Genealogie Hammer Genemuiden » Johannes Philippus van Camen (1705-????)

Persoonlijke gegevens Johannes Philippus van Camen 

  • Hij werd gedoopt op 1 april 1705 in Kampen.
    53596Doopinschrijving Johannes van Camen, 1705-04-01
    Paginanummer:060v
    Doopdatum:1705-04-01
    Kind:Johannes van Camen
    Vader:Filippes van Camen
    Moeder:Safijia Greve
    Doopplaats:Broederkerk (Broerkerk) te Kampen (gereformeerd)
    Opmerkingen:
    DTB318 Vader: Philippus van Camen
    Moeder: Sophia Greve
    Toegangsnummer:00016 Doop-, Trouw-, en Begraafboeken (DTB, retroacta burgerlijke stand) Kampen, 1608-1815
    Inventarisnummer:309
  • Beroep: Zilversmit en Gemeensman.
  • Feit: Toelichting.
    Register van ingezetenen Kampen, 1748. (HCO toegang 0003.1 (staten Overijssel) inv.nr. 2193)
    Nr.ManVrouwKind onder 10Kind boven 10KnechtMeidInwonerPlaatsBlad
    0511Jan van CamenEverdina Gardt0000Egbarta KlingeBroeder Kwartier Oudestraat96-97
    0842Philippus van CamenSophia Greven00000Oudestraat164-165

    Apostillien Kampen
    556. Den 5de October 1798, fol.129.
    Op den Requeste van J. Tichler Jr. en Jan van Assen als Curatoren over de persoon en goederen van Everdina Gast, wede Jan van Camen, verzoekende te mogen worden voorzien met de noodige last omtrent eene pretentie van f.99 - : - die Lucretia Vrijdag ten lasten van voorn(oemde) wede van Camen, wegens geleend geld sustineert te hebben, en die gem(elde) wede ook erkend schuldig te zijn, dog daarvan geen handscrift heeft afgegeeven.
    Was geapost: Op het rapport van Hoofdlieden van het Broederquartier, wordt verstaan; dat
    de Supplianten de gelibelleerde rekening kunnen voldoen, wanneer hun de wettigheid van dien schuld ten vollen zal consteeren.

    489Oude Straat - W.Z. I - Boven Wijk der Stad Campen
    Bladzijde:5
    Wijk:I - Boven Wijk der Stad Campen
    Straat:Oude Straat - W.Z.
    Gezinsgrootte:2
    Gezinshoofd:Everdina Gast
    Ingeschrevene:Jan van Camen
    Nicolaas Sterke
    Ammerensia Johanna de Vries (Dochter van zuster Rijkje Claes Gast)
    Hermen Wonings
    Opmerkingen:Wed. Jan van Camen
    Er staat een streep door naam en beroep van gezinshoofd.
    Daaronder staat: Hermen Wonings
    Naam opgever:Ammerensia Johanna de Vries, vrouw van Nicolaas Sterke
    Toegangsnummer:00001 Stadsbestuur Kampen, 1251-1813
    Inventarisnummer:343
  • Een kind van Philippus van Camen en Sopia Wijnholts Greve
  • Deze gegevens zijn voor het laatst bijgewerkt op 5 maart 2019.

Gezin van Johannes Philippus van Camen

Hij is getrouwd met Everdina Claes Gast.

Zij zijn getrouwd op 26 december 1742 te Kampen.


Notities over Johannes Philippus van Camen

Register van ingezetenen Kampen, 1748. (HCO toegang 0003.1 (staten Overijssel) inv.nr. 2193)
Nr.ManVrouwKind onder 10Kind boven 10KnechtMeidInwonerPlaatsBlad
0511Jan van CamenEverdina Gardt0000Egbarta KlingeBroeder Kwartier Oudestraat96-97
0842Philippus van CamenSophia Greven00000Oudestraat164-165

