(1) Il avait une relation avec N.N..
(2) Il est marié avec Marije Jacobi van Ele Aert Houtappels.
Ils se sont mariés avant le 1423.
Enfant(s):
Mogelijk zijn niet alle kinderen uit hetzelfde huwelijk
Jan Diderics van der Elst | |||||||||||||||||||||||||||||||||||
(1) | |||||||||||||||||||||||||||||||||||
N.N. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||
(2) < 1423 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||
1481 november 30 847.Sch.Otw,R.187,9v-4
Jacop Thomaes en Dirck gebr.zn w. Jans vande Els Peter geh. Buckinc man van Elysabeth sui uxoris d.w. Jan voors. voor henzelven en voor Peter Jansz. als man van Marien sijns wijfs d.w. Jan voors. daar jacop Thomaes Dirck Peter Buckinck voor voor gelooft heeft Dirck z.w. Willem Sapeels Goeyaert z.w. Goeyaert van Hulsen man van Margriet sui uxoris Willem z.w. WIllems Beeren man van Coenegonten sui uxoris drs w. Willems voors. ook voor Dirckk z..w. Dirc vander Elst op 2 mud rogge erfpacht mate van Breda die welc Matheeus Nulaet sculdich was te ghelden w. Dircken Willems vander Elst uit zekere onderpanden en tot zekere dagen na inhoud sch.br. van Breda ? en welke 2 mud tot de voors. krn Jan vander Elst comen is na inhout sch.br. Otw - ad opus Willem nat.z.w. Dircs vander Elst voors. scab. Lose en Gherit vande Wiele datum ultima novembris
1446 april 3 847.Sch.Otw,R.156,018v-03
Jan van der Elst z. qd Dircks vander Elst alsulke tocht als hy besittende is in tyen scillinge swert erfchijns te vergelden alle jaer erfelijc in die sancti Thomae apostoli van
enen huyse ende hove cum fundo et attinentiis daer Gherijt Willem Kepkens z. nu in wonechtich is gelegen in derr vrijheyt van Oesterwijck by der Lijnde < her. Margriet wedewe qd Ghijsbrechts van Haren ende hoer kijnder > her. Andries Heyen ut dixit
leg. et her. supportavit Jacob sinen zoen enden Peteren geh. Buckinc sinen zwager als manne ende momb. Lijsbetten sijns wijfs dochter Jans vander Elst voirs. etc. ende totten voirs. tochte nimmermeer te comen scab. predicti dominica qua cantatur Judica anno xLv
Quo facto Jacob ende Peter sijn zwager voirs. den voirs. chijns vanden tyen scillinge swert leg. et her. supportavit et resignit Gherijd z. Willem Kepkens voirs. tot behoef sijns ende tot behoef der andere kijnderen Willem Kepkens .......... voirs. etc. scab. et die prescriptis - portatum pro scab.
Nr. 32.
RA Tilburg, Oud Rechterlijk Archief Oisterwijk, inv.nr.147, microfiche 1-B4, f.6v-4, aktenr. 032, 25-01-1430.
Op 25-01-1430 droeg Jan Dircs van der Elst over aan Henrick van Eten ten behoeve van de h.geest van Oisterwijk een erfpacht van 4½ lopen rogge die Vranc Henric Toijts beloofde aan voornoemde Jan van der Elst, man van Marie kleindochter van Elisabeth Henric Costers, met lichtmis te leveren uit
1. de oostelijke ½ van een stuk land in Udenhout aan de Kreiten Molen, naast Alijt Canters en kinderen , naast de gemeint van Haaren, aan de gemeint van Haaren in het oosten en aan de andere helft in het westen,
2. oostelijke ½ van een stuk land daar achter gelegen buiten het gelookt in het Schoor, naast Henric van der Voert en naast Erkenrade wv Hubrecht Pijgghe en kinderen,
welke helften voornoemde Vranck Toijt ten deel gevallen zijn in een erfdeling met Claus Pijgghen, zoals in schepenbrieven van Oisterwijk.
