Ook Jooris of George.
Il est marié avec Susanna van Onchem.
Ils se sont mariés
Enfant(s):
Van der Aa; Biografisch Woordenboek, blz 264.
HOEFNAGEL (JoRis) of G e o r g e H o e f n a g h e l ,
afstammeling van een aanzienlijk geslacht, in 1545 te
Antwerpen geboren, oefende zich reeds vroeg in de letteren
en wetenschappen. Ook had hij een onbedwingbaren lust
voor de teeken- en schilderkunst, genoot daarin het onderwijs
van H a n s Bol, en hield zich op zijne reizen
door vreemde landen bestendig bezig met het teekenen van
land- en stadsgezigten, beelden van verschillende kleederdragten,
dieren enz., welke hij alle met groote naauwkeurigheid
en uitvoerigheid behandelde; ook werd hij een
uitstekend miniatuurschilder. In 1560 bezocht en teekende
hij Fransche plaatsen, vooral in de provincie Orleans, van
1564 tot 15(57 bereisde hij het grootste deel van Spanje,
vooral der zuidelijke gewesten, in 1577 en 1578 Italië.
Toen hij bij de plundering van Antwerpen al zijne bezittingen
had verloren , begaf hij zich met den beroemden
A b r a h a m O r t e l i u s naar Augsburg, waar de schatr\
jke F u g g e r s hem een aanbevelingsbrief gaf aan den
hertog van Beijeren, die heao honderd gouden kroonen
voor een teekening gaf en aanbood in zijn dienst te nemen,
hetgeen H o e f n a g e l aannam, nadat hij Italië zou bezocht
hebben. Te vergeefs poogde de kardinaal F a r n e s e hem
te Rome te houden, hij keerde naar zijn weldoener terug,
die hem tot zijn hofechilder benoemde. Na den dood van
den hertog van Beijeren trad hij in dienst van Ferd
i n a n d van Oostenrijk, hertog van Tyrol te Inspruck, waar
hij acht jaren aan het schilderen van een prachtig misboek
arbeidde , waarvoor de hertoo- hem 2000 gouden kroonen en
O O
een gouden keten van 200 gouden kroonen schonk. Voor
keizer R u dol p h maakte hij vier boeken met teekeningen
van alle bekende viervoetige en kruipende dieren, vogelen en
visschen en deze nam hem in dienst tegen een vorstelijk
jaargeld. Overigens was hij een geleerd en welsprekend
man, en een gelukkig beoefenaar der Latijnsche en Nederduitsche
poëzy. Hij stierf' in 1600 te Weenen. Op vele
platen van het
Theatrum civitatum et admirandorum Italiae
etc. a Jo inne Blauw, G. F. Amslelodani
1663, leest men
Georgius Hoefnagel depingebat,
die niet weinig tot sieraad
van dit prachtwerk strekten , dat op zichzelf twee deelen
vormt van den beroemden
Grooten Atlas van Blauw.
Ook
gal' hij
Dlversae insectorum volatiliuin ic.ones, ad virum
depiclae per D. J. Hoefnagel typisque mandatae a N. Vissclier
1G30, in 16 platen in 4 oblong, een gedeelte van
het werk getiteld :
Les insectes de George Hoefnagel, gravés
par son Hls Jaques , a l'age de
17 ans a Franc fort en
52
pi. et dont la suite de fleurs par jidr, Collaert en
24 pi.
t
in 4 oblong.
Hij leverde vele afbeeldingen van Spaansche steden
t
aan
den Keulschen kanunnik G e o r g e B r a u n , broeder van
den beroemden Keulschen kunstenaar A u g u s t u s Braan,
schrijver van
Civitates orbis lerrarum, in aes incisae et
exrufae et descriptione lypographica , morali et poëtica
ülustratae, Toni. VI, collaborantibus Francisco Hogenbergio,
Chalcographo et Georglo Hoefnagel in fo majore, Coloniae ab
anno
1572 ad 1618.
Ook in het Fransch overgezet
Thédlre des cilês du monde.
De Bourgondische bibliotheek is in het bezit van een
buitengewoon schoon door hem geschilderd miniatuur,
voorstellende een
gezigt op de stad Seviüa,
K r am m bezit van hem eene zeer fraaije teekenïng in
kleuren op parkement, waarschijnlijk een albumblad,
waarop een
menschenschedel en twee rozen op haren steel
aan beide zijden van het tafereel geplaatst, tegen het cranium
in eene buigende gedaante zijn afgebeeld ,
verder een aantal
vruchten, vlinders en insecten
enz, die elkander onderling
tot voedsel verstrekken en alzoo vernietigen. Boven dit
alles is, op een epitaaf, op een grond van ultramarijn,
met gouden lettera geschreven :
Contuere hoe quid sit genio
tantumque vacato—quant lubet: hwc fies tu similisquo seniel.
In het werk van
Marco Pagliarini, Racolta di lettere
sulla pittura, tcultura e archüectura,
komt een belangrijke
brief van H o e f n a g e l aan den Ridder Gaddi voor,
die door Fétis uit het Italiaansch in het Fransch
overgezet is en die ook bij K ram m voorkomt. Zyn portret
is door J. S a d e l e r gegraveerd.
Zie H o o g s t r a t e n , L u i s c i u • , K o k ,
Kiogr. Vniv. ; Bulletin
de l'Académie Royale de Belgigue,
Brui. 1854, Torn. XXI (waarin
etne verhandeling van E d. F é t i s over hem); v a n M • n d e r ,
Lep.
der &childers,
fol. 179; I m m e r t e e l ,
Lev. en werk. der Holl. en
flaamsche Kvnsts.,
I). II. bl. 43 ; K r a m m ,
Lev. en werk. der 11 all.
en Flaamsche Kunsts.,
l). IV. bl. 703; W i t s c n G e y s b e e k ,
tiiogr. Anth. Crit. Woordenb.,
D IV. bl. SlO; W i l l e m s ,
ferhand,
over de Kedord. Tael- en Lettert.,
1). 1. il. 284; Cat.
van U u 1-
I h e m , Krs. 7086, 14334.
Joris Jacobsz Hoefnagel | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||
