Il est marié avec Mathilde van Saksen Billung.
Ils se sont mariés en l'an 963.
Enfant(s):
Godfried van Verdun, alias "de Gevangene" was graaf van Verdun in 965, gHenegouwen van 973 tot 995.Kinderen:
+Frederik (plm. 970 - 1022). Geestelijke en Graaf van Verdun
+Godfried de kinderloze(-1023), hertog van Neder-Lotharingen
+Adalbero(-988/989) Bisschop van Verdun
+Herman van Ename(-1029) Graaf van Brabant en Graaf van Verdun
+Gozelo(-1044) Hertog van Neder- en opper-Lotharingen
+Ermengarde(-1042), Gehuwd met Otto I van Zutphen (Hammerstein)
+Ermentrudis, gehuwd met heer Arnuklf I van Florennes-Rumigny
+Onder voorbehoud : Gerberga, gehuwd met Graaf Folmar I van Metz
Godfried van Verdun, bijgenaamd de Gevangene, (ca. 930- 3/4 september 1002), was graaf van Verdun en had een belangrijke militaire en bestuurlijke rol in Neder-Lotharingen. Hij kreeg zijn bijnaam omdat hij tweemaal gedurende een langere tijd gevangene was door conflicten tussen Duitsland en Frankrijk.
Godfried werd in 963 graaf van Verdun en werd in 969 ook markgraaf van Ename en Antwerpen. In zijn eerste jaren hield hij zich vooral bezig met de bestrijding van Reinier IV van Henegouwen en Lambert I van Leuven, die met Franse steun probeerden het erfdeel van hun vader te herwinnen. In 974 werd hij ook benoemd tot graaf van Henegouwen, Bergen, en Valenciennes. Hij werd ook voogd van Saint-Hubert (België) en Mousson.
In 976 werd Godfried zwaargewond en gevangengenomen in een veldslag bij Bergen, tegen Karel van Neder-Lotharingen. Karel zou kort daarna hertog van Neder-Lotharingen worden. Godfried werd vrijgelaten en verdedigde in 979 Kamerijk tegen Lotharius van Frankrijk en Otto I van Chiny. In 980 stuurde hij troepen om deel te nemen aan de Italiaanse veldtocht tegen de Saracenen van keizer Otto II.
In 984 werd Verdun bezet door Lotharius en Godfried zocht steun bij andere Lotharingse edelen en wist de stad terug te veroveren. Het succes was echter van korte duur en Godfried werd gevangengenomen toen Lotharius de stad weer in nam. Pas toen Hugo Capet, waar hij een goede relatie mee had, tot koning van Frankrijk was gekozen, werd Godfried vrijgelaten - in ruil voor de overdracht van enkele goederen aan de graaf van Champagne. Twee jaar later werd Godfried opnieuw gevangengenomen, nu door Herbert III van Vermandois die hem pas in 995 vrij liet. Datzelfde jaar nam Godfried nog deel aan de synode van Mousson. Godfried is begraven in de Sint-Pietersabdij (Gent).
Godfried was een zoon van Gozelo van de Ardennen en Uda van Metz. Hij huwde in 963 met Mathildis van Saksen (937-1008), dochter van Herman Billung en weduwe van graaf Boudewijn III van Vlaanderen. Zij hadden de volgende kinderen:
* Adalbero (-Italië, 19 april 988), 984 benoemd tot bisschop van Verdun door zijn oom Adalbero van Reims die daarover in conflict kwam met koning Lotharius die niet om toestemming was gevraagd. Adalbero is begraven in de kathedraal van Verdun.