1461 maart 15 847.Sch.Otw,R.168,008v-03
Jan gh. vander Elst z.w. Dircs vander Elst pt etc. te gheven ende te ghelden Jan Elst ad opus Dircs z.w. Willems vander Elst ½ myd rogh her. pactum solvendis anno quouber? he.. in festo purificatione wt ende van
? enen stuck heyveldts een buender hem als hy zeede toebehorende ghelegen inder prochyen van Ghestel < her. der zusteren van Otw > her. Willem Go. Back die daertegen deilt ^ erf Ja van Brecht v gemeint ibidem ut dixit
etc. dat dit ½ mud rogh erfpacht nae der toet Dircs voers. wederom comen ende versterven sal op sijn rechte wittige erfgenamen vijn sijns vaders wegen scab. Em et Doren datum supra
Nr. 119.
RA Tilburg, Oud Rechterlijk Archief Oisterwijk, inv.nr.148, microfiche 1-D8, f.17-3, aktenr. 119, 12-06-1433.
Op 12-06-1433 stond Alijt Jan Vannijs wv Jacob van Eel Aert Houtappels af aan haar kinderen -Henricus en Arnoldus, de tocht in
1. een huis en hof in Oisterwijk, naast Gerijt van Meijensvoert in het oosten, naast Peter sGreven in het westen en aan de straat naar het water de Vloet,
2. een erfpacht van 1 mud rogge in twee schepenbrieven.
Henric betaalde 4 kromstaart voor de schepenbrieven.
f.17-4. Henric Appels, zvw Jacob van Eel Aert Houtappels en Alijt Jan Vannijs, stond zijn deel van voornoemde huis en hof, af aan zijn broer Arnoldus.
f.17-5. Voornoemde Aert Appel, zvw Jacob van Eel en zijn tweede vrouw Aleijdis Jan Vannijs, stond af aan zijn broer Henricus Appels zijn deel in
1. een erfpacht van ½ mud rogge die Jacob van Ele Aert Houtappels verwierf, met lichtmis te leveren uit
a. 1/6 van de Hoersenbeemd, gelegen naast het Goerbroek en de Lang Donk en naast Jan van Catwijck,
b. zijn deel van een stuk land, naast Aert Sterts en naast Jacob van Ele,
zoals in schepenbrieven van Oisterwijk,
2. een erfpacht van ½ mud rogge die Aleijt Vannijs nawijf van wijlen Jacob van Ele Aert Houtappels kocht van Jacob van Eel zvw voornoemde Jacob van Ele Aert Houtappels, en van zijn zwagers Mathijs Jan Mathijs en Jan Diderics van der Elst en van Henrick die Coster zvw Jacob van Eel Aert Houtappels, welke erfpacht wijlen Aert Houtappel zvw Jacob Jacobs kocht van Elijaes Eelken zvw Elijaes van Ghestel man van Gheertrude, dvw Jan Robben en wijlen Elisabeth Jan Sierkens van Ghestel, en die wijlen Elisabeth, de zweger van Elijaes bezat met sint Dionisius te leveren uit de Putakker in de akkeren tot Haaren waart, naast twee wegen en aan Hadewijgh Luten in het oosten, 4 lopen, en welke erfpacht wijlen Elisabeth in huwelijkse voorwaarden gegeven had aan voornoemde Elijaes met Gheertrude, zoals in schepenbrieven van Oisterwijk.
1443 december 16 847.Sch.Otw,R.153,039v-02
[doorgehaald: Jacop z. qd. Jacobs geh. van Ele z. qd Jacops van Ele Aert Houtappels z.] Mathijs z. Jan Mathijs z. van Dyessen man van Beatrisen sijns wijfs dochter qd Jacops van Ele Aert Houtappels soen pro serpo? et pro Magistro Henrico van Eel sinen zwager z. qd Jacobs van Eel Aert Houtappels z. voirs. dair voir Mathijs voirs. geloeft heeft Jan vander Elst wedewer qd Marien doen sy leefde sijns wijfs dochter qd Jacobs van Eel Aert Houtsappels z. voirs. Jacop z. Jans vander Elst ende qd Marie voirs. ende Peter z. qd Aert Buckincks man van Elisabet sue uxoris filia dicto Jo de Elst et qd Marie voirs. Willem Sappeels wedewer qd Aerde geh. Appel dochter qd Jacobs van Ele Aert Houtappels z. ende Andries z. Willems ende qd Aerde geh. Appels voirs. ende Gheryt z. qd Jans geh. van Houthem man van Elisabeth sue uxoris