Il est marié avec Liure Geerts Dijken.
Ils se sont mariés.
Enfant(s):
rfgesetene te Greetsiel,gezant van de huismansstand. Geboren ca 1550 te in de Griet. In 1606 assignator en zat in 1611 in de commissie tot hervorming van de nedergerichten en het landrecht in Oostfriesland.Hij bezat 2 heerden.
Hero Boyen werd geboren omstreeks 1550 te Greetsiel in Ost Friesland en overleed tussen 1614 en 1625.
Hij was omstreeks 1570 getrouwd met Liure Gerlts Dyken, dochter Gerlt Dyken, Erfgesetene te Greetsiel, (en Ette).
Uit dit huwelijk zijn thans drie zonen en vijf dochters bekend.
Hero Boyen was landbouwer in Greetsiel en bezat twee boerderijen, samen ongeveer 60 hectare, waardoor hij de grootste landeigenaar in de omgeving was.
Behalve landbouwer was hij ook wat wij nu noemen: politicus.
Gezien de briefwisseling in de Oostfriese taal en in het Latijn (soms ook wat Grieks) met Ubbo Emmius, de latere rector van de Groninger universiteit, moet hij een ontwikkelde man zijn geweest.
Het is zeer wel denkbaar dat hij samen met Ubbo Emmius op de Latijnse school in Emden of Norden heeft gezeten.
Ubbo Emmius spreekt over hem als zijnde een Fries uit een respectabele burgerlijke familie.
Vlak voor vertrek van Ubbo Emmius voor een voetreis naar Geneve in het voorjaar van 1576 bracht hij nog een afscheidsbezoek aan Hero.
In 1589 bracht Hero Boyen een bezoek aan Ubbo Emmius, die toen rector van de Latijnse school in Leer was.
Hero verbleef omstreeks 1602-1606 regelmatig in Emden waar zijn zoon Gerlacus secretaris van de raad was.
Hij streed voor de rechten van de boeren en sprak daartoe met Graaf Enno III, Keizer Rudolf II en de Staten Generaal van de Verenigde Nederlanden.
Op Nieuwjaarsdag 1602 schrijft Hero aan Ubbo een persoonlijke familiale brief over de dood van ene Dico (een gezamenlijke familierelatie) en de ernstige ziekte van Heros schoonzoon Joannes (Fewen) in Larrelt.
Hij is ook bezorgd over de levensvooruitzichten van ene Petrus, zijn schoonzoon, die verre van briljant is. Het jonge paar had hem voor een fait accompli gesteld, waardoor niets overbleef om de voltrekking van het huwelijk tegen te houden.
In 1604 waren Hero Boyen en zijn zoon Gerlacus Heronis Boyen afgevaardigden naar de Staten Generaal. In 1606 werd over de toestand in Oost Friesland verslag uitgebracht aan Ubbo Emmius, welke brieven niet bewaard zijn gebleven.
Behalve politieke zaken behandelt Hero ook dagelijkse gebeurtenissen waaronder de uitgebroken hondsdolheid onder het vee van twee gezamenlijke familieleden Folckmet en Remet.
Remets vrouw Livia had een ernstige wond aan de arm gekregen door de beet van een hondsdol dier.
In november 1610 werd een delegatie van 13 personen uit Oost Friesland, waaronder Hero Boyen en zijn zoon Gerlacus naar de Staten Generaal te Den Haag afgevaardigd. Zij spraken daar namens Graaf Enno III Cirksena van Ost Friesland (1563-1625) met Johan van Oldenbarnevelt (1547-1619) en stadhouder Maurits van Nassau (1567-1625).
De afspraken werden vastgelegd in het Accoord van Osterhusen 21 mei 1611.
In januari 1614 wordt Hero Boyen voor het laatst genoemd. Op 14 juni 1625 schrijft Ubbo Emmius in een brief aan zoon Gerlacus Heres Boyen over de grote en nauwe vriendschap die hij heeft gehad met Gerlacus geachte overleden vader.
Vermoedelijk is Hero enkele jaren eerder overleden, hoewel zijn naam in 1625 nog steeds in de dijkregisters van Greetsiel voorkomt.
Hero Boyen heeft in zijn politieke loopbaan altijd met en naast anderen gewerkt en was bescheiden.
Het is begrijpelijk dat historici hem zo goed als vergeten zijn, aldus Ensink.
Groningen, april 2005.
Bert Blaauw.
Bronnen o.a.:
J. Ensink: Hero Boyen, East-Frisian farmer and politician.
Gudrun Dekker te Norden.
Isa Ramm te Aurich.
O.D.J. Roemeling: artikelen in Gens Nostra en De Nederlandse Leeuw
Hero Boyen | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Liure Geerts Dijken | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Les données affichées n'ont aucune source.