Bs Nukerke, akte ?
In Nukerke is GEEN doop of geboorte gevonden, zo ook niet een huwelijk zodat Francisca de Vos vermoedelijk ergens anders is geboren., Mail van Carlos Aelvoet.
Elle est la partenaire de Johannes Francois (Jan) Torcque.
volgens de brief d.d. 11-03-1997 van het archief Maarkedal blijkt dat de huwelijksinschrijving niet te Nukerke is gevonden, maar gezien de leeftijd van de vader van 22 jaar ligt zijn geboortedatum voor 1796. deze registers bevinden zich te Ronse, Vanhovestraat 45.
Ils sont devenus partenaires à Nukerke,B..
Ils se sont mariés le 1 octobre 1813 à Renaix, Oost-Vlaanderen, België, elle avait 23 ans.BS Ronse, akte ? Mail van Pierre van Wijnen.
Enfant(s):
Nukerke
Geschiedenis van Nukerke:
Het is heel moeilijk om te bepalen wanneer Nukerke zijn eerste inwoners kreeg. Op het einde van de 19de eeuw heeft de archeoloog Joly enkele prehistorische voorwerpen, o.a. speerpunten, gevonden ten zuiden van de Ommegangstraat. De streek was dus heel waarschijnlijk reeds vroeg bewoond. Men heeft in deze gemeente ook Gallo-Romeinse en Keltische vondsten gedaan. In 1116 wordt de gemeente voor het eerst vermeld als zelfstandige parochie: "Nova ecclesie". Dit is Latijn voor 'nieuwe kerk' 'Nieuwkerke' 'Nukerke'.
Men weet niet hoe lang de parochie op dat tijdstip als bestond. Het patronaatsrecht over de parochie, die gewijd is aan O.L.-Vrouw, werd door het O.L.-Vrouwkapittel te Kamerijk uitgeoefend. Nukerke maakte tijdens het feodaal regime deel uit van de baronie van de landen tussen Marke en Ronne, twee bijrivieren van de Schelden. Deze baronie hing af van het feodale hof van de hertog van Kleef in Heinsberg (bij Aken). Nukerke behoorde gedurende vier eeuwen toe aan de baron van Pamele.
De hervorming kende in Nukerke, dat samen met de protestantse gemeenschappen Etikhove, Mater, Oudenaarde, Sint-Maria-Horebeken en Wijlegem de 'Vlaamse Olijfberg' vormde, een grote aanhang. Tijden het Ancien Régime werd de landbouweconomie in Nukerke, zoals in vele Zuidvlaamse dorpen, aangevuld met huiselijke textielnijverheid. De voornaamste bestaansmiddelen in 1834 waren: landbouw, veeteelt, weverij en 8 molens. De weverij van wol en gemengde stoffen telde op het einde van de 19de eeuw maar liefst 184 personen; de katoenweverij 20 personen en de vlasweverij 3 personen. Het ging hier om huisarbeid voor fabrikanten (vooral uit Ronse).
Francisca de Vos (Devos) | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Johannes Francois (Jan) Torcque |
Les données affichées n'ont aucune source.