(1) Il est marié avec Merieken Jan Aert Sijckens.
Ils se sont mariésSource 1
Enfant(s):
(2) Il avait une relation avec Ida Toirkens.
La relation a commencé
Peter Henricks van Ostaden heeft als schuldenaar beloofd om aan Jan meester Aerts de Lege die een bedrag van 125 gulden te zullen betalen vanwege geleend geld per heden datum ( waarschijnlijk bedoeld over een jaar, JT ) en onderwijl een rente van 5 percent. Indien Peter het kapitaal dan niet terugbetaalt, zal de zelfde vermelde rente blijven doorlopen totdat de hoofdsom is voldaan. Bij terugbetaling zal men dat elkaar 3 maanden vooraf dienen op te zeggen. Datum 30 januari 1640, getuigen Stockelman en Verhoeven.
In marge :
Met instemmming van Dirck Jan Legius voldaan samen met de rente daarover. Datum 10 januari 1671, getuigen alle schepenen. En is eveneens door de erfgenamen van Merieken Jan Aert Sijckens weduwe van Jan Aert Legius verklaard te zijn afgelost in aanwezigheid van de president-schepen Antonis Verhoeven en Jan Ansem Goossens als schepen voor hun aandeel in deze rente. Datum en getuigen als boven.
Bewerking van het oud rechterlijk archief Oirschot door Jan Toirkens 1640
+++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++
Jan meester Aerts ( Legius ) die is gehuwd met de weduwe van Matheeus Simons van Aelst, geeft hierbij in bewaring een bedrag van 200 gulden welk bedrag wijlen deze Matheeus Simons van Aelst voor schepenen alhier op 6 september 1627 had beloofd te zullen betalen aan Anneken Simons van Aelst, zijnde zijn zuster welk bedrag direkt na de dood van haar vader stond te ontvangen, en dat ze onlangs heeft verkregen. Hij verklaart genoodzaakt te zijn om dat geld hier in bewaring te geven omdat de erfgenamen van Simon Matheeus van Aelst hem hiertoe hebben gedwongen en dat opeisen, n.l. Jan Jan Simons van Aelst, een der erfgenamen van Simon en door Egbert van Seel, weduwnaar van genoemde Anneken Simons van Aelst. Hij gaat ermee akkoord dat het geld wordt opgenomen, maar dat dient dan wel met een behoorlijke kwitantie te gebeuren en borgstelling. Hij wenst daarover niet door iemand anders nog te worden lastiggevallen en hij verzoekt hiervan kennis te geven aan deze Egbert van Seel en de andere erfgenamen van Simon Matheeus van Aelst. Getekend in aanwezigheid van Jacop Jan Dirck Keijmps, Willem Niclaes Schepens, schepenen van Oirschot d.d. 22 augustus 1639.
Daarna heeft Jan meester Aerts, omdat deze Egbert van Seel voortvluchtig is, nog eens een bedrag van 60 gulden in bewaring gegeven ter dekking van de kosten in het proces in de Raad van Brabant dat tegen de zelfde persoon aanhangig is gemaakt.
Bewerking van het oud rechterlijk archief Oirschot door Jan Toirkens 1639
+++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++