(1) Il est partenaire de Sophietje Olieveld.
Ils sont devenus partenaires avant le 1870.
(2) Il est marié avec Victoria Romana IJsdam.
Ils se sont mariés le 15 août 1872 à Paramaribo, il avait 39 ans.
Enfant(s):
Egbert was een kleinzoon van de eerste koloniale Bartelink en doorliep een opvallende carrière. Hij begon in 1855 als blankofficier (opzichter) op plantage Zeezicht (800 slaven). Daarop volgd een reeks plantages mat als laatste Ornamibo aan de Parakreek (waar ene Blooker, van het cacaomerk Blookers' directeur was). Eerst werkte hij als opzichter, daarna als directeur en tenslotte als (mede-)eigenaar. Hij raakte vertrouwd met de teelt van suiker, cacao, koffie, katoen en groenten. Over de cacaocultuur bracht hij een handleiding uit. Dat leidde tot een inzending voor de Wereldtentoonstelling van 1900 in Parijs. In 1872 was hij benoemd tot tweede luitenant bij de gewapende burgerwacht in Saramacca; in 1890 klom hij op tot kapitein in het district Beneden-Commewijne. In 1874 stelde hij zich kandidaat voor de Koloniale Staten; in 1877 werd hij gekozen in het bestuur van de Surinaamse Maatschappij van Landbouw, Handel en Nijverheid.
Egbert kreeg met de slaafgemaakte Sophietje 1 zoon en 1 dochter. Met Victoria 3 zoons en 5 dochters.
Toen hij al 80 was schreef Egbert zijn memoires. Eerst (1914) als 19-delig feuilleton in De Surinamer en in 1916 in boekvorm."Hoe de tijden veranderen; het relaas van een ouden planter" geeft een zeldzaam inzicht in het plantageleven van die dagen, vóór en na de afschaffing van de slavernij. Egbert noemt zichzelf "een afstammeling van het zwarte ras". Zijn moeder was een slaafgemaakte, Judicque.
Egbert Jacobus Bartelink | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
(1) < 1870 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
(2) 1872 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Victoria Romana IJsdam |
Les données affichées n'ont aucune source.