-
Geb. 4 Juni 1884 namiddag 4 uur te Amsterdam St. Pieterssteeg nr. 6 6/92
getuigen: Johannes Haunsen werkmam 43 jaar St. Pieterssteeg nr. 8 Paulus Petrus Kersbergen werkman 35 jaar St. Pieterssteeg nr. 4
-
Tijdstip: 16:00
vermeld als getuigen bij huw van Willem Herfst en Johanna Margaretha Bosman
Hij heeft drie maal een strafbaar feit gepleegd, een maal in 1903 wegens oplichting, en veroordeeld tot een jaar gevangenisstraf te Haarlem. Een maal in 1905 wegens schennis der openbare eerbaarheid zaak was geseponeerd (dus niet vervolgd)en in 1910 wegens wederspannigheid en belediging van een ambtenaar in functie op het Rembrandtplein waarvoor 30 dagen gevangenisstraf (de ambtenaar vroeg of hij zich wilde verwijderen bij een opstootje op het Rembrandtsplein maar had gezegd, (voorjou niet secreet)
-
Huis Joseph Antonius. geb. 4 juni 1884 werkman oud 19 jaren ongehuwd
wonende: Suikerbakkersteeg 4
thans voorlopig gedetineerd in het Huis van Bewaring te Amsterdam
zoon van Johannes Franciscus Huis en Johanna Maria Dekker
Ten Laste: Heling
veroordeeld: tot een jaar en zes maanden gevangenisstraf te Haarlem
Dat hij beklaagde te Amsterdam op maandag 10 aug. 1903 op zettenlijk nadat Hendrikus Philippus Huis en Johannes Bernardus van Schoonhoven door oplichting van Olga Helena Margaretha Nieberg van dien hadden gekregen een bedrag van omstreeks ƒ 45 – waarvan hij een gedeelte van dit geld ƒ 15.—waarvan de misdadige herkomst hem bekend was van J B Schoonhoven en H P Huis heeft aangenomen en voor zich behouden.
Getuige: Olga Nieberg Dat beklaagde op 10 aug. 1903 in de winkel van Olga Nieberg Utrechtsestraat zich heeft vervoegd en met haar afgesproken te hebben dat hij haar een goede klant zou brengen en indien deze bij haar een 40 gulden bestede zou hijeen gulden provisie van haar ontvangen zou en hij kort na de middag met een heer in de winkel is gekomen die voor meer dan ƒ 40.- aan goederen uitgezocht heeft met verzoek deze op zicht te doen bezorgen in het café van Staal in de Paardenstraat dat aan het verzoek is voldaan en die goederen contant zijn betaald. en dat Huis even daarna bij getuige Nieberg zijn provisie heeft gehaald en hij die gelegenheid heeft beloofd dien dag s'avonds te zullen terug komen met een Amerikaan die volgens zijn zeggen pas van de boot kwam en ook veel goederen zou kopen zo dat hij ook weer provisie zou krijgen.
Verklaring van: Hendrik P Huis en Joh. B SchoonhovenDat Hendrik Huis en Schoonhoven in de avond van 10 aug. jl. tussen zes en zeven uur in gemelde winkel verscheen en Huis zei daar heb je de Amerikaan dat Huis tevens tot Nieberg zei, dat zij maar niet tot zijn metgezel moest spreken want dat deze niets dan Engels verstond en haar te kennen gaf dat deze 2 overhemden verlangde van dezelfde soort als hij ook was komen halen dat getuige van Schoonhoven niets zeide en enkel toen getuige Huis hem naar een in de winkel uitgestalde regenjas stond te kijken in gebroken Duits vroeg of hij ook Regenjacke nodig had antwoordde no no dat van Schoonhoven 2 overhemden die hem voorgelegd werden goed keurde en vervolgens een Amerikaans 20 dollar biljet aan getuigen Huis gaf die het aan Nieberg overhandigde ter betaling van de overhemden daarbij zeggende dat zijn metgezel slechts Amerikaans geld bij hem had en het nu reeds te laat was om te wisselen en Nieberg dat morgen gemakkelijk zou kunnen doen bij de bank en zei dat het biljet goed was. Dat getuige Nieberg tenslotte nadat Huis haar had verteld en gezegd dat de dollarkoers 2.48 was door hare winkelbediende de waarde van het op het biljet vermelde bedragvan 20 dollar naar die koersin Hollandsgeld heeft doen uitrekenen en vervolgens onder afhouding van ƒ 4.- voor beide overhemden ƒ 45.- aan getuige Huis heeft voorgeteld een briefje van ƒ 25.- vier rijksdaalders en tien gulden als welk geld door huis opgenomen en direct aan van Schoonhoven overgedragen waarna getuigen de winkel hebben verlaten en de overhemden mede genomen te hebben.