filie Willelmi filij naturalis qd Willelmi dicti Lucas ab eodem Willelmo et ex qd Elisabet Du..bixit? sua uxoris filie qd Jacobi dicti van Ele Aert Houtappels z. openbaerlic hebben geconsenteert alsulke erfdeylinge ende erfsceydinge als sy onder hen gemaect ende gedaen hebben van alsulken gueden als hen van dode qd Jacops van Ele Aert Houtappels z. toecomen ende verscenen sijn ende daer sy tot noch toe in hebbingen af geweest hebben ende die sommige van hen? goede daeraf vercoft of vertiert? of commer? daerop gemaect hebben die brieven ende vorwerden daeraf in hoer machte te bliven ende een yegelijc van hen op des anders gedeelt der guede voirs. ende opten alinge rechte hem daerin enigerwijs toebehorende tot behoef der ander gelijc als een yegelijc van hen daeraf in hebbinge is of daeraf vercoft of vertiert heeft leg. et her. renunciant effectucan p..tes? etc. scab. Wil. Pistoris senior et Jo Poynenborch in die lune post Lucye virginis anno xLiij
ende hiertoe consenteren dese erfgenamen voirs. dat Gherijt Jans z. van Houthem ende Elisabet sijn wijf voirs. erfelic hebben ende boren vijf lopen rogs erfpacht die welc Wouter? Jan Bertouts? lijnder tot Hukelem jaerlics geldende sijn ende die welc comen sijn van wilner Henricks Costers dochter ende hier toe vijftalf lopen rogs erfpacht die hen toecomen sijn van qd Willem geh. van Harfen optie Dyese naturael z. qd Willems van Haren die welc Godevaert geh. Buckincks nu ghilt jaerlics alsoe verre als die erfpacht voirs. tot hen vyven? comen sijn ut dixit
1457 maart 16 847.Sch.Otw,R.165,012v-02
Jan ghe. vander Elst weduwnaar w. Marien sijns wijfs d.we. Jacops van Eele Aert Houtappels z. en Peter geh. Buckinc z.w. Aerts Buckinc wittig man en momb. Elisabetth sijns wijfs d. Jans vande Elst ende w. Marie dien zij leefde sijns voers [sic]
? een stuck lands 2 lop. nl. circ. tot hem als hy seede behorende gelegen in par. Otw tusschen Oesterwijc ende Hukelum < her. Aert Goeyaert Bacx > her. Willem Luus ^ v met beide op die waterlaten aldaer
welc stuck lants voers. de voers. Jan teghen Dirc gh. vande Wou Peter Wuys in eneen wittigen cope in sch.br. Otw leg. et her. vendt Willem gh. Lu..fil. qd Willem Luus waaruit Aert Monic die men heit Aert Scaep vi d. erfchijns en de H.Geest van Otw ½ mud rogge erfpacht scab. Aert Appel ende Em. Gosens xvi marcy
93. 1457 maart 16 847.Sch.Otw,R.165,012v-03
Jan gh. vander Elst soen wilner Dircs vander [Elst]
? eenen hof hem toebehorende ghelegen inder vrijheyt van Oesterwijc in die Kercstraet < her. Jans van Ethen > der erf des rectoers van onser Vrouwen outaer inde kerken van Oesterwijc ^ vande ghemeinder straten v erf Aerts van Ghierle?
welc hof voers. die voers Jan teghen Jacop vander Elst sinen voersoen dien hy wittelijc ghewonnen had bij Marien doen sy leefde sine voerwive met overgh. ghecregen had pt in litt. de Oesterwijc etc. keg. et her. vendt Janne filio Willem Goeyaert Bacs ab eodem emptoris etc. wtghenomen v st zwert erfchijns den ghezellen inder? kerken jaerlijcs van rechts daerwt te verghelden welc chijns de voers. Jan van nu voertaen annuatim alsoe ghelden ende betalen sal ende gheloeft heeft alsoe te ghelden wt den hove voers. etc. dat den voergh. Janne oft sine gueden daer nimmermeer clot hinder scaey ad comen en sal in ghenen toecomende tijde scabini predicti datum supra
Jacop vander Elst voers. dedit? etc. inne presentia Jo et reportavit dicto Johanne emptoris scab. predicti datum supra solvit iij st. sup istas ....
