4. Alexander Mckintosh (Macintosj) jr., geboren Inverness (Schotland) 26 april 1803, koopman, eigenaar van de plantages Leliëndaal van de vier aaneengesloten plantages John, Totness, Friendship en Bantoskine, Philipsdaal en Belwaarde, laatstgewoond hebbende in Berbice, had 33 slaven, is overleden Paramaribo 18 december 1853, had een relatie ca. 1835 met Cato Na. Hij huwt op 27 mei 1846 met Louise Henriëtte de Villeneuve, geboren Paramaribo 17 november 1828, overleden Paramaribo 4 mei1869, dochter van Volkert Willem de Villaneuve, commandant van de troepen in Suriname, en van Catharina Louisa Serres. Na zijn overlijden huwt Louise Henriëtte met George (Stark) Leslie uit Edinburgh, geboren 1836, overleden 1863. Hij was eigenaarvan de plantages Leliëndaal (gekocht in 1843, 181 slaven), eigenaar van de vier aaneengesloten plantages John, Totness (kweekgrond, 1000 ha., aan de Crommewijnrivier, waar later de hoofdstad Coronie ontstond; Totness is vernoemd naar het Engelse plaatsje Totness in Devon), Friendship (500 ha. katoenakkers), en Bantoskine (1000 ha., buurplantage annex van Friendship), hij was ook eigenaar van de plantage Philipsdaal, kocht in 1843 de suikerplantage Belwaarde (van oorsprong een koffieplantage),
In 1846 schonk hij vier hectare aan de Evangelische Broederschap. In Suriname is ongeveer 40 % van de Creolen lid. Zij hadden twee kindertehuizen, een voor Javaanse kinderen in Leliëndaal en een voor Hindoestaanse kinderen, Sukh Dhaam, in Alkmaar. In 1848 verplaatsten de Evangelische broeders een winkel uit de stad naar Leliëndaal en richtten het in tot woon- en vergadergebouw. Vanuit dit centrum werden 10 plantages bediend.
In het huishouden van Alexander was in 1846 een 13-jarige bruine Alexander, dus geboren ca. 1832. Er was ook een 20-jarige John Lamrie genaamd, mogelijk is dat hij misschien later de naam Mackintosh kreeg. Hij werd geboren 1825/1826.
Het echtpaar Mackintosh-de Villeneuve bewoonde het grote huis Waterkant 6-8 te Paramaribo. Zijn grafschrift in 1853 in de Nieuwe Oranjetuin luidt: . van plantages Leliendaal, Bantoskine . na een korte en plotselinge ziekte .. veel en terecht betreurd door een grote kring van vrienden en kennissen ... In 1863, bij de vrijmaking van de slaven, ontvingen de erven Alexander Mackintosh, eigenaars, een tegemoetkoming van 26.700 gulden en 900 gulden voor 176 slaven. De erven waren: Louisa Henrietta Sebille de Villeneuve, eerder wo', Alexander Mackintosh, thans wo', te Paramaribo George Leslie voor 31/40 aandeel, Thomas Volkert Mackintosh, Louis Alexander Mackintosh, Catharina Louise Ann Mackintosh en Alexander Mackintosh, zijn vier kinderen, voor 9/40 aandeel van de plantage Leliëndaal.
Sur.Courant.1837, 27 feb; TRANSPORTEN;(7888) Den21sten; ALEXANDER SALOMONS Vendumeester, aan A.MAC INTOSH, van de Plantaadje Bantaskine, gelegen als voren (in het opper-district Nickerie, bekend onder Lot No.208.
Idem Denzelven als voren, aan denzelven, van de Plantaadje Friendship, gelegen als voren.
Degenen, die deugdelijke vorderingen mogten hebben, tot laste den ondergeteekende, worden verzocht hunne rekeningen ter voldoening in te dienen ten kantore van den Heer A. MAC INTOSH. (7087) V.W. DE VILLENEUVE
Woont in 1846 aan de Waterkant 222b zonder partner. Het huishouden bestaat uit drie blanken, een kleurling, een vrije neger(in) en vijf slaven.
