op 16-09-1898
Zij woonde van 1927 tot 1939 in Naarden, tot haar vertrek op dit adres, mogelijk de gehele periode
aantekening op persoonskaart: bij Brouwer.
herinneringen aan Aal Voorhaar - door Ada de Lange-Timmerman:
Tante Ali werd altijd tante Aal genoemd. Op haar bijzondere levensverhaal wil ik wat uitgebreider ingaan. Mede omdat ik naar haar vernoemd ben.
Zij was kraamverpleegster waarvoor zij een opleiding in Amsterdam had gevolgd. Zij deed dit werk met hart en ziel en werd, als zij eenmaal in een gezin was geweest, altijd weer teruggevraagd bij een volgend kind. Ook doktoren die met haar gewerkt hadden bevolen haar aan.
Ze was heel vaak bij zeer gegoede families die een kraamverpleegster soms al weken vóór de bevalling lieten komen en ook daarna nog weken lieten blijven.
Maar zij werkte toch ook graag in de ‘gewone’ gezinnen, waar het juist zo nodig was dat de moeders een goede begeleiding en vooral ook eens even rust kregen.
Ook bij ons was ze er altijd als er een baby kwam. Helaas kon zij bij de geboorte van ons jongste zusje Leida niet aanwezig zijn omdat zij toen al ernstig ziek was. Mijn moeder heeft haar, zeker ook op dat moment, erg gemist.
Na een mislukte relatie, was zij nooit getrouwd en had ook eigenlijk nooit een eigen huis. Als zij vrij was verbleef zij bij ons thuis. Zeer tot ons plezier want het was echt onze lievelingstante, en het was feest als zij bij ons was. Zij vertelde altijd prachtige verhalen, breide poppenkleertjes voor ons en ook de nodige kledingstukken. Ook vader was erg op haar gesteld.
Helaas kreeg zij in haar leven een vreselijke gebeurtenis te verwerken die haar leven eigenlijk voorgoed beïnvloed heeft. Zij ging als kraamverpleegster en ook als hulp naar het gezin van haar oudste broer, oom Gerrit en zijn vrouw tante Ali toen die hun laatste kind verwachtten. De bevalling ging niet voorspoedig en de moeder moest naar het ziekenhuis worden gebracht, waar door middel van een keizersnede dochter Martha ter wereld kwam. Zij woog 13 pond.
Tante Aal bleef bij hen thuis om voor het gezin te zorgen. Maar toen sloeg het noodlot toe. Het jongste zoontje van vier jaar, Aleidus, viel in een teil met heet sop die klaar stond voor de was. Hij was er zodanig slecht aan toe, dat hij naar het ziekenhuis werd gebracht en daar overleed. De moeder kon het pas later worden verteld.
Een verschrikkelijk drama voor het gezin, maar vooral ook voor tante Aal. Zij kon er niets aan doen, maar voelde zich toch verantwoordelijk, al is het haar door haar broer en schoonzuster nooit verweten! Maar mijn moeder en vader vertelden altijd dat tante Aal, wanneer zij na deze gebeurtenis naar hun toe kwam, er volledig kapot van was en gebroken.
Moeder was toen in verwachting van mij. Ik zou eigenlijk naar mijn grootmoeder Aleida worden genoemd, maar dat was op dat moment wel heel pijnlijk omdat het verongelukte neefje ook die naam droeg. Dat is de reden dat ik, ook als een soort troost voor tante Aal, naar haar vernoemd ben, dus Alida Johanna.
Wat hebben wij vele en goede herinneringen aan haar! Als vierjarig kind werd ik ernstig ziek: beenmergontsteking. Zij bleef vele weken bij ons om moeder te helpen met de verzorging. Ook daarvan herinner ik me vooral haar liefdevolle aanwezigheid. Ik bezit nog de poppenkleertjes die zij toen voor mij maakte.
Waarschijnlijk heeft echter de tragische geschiedenis in het gezin van haar broer haar gezondheid geen goed gedaan. Zij kwam er eigenlijk nooit echt overheen. Toen zij 43 jaar was werd zij getroffen door een ernstige beroerte. Zij moest daarna worden opgenomen in een verpleeginrichting en verbleef tot aan haar dood, op 51-jarige leeftijd, in diverse verpleegtehuizen. Vooral ook in de oorlogsjaren moest zij steeds weer worden verplaatst naar verschillende tehuizen, de één beter dan de ander. Vaak op plaatsen verder weg van de familie, onder andere in Rijswijk, waar zij ook nog een bombardement meemaakte.
De afstanden maakten het moeilijk voor de familie om haar te bezoeken. Ook de kosten voor de verzorging moesten voor een groot deel door haar broers en zusters worden gedragen, wat in die tijd een hele opgave was. De laatste periode van haar leven verbleef zij in een tehuis in Amsterdam waar ze dan weer wat meer in de omgeving van haar familie was. Daar is zij overleden. Zij werd opgebaard in het huis van oom Gerrit en tante Ali en van daaruit begraven. Wij gedenken haar met liefde!
Een aantal mooie foto's hebben wij nog als herinnering.
=
Nummer van op 3 december 1941 afgegeven persoonsbewijs: PB 13598.