Godparents:Thomas Bruls, Helena Limpens
Elle est mariée avec Joannes (Joes) Meijs.
Ils se sont mariés le 20 juin 1737 à Nuth, LI, Netherlands, elle avait 21 ans.Source 3
Joanna Limpens ![]() | ||||||||||||||||||
1737 | ||||||||||||||||||
Joannes (Joes) Meijs |
http://www.allelimburgers.nl/wgpublic/feit_more.php?search_fd0=2230275&search_fd10=1291
Mormonen hebben alle akten gekopieerd
overleden op 19 mei 1790
Mormonen hebben alle akten gekopieerd
https://familysearch.org/ark:/61903/3:1:3QS7-L9C4-ZDXW?mode=g&i=512&wc=MCL5-2TG%3A345128101%2C345864001%2C345864002%3Fcc%3D2037001&cc=2037001
http://www.allelimburgers.nl/wgpublic/feit_more.php?clearsession=1&search_fd0=3010904
https://familysearch.org/pal:/MM9.3.1/TH-1951-35323-20691-82?cc=2037001&wc=MCL5-LW5:345128101,345864001,345872401
RHCL-LvO 1762, 79r: Op 24 januari 1774 verschenen Joannes Meijs, inwoner van Grijzegrubben, en zijn echtgenote Joanna Limpens voor notaris L´Allemand te Schin op Geul om hun testament vast te leggen.
Zij verklaarden dat de langstlevende alle roerende goederen zou krijgen en het levenslange vruchtgebruik op de onroerende goederen.
De langstlevende zou Maria Limpens een legaat van twee gulden uitkeren.
De onroerende goederen zouden, aangezien zijn zonder nakomelingen waren, naar zijn en haar familie gaan, uitgaande van wie de goederen in het huwelijk had ingebracht.
Bij de verdeling mochten de kinderen van Leonard Limpens vooraf een morgen land naar keuze nemen.
Verder gaf Joannes Meijs aan dat zijn aangetrouwde neef Joannes Limpens van Terstraten, gehuwd met Maria Barbara Spijckers, als schenking bij leven het huis met hof en weide, ca. een halve bunder groot, gelegen te Grijzegrubben, grenzend aan de weduwe Peter Vaessen en Joannes Drummen, zou krijgen. Dit vanwege de bijstand aan hun verleend en nog te verlenen.
RHCL-LvO 1762, 91r: Op 29 april 1782 werd het testament opgemaakt van Joannes Meijs en diens echtgenote Joanna Limpens. Daarbij werd het volgende bepaald:
a) bij overlijden van de man zou door de weduwe, of anders door zijn erfgenamen, 100 kleine roeden akkerland op het Bergerveld onder Nuth, grenzend aan de Bergerhof, de weduwe Joannes Frissen en de weg, verkocht worden, waarbij de opbrengst bestemd werd voor missen, te stichten bij de paters Capucijnen en Minderbroeders te Maastricht;
b) indien de vrouw de man zou overleven zou zij direct na zijn dood de eikenbomen, essen, beuken en de populier verkopen om met de opbrengst de begrafenis, vervallen keuren e.d. te betalen;
c) bij overlijden van de vrouw zou door de weduwnaar, of anders door haar erfgenamen, ca. 90 kleine roeden akkerland op het Helleveld, grenzend aan Joannes Diederen en Joannes Limpens, verkocht woorden, waarbij de opbrengst bestemd werd voor missen, te stichten bij de paters Capucijnen en Minderbroeders te Maastricht;
d) tot universele erfgenamen van de man werden benoemd diens nicht Anna Boesten (of haar kinderen) te Antwerpen voor een vierde deel; de kinderen van wijlen diens nicht Maria Boesten voor een vierde deel; het kind van wijlen zijn nicht Elisabeth Boesten uit Maaseik voor een vierde deel; en de twee kinderen van wijlen zijn nicht Joanna Boesten eveneens voor een vierde deel, met de bepaling dat [haar zoon] de blinde Joannes Caspar Goossens uit dat kwart vooraf 100 gulden zou ontvangen en het restant met zijn zwager Joannes Zoutzen zou delen [de familierelatie Boesten loopt via Anna Cremers, gehuwd met Joannes Boesten. Zij is de zus van Catharina Cremers, moeder van Joannes Meijs];