* Frederik (±970- Verdun, 6 januari 1022), graaf van Verdun
* Herman van Ename (- 28 mei 1029), graaf van Brabant en graaf van Verdun
* Godfried de Kinderloze (- 26 september 1023), hertog van Neder-Lotharingen
* Gozelo (-1044), hertog van Neder- en Opper-Lotharingen
* Adela, gehuwd met graaf Godizo van Aspelt en Heimbach
* Ermengarde (-1042), gehuwd met Otto I van Zutphen (Hammerstein)
* Ermentrudis, gehuwd met heer Aarnoud van Florennes-Rumigny
* mogelijk Regelinde, gehuwd met Arnold van Wels en Lambach
* mogelijk Gerberga, gehuwd met graaf Folmar IV van Metz
Daarnaast is bekend dat Rudolf, abt van Saint-Germain de Montfaucon te Cernay-en-Dormois, een neef van Adalbero was. Dit suggereert de mogelijkheid van nog een zoon of dochter van Godfried en Mathildis.
Gottfried der Gefangene (* 935/940 † 3./4. April nach 995) war seit 960/965 Graf von Verdun, ab 969 Markgraf von Ename und Antwerpen, 959/960 Graf im Bidgau und Methingau, 958 bis 978 Graf im Hennegau, sowie Vogt von Saint Hubert und Mouzon.
Er war ein Sohn des Grafen Gozelo im Ardennengau und der Oda von Metz, einer Tochter des Grafen Gerhard I., und somit ein Bruder des Erzbischofs Adalbero von Reims (969-989) und ein Neffe des Bischofs Adalbero I. von Metz (929-962)
985 wurde er bei Verdun im Kampf gegen die Westfranken gefangengenommen, in den beiden folgenden Jahren von Graf Heribert der Jüngere von Meaux und Troyes festgehalten, bis er 987 nach Hugo Capets Thronbesteigung, gegen die Abtretung von Besitz f
reigelassen wurde.
Er heiratete um 963 Mathilde von Sachsen († 25. Mai 1008), eine Tochter der Herzogs Hermann Billung (Billunger), die Witwe von Balduin III. Graf von Flandern († 962).
Kinder Gottfrieds und Mathildes sind:
Gottfried II., Herzog von Niederlothringen (* um 965 † 1023 nach dem 11. August)
Gozelo I., Herzog von Niederlothringen (* um 970 † 19. April 1044)
Friedrich, Graf von Verdun, Mönch in Saint Vanne († 6. Januar 1022)
Hermann, Graf im Brabantgau († 28. Mai 1029)
Adalbero II. (Metz) (* um 964 † 19. März 991), Bischof von Verdun 984-991
Ermengarde († 1042) Otto von Hammerstein (* 965 † 5. Juni 1036), (Konradiner) (Hammersteiner Ehe)
Gottfried wurde in St. Peter in Gent begraben.
Gottfried I. der Gefangene Graf von Verdun
--------------------------------- Markgraf von Eenham
935/40-3.9. nach 995 Graf im Bidgau und Methinggau
Sohn des Ardennergaugrafen Gozelo und der Uda (Oda) von Metz, Tochter von Graf Gerhard I.
Lexikon des Mittelalters: Band IV Spalte 1601
********************
Gottfried der Ältere (auch: der Gefangene)
----------------------------------------------------
+ an einem 3. September nach 997 oder nach 1002
Graf von Verdun aus dem Hause ARDENNE
Sohn des Grafen Gozlin und der Uda Neffe Bischof Adalberos I. von Metz (929-962)
oo um 963 Mathilde von Sachsen, Tochter Hermann Billungs
Witwe Balduins III. von Flandern
Gottfried ist faßbar zunächst als Graf (und Vogt) von Verdun seit 960/65 auch hatte er die Grafschaften des Bidgau und Methingau inne als reich begütertes Mitglied seines Hauses war er ebenfalls Vogt der Abteien St-Hubert und Mouzon.
