstandaard van de massa daalde en er waren nog steeds meer dan 400 000 mannen boven de 18 jaar werkloos. Over de SDAP zei hij dat hun oranjeverheerlijking en het koersen op de bourgeoisie de arbeiders afschrikte. Ook had deze partij weinig hulp geboden aan de Spaanse republiek. Ze waren kennelijk bang voor de katholieken.
Tot slot oefende hij kritiek uit op de trotskisten van de RSAP (Revolutionair Socialistische Arbeiderspartij), die het fascisme handlangersdiensten bewezen met de leuze “Geen kanonnen, maar arbeid en brood”.
Dick haalde in kieskring III Deventer in totaal 807 stemmen, waarvan 779 in de gemeente Deventer. H.J. Geesing uit Enschede bemachtigde in de Provinciale Staten de enige zetel voor de CPN.
Eind april 1939 stelde de afdeling de kandidatenlijst voor de gemeenteraadsverkiezingen vast. Dick kwam op plaats twee te staan, achter Aalbert Jan Gerritsen. Bij de raadsverkiezingen van 15 juni haalde de CPN wederom één raadszetel.
Vakbondsman
Dick was eveneens actief in de Centrale Bond van Transportarbeiders, een NVV-bond. Op 25 november bracht hij namens de afdeling Deventer de felicitaties over aan de plaatselijke afdeling van de Nederlandse Arbeiders Sportbond, die ter gelegenheid van het tienjarig bestaan een receptie hield in Het Hoekhuis.
Op 10 februari 1940 vierde de transportarbeidersbond zijn twintigjarig bestaan, eveneens met een receptie in Het Hoekhuis. Tijdens deze bijeenkomst brachten twee kinderen het bestuur een bloemenhulde als dank voor hetgeen de afdeling voor de kinderen had gedaan. Daarop bood voorzitter Dick Bannink hen chocolade aan. Voordat de feestcommissie allen uitnodigde voor het avondfeest in Help U Zelven, somde de voorzitter de schriftelijk binnengekomen felicitaties op. Hij sloot af met de mededeling dat het gedoneerde geld geschonken zou worden aan Kindervreugd, “omdat uit de jongeren later de nieuwe strijders komen voor de organisatie en de arbeidersklasse”.
De illegale CPN
Op 20 juli 1940 werd de CPN door de Duitse autoriteiten verboden. Kort daarna werd er een illegale CPN-groep in Deventer gevormd. Om dit te regelen had de partijleiding een vertrouweling, Geerligs, naar Deventer gezonden. Deze legde onder meer contact met Toon (Anton) Kleinbussink en Dries (Andries) Hendriks.3) Toon en Dick Bannink maakten deel uit van deze groep.4)
Op 23 november 1940 verscheen de eerste illegale Waarheid. De krant kwam tweewekelijks en landelijk uit.5) Dick was actief bij het stencilen en verspreiden van de krant.
Dick was ook al vroeg bij andere verzetsactiviteiten betrokken. Hij gaf de Enschedese communist Siegfried Hornstra opdracht om de aanleg van een vliegveld bij Deelen in kaart te brengen. Hornstra trad daartoe in dienst van de aannemer die de aanleg uitvoerde.6)
25 juni 1941
In de vroege ochtend van 25 juni 1941 pakte de gemeentepolitie van Deventer op last van de Duitse autoriteiten 17 “revolutionairen” op. Toon Bannink werd afgehaald op zijn huisadres Polstraat 67, Dick op Eerste Weerdsweg 87. Vanuit Apeldoorn werd eveneens een verdachte van “communistische activiteit” overgebracht en ingesloten. In de loop van de dag werden vier van hen weer vrijgelaten. De overige veertien werden ’s avond om halfzeven door de Ordnungspolizei opgehaald. Hun bestemming was Kamp Schoorl.