Sur Courant 1831, 27 Junij; De onergeteekende zal voor den Heer ALEXANDER MAC INTOSH, naar het opper-district NICKERIE overvoeren, de slavin Sophia, met hare kinderen Quashie en Leentje, gekocht van H.BREUKERS.
Alsmede voor Pantagie Johanna Maria, de slaven met namen: LINDA, CATHERINA, LAURA, DINA, CHRISTINA, COENRADUS en WILLEMENTJE, gekocht van C VAN ELMPT,op de Vendu bij M.A.SALOMONS. Paramaribo den 22 Junij 1831. JAs. ROBERTSON
(opm: de namen der slaven in kapitalen gespeld !)
Surin.Courant 1831, 27 juni ; De ondergeteeknde zal voor den Heer Alexander Mac Intosh, naar het opper-district nickerie overvoeren, de slavin genaamd Sophia, met hare kinderen Qushie en Leentje, gekocht van H.Breukers.
Alsmede voor Plantagie Johanna Maria, de slaven met namen: Linda, Catherina, Laura, Dina, Christina, Conradus en Willemijntje gekocht van C van Elmpt,p Vendue bij M.A.Salomons. Paramaribo den 22 Junij 1831. JAs. Robertson.
Surin.Courant 1831, 27 Juni; Het domnicilium citandi et executandi van de navolgende personen, woonende in het opper- district Nickerie, als: Donald Cameron; Duncan Cameron; William Mac intosh; Alexr Mac Intosh; Chales Currie; William Moore;Archibald Cameron;John Wilkens; JAs. Harvie; Jas Munro; J.C.Cameron; Robert Cruickshank; Alexander Cruikshank en James Cruikshank, is ten huize van den ondergeteekende, aan de Maagdenstraat. Paramaribo den22 juni 1831. JAs. Robertson.
Nieuwe Surin.Courant 1835, 14 feb; Gouvernements-Secretarij. Paramaribo den 12 februarij 1835.
(94330 Alzoo James Robertson, in qualiteit als Gemagtigde van de Erven Alexander Cameron, dewelke zijn Eigenaren van de binnen deze Kolonie gelgene Plantaadje JOHN, zich bij rekeste aan den Gouverneur Generaal heeft geadresseerd, met verzoek om de Slavia Eva met hare kinderen Elisabeth, Sophia, Margaretha en Alexander, van vermelde Plantaadje af- en ten name van Alexander Mac Intosh over te schrijven. Zoo is het , dat de Gouverneur -Generaal goedgevonden heeft, alvorens hierop te disponeren,op te roepen alle degenen welke vermeenen magten eenige redenen te hebben, zich hiertegen te verzetten, om binnen den tijd van veertien dagen, na de dagteekening dezer, van hun vermeend regt of pretentie ter Gouvernements-Secretarij aanteekening te doen; zullende na verloop van dien tijd, door den Gouverneur - generaal zoodanig worden gedisponeerd als bevonden zal worden te behooren. De Gouvernements-Secretaris G.A. van der Mee.
Plantages John, Totness, Friendship, Bantaskine in Coronie.
Alexander administreerde de plantages zelf met C.Cruden als diens directeur.
Plantage Leliendaal aan de Commerwijne.
Sur.Courant.1854, 13 juli; Publieke Veilingen.