Ab 969 erlangte er die Position des Grafen und Markgrafen von Ename und Antwerpen, wodurch er zum bedeutendsten Fürsten an der (nieder-)lothringischen Grenze des Imperiums wurde. Im Dienste der drei OTTONEN-Herrscher kämpfte er gegen die Grafen
von Hennegau, wurde 985 bei Verdun im Kampf gegen das Heer König Lothars I. von Frankreich gefangengenommen und kam erst 987 wieder frei, nachdem er die Grafen von Champagne, die ihn gefangenhielten, Besitzungen abgetreten hatte. 995 nahm Gottfr
ied der Gefangene an der Synode von Mouzon teil. - Seine Kinder übten hohe Würden aus: Gottfried und Gozelo waren Herzöge von Nieder-Lothringen, Hermann Graf von Ename, Friedrich Graf von Verdun und Mönch von St-Vanne, Adalbero Bischof von Verdun
(983-988/89) Ermengarde heiratete Graf Otto von Hammerstein (Hammersteiner Ehe).
Literatur:
-----------
NBD VI.
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Glocker Winfrid: V, 38 Seite 290
**************
"Die Verwandten der Ottonen und ihre Bedeutung in der Politik"
V, 38 Godefred ("Gottfried der Gefangene")
------------------------------------------------------
* c 935/40, + n 995
959/60 Graf im Bidgau und Methinggau, v 965 Graf von Verdun, auch Graf im Hennegau
v 963
oo Mathilde, Witwe Graf Balduins III. von Flandern, Tochter Herzog Hermanns Billung
+ 1008 V 25
Die Daten zu Graf Gottfried dem Gefangenen sind ermittelt bei Werner VIII, 63 zu seiner Stellung als Graf vgl. ergänzend Nonn, Pagus S. 130.
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Gottfried war Graf im Bid- und Methinggau und zeitlebens eine wichtige Stütze der OTTONEN. Er half gegen Hennegau-Löwen, war 958-978 Graf von Hennegau und zog 978 mit Kaiser OTTO II. gegen Frankreich. Er stand 985 mit der Sippe gegen Frankreich,
verlor Verdun und war bis 987 gefangen. Er erhielt durch König Hugo Capet sein Hausgut zurück.
Trillmich Werner:
*************
"Kaiser Konrad II. und seine Zeit"
In der Bischofsstadt Verdun, deren Handel bedeutende Einkünfte erbrachte, gebot Gottfried (+ nach 995) als Graf. Seine Gemahlin war die Witwe Balduins von Flandern. OTTO II. erhob den kriegskundigen Mann zum Markgrafen an der Schelde. Wie in den
Tagen der KAROLINGER verknüpfte seitdem die Maas das Moselland mit den Gauen nördlich der waldreichen Gebirge. Gottfried und sein Bruder, Erzbischof Adalbero von Reims (969-989), der Begründer von Frankreichs bedeutendster Schule, sahen sich zei
tlebens in die inneren Auseinandersetzungen des Nachbarreiches verwickelt. Sie unterstützten die verwandten KAPETINGER gegen ihre karolingischen Rivalen und mühten sich nach deren erfolgreicher Abwehr um die Sicherung der Grenze gegen Übergriffe
des Hauses VERMANDOIS. Als die Franzosen 985 Verdun erstürmten, geriet Gottfried in Gefangenschaft. Der Erzbischof wurde als Hochverräter vor Gericht gestellt. Erst durch Hugo Capets Thronbesteigung erlangten beide 987 die Freiheit zurück. Adalb
ero krönte den König. Gottfried stellte die Reichsrechte an der Maas in vollem Umfange wieder her, und es gelang ihm auch, die zum Hause VERMANDOIS gehörende Linie der Grafen von Chiny aus Grafschaften und Vogteien um Dun, Montfaucon, Mouzon, Ivo
is, Warq und Mezieres zu verdrängen. Im befreiten Verdun bestieg sein längst investierter Sohn Adalbero endlich den Bischofsstuhl.
