Doopgetuige: Immetje Teunis
Hij is overleden om 23.00u; aangifte overl op 7 mei 1818 door Gijsbert Kerssemaker, 31 jaar, smid en Cornelis Schaatsenberg, 21 jaar, schilder en glazenmaker, zoon van de overledene; beiden wonende in Den Burg
Hij is getrouwd met Martje Rinks Wijngaard.
Zij zijn op 2 augustus 1783 te Texel in ondertrouw gegaan.Bron 3
Zij zijn getrouwd in het jaar 1783 te Texel.Kind(eren):
Uit Den Burg 1622-1830 van Thijs en Miriam Klaassen.
B303 (deel kad 127?) Huis en erf Warmoesstraat
Bij dit huis hoorde een tuintje aan de overkant van de Burggracht, Het huis werd tussen 1717 en 1832 gesloopt.
1797 - 1817 Voor f 205,- kocht de schilder en glazenmaker Rith Schaatsenberg het huis van de erfgenamen van Cornelis Pieters Kuijper. Hij was getrouwd met Martje Wijngaard. Na 20 jaar ruilde hij het voor het huis dat aan de andere kant van de modderkuil lag, beide huizen werden getaxeerd op f 200,-.
B141 (kad 310) Huis en erf Waalderstraat
Tussen 1790 en 1800 was hier een smederij gevestigd. De schuur die ten oosten van het huis stond, had meestal een andere eigenaar.
1803 - 1808 Ruth Schaatsenberg kocht het huis voor f 325,-.
B302? (deel kad 128?) Huis en erf Warmoesstraat
In de 17e eeuw hoorde er enige tijd een boomgaard bij dit huis, die zich aan de overkant van de Burggracht bevond. Het huis is tussen 1804 en 1817 afgebroken.
1804 - Voor f 55,- werd het huis eigendom van Ruth Schaatsenberg, de laatste eigenaar. Hij bezat ook al het buurhuis B303 (deel akd 127?). Het precieze jaar waarin dit huis is gesloopt, is niet bekend.
B304 (deel kad 127) Huis en erf Warmoesstraat
Dit huis was belast met een halve stuiver mijtgeld en met bijna vijf gulden erfpacht voor de gereformeerde kerk. In de eerste helft van de 17e eeuw hoorde er een tuin bij die aan de overkant van de Burggracht lag. Het huis is tussen 1817 en 1832 gesloopt, waarna het erf bij de modderkuil werd getrokken.
De tuin ten westen van het huis hoorde lange tijd bij B308 (kad 259), maar erd aan het einde van de 18e eeuw door de gemeente opgekocht om er een vuilstort (modderkuil) te maken.
1817 - Door ruil van huis B303 met Martinus Langeveld junior werd hij eigenaar van dit huis. Het is voor de invoering van het kadaster in 1832 gesloopt.
---
Notaris Beets 1817-1818
N 746Voor Simon Theodorus Beets, Openbaar Notaris, in de residentie van Texel, deze onderteekend hebbende, en in tegenwoordigheid van de nagenoemde en mede ondergeteekende getuigen, is gecompareerd:
De Heer Martinus Langeveld Junior, koorn Molenaar, wonende aan den Hoorn binnen de gemeente van Texel voornoemt, ter eenen
En
Rut Schaatsenberg, verwer en glazenmaker, wonende aan de Burg, binnen de gemelde gemeente, ter andere zijde
Welke Comparanten met elkanderen hebben gedaan de navolgende ruiling
De Comparant ter eenre heeft aan den Comparant ten andere zijde in ruiling gegeven en alzoo aan denzelven afgestaan:
Een Huis en Erve, staande en gelegen aan den Burg voornoemt, in de Warmoes-straat, belend ten Oosten Cornelis Bakker en ten Westen de Modderkuil; welk huis hem Comparant ter eenre toebehoort en door hem verklaard wordt vrij en ontheven te zijn van alle soort van hypotheek: zijnde hetzelve getauxeerd op eene somma van 200 guldens, niet verhuurd, en, zonder aftrek der lasten, jaarlijks renderende eene somma van 10 guldens.
De Comparant ter andere zijde heeft daarentegen aan de Comparant ter eenre in ruiling gegeven en mitsdien aan denzelven gecedeerd: een huis en erve, staande en gelegen aan den Burg, in de Warmoesstraat, belend ten Oosten de Modderkuil en ten Westen de Heer Martinus Langeveld; welk huis hem Comparant ter andere zijde toebehoort en door hem verklaard wordt insgelijks vrij en ontheven te zijn van hypotheek: zijnde dit perceel mede getauxeerd op eene somma van 200 guldens, niet verhuurd, en, zonder aftrek der lasten, een jaarlijks revenu van 10 guldens opleverende.
De wederzijdsche Comparanten zullen respectivelijk, van dit oogenblik af gerekend, over het bij deze in ruiling ontvangene kunnen beschikken en daarvan het genot hebben zoo als een ieder van hun tot hiertoe het regt heeft gehad te doen, onder gehoudenheid echter van voortaan de belastingen te betalen waarmede de bij deze geruilde goederen zijn bezwaard.
Gedaan en gepasseerd aan den Burg op Texel voornoemt, ten kantore van gemelden Notaris, in tegenwoordigheid van Reijer Grooff, koopman, en Mees Disper, sjouwerman, beide aan den Burg voormeld woonachtig, als getuigen ten dezen opzettelijk verzocht, den 26-9-1817, voor den middag; en heeft de eerste Comparant (als hebbende de tweede ons verklaard niet te kunnen schrijven noch zijn naam teekenen, als hetzelve niet geleerd te hebben) benevens hebben de gemelde getuigen en Notaris, na gedane voorlezing, de tegenwoordige minute geteekend, dewelke gebleven is onder de bewaring en in het bezit van den gemelden Notaris Simon Theodorus Beets.
Bron: Irene Maas
Rut Teunisz Schaatsenberg | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1783 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Martje Rinks Wijngaard |