Enfant(s):
Uit Wikipedia
Ontstaan
Wouter van Grimbergen (of Wouter I Draeckenbart) wordt als de stamvader van het geslacht beschouwd, en wordt voor het eerst vermeld in 1096, als voorlaatste getuige bij een schenking van Ida van Verdun aan de abdij van Affligem. Hij was waarschijnlijk heer van Grimbergen en Mechelen. Mechelen was toen leengoed van de bisschoppen van Luik. De macht van de familie groeide geleidelijk, met o.a. de stichting van de abdij van Grimbergen tussen 1126 en 1128. Zij oefenden het tolrecht over de Zenne uit. Sommige Berthouts uit de eerste generaties namen ook deel aan de kruistochten.
Grimbergse oorlogen
Hier stond tot het midden van 12de eeuw het machtige kasteel van de heren van Grimbergen. Na hun zware nederlaag (Grimbergse oorlog, 1159) is het oorspronkelijke kasteel volledig verbrand. In de 16de eeuw bouwden de nakomelingen van de Berthouts het"Prinsen Kasteel", dat een aantal eeuwen floreerde. Aan het eind van de Tweede Wereldoorlog is het kasteel door de Duitsers opgeblazen. In 1992 is de Donjon toren door de Gemeente Grimbergen gerestaureerd
De Berthouts probeerden, vanuit hun stamburcht te Grimbergen, zich te ontvoogden van de graven van Leuven in het landgraafschap Brabant. Dit mondde uit in de Grimbergse Oorlogen (1139-1159). Uiteindelijk moesten de Berthouts het onderspit delven: Godfried III van Leuven liet de motte van de Berthouts in Borgt tot de grond toe afbranden. Achteraf werden de Berthouts wel trouwe vazallen van de hertogen van Brabant.
Noordelijke uitbreiding
Parallel met het falen van hun ontvoogdingsstrijd in Brabant concentreert het geslacht zich meer op de heerlijkheid Mechelen, waar ze echter moeten wedijveren met Hendrik III van Gelre. Hun macht in de regio groeit gestaag en worden heren van Duffel, Geel, Keerbergen, Berlaar, Walem, Ranst, Berchem en Boechout. Hun heerlijke rechten reikt zelfs tot Mol, waar ze het gehucht Millegem kunnen buit maken op de heren van Mol.
Uitsterven
Wouter VII Berthout, heer van Mechelen, sterft in 1296. De afstamming van twee van zijn zonen sterft vrij snel uit, zodat slechts een mannelijke afstammeling overblijft, Floris, die zelf geen zonen heeft: zijn dochter, Sophie Berthout, huwt met Reinald II van Gelre. Daarmee komt ook een einde aan het Berthoutsgeslacht in Mechelen. De broer van Wouter VII, Henri Berthout, heeft nog wel mannelijke afstammelingen, maar deze familie noemt zich eerst Berthout van Duffel, om dan in de 14e eeuw gewoon van Duffel als naam te gebruiken. Een andere Berthout, Willem Berthout van Mechelen (wellicht een zoon van Wouter VII Berthout), werd benoemd tot bisschop van Utrecht.
Les données affichées n'ont aucune source.