Elle est mariée à Ridder Hendrik van der Most.
Ils se sont mariés.
Enfant(s):
Het is zeer waarschijnlijk dat de man van Marie een ridder is geweest, want de titel "vrouwe" was een aanduiding voor de echtgenotes van ridders.
Haar kinderen werden genoemd: Vrouwe Mariezoon of VerMarien
Hieruit zijn later de familienamen Marien en Maris voortgekomen, als ook de namen Van der Berckmoes, Verberckmoes en Berckmoes (e.a. afgeleiden)Het is gemeld dat Vrouw Maria, haar echtgenoot en generaties na haar woonde op het "Hof ter Clusen"
Het is onduidelijk waarom wel de naam van Vrouwe Marie bekend is (in bronnen vermeld) en van haar zonen,
maar over haar echtgenoot is niets terug te vinden.
Een speculatie is dat hij zou zijn omgekomen bij de Zevende Kruistocht (1246 - 1254) onder leiding van Lodewijk IX van Frankrijk (De Heilige).De Vrouwe Mariestraat tussen Sint-Gillis-Waas en St.Niklaas (Oost-Vlaanderen) is naar haar vernoemd.
http://users.telenet.be/guy.verberckmoes/heraldiek.html
WILLEM VERMARIEN (vrouwe Mariezoon), overleden voor 1295. Willem Vermarien was genaamd: "Van der Bercmoest", d.w.z. een moer, waarop berken.
Het dierenepos "Van den Vos Reunaerde", dat halverwege de 13e eeuw werd geschreven, helpt ons op weg de vraag te beantwoorden, waar dat moeras moet zijn geweest.
De gebeurtenissen ervan spelen zich grotendeels af in het noordoostelijke deel van het Land van Waas. De dichter geeft blijk met dat landschap goed bekend te zijn. Als dan Reinaert op de rechtsdag van koning Nobel zijn schelmerijen moet verantwoorden en om zijn vel te redden een leugenachtig verhaal ophangt over de verborgen schat van wijlen koning Ermeric, laat de dichter hem de plaats waar die schat zou liggen beschrijven als een bron "Kriekeputte" in een bos "Hulsterloe" tussen Hulst en Kieldrecht. In die omgeving stonden jonge berken en onder de berk die het dichtst bij de put stond zou de schat begraven zijn.
Het Land ten Kriekeputte, zo'n 36 bunders, werd begrensd door de Goudekensberg en de straat die de Reke heette ten noorden, de sGravenstraat ten zuiden, het land van de St Pietersabdij ten westen en het land van dezelfde abdij alsmede het land van Willem den Hert en dat van de erfgenamen van Pieter filius Marien en oosten. Die Pieter was Pieter vrou Mariezone de oude, diein 1418 nog turf vertolde te Iersekeroord.
Die 13 bunders strekten zich dus uit van de Klingedijk,tussen de Reke en de 's Gravenstraat, tot in de omgeving van de Turfbanke. In die omgeving moet dan het Land ten Kriekeputte hebben gelegen, waarbij het Bercmoes aansloot, als het er al geen deel vanuitmaakte.
Tussen de Turfbank en de 's Gravenstraat liep in 1421 de Bercmoesstraat, die kennelijk haar naam heeft gekregen omdat ze naar het Bercmoes leidde, zoals de Broekstraat leidde naar het Broek.
Willem Vermarien a. Van der Bercmoes moet hier als ondernemer-ontginner werkzaam zijn geweest. (lit. A.Maris, De bakermat van de Verberckmoessen, Land van Beveren 1980, blz. 61 e.v.),
Vrouwe Marie van der Bercmoest | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Ridder Hendrik van der Most | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Les données affichées n'ont aucune source.