Nach der Verbannung der REGINARE übernahm Gottfried die Sicherung der Reichsgrenzen zwischen Ivois und Givet, gräfliche Rechte im Hennegau sowie die Brabanter Mark nördlich von Valenciennes zwischen Schelde und Dender um die Burg Eename. Dazu erw
arb er 977 das uneinnehmbare Bouillon am Semois samt Vogtei über das Ardennerkloster St. Hubert. Dieses stattliche Erbe erfuhr durch Gottfrieds Söhne trotz der Preisgabe des Hennegau (998) nochmals eine beträchtliche Erweiterung.
Mohr Walter: Band I Seite 59-62
***********
"Geschichte des Herzogtums Lothringen"
Nach der Übergabe OTTOS III. an seine Mutter auf dem Tag zu Rara am 29. Juni 984 kam es in Lothringen zu einem neuen Aufschwung für die kaiserliche Partei. An ihre Spitze traten Herzog Dietrich von Ober-Lothringen und Graf Gottfried von Verdun. V
on weiteren Parteigängern sind bekannt: Siegfried von Luxemburg und die Grafen Bardo und Gozelo, die ihrerseits Neffen des Grafen von Verdun waren. Zunächst widmeten sie sich der Wiedereroberung von Verdun, die wahrscheinlich Ende September 984 g
elang. Etwa zur gleichen Zeit war es dem kaiserlichen Hofe durch den Tod Bischof Dietrichs von Metz möglich, die kaiserliche Partei in Lothringen weiter zu stärken. Das erledigte Bistum wurde Adalbero, dem Sohn der Herzogin Beatrix, übertragen, d
er zuvor schon zum Bischof von Verdun ausersehen worden war, aber durch den Tod OTTOS II. seine dortige Anerkennung noch nicht erhalten hatte. Auch nach Verdun kam als Bischof ein Anhänger der kaiserlichen Partei, ein weiterer Adalbero, Sohn des
Grafen Gottfried von Verdun. Um diese Stadt entwickelte sich in einem prinzipiell gearteten Sinne die Auseinandersetzung mit dem westfränkischen König. Er hat zu Ende des Jahres 984 mit den Vorbereitungen zur Rückeroberung begonnen. Auf der Gege
nseite hat man sich eifrig zur Verteidigung gerüstet. Der Angriff Lothars war erfolgreich. Bei der Übergabe gerieten die Verteidiger, darunter Herzog Dietrich von Ober-Lothringen, Graf Siegfried von Luxemburg und Graf Gottfried von Verdun in Gefa
ngenschaft. Lothar hat seine Aktion nicht weitergeführt, er ist wieder ins westfränkische Reich zurückgekehrt.
Von westfränkischer Seite scheint man gehofft zuhaben, dass die immer noch gefangenen Grafen Gottfried von Verdun und Siegfried von Luxemburg nachgeben würden. Nach den Worten des Gerbert von Aurillac konnten nach dem Tode König Lothars alle eins
t in Gefangenschaft geratenen Lothringer mit Ausnahme des Grafen Gottfried von Verdun entkommen. Diesem hat man für eine Freilassung so harte Bedingungen gestellt, dass er es vorzog, in Gefangenschaft zu bleiben.
Allerdings hatte Theophanu offensichtlich auf eine weitere Unterstützung des noch immer gefangen gehaltenen Grafen Gottfried von Verdun verzichten müssen, er wurde in diesen Abmachungen nicht erwähnt. So war er allein auf die Hilfe seines Bruders
, des Erzbischofs Adalbero von Reims, angewiesen. Indes hat dieser wohl beim neuen König erreicht, dass den Grafen Otto und Herbert von Vermandois, die Gottfried gefangenhielten, eine Mahnung zum Nachgeben zukam. Die beiden suchten indes die Situ
ation noch entsprechend für ihre eigenen Vorteile zu nutzen. Gottfrieds Sohn, der Bischof von Verdun, mußte ihnen einige Besitzungen der Kirche von Verdun unterstellen mit der Ermächtigung, dort Burgen bauen zu dürfen. Gottfried hat wohl beim Ein
gehen dieser Bedingungen gehofft, vom kaiserlichen Hof würden diese Abmachungen nicht bestätigt werden. Sein Bruder, Erzbischof Adalbero von Reims, hat auch diesbezüglich bei Kaiserin Theophanu interveniert. Wir wissen allerdings nichts über den
Ausgang der Sache. Man nimmt an, dass noch weitere gefangen gehaltene lothringische Große ihre Freiheit mit ähnlichen Landabtretungen erkaufen mußten, womit man die Tatsache erklären will, dass die Besitzungen des Hauses VERMANDOIS sich so weit
nach Lothringen hinein erstreckten.