Door den Vendumeester J.C.Gomperts. Dinsdag 11 julij 1854. Het huis en Erf aan den Waterkant La.A No.100, aankomende de boedel A. Mac Intosh. -f.9200,- Opgehouden.
overlijden: Macintosh esquire, Alexander of plantations Leliendaal, Bantaskine "after a short and sudden illness .much and justly regretted by a large circle of friends and acqaintances"
1803 - 18-12-1853
volgens overlijdensacte:" aan de Waterzijne L A N 100, is overleden Alexander Macintosch, echtgenoot van Louise Henrietta Sibelle de Villeneuve van beroep Koopman, gewoond hebbende binnen deze kolonie, geboren te Inverness (Schotland ) zoon van wijlen Alexander Macintosh en Ann Cameron, wonende de moeder te Inverness (Schotland)... voor deszelfs aankomst binnen deze kolonie het laatst gewoond hebbende te Berbice".
register 1853 folio 317
***
Woont in 1846 aan de Waterkant 222-b zonder partner. Het huishouden bestaat dan uit drie blanken, een kleurling, een vrije neger(in) en vijf slaven.
***
Dentz; Grafzerk en Suikerwerk; Nwe Oranjetuin; P.90. Alexander Mac Intosh Esquire, van plantage Leliëndaal, geboren te Invernessshire Scotland, overleden op 8 december 1853, oud 50 jaar (no. 778)
(1) Il a/avait une relation avec Margaretha of Pltg. Friendship.
La relation a commencé
Enfant(s):
(2) Il a/avait une relation avec Cato hsbed. of Alec Mac Intosh.
La relation a commencé
In Alexander's household in 1846 there was a 13 year old brown Alexander (so b. ca. 1832.)
Enfant(s):
(3) Il est marié à Louise Henriette Sibylle La Belle de Villeneuve.
Ils se sont mariés le 27 mai 1846, il avait 43 ans.
Kinderen:
1. Thomas Volkert Mackintosh, geb. 7 mei 1847 Paramaribo, overl. 25 Aug. 1878 Calcutta.
2. Louis Alexander Mackintosh, geb. 23 dec 1848 Paramaribo, tr. 4 jan 1871 P'bo to Isabella Bathgate Marr.
kinderen:
1. Louis Alexander Mackintosh, geb. 1 juni 1872 Paramaribo.
2. Edith Mary Louise Mackintosh, geb. 23 feb 1880 Glasgow.
3. Catharina Louise Anne Mackintosh, geb. 8 Aug 1850 Paramaribo, tr. 1 nov 1876 met Johan Zeno Hutschler, b. 8 Sept. 1850 Nijmegen.
4. Wilhelmine Elisabeth Mackintosh, geb. 30 mei 1852 Paramaribo, overl. juli 1856 Kampen.
5. Alexander Mackintosh, geb. 11 maart 1854, overl. 28 juni 1880, tr. 11 sept 1878 met Helene Johanne Peppingham
kinderen:
1. Alexander Mackintosh, geb. 1 juli 1879 Rotterdam.
2. Louise Katharine Mackintosh, geb. 15 okt 1880 Nijmegen.
Enfant(s):
Alexander Macintosh [April 1803-18 Dec 1853] and William Macintosh [1799 - 3 May 1848], brothers from Inverness, were the sons of Alexander Macintosh, a lint [linen] merchant, and Ann Cameron (through whom they were connected to Alexander Cameron of Invermallie, also a plantation owner in Surinam). Both were active in Surinam but Alexander's death certificate states that he had first been in Berbice [Surinam register 1853 folio 317]. William was in Surinam from 1819 [Paramaribo archives, 1825 - Request no. 236].
In 1825 lots 236 & 237, on the Coronie Coast, having remained uncultivated, were granted to William Moore and William Mackintosh, both natives of Scotland, who created plantation Inverness (later called Ingikondre). By 1843 Alexander Macintosh owned Totnes (1000 a.), Friendship (500 a.) and Bantaskine (1000 a.), while William Macintosh was the owner of Inverness, and was administrator of the estates Bellevue, John, Clyde, Leasowes and Oxford. [See Coronie website: Totness]
The plantations Clyde, Leasowes and Oxford were owned, until his death in 1821, by Alexander Cameron (of Invermallie, Lochaber). His heirs were his brothers Donald and Duncan Cameron, and William Mackintosh. [Research by Philip Dikland posted on Suriname Genealogie].
grand-parents
parents
frères/soeurs
enfants
Les données affichées n'ont aucune source.