Il est marié avec Bauck Ndr.
Ils se sont mariés en l'an 1370, il avait 20 ans.Source 1
Enfant(s):
Bron:Archieven.nl
Als stamvader van de adellijke familie (van) Ockinga geldt Lolle van Ockinga, die in Burgwerd op Ockingastate resideerde en voor 1420 overleden moet zijn.
Leden van het geslacht huwden met telgen uit andere Friese adellijke geslachten, zoals de Dekema’s, de Harinxma’s, de Donia’s, de Camstra’s, de Cammingha’s, de Burmania’s, enz.
Telgen uit de familie Ockinga namen vaak belangrijke posities in binnen de provincie. Zo was Here Lolles van Ockinga, die in de tweede helft van de 15e en in de eerste decenniën van de 16e eeuw leefde, rechter in Wonseradeel en had hij bezittingen in Waaxens, Oosterend en Lutkewierum. Vele Ockinga’s fungeerden ook als grietman in diverse gemeenten.
In het archief komt een stuk over de nalatenschap van Watze van Ockinga († 1575). Deze Watze studeerde rechten, woonde op Fetsastate te Dronrijp (een state die dichtbij het nog bestaande huis Schatzenburg lag en die geen sporen heeft nagelaten), was grietman van Menaldumadeel en raadsheer bij het Hof van Friesland. Hij overleed in 1575 in werd begraven in Dronrijp.
De ook in de beschrijving van het archief genoemde Hero (of Here) van Ockinga (1612-1682), geboren te Dronrijp, werd na een rechtenstudie in Franeker eveneens raadsheer bij het Hof van Friesland (1645-1666). Daarna was hij ontvanger-generaal van de Friese Staten. Hij is begraven in de door hemzelf aangelegde familiegrafkelder te Burgwerd. Hij was getrouwd met Magdalena van Burmania, een telg uit een ander vooraanstaand Fries adellijk geslacht.
Hun zoon, Sibrand (Sybren) van Ockinga (1646-1698), bracht het ook tot ontvanger-generaal van Friesland. Eerder was hij kapitein in het leger (‘kapitein van een compagnie te voet’). Hij huwde in 1672 Jeltje (Juliana) Pietersdochter van Harinxma. Hun huwelijk bleef kinderloos, mede doordat zijn vrouw op 28-jarige leeftijd stierf. Hij werd begraven in Reduzum. Sibrand erfde uitgebreide bezittingen in de venen bij Bakkeveen van een overleden oom. Interessant is dat in het archief stukken zijn terug te vinden van de aankoop van een spiegeljacht dat hij in de jaren 1689 en ’90 in Grou liet bouwen. Zie S. ten Hoeve, ‘Twee Friese spiegeljachten’ (https://www.ssrp.nl/uploads/bestanden/45c54c25-cd83-4fcd-be4d-6d34acf510a3).
Het belang van het geslacht Ockinga wordt onderstreept door de in het archief aanwezige (delen van) briefwisselingen tussen Sibrand en vorstelijke personen, b.v. de briefwisseling met Henriëtte Amalia, prinses van Anhalt-Dessau (1666-1726), de vrouw van Hendrik Casimir II van Nassau-Dietz (1657-1696), stadhouder van Friesland, Groningen en Drenthe. Zij was de moeder van prins Johan Willem Friso.
Met het in 1730 op hoge leeftijd overlijden van de Rooms-Katholieke Sophia Amalia Maria van Ockinga, dochter van Lolle (Lodewijk) van Ockinga en Luts Mary Bockesdochter van Sternsee , verdween de naam van het geslacht Ockinga. Zij werd in de grafkelder van de kerk van Burgwerd bijgezet. Er zijn eerder ook Ockinga’s begraven in o.a. Wirdum, Leeuwarden (Jacobijnerkerk), Sneek, Dronrijp, Reduzum, Franeker en Menaldum.
Een uitgebreide stamboom van het geslacht Ockinga is te vinden op de site van Simon Wierstra te Dokkum, die zich met de genealogie van een aantal Friese adellijke geslachten heeft bezig gehouden: http://www.simonwierstra.nl/OCKINGA.htm.
Lolle (Epesz) van Ockinga | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
1370 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Bauck Ndr |
Jan Jellema, "Stamboom Jellema", database, Genealogie Online (https://www.genealogieonline.nl/stamboom-jellema/I30068.php : benaderd 30 maart 2024), "Lolle Epesz Ockinga (1350-1415)".