Onbekende meester geeft identiteit voorzichtig prijs Hoewel veel onbekende meestertekens in de loop der jaren gekoppeld kon-den worden aan een bepaalde zilversmid, blijkt er in het verleden toch eenaantal zilversmeden te zijn geweest, die werk hebben nagelaten waarin huninitialen in de vorm van een meesterteken zijn afgeslagen, maar waarvan deidentiteit tot op de huidige dag verborgen is gebleven. In de collectie van hetStedelijk Museum te Kampen bevindt zich een viertal objecten waarin hetmeesterteken IVK staat, met schreef, wat wil zeggen dat de kapitalen (hoofd-letters) onderling verbonden zijn met blokjes, die daardoor in een rechte lijnkomen te staan. Het Nederlands gezegde ‘over de schreef gaan’ is daarvanafgeleid. De letters in kapitalen zijn afgeslagen in een liggende rechthoek.Boven de beginletter I is een punt geplaatst. Het bewuste meesterteken kanworden toegeschreven aan Jan van Kamen. Om hem nader te identificeren iser een onderzoek gedaan naar de familie Van Camen. Andere schrijfwijzenzijn: Van Caamen, Van Camen en Van Kamen, meestal met de toevoeging vanCampen. De familienaam Van Caamen en de verschillende schrijfwijzendaarvan, is ontleend aan de familienaam van stammoeder Henrickjen vanCaamen. Zij werd ongehuwd moeder van een zoon die zij Philippus noemde.
170Als de deur van de eeuwigheid op een kier staat, wil een mens nogal eensvrijgevig worden, zo ook Henrickjen van Caamen. Uit de bewoordingen,gesteld in haar testament uit 16985valt op te maken dat zij niet ongehuwdis gebleven. Zij trouwde naderhand met Jan Hendricksen van Santen. Ziek tebed liggende legateert zij aan haar man vijftig Karelsguldens voor de duurvan zijn leven. Haar zuster Elisabeth krijgt na haar overlijden onder andereeen dozijn hemden, schorteldoeken, een tweetal zijden rokken, vier zilverenlepels en één van de drie zilveren bekers die testatrice bezat. Ook haar metname genoemde meid Wijchmoet wordt een machaijen6rok in het vooruit-zicht gesteld. Tot haar erfgenaam benoemt zij haar zoon Philippus.Uit de context van het geheel valt op te maken dat Hendrickjen van Caamen7tot de gegoede stand behoorde, dan wel dat zij tijdens haar leven tot wel-stand is gekomen. Deze aanname is gebaseerd op het feit dat vrouwen uit dearbeidende klasse zich geen kostbare zijden- en greinen kleding konden ver-oorloven. Zij bezaten evenmin het aantal zilveren objecten als opgesomd inbedoeld testament.Phillippus, ook geschreven als Fijleppus van Camen, werd omstreeks 1680geboren. Hij trouwde met Sofia (Sofija) Windels Greve uit Genemuiden. VanCamen werd in 1711 samen met Gerhardt Kloeck als keurmeester aange-steld van in Kampen vervaardigde gouden en zilveren voorwerpen.

De noti-tie van 2 juni 1711 in het register van beëdiging van gildemeesters meldt:‘Keurmeesteren van ’t verwerckte goudt en silver. Hebben Gerhard Kloecken Philip van Camen als keurmrs onder solemneelen eede belooft endeaengenomen het silver en goudt alhier verwerckt wordende, ingevolge daarop beraamde ende door Raadt en Meente g àrresteerde voe ten reglementop Petry deses jaar, te toetsen ende te keuren.’ Aangezien er tegelijkertijdeen tweede keurmeester werd aangesteld, kan aangenomen worden dat heteen deeltijdfunctie betrof die de heren uitoefenden naast hun dagelijksearbeid (zilversmid).