Volgens Hendrik Huis en van Schoonhoven was beklaagde Huis in het bezit van het 20 dollar biljet en eerder aan v Schoonhoven vertoont en zeggende dat het biljet hier te landen waardeloos was en hadden afgesproken dat zij de winkelierster Nieberg zouden beetnemen Schoonhoven zou Amerikaan spelen en Hendrik Huis als tolk en tussen persoon
Dat getuige: Doube verklaarde Dat het op de zitting aanwezige 20 dollar biljet in 1864 door de Staten van Amerika is uitgegeven doch nimmer wettig betaalmiddel is geweest
Dat getuige: Hendrik Huis het plan van op gemelde wijze de winkelierster Nieberg met bedoeld 20 dollar biljet op te lichten was uitgegaan van een zekere Kakebeen onder diens kameraden kortweg Kaak genoemd dezelfde met wie hij s’middags goederen in de winkel was komen uitzoeken welke Kaak met hem en zijn neef de beklaagde Joseph Ant. Huis in het café van staal aanwezig was toen aldaar ingevolge Kaaks verzoek de goederen bezorgd zijn en door een ander mede aanwezig persoon voor wie ze bestemdwaren in ontvangst genomen en betaald werden dat hij met zijn neef had overlegd dat getuige van Schoonhoven Amerikaan zou spelen en het 20 dollar biljet van Kaak zou hebben ontvangen
Dat getuige van Schoonhoven ook bij Staal gekomen is en zij met hun drieen wat later naar de Tapperij van Ringeling doorgaans genaamd Boere-Jan in de Reguliersdwarsstraat zijn gegaan en van daar weer vertrokken waren reeds op weg naar Nieberg, vanSchoonhoven in het plan betrokken te hebben dat beklaagde toen reeds bekend was het 20 dollar biljet in te wisselen
Hij Hendrik Huis was al eerder met Politie en justitie in aanraking geweest.
Getuige: van Schoonhoven dat hij in de namiddag van 10 aug. ook in ’t café Staal is geweest en aldaar met Hendrik Huis en Joseph Antonius Huis dat hij om zes uur naar de tapperij van Ringeling ging en later opgelopen naar de Utrechtsestraat.
Getuige: Hendrik Huis en van Schoonhoven dat zij van Ringeling naar de Utrechtsestr gegaan zijn, zij beide met de beklaagde hebben afgesproken om op de hiervoor reeds besproken wijze winkelierster Olga Nieberg op te lichten met het 20 dollar biljet en dat beklaagde Huis buiten op straat in de buurt op hen zou wachten en als het lukte dan zij drieen gelijk zouden delen dat Hendrik bij deze bespreking wel het meest het woord voerde doch beklaagde zich daarin ook mengde dat beklaagde Huis het20 dollar biljet voor de dag haalde en aan Hendrik Huis overhandigde en deze weder aan van Schoonhoven overhandigde dat beklaagde op de hoek van de Utrechtsestraat en Heerengracht bleef wachten toen zij de winkel binnen gingen dat zij hem daar nog zagen toen zij de winkel weer verlieten dat zij toen de Heerengracht zijn opgegaan in de richting van de Amstel en de beklaagde hetzelfde doch langs de overzijde en bij de Amstel zich bij hen voegde dat beklaagde hen vroeg hoeveel het had opgebrachtvan Schoonhoven antwoordde ƒ 45.- dat een hunner toen reeds terstond ƒ 15.- in zilvergeld ontvangen heeft en de beide anderen ieder evenzoveel nadat ze met zijn drieen naar de Tapperij van Mien aan de Amstel hoek Prinsengracht waren gegaan en hetbankbiljet van ƒ 25.- aldaar gewisseld was dat zij vervolgens met hun drieen zijn gegaan naar ’t Frederiksplein en met een door hun aangenomen Aapje met getuige Eijkenduijn als koetsier dat getuige Hendrik Huis deze bij de aanvang van de zit ƒ2.50 en later bij het afdanken van het rijtuig bij de Tapperij van Ringeling nog ƒ 1.- heeft betaald en het onder het rijden een der twee van Nieberg afkomstige overhemden cadeau gegeven heeft dat zij ook nog in vele andere Tapperijen aangelegd hebben ook nog nadat zij in de Bloemstraat twee vrouwen o.a. getuige Dettmes Haagen in ’t rijtuig hadden opgenomen, getuige Hendrik Huis bovendien dat hij na het afdanken van ’t rijtuig met de beklaagde en beide meiden naar de Zeedijk is gegaan dat hijgeen ander geld bij zich had dan zijn aandeel in de opbrengst. ieder namen 1/3 van de kosten van ’t rijtuig voor zich.