Deze landelijke actie ging uit van Rauter, de hoogste SS- en politiefunctionaris. In Overijssel berustte de coördinatie bij de Aussenstelle van de SD te Enschede. De arrestaties verliepen betrekkelijk gemakkelijk, omdat de CID (Centrale Inlichtingendienst) al vanaf 1919 lijsten van radicale socialisten en communisten bijhield. Toon komen we al tegen op een lijst van 1919. Hij en zijn zoon staan uiteraard op de lijst van 1939. Naast geboortedatum, geboorteplaats en beroep wordt over Toon het volgende opgemerkt: “C.P.N.-propagandist; onbetrouwbaar; in 1935 cand. C.P.N. gem. raad.” Bij Dick wordt volstaan met zijn geboortedatum en zijn kandidatuur voor de Provinciale Staten in 1939.
Nadere details gaf de gemeentepolitie ongetwijfeld op 1 maart 1941, toen zij de namen en adressen van de leidende personen binnen de CPN-Deventer aan de Sicherheitspolizei in Enschede doorgaf.
Kamp Amersfoort
Kamp Schoorl werd eind oktober 1941 opgeheven. Een groot aantal gevangenen werd vanaf medio augustus groepsgewijs naar Kamp Amersfoort getransporteerd.7) Mogelijk behoorden Toon en Dick tot de groep van 250 communisten die op 18 augustus Kamp Schoorl verliet.8)
Vader en zoon komen we tegen in het egodocument van dokter Roorda, die van 20 maart tot 8 augustus 1942 in Kamp Amersfoort verbleef. Hij beschrijft Dick als de voorman van de “sanitäters” (verplegers). In Schoorl was hij al één van de leidinggevende figuren onder de gevangenen. Hij organiseerde voorstellingen, waarin hij als koorddanser en acrobaat optrad. Nadat hij in Kamp Amersfoort geïnterneerd was, begon hij een eerste hulpdienst, die langzaam uitgroeide tot een accommodatie met een ziekenzaal voor 24 man, een dokters- en behandelkamer. Hij werd de vraagbaak en vertrouwensman van het hele kamp. Hij was veilig voor de Duitsers, omdat hij intelligent was en tactisch opereerde. In zijn grijze trui liep hij door het verblijf of zat hij als een dokter achter zijn bureau in de spreekkamer. Dick was zich steeds bewust van de dreigende gevaren en de onzekerheid van zijn positie. De artsen stonden onder leiding van deze commandant/ex-badmeester. Hij was hun gerespecteerde chef, omdat hij de weg wist in de gevaarlijke kampomgeving, zijn werk serieus deed en in zijn vrije tijd een gezellige man was.
Dick Bannink was een bijzondere persoonlijkheid die veel goed werk deed voor de joden, de zieken en de Russen. Vooral de Russen hadden zijn sympathie, omdat zij kameraden waren van de grote internationale communistische partij.9) Ook Toon was met het lot van de Russen begaan. Hij en Dick gaven een kleine, zieke krijgsgevangene bescherming in hun verblijf en probeerden de Duitsers uit zijn buurt te houden.
Toon werd in juni 1942 op transport gesteld naar concentratiekamp Neuengamme bij Hamburg. Dick bleef achter in Amersfoort.
Gefusilleerd
Dick komt op drie gijzelaarslijsten in het archief van de SD voor. Op twee ervan staat vermeld dat hij in Amersfoort is geïnterneerd. Op de derde lijst staat onder de opmerkingen dat hij op 16 oktober 1942 is doodgeschoten. Hij stierf, 27 jaar oud, voor het vuurpeloton. Zijn laatste woorden zouden zijn geweest:"Honden doe je hondenplicht".
Dick is één van de 15 strafgijzelaars, die op bovengenoemde datum als represaille voor de spoorwegaanslagen en brandstichtingen in Oost-Nederland werden gefusilleerd. Onder hen waren nog vier Deventenaren: William van Ewijk, Aalbert Jan Gerritsen, Daan van der Meulen en Johan Roebers.10)
Dirk Johan Hendrik Bannink | ||||||||||||||||||
1934 | ||||||||||||||||||
(Niet openbaar) |
De getoonde gegevens hebben geen bronnen.