Impost begraven
(1) Hij is getrouwd met Neeltje Jans Bakker.
Zij zijn op 27 december 1771 te Texel in ondertrouw gegaan.Bron 1
Ze zijn in de kerk getrouwd op 12 januari 1772 te De Waal (Texel, NH).Kind(eren):
(2) Hij is getrouwd met Neeltje Joost Breker.
Zij zijn op 4 augustus 1786 te Texel in ondertrouw gegaan.Bron 1
Ze zijn in de kerk getrouwd op 27 augustus 1786 te De Waal (Texel, NH).Kind(eren):
Bij het huwelijk met Neeltje Jans is hij weduwnaar.
Uit het oud rechtelijk archief van Texel en de notulen van de municipaliteit blijkt dat het gezin van Matthijs in 1796 in bittere armoede verkeerde. Enkele kinderen zwierven tussen 1795 en 1801 bedelend rond over het eiland.
70a Vergadering den 4 October 1796
Klagten zynde ingekomen dat zeker Meijsje van Matthys Orts aan de Koog, alom by nagt en dag langs de weg zwerft- en daar door zou kunnen veroorsaakt worden, dat zo een Kind, somtyds hier of daar dood gevonden wierd, of ander ongeluk overkwam
Is geresolveerd denselve Matthys Orts, te doen aanzeggen: door de Boode- dat hy zyn Kind zal hebben thuys te halen, en voortaan daar zorgen, zodat zulks niet meer gebeurde- of dat men anders met hem eene gansch andere weg zoude inslaan.
Getuigenverklaringen op 20 april 1801 van vijf inwoners van Oude Schild.
Stijntje, een dochter van Matthijs Ort wonende op De Koog, oud naar schatting 12 jaar, verbleef drie jaar terug te Oude Schild als een zwervelinge in een wanhopige armoedige staat en sliep menige nacht in een paardestal.
De buren hadden Matthijs daarover aangesproken maar die antwoordde dat hij haar niet mee kon krijgen en liet haar aan haar lot over. Tenslotte overleed ze in een boet.
In april 1801 zwierf een dochter (waarschijnlijk Antje) rond van omstreeks 16 jaar. Zij zocht nachtverblijf in een schuur en zij zei dat zie niet thuis durfde komen vanwege de 'meu' die bij haar vader woonde.
Op 7 mei 1801 is Matthijs Ort gevangen genomen en verhoord. Hij is 59 jaar en tweemaal getrouwd geweest. Zijn laatste vrouw is al zeven jaar dood en hij heeft nog acht kinderen in leven.
Hij verdient de kost met arbeid bij boeren en zijn huishouding wordt gedaan door een dochter van Harrij Kroon. Hij geniet van de diaconie vrij wonen en zij hebben ook twee van zijn jongste kinderen uitbesteed. Hij geeft toe dat zijn kinderen over het eiland lopen te bedelen en zwerven en zegt dat het voorgevallene met Stijntje geen drie maar circa vijf jaar geleden gebeurd is. Het kind dat nu rondzwerft, is wel al een week of zeven van huis. Hij zegt haar verleden maandag met een kruiwagen naar huis te hebben gehaald. Hij wist niet dat het kind ziek was.
Tweede verhoor op 5 juni 1801: Stijntje was naar hij meent bij haar overlijden 12 jaar en de dochter die hij met de kruiwagen van Oosterend heeft gehaald is ongeveer 15 jaar oud.
Vonnis 5 juni 1801: de gevangene wordt veroordeeld om binnenskamers aan een paal gebonden, strengelijk met roeden te worden gegeseld. Tevens wordt hij veroordeeld tot de kosten van het proces. Hij heeft echter geen bezit waarop de kosten kunnen worden verhaald.
Bron: GN jaargang 59
Ontaarde vader
Matthijs Orts, een 59-jarige weduwnaar uit De Koog had volgens eigen ruwe schatting ongeveer 8 kinderen. Het juiste aantal stond niet vast, want hij trok zich bitter weinig van zijn ouderlijke plichten aan. De jongste kinderen werden verzorgd door de gereformeerde diaconie van De Waal en de ouderen zwierven bedelend over het eiland. Zo was het in 1798 gebeurd, dat het 12-jarige dochtertje Stijntje door gebrek aan voedsel, kleding en onderdak ziek was geworden en in een bouwvallig boetje van Abraham Phillipus bij Oudeschild gestorven. Ook na deze droevige gebeurtenis liet de ontaarde vader zijn kinderen aan hun lot over, tot grote verontwaardiging van de Oudeschilders.
In 1801 vond Simon Vos (Oudeschild) gewaarschuwd door het ontzettende geblaf van zijn hond, een 16-jarig dochtertje van Orts in zijn kelder, waar het uitgehongerde kind een nachtverblijf had gezocht; uit medelijden gaf hij haar een boterham.
Een paar dagen later trapte Jan Bruijn in het portaaltje bij het boetje van Meijert Vlas bijna op het meisje, toen hij midden in de nacht zijn zoon kwam wekken. Jan Bruijn junior, nog slaapdronken, struikelde voor zijn deur ook al over het arme kind.
Juist toen de oude weduwnaar zijn onmenselijk gedrag begon te beteren- hij bracht het uitgeputte meisje met een kruiwagen van Oosterend naar De Koog- werd hij op aanklacht van enkele Oudeschilders gearresteerd. Schout Langeveld luchtte zijn verontwaardiging in een dramatisch en bewogen requisitoir, maar liet de strafbepaling geheel aan het Committé van Justitie over. De schepenen trachtten de beklaagde door geselslagen meer vaderlijke gevoelens bij te brengen en gaven hem een strenge vermaning mee, dat hij zijn leven moest beteren. De geseling geschiedde binnenskamers, dus niet zoals vroeger ten aanschouwe van een op sensatie beluste menigte.
Bron: IRene Maas
Matthijs Orts | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
(1) 1772 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Neeltje Jans Bakker | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
(2) 1786 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Neeltje Joost Breker |