Doopgetuigen: Jan Maartens Graaf en Jantje Cornelis
Hij is overleden om 09.00u; aangifte overl op 23 mei 1861 door Maarten Graaf, 29 jaar, kleermaker en Klaas Graaf, 26 jaar, metselaar; beiden kleinzoon van de overledene; beiden wonende op Texel
Hij is getrouwd met Antje Antonies Makkenberg.
Zij zijn op 9 juni 1802 te Texel in ondertrouw gegaan.Bron 2
Ze zijn in de kerk getrouwd op 25 juni 1802 te Texel.Bron 3Kind(eren):
Uit Den Burg 1622-1830 van Thijs en Miriam Klaassen.
B25 Huis en erf Hollebol "De Tempel"
Ook van dit huis is niet bekend of het er in de 17e eeuw al stond.
1801 - kad De metselaar Maarten Klaas Graaff kocht de woning voor f 143,- vlak voor zijn huwelijk met Antje Antonis Makkenberg.
Bij de invoering van het kadaster in 1832 woonden zij hier met twee volwassen kinderen.
B56 (Kad 211) Huisje en erf Molenstraat
Dit huis had een gezamenlijke waterput met B55. Aan de noordkant grensde het aan de burenweg.
1825 - Bij de boedelscheding (van haar ouders) ging dit huis naar hun dochter Pietertje Jacobs Kopjes, die winkelierster was. Zij was getrouwd met Hendrik Verberne.
Al snel moet zij het weer doorverkocht hebben. In 1830 was het pand in bezit vsn Maarten Klaas Graaf. Zijn zus Naantje Klaas Graaf bewoonde het met haar man Willem Simons Lelie en hun kinderen.
Notaris Jan Star 1810
20: 2-10-1819 repuditatie
Maarten Klaasz Graaf, Sacharias Sluijsman, x Martje Klaas Graaf, Willem Lelij, als in huwelijk hebbende Naantje Klaas Graaf en Cornelisje Klaas Graaf, meerderjarige dogter, zijnde alle op dezen Eijlande Texel woonagtig.-
Te kennen gevende, dat hunne Vader en behuwd Vader Klaas Maartensz Graaf, op den 13-9-1810 aan den Burg alhier intestatus overleden is, en zij dus desselfs eenige Erfgenamen zouden hebben kunnen zijn; dat egter de veele schulden waarmede zij vermeenen dat de geringe nalatenschap van dezelve hun Comparanten overleden Vader bezwaard is, hun niet heeft kunnen doen besluiten dien nalatenschap als Erfgenamen te aanvaarden; maar verklaren zij dezelve in tegendeel geheel en al te repudiceeren, en aan de Crediteuren van dien over te laaten, zonder daar op eeni regt als Erfgenaamen te willen behouden.-
Voorts betuijgen zij Comparanten, dat zij met het dood Lighaam van gemelde hunne Vader te hebben laten begraven, geen daad van Erfgenaamschap te hebben gepleegd, of willen pleegen, maar het zelve alleen gedaan te hebben uijt Kinderlijke pligt en genegenheijd; en dat zij dierhalven hiermede tegens alle ander begrip wel expresselijk zijn protesteerende.-
Aldus gepasseerd aan den Burg op Texel in presentie van Gerrit Bakker en Klaas Jensen als getuijgen.
Bron: Irene Maas
Maarten Klaasz Graaf | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1802 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Antje Antonies Makkenberg |