Doopgetuige: Naantje Kwast
Zij is getrouwd met Cornelis Jacobsz de Ruitjer.
Zij zijn getrouwd in het jaar 1738.
Notaris Bernardus van Dam 1751-1758
23: 24-5-1752 ter requisitie van Neeltje Dirks Cooijmans, Burgh, en met consent van schepen Pieter Groot bij absentie van den Bailliuw, en president schepen Cornelis M Boon, vermits de uitlandigheid van haar Man Cornelis de Ruijter, grootschipper-
Mij vervoegt aan den persoon van Pieter Jacobsz Bruijn, Burgh, thans aan de Coog bij Mr Jan Heijlig in t werk, en aan hem gedaan de insinuatie en protestatie, dat de insinuante haar huijs en schuur agter, nu ruim 8 weeken heeft open gelegen, en nu haar voor huijs van den 17 maij 1752, en zij niet genegen zijnde omme langer met een open huijs en schuur te zitten, also zij daar door dagelijks groot nadeel en ongemak heeft geleden en nog verder staat te lijden, niettegenstaande gij geinsinueerde, het repareeren, timmeren, en maken van haar voorhuijs hebt aangenomen te doen, en differente maal nu door de insinuante zijt vermaant, omme te komen, haar huijs en schuur digte te maken, maar in plaats zulks te doen, met haar publijk de geck steekt en dusverre niet vervoegt, omme het zelve te repareeren, en afte timmeren, zoo het behoort, dierhalven zoo werd gij geinsinueert omme op morgen te komen, en voorts alles af te timmeren ingevolge accordatie of aanneminge, zonder op een ander tusschen beijde te gaan timmeren, of werken,
Bij weigeringe van dien, zoo werd gij geinsinueert omme op morgen voor 8 uuren s voor de middags, haar insinuante te zullen aan wijzen en laten volgen al haar houd, bewerk en onbewerk, zoo als het onder u thans is berustende, bij refus ofte negligentie van het eene ofte andere, zal zij insinuante alles voor uw Rekeninge kopen, en haar huijs laten timmeren, zoo het behoort-
Zoo is het, dat ik Notaris, uit naame als boven protesteere omme buijten gevaar en verdere schade te zijn, doe van alles schade, en ongemakken zouden mogen ontstaan-
Dit hem voorgelesen zijnde gaf tot antwoord, dat zal ik bij mij houden-
[Het huis van Neeltje Kooijmans werd verbouwd, maar de timmerman schoot niet op. Hij deed onderwijl andere klussen. Neeltje haalde de schout erbij, die niet op het eiland was, maar vervangen werd door de schepenen (schout Huijdecoper was vaak weg).
De notaris Bernardus van Dam werd naar de timmerman Pieter Bruijn gestuurd om hem aan te spreken. Daarvoor moest hij naar de Koog, want die was daar aan het werk.}
Bron: Irene Maas
---
Notaris Abraham Wentel 1771-1811
253: 9-4-1780 testament Neeltje Dirks Kooijman wed Cornelis Ruiter Den Burg
Neeltje Dirks Kooijman | ||||||||||
1738 | ||||||||||
Cornelis Jacobsz de Ruitjer |