Getuige: Eijkenduijn dat het rijtuig waar hij in de avond om zeven uur gestationeerd op het Frederiksplein door 3 jongens was gehuurd voor een bedrag van ƒ 2.50 handgeld en later bij het afdanken bij Tapperij Ringelinck nog ƒ 1.- terwijl onderwegeen der jongens hem een overhemd present gaf dat hij nog thuis heeft dat hij met het stel door verschillende straten heeft gereden dat hij in de Bloemstraat 2 meisjes in het rijtuig zijn opgenomen en dat aan vele Tapperijen zijn aangelegd
Getuige: Dettmes Haagen dat zij en een ander meisje genaamd Truitje in de avond van 10 aug. 1903 in de Bloemstraat zijn opgenomen in een open rijtuig waarmee de beide getuigen en beklaagde kwamen aangereden dat zij vele Tapperijen hebben bezochten dat alle 3 de jongens geld bij zich hadden en een ieder hunner op zijn beurt de verteringen betaalden en dat zij tenslotte zijn aangeland bij de Tapperij van Ringelinck alwaar het rijtuig is afgedankt en dat zij getuige met Truitje en beklaagde Huis nog naar de Zeedijk zijn gegaan
Dat beklaagde Joseph Ant. Huis te audiëntie heeft erkend dat hij op maandag 10 aug 1903 om 1 uur in het café van Staal in de Paardenstraat is geweest dat daar dan ook was een oude bekende heer die voor ongeveer ƒ 40.- aan overhemden en ondergoedkocht dat Kaak dien hij wel kent daar eveneens was en ook getuige Hendrik Huis dat hij later het café verlaten heeft en te ongeveer zes uur de getuige Hendrik en Van Schoonhoven ontmoet heeft met wie hij toen door de stad heeft gereden in een open Aapje waar ook 2 meisjes o.a. Dettmes opgenomen in de Bloemstraat met wie zij enkele tapperijen hebben bezocht laatst van Boere-Jan waar het rijtuig is afgedankt
Dat beklaagde Joseph Antonius Huis bij het aannemen van de ƒ 15.- uit handen van van Schoonhoven de wetenschap had dat het geld door deze door misdaad was verkregen,
Schoonhoven Johannes Bernardus geb. te Haarlem 3 okt 1881 werkman
Huis Hendrikus Philippus geb. te Amsterdam 12 juli 1884 werkman
Vonnis: 10 aug / 17 aug 1903
Schoonhoven & H.P. Huis ieder tot 1 jaar en 6 maanden gevangenisstraf Schoonhoven naar Haarlem van 10 febr 1904 t/m 9 aug 1905
J.A. Huis naar Haarlem 28 maart 1904 1 jaar straf
-
Huis Joseph Antonius. geb. 4 juni 1884 werkman gehuwd oud 25 jaren
wonende: korte Reguliersdwarsstr. 12
zoon van Johannes Franciscus Huis en Johanna Maria Dekker
Ten Laste Wederspannigheid en eenvoudige belediging van een ambtenaar gedurende de zachtmatige uitoefening van zijner bediening.