De productie van zilveren voorwerpen is in Kampennooit zo hoog geweest dat de twee aangestelde keurmeesters daar een dag-taak aan hadden. Aannemelijk is dat er drie keer per jaar werd gekeurd. Dedata 22 februari, 29 juni en 30 november waren gekoppeld aan de drie naam -dagen van Sint Petrus.Philippus en Sofia (Sofija) Windels Greve uit Genemuiden kregen een vijftalkinderen. Ze werden in de Bovenkerk ten doop werden gehouden, te weten:Judick (1703), Johannes (1705), Jan (vermoedelijk omstreeks 1704), Hendri -cus (1706) en Gerardus (1708). Andere bronnen melden dat het echtpaar in
171de periode 1702-1715 zeven kinderen liet dopen.8Nader onderzoek heeftuitgewezen dat kinderen dubbel geadministreerd werden, door ze in dedoopboeken van de beide kerken als dooplid te noteren. Zo werd zoonHendricus van Camen op 5 december 1706 gedoopt in de Bovenkerk bijwelk sacrament hij de naam Hendrijkens kreeg. In het doopboek van deBroerkerk staat als doopdatum 3 december 1706 (folio 61 van het desbetref-fende doopboek). Zijn naam wordt dan genoteerd als Hendricus. De familie-naam Van Camen is voor Kampen uniek en alleen gerelateerd aan Philippusvan Camen com suis. In 1760 is Philippus van Camen overleden. De echte-lieden werden begraven in de Bovenkerk in Kampen. Jan van Kamen. Onbekende meester geeft identiteit prijsDe familienaam Van Kamen wordt - zoals gemeld - op verschillende wijzegeschreven. Jan van Kamen werd in Kampen geboren als zoon van Philippusvan Camen (een door het stadsbestuur benoemde keurmeester van goudenen zilveren voorwerpen) en Sophia Greve. Hij woonde in het Celle broe ders -kwartier in Kampen. Van Jan van Camen is onder meer bekend dat hij metPasen 1725 belijdenis deed in de Bovenkerk van Kampen. Hij trouwde daarop zondag 26 december 17429met Everdiena Gast, eveneens geboren inKampen. Het is aannemelijk dat hij omstreeks die tijd als zelfstandig zilver -smid is gaan werken. In 1753 maken Jan van Camen en zijn vrouw een testament op. Zij herroepenhun huwelijksvoorwaarden en benoemen de wederzijdse ouders tot erfgena-men of, bij vooroverlijden van dien, hun naaste familie. Zij legateren elkaarover en weer het vruchtgebruik van hun nalatenschap, met uitsluiting vande legitieme portie van hun ouders. Het kinderloos gebleven echtpaar wasniet onbemiddeld. Uit een schuldbekentenis gedateerd 12 april 1808 blijktdat de weduwe uitstaande gelden heeft, rentende 5,5 procent per jaar. Verderis bekend dat het echtpaar een tweetal kinderen van een overleden broer ofzuster van Jan heeft grootgebracht. Zij droegen respectievelijk de namenPhilippus en Sophia. Jan van Camen vervulde naast zijn beroep als zilver-smid ook openbare functies. Zo was hij ‘gemeensman’10in de periode van1754 tot aan zijn dood in 1780. Die functie hield in dat hij samen met eenbeperkt aantal door de Raad beëdigde vertegenwoordigers uit de plaatse-lijke samenleving de Gezworen Gemeente vormde die de Raad adviseerdein belangrijke zaken. Jan van Kamen werd op 8 januari 1780 begraven in deBovenkerk te Kampen. Er is geen notitie gevonden waaruit kan worden afge-leid dat er een grafmonument is, of is geweest.
172Jan van Kamen heeft tijdens zijn loopbaan als zilversmid twee verschillendemeestertekens gevoerd. Op het eerste zijn de met elkaar vervlochten lettersIVK in kapitalen als monogram verwerkt binnen een cirkel. Qua vormgevingis het meesterteken sterk gelijkend op dat van zijn tijdgenoot en collegazilver smid Anthonie van Laer. Ook voerde hij een meesterteken waarbij deletters IVK waren geplaatst binnen een rechthoekig vlak. De letter J werd,zoals toentertijd gebruikelijk was, geschreven als I, en ook als zodanig in hetmeesterteken verwerkt. Rond 1750 maakte hij een zware, gegoten tasbeugel die vakkundig nagecise-leerd werd. De hypothese dat het om een gegoten tasbeugel gaat en niet omeen gedreven exemplaar is gestoeld op het feit dat het drijfwerk aan debinnen zijde weinig reliëf laat zien in vergelijking met dat van Friese zilver-smeden. De versiering van het voorblad van de beugel is symmetrisch vanDe twee verschillendemeestertekens van Jan van Kamen.Foto’s Stedelijk Museum.Tasbeugel, nageciseleerd.Gemaakt omstreeks 1750door Jan van Kamen. De tas is van een lateredatum. Collectie StedelijkMuseum Kampen.
173opbouw. In de hoek staat aan beide kanten een bloemenmand met daar -boven een vogel die een eeuw later sterk uitvergroot terug te vinden is opdrijfwerkbeugels van vakgenoten uit de 19de eeuw. Verder zijn er C-volutente zien en schelpen die te herleiden zijn naar de rococotijd. Op de sluitknopstaat een engelengezichtje of putto11afgebeeld. Het is een voorstelling vaneen gevleugeld kindje dat als engel of als aankondiger van wereldse liefdegold. Het motief werd veelvuldig gebruikt in de renaissance en barok. Hetengeltje is omgeven door een open Sint Jakobsschelp, een motief dat even-eens veelvuldig voorkwam in genoemde stijlperiodes. De sluiting van detasbeugel geschiedt door middel van een slangvormige sluitveer. Deze is aanhet uiteinde vlak geslagen en met een tweetal klinknageltjes aan de beugelverankerd. Door middel van de sluitknop op het voorblad en een op debinnenzijde van het achterblad gesoldeerd haakje wordt druk uitgeoefendop die veer, waarna ontgrendeling plaatsvindt. Het sluitmechanisme is totaan het einde van de 19de eeuw onveranderd gebleven. Jan paste als onder-deel van het sluitmechanisme een gegoten ringornament toe, voorstellendeeen vrouw met opgeheven armen. De vrouw wordt geassocieerd met intuïtie.Hall’s Iconografisch Handboek12geeft aan het ornamentje de volgende beteke-nis: ‘Armen van een maagd, geheven, met daaruit spruitende een laurier:‘Kuisheid’ en ‘een jonge vrouw met mirretakken ontspruitend aan haar hoofdGegoten ringornament, met de voorstelling van eenvrouw met opgeheven armen. Collectie en foto’sWielent Harms. Bernardusring als verbindingsonderdeel van de tasbeugel en de tashaak. Collectie en foto’s WielentHarms.
174en armen [...]’. Dergelijke ringornamenten treft men af en toe aan op gedre-ven Kamper beugels. In alle andere gevallen zijn de ringhouders strakker englad van oppervlak.Beugeltassen werden uitgerust met een ring die door een ringbevestigings-ornament liep. Bij vroege exemplaren was de ring soms roterend. Een der-gelijke ring noemt men een Bernardusring, waarschijnlijk naar de heiligeBernardus van Clairvaux.

