Enfant(s):
1493 april 11
Dirk van Baxen verklaart bij deling van de ouderlijke nalatenschap met zijn broers Hendrik, Levell en Gelis te zijn overeengekomen dat Levell hem jaarlijks 23 malder rogge zal geven uit diens goed te Oorle, Geneden en de tiend van Papenhoven. Levell zal daarvan 12 malder leveren voor de fundatie van 3 missen per week door zijn moeder gedaan en de resterende 11 zijn losbaar met 110 enkele gouden rijnsguldens. Medezegelaars: de broers en neef Dirk Pollart.
1497 mei 5
Nadat Egidius (=Giellis) de Baex, zoon van wijlen Henricus en Margaretha, dochter van Henricus genoemd de Broichoven, een rente van zes malder rogge ten laste van 't goet van Eertborne en 't goet van Nuwenhuys in de parochie Mierlo, de windmolen van Henricus Dicbier aldaar, de watermolens te Coll en Wetten, ten laste van zeven bunder weiland bij die Vloet bij de plaats geheten Perrick, stenen huizen met kamers aan de Markt en de Kerstraet te 's-Hertogenbosch, welke rente Henricus de Broichoven had verworven van Gerardus Scilder, had overgedragen aan Henricus Hermanszoen van Deventer, droeg tenslotte genoemde Henricus Hermanszoen deze rente over aan Willelmus de Achel, zoon van wijlen Gerard. Getuigen: Anthonius Spierinc en Martinus de Campen, schepenen te 's-Hertogenbosch.