1472 februari 17 847.Sch.Otw,R.178,249-9v-1
Jan z..w. Dirc vander Elst
? een huis en hof met sinen gronden en toebehoirten hem toebehorende bvvo < erf w. Jueten van Tiborch > erf heer Claeus deie Wit ^ comm. plateam v erf Goyaerts van Deyl
nog hiertoe 16 st jaarlijkse en erfelijke cijns als Henrick van Berck nutertijt jarlijks geldende is
nog een hoen en enen ouden grote erfcijns die welc tgasthuys vanden Bosch nutertijt jaarlijks geldende is uit
? sijnre hoeven gelegen in par. Haren bij den Emer
nog enen erfcijns die heer Willem geh. die Bye nutertijt jaarlijks gheldende is uit
? hoeren huse ghelegen in libertate de Otw in loco dicto after die kerck ut dicit
welc huis en hof voers metten voers chijns met meer andere erven Jan voors. tegen Jacoppen sinen wittigen voersone met overgeven in sch.br. Otw supt Thomasen sinen wittigen naesone scab. Jo. Elst et Joerden vander Heyen datum xvij february
Nr. 176.
RA Tilburg, Oud Rechterlijk Archief Oisterwijk, inv.nr.146, microfiche 1-E10, f.26-6, aktenr. 176, 10-07-1429.
Op 10-07-1429 beloofde Gherijt Dircs van der Elst aan Mathijs Jan Thijs van Dijessen ten behoeve van kv Jan Dircs van der Elst en wijlen zijn eerste vrouw Marie Jacobs Appels, dat hij zijn rechten volgens
een brief van 4 kronen die voornoemde Jan beloofd heeft, niet zoeken zal op goederen die van Marie gekomen zijn, noch op een erfpacht van 2 mud rogge die van de ouders van Jan gekomen zijn.
1435 mei 27 847.Sch.Otw.149, f. 22r-3
(Tongerlo)
Herman geh. Wijten zvw Herman Wijten Jan vander Elst zvw Dircs vander Elst en Wouter Pluum zvw Claus Plumen promiserunt Ghiselberto de Ghissen pytansier van Tongerlo 50 mud rogge op Andreas naastkomend te leveren op de graanschuur te Tilburg of te Den Bosch naar keuze van heer Ghijsbrecht , als ook een mud haver te Bamis.
Scabinis Jo Jo Wijt et Willem Luwe in die lune post Jo Baptiste nativitatis
1444 maart 2 847.Sch.Otw,R.154,007r-02
Jan geh. vander Elst z. qd Dircks vander Elst alsulc tocht ende recht van tochte als Jan voirs. besittende is in vijftalf lopen rogs jaerlijcs ende erfelijcs pachts die welc Claus geh. Pygghen zoen wilner Aerts van Stapel geloeft hadde als een principael sculder hem te gheven ende te ghelden Janne geh. vander Elst z. qd Dircks vander Elst als wittige manne ende momboir Marie sijns wijfs dair qd Elizabeth Henrics Costers dochter ouder moeder af was alle jaer onser Vrouwen dach als men kersen dreeght vut ende van
der helft van een stuck lands gelegen inder prochye van Oesterwijck in een stede geheyten Udenhout bij die Creytenmolen dats te weten vut der helft dair af westwaert gelegen ^ hodende metten enen eynde O aen der erfenis Vrancken geh. Toyt z. qd Henric Toyts die dair tegen deylt v W aen der erfenisse Vrancke voirs. ende Henrics vander Voert daer een wech tusschen gheet
ende voert vut ende vander helft van enen stuck lands dair after gelegen dats te weten vut der helft dair af westwaert gelegen hodende ^ metten enen eynde aen der erfenis Vrancken voirs. die dair tegen deylt ende v aenerfenis Henrics vander Voert voirs.
gelijc als dese erfenissen voirscr. aldaer gepaelt sijn ende den voergh. Claus Pygghen in deel gevallen sijn in een erfdeylinge die hy metten voirs. Vranck Toyt dair af gedaen heeft put in litteris scab. de Oesterwijc cont.. leg. resignit Jacob sinen zoen vander selver Janne vander Elst ende vut qd Marie dien si leefde sine wive voirs. tesamen gewonnen ende Peteren z. qd Aerts geh. Buckinck sinen swager als wittige manne ende momboir Elisabetthen sijns wijfs dochter Jans vander Elst ende qd Marie voirs. etc. ende totten voirs. tochte nimmermeer te comen noch daerop te spreken etc.