963
oo 2. Mathilde Billung von Sachsen, Tochter des Herzogs Hermann
-25.5.1008
961
1. oo Balduin III. Graf von Flandern
940-1.1.962
Kinder:
Gottfried II. Herzog von Nieder-Lothringen
um 965- 1023 nach 11.8.
Gozelo I. Herzog von Nieder-Lothringen
ca 970-19.4.1044
Friedrich Graf von Verdun
-6.1.1022
Hermann Graf von Eenham
-28.5.1029
Adalbero Bischof von Verdun (984-991)
um 964-19.3.991
Irmgard
- 1042
oo Otto Graf von Hammerstein
975-5.6.1036
Literatur:
------------
Beumann, Helmut: Die Ottonen. Verlag W. Kohlhammer Stuttgart Berlin Köln, Seite 128,130,167 - Die Salier und das Reich, hg. Stefan Weinfurter, Jan Thorbecke Verlag 1991, Band I Seite 417,419 - Eickhoff, Ekkehard, Theophanu und der König, Klett-Co
tta Stuttgart 1996, Seite 117, 303,304,306,311,313,372 - Hlawitschka, Eduard: Die Anfänge des Hauses Habsburg-Lothringen. Genealogische Studien zur Geschichte Lothringens und des Reiches im 9.,10. und 11. Jahrhundert, Saarbrücken 1969, Seite 49,5
2-54,56,58,69,70,110, 138,146 -
Godfried van Verdun | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
963 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Mathilde van Saksen Billung |
Toegevoegd door een Smart Match te bevestigen
Stamboom op MyHeritage.com
Familiesite: genealogie familie van Schaijk-Jansen
Stamboom: stamboom familie van Schaijk
Toegevoegd door een Smart Match te bevestigen
Stamboom op MyHeritage.com
Familiesite: van der Leeden Web Site
Stamboom: van der Leeden4
Toegevoegd door een Smart Match te bevestigen
Stamboom op MyHeritage.com
Familiesite: Marklund Web Site
Stamboom: Mamma 2012
Toegevoegd door een Smart Match te bevestigen
Stamboom op MyHeritage.com
Familiesite: G.J. Hofte Web Site
Stamboom: GJHofte20111126
Toegevoegd door een Smart Match te bevestigen
Stamboom op MyHeritage.com
Familiesite: stamboom Maria Elisabeth op den Buijs Web Site
Stamboom: Familie Dick Peters
Toegevoegd door een Smart Match te bevestigen
Stamboom op MyHeritage.com
Familiesite: Van de Winkel Web Site
Stamboom: Van de Winkel 1
Toegevoegd door een Smart Match te bevestigen
Stamboom op MyHeritage.com
Familiesite: duPre Web Site
Stamboom: du Pre
Toegevoegd door een Smart Match te bevestigen
Stamboom op MyHeritage.com
Familiesite: Aerts Web Site
Stamboom: ARTSEN
Toegevoegd door een Smart Match te bevestigen
Stamboom op MyHeritage.com
Familiesite: Groeneweg Web Site
Stamboom: Karel
Toegevoegd door een Smart Match te bevestigen
Stamboom op MyHeritage.com
Familiesite: Linsen Web Site
Stamboom: Linsen