De Vlamingen, die in onrustige tijden naar Nederland uitweken waren vaak zeer kundige lieden, die in hun nieuwe vaderland hun mannetje wel wisten te staan. Onder hen bevonden zich bijv. geleerden, dichr tens, schilders, boekdrukkers en wevers. Aan deze laatste categorie wijdde ons Assense lid, mr. dr. H.P. Schaap, een artikel in de laatste aflevering van ‘De Navorscher’, het Nederlands archief voor genealogie en heraldiek, heemkunde en geschiedenis, Hij schrijft daarin nl, over de Vlaamse stichters van het wandtapijtenbednijf NAUWINCX in Schoonhoven en voegt aan deze publikatie een stamboom toe, die tot de dag van vandaag is bijgewerkt.
Jacques Nauwincx kreeg op 21 februari 1600 van de stadsregering van Schoonhoven een terrein bij de veerpoort, om daar zijn handel van tapisserie te bedrijven.
Gegevens in het archief van de stad Gouda hebben uitgewezen, dat deze familie uit Oudenaarde, midden in Vlaanderen, stamt.
Vermoedelijk is deze protestante Nauwincx na de verovering van Oudenaarde in april 1582 naar Antwerpen uitgeweken en na de val van die stad in 1585 naar de noordelijke Nederlanden gevlucht om via Gouda in Schoonhoven te belanden.
De stad Oudenaarde stond in die tijden al bekend als een plaats waar de tapijtweverij een hoge vlucht had genomen. En de stad Schoonhoven was er veel aan gelegen die kundige tapijtwevers te lokken en te binden door het stellen van uiterst gemakkelijke voorwaarden voor de vestiging van hun bedrijf. Een in 1623 te Schoonhoven geboren Herman Nauwincx verwierf zich als schilder en etser een grote naam.
Tijdens het bezoek van koningin Henriëtte Marie van Engeland aan Amsterdam in 1642 leverde het bedrijf Nauwincx grote hoeveelheden tapijten. En in 1639 werden kostbare wandtapijten geleverd aan de stadsregering van Leiden. Bij de Leidse stadhuisbrand in 1929 gingen deze prachtige tapijten verloren.
"De Oudenaardsche tapijtnijverheid had van ouds gewerkt met plattelandsateliers, dus met werklieden-bazen, bijgestaan door een aantal arbeiders. De patroons woonden elders. De gewone toestand Was, dat zo'n baas werkte met minstens één getouw en ten minste twee of drie knechts. Een knecht kon 525 Brabantsche vierkante ellen (van 0,70 m2) per jaar vervaardigen, d.i. 1½ el per dag. Een meester als Jan van der Mate te Gouda, die aan zijn bedrijfschef Jacques Nauwincx 2000 tot 3000 ellen per jaar
leverde, moet dus met vijf of zes knechts gewerkt hebben."
Jaques Nauwinck van Ouwenaeren is poorter gemaect bij Ghijsbert Aelbertsz Burgermeester den 7den Augusti 1591.
akte van transport waarbij burgemeester en schepenen aan Jacques Nauwynck een erf overdragen aan de westzijde van de Nieuwe Haven om daar een tapijtweverij te beginnen voor het symbolische bedrag van ƒ 1 per jaar, waarbij zij hem onder verband van dat erf ƒ 600 lenen en hem beloven het daar te bouwen huis vrij van verponding te zullen houden, 3 augustus 1600.
Met een akte van transport waarbij Anna van der Meulen, weduwe en boedelhoudster van Jacques Nauwinck, een huis en erf met winkel en werkhuis, met alle gereedschap en grondstoffen tot het verven en vervaardigen van tapijten, belast met een som van ƒ 750 en een jaarlijkse rente van ƒ 1.10.0 overdraagt, 11 november 1615
Hij is getrouwd met Anna van der Meulen.
Zij zijn getrouwdBron 6
Kind(eren):
Jacques Joriszn Nauwincx | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Anna van der Meulen | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||