Hij is getrouwd met Jutte NN.
Zij zijn getrouwd
Kind(eren):
1341 "dapiferum nostrum" (vertaald "onze Drost/ Baljuw") Gf. Dietrichs v. Kleve
18 maart 1337 Bisschop Ludwig von Münster verleent Godfried von Lembeck (Drost en Schultheiß zu Billerbeck) de rechten en vrijheden van hem en de kerkelijke minister.
25 juli 1341 Adolf von Dorinc (07-04-1338 Freischöffe auf dem Brahm) verkoopt zijn landgoed in de kerspel (=gemeente) aan Godert von Lembecke (zijn neef). Els.
In 1343 keerde Godert von Lembeck terug van het ontvangen van het huis en kantoor in Dülmen, en beloofde om hetzelve te beheren als een loyale deurwaarder en het loyaal te leiden.
20 april 1345 Bf. Ludwig von Münster draagt 4 huizen over aan de ridder Gedevorde van Lembecke, namelijk Joannes Hues in Koldenloe, Joannes Hues in Keseberge in de kerspel Haltern Bschft, Lavesham, Gerlaghes Hues uit Hennewich en Berndes Hues uit Hennewich in de kerspel Haltern Bschft Hennewich voor 100 centen van het Münster-merk. Getuigen: Ludolf v. Steenvorde, Hinrich Mr. zu Ottensteyne, Mense v. Heyden, Herm. v. Hörde, Joh. Stephanich en Herm. vd struik? BM uit Münster.
20 augustus 1346 Godfried von Velen verkoopt Godfried von Lembeck de tiende aan Rodde in de kerspel Lembeck.
12 augustus 1347 De keurvorst van Keulen benoemt Godfried von Lembeck tot zijn leenheer in Vesting Recklinghausen.
Keurmeester: Godert von Lembeck
1357 Godert von Lembeck legt de gelofe af aan de bisschop Münster, alle feodale goederen, huis, rechtbank of gezag of heerschappij waarmee hem de Bisschop, na de dood van Johan von Raesfeld (in Ostendorf, Drost von Dülmen en de Landecke Haren in het Emsland) had beleend om opnieuw te dienen als de bisschop daarvoor hem zou verzoeken alsof het belening niet in overeenstemming met de wet had plaatsgevonden.
De getoonde gegevens hebben geen bronnen.