Cont sij enen yegeliken want dit aldus gesciet is gelijc voirs. is dair om soe is gestaen voir scepenen hier onder gescr. Jacob zoen Jans vander Elst ende wilner Marie voirs. die helft totten voirs. Jacob behorende vander vijftalf lopen rogs erfelijcs pachts voirs. leg. et her. resignit Peteren z. qd Aerts geh. Buckincs sinen zwager voirs. etc. scab. Elst et Sappeel in die lune post dominica Invocavit secunda die marcij
1441 januari 7 847.Sch.Otw,R.152,57v-02
Jan geh. vander Elst z. qd Dircks vander Elst alsulc tocht ende recht van tochte als hi besittende is in allen ende enyegeliken alsulken guede als den voergh. Janne vander Elst van dode qd Didericks vander Elst sijns vaders voirs. ende qd Margrieten sijnre moeder wijf qd Dircks voirs. met recht van versterve erfelijc toecomen sijn tot wat stede wesende liggende oft vergeldende eest in haerden in weken in diepen of in droegen of hoe die goede genoemt sijn dats te weten alsoe verre als die goede voirs. Jacob sinen zoen vanden selven Janne vander Elst ende vut qd Marien doen si leefde sinen wive dochter qd Jacobs van Ele Aert Houtappels soen tesamen gewonnen van dode des selven Jans vander Elst sijns vaders met recht van versterve erfelijc toecomen mogen ut dixit leg. resignit Jacob sinen z. voirscr. etc. ende totten voirs. tochten nimmermeer te comen noch te spreken etc.
dwelc gesciet soe heeft Jacob voirscr. alle gedeelt ende alle recht totten voirs. Jacob behorende inden goeden voirscr. leg. et her. vendt Janne vander Elst sinen vader voirscr. ab eodem emptoris etc. resignit etc. vutgenomen den commer jaerlics daer vut van rechts te vergelden scab. Ghijs et Jo Ghijben z. in crastino Epyphanie Domine anno xL
Nr. 249.
RA Tilburg, 847. Archief Schepenbank en Eninge van Oisterwijk, 1418-1811, inv.nr. 145, microfiche 2-C11, f. 24-1, aktenr. 249, 03-06-1426.
Op 03-06-1426 verkocht Jan Dirck (of toch: Gherijts?) van der Elst, man van Marije dvw Jacob van Ele zvw Aert Houtappels, aan Aleit Jan Vannijs en haar kinderen verwekt door voornoemde wijlen Jacob van Eel, een erfcijns van 1 pond, te betalen met sint Andries, uit
1. 2½ lopen land die zijn vader hem in huwelijkse voorwaarden gegeven heeft, gelegen in Berkel, naast heer van Perweijs en naast Willem van Rijel,
2. een huis en hof in Berkel, naast Embrecht Heijn Bulten en naast Jan van der Meer,
3. heide en weide in Berkel, naast Kathelijn wv Wouter Brocken en naast Jan van der Meer,
welke erfcijns voornoemde Jacob van Eel kocht van Gherijt Gherijts van Eersel en van Heijlwijg ndvw Wouter Jueten, zoals in schepenbrieven van Oisterwijk, en welke erfcijns hen bij erfdeling aankwam.
1476 april 30 847.Sch.Otw,R.182,17v-1
Cont sij Jan z.w. Dirc vander Elst [doorgehaald Willem Goeyaert de Becker]verkocht had Jannen z.w. Willem Goeyaert Back
? eenen hof gelegen bvvo in die Kerckstraat < erf w. Jans van Ethen > erf quondam toebehorende onseer vrouwen outaer in ecclesie de Oisterwijck ^comm. plateam v erf Aert van Ghierle
in welken vesten Jan Willem Goyaert Bax z. gheloeft had Jan vander Elst voers. dat hij den gezellen vander kerken van Otw jaasrlijks gelden soude 5 st zwert erfcijns dat Jan van der Elst en sijne gueden ten ewyghen daghen af onghelast soude bliven volegsn sch.br. Otw - datum scab. ut supra
Peter z.w. Aert Buckinck man van Elysabeth sui uxoris d.w. Jans vander Elst promisit dicte Jan Goyaert Back dat hij de voors. 5 st zwert erfcijns van nu voert aen betalen zal uit
? eenen acker lants geh. den Zwert acker toebehorende Peter Buckinc voors. ende daar de voers. thuys op steet te timmeren ? daer ..... datten voors.Jan Willem Goyaert Bacs z. tot op hem oft op sinen gueden - scab. Einde en Hulsen datum ultima aprilis