Veroordeeld tot 45 dagen gevangenisstraf beklaagde verklaart schuldig te zijn
Vonnis: 2 febr. 1911 30 dagen gevangenisstraf.
Ter zake dat hij te Amsterdam op 22 juli 1910 op het Rembrandtplein zich met geweld heeft verzet tegen aldaar in dienst doende brigadier van politie tevens buitengewoon veldwachter te Amsterdam. Antonius Bernardus Rickmann Die hem vastgegrepen en aangehouden heeft omdat hij niet voldeed aan het verzoek zich uit een volksverzameling te verwijderen. En dat hij de brigadier beledigend heeft toegeroepen en wel schijthuis en secreet.
Overwegende dat hij beklaagde heeft erkend dat hij zich op 22 juli in een volksverzameling heeft bevonden op het Rembrandtplein en dat hij toen door Rickmann te zijn aangemaand zich daaruit in eene aangewezen richting ter verwijdering heeft plaatsgenomen op een bank staande op het terras voor het perceel Rembrandtpl. nr. 10 van het aldaar gevestigde geheelonthouders café.
Getuige: Rickmann verklaarde. Dat hij in uniform gekleed op het Rembrandtplein surveilleerde en een persoon die later bleek Joseph Ant Huis te zijn die hij gelaste zich in eene hem aangewezen richting uit een op het plein ontstane volksverzameling te verwijderen, dat die persoon die hem door verbalisant gegeven last niet opvolgde waarna hij Rickmann hem vastgreep ten einde hem te gebieden naar het Politieposthuis op het plein gelegen te brengen, dat daarna die persoon zich met geweld losrukte en ging zitten op een bankgeplaatst voor nr. 10 opgezegd plein voor welk perceel en het daarnaast gelegen nr. 12 de volksverzameling was, dat die persoon hem daarop terwijl verbalisant hem aanmaande zich van die bank waaraan deze zich vasthield ter verwijderen, toevoegde ”nee schijthuis secreet voor jou niet” en die woorden ten aanhoore van het opdringende publiek hem bij herhaling toe voegde.
-
Woonadressen van:Joseph Antonius Huis
04-06-1884 St.Pietersteeg 6
20-9-1897 naar Heijthuizen
26-11-1898 Land van Beloftensteeg 4 1h
1-1-1900 Suikerbakkersteeg 19 huis in huis bij broer Karel Wilh. Huis
21-7-1902 Tuinstraat 228 2h in huis bij vader
29-3-1904 vertrek naar strafgevangenis Amsterdam BK
2-10-1905 Suikerbakkersteeg 18 1h voor in huis bij broer Joh. Jac. Huis met vrouw G Herfst getrouwd en kind Joop 11-3-1904
10-3-1906 naar (Eigen Kaart) Laurierstraat 115 in de Hammegang bij Opoe Geertrui Pauli in huis waar mijn moeder Geertruida Margaretha is geboren in 1906
Opmerking: Joseph Ant. Huis Volgens mijn moeder, werkte hij in de haven en was laatst portier in de Halve Maansteeg hij had verband om zijn keel is er waarschijnlijk aan gestorven
-
begraven: RK kerkhof St. Barbera-
-
Oorzaak: Had iets aan zijn keel.
Il est marié avec Geertruida Margaretha Herfst (Pauli).
Ils se sont mariés le 18 octobre 1905 à Amsterdam , il avait 21 ans.Source 4
-
Huwt: 18 okt. 1905 te Amsterdam hij oud 21 jaar zij oud 20 jaar 3h/41
de verloofden verklaarde te erkennen een kind genaamd Joseph Antonius Herfst geboren alhier op 11 maart 1904
getuigen: Coenraad Reeker werkman oud 34 jaren, Pieter Frederik van Bentum koopman oud 46 jaren, Willem Frederik Kruit zonder beroep oud 58 jaren en Hendrikus Johannes Antonius Gransjean werkman 24 jaren, wonende allen alhier. Allen getekend.
-
Enfant(s):
Joseph Antonius Huis | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1905 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Geertruida Margaretha Herfst (Pauli) |