Heeft u aanvullingen, correcties of vragen met betrekking tot Johannes Philippus van Camen?
De auteur van deze publicatie hoort het graag van u!


Tijdbalk Johannes Philippus van Camen

  Deze functionaliteit is alleen beschikbaar voor browsers met Javascript ondersteuning.
Klik op de namen voor meer informatie. Gebruikte symbolen: grootouders grootouders   ouders ouders   broers-zussen broers/zussen   kinderen kinderen

Voorouders (en nakomelingen) van Johannes Philippus van Camen


    Toon totale kwartierstaat

    Via Snelzoeken kunt u zoeken op naam, voornaam gevolgd door een achternaam. U typt enkele letters in (minimaal 3) en direct verschijnt er een lijst met persoonsnamen binnen deze publicatie. Hoe meer letters u intypt hoe specifieker de resultaten. Klik op een persoonsnaam om naar de pagina van die persoon te gaan.

    • Of u kleine letters of hoofdletters intypt maak niet uit.
    • Wanneer u niet zeker bent over de voornaam of exacte schrijfwijze dan kunt u een sterretje (*) gebruiken. Voorbeeld: "*ornelis de b*r" vindt zowel "cornelis de boer" als "kornelis de buur".
    • Het is niet mogelijk om tekens anders dan het alfabet in te voeren (dus ook geen diacritische tekens als ö en é).



    Visualiseer een andere verwantschap

    De getoonde gegevens hebben geen bronnen.

    Historische gebeurtenissen


    Over de familienaam Van Camen


    Wilt u bij het overnemen van gegevens uit deze stamboom alstublieft een verwijzing naar de herkomst opnemen:
    Simon Blok, "Genealogie Hammer Genemuiden", database, Genealogie Online (https://www.genealogieonline.nl/genealogie-hammer-genemuiden/I1073857172.php : benaderd 25 mei 2024), "Johannes Philippus van Camen (1705-????)".