e) bij vooroverlijden van een der genoemde kinderen zouden hun nakomelingen erven en hun eventuele echtgenoten het vruchtgebruik genieten;
e) tot universele erfgenamen van de vrouw werden de kinderen van wijlen haar broers Leonard en Joannes Limpens benoemd, met de nadrukkelijke bepaling dat het deel van Maria Limpens uitsluitend naar haar kinderen uit het huwelijk met Mathias Jongen mocht gaan;
f) aangaande de in 1753 gestichte fundatie voor negen maanden vroegmissen in de kerk van Nuth werd bepaald dat de man voor zes maanden (oorspronkelijk zeven) en de vrouw voor drie maanden (oorspronkelijk twee maanden) het geld zou bijdragen;
g) derhalve zou de vrouw 550 gulden zou bijdragen, waarvoor zij borgde met 166 kleine roeden akkerland aan het Kruis onder Nuth, grenzend aan Gabriel Beckers, Joannes Limpens en de weg;
g) derhalve zou de man 1100 gulden bijdragen in de fundatie, waarvoor zoveel goederen verkocht zouden worden als nodig was om de fundatie te betalen.RHCL-LvO 1764, 92: Op 2 november 1790 verkochten de erfgenamen van Joannes Meijs (te weten Anna Boesten, J.M. Lamperts, J. Wouters, Ferdinandus de Raedt, Godefridus Garre, Johannes Zoutzen, N. Bindels en J.C. Goossens) aan Henricus Urlings, gehuwd met Maria Kleintjens, een huis met schuur, stallen, huisweide en moestuin te Grijzegrubben onder Nuth, grenzend aan Vaes Bemelmans, Lendert Kurfs, Joannes Hermens en de dorpstraat, volgens meting 142,5 kleine roeden, belast met 1/10 kop rogge aan de kerk van Nuth en 1/10 kop rogge aan de kerk van Wijnandsrade, en de moestuin met zijn keur in de cijnskaart Doenrade. De koopsom bedroeg 1050 gulden. De verkopers gaven 50 gulden aan de koper, makende 1100 gulden. Dit bedrag was door Joannes Meijs in zijn testament van 29 april 1782 bestemd voor vroegmissen in de parochiekerk van Nuth. Dit bedrag werd nu een lening tegen 4% ten behoeve van de kapellanie van Nuth. Henricus Urlings borgde met het aangekochte huis en met drie stukken akkerland:
a) 100 kleine roeden akkerland in het Grijzegrubberveld "aen het witgen", grenzend aan heer a Blisia, de erfgenamen Joannes Hermens en Bartel Drummen;
b) 56 kleine roeden akkerland in het Grijzegrubberveld "op den Nagel", grenzend aan Caspar Frijns, Lambertus Ackermans en Dirck Cloots;
c) 150 kleine roeden akkerland in het Grijzegrubberveld "aen het witgen", grenzend aan de kinderen van Christiaen Hautvast, Joannes Drummen, Hermen Meijs en heer a Blisia.RHCL-LvO 1762, 152v: Op 4 december 1782 verkocht Joanna Limpens, weduwe Joannes Meijs, conform de afspraken gemaakt in het testament dat zij samen met haar overleden man had opgesteld, 100 kleine roeden akkerland in het Bergerveld onder Nuth, oostwaarts en zuidwaarts de Bergerhof, westwaarts de weduwe Joannes Frissen, noordwaarts de weg.
Het land werd voor twee gulden per kleine roede verkocht aan Elisabeth Crijns, weduwe Joannes Frissen
Mormonen hebben alle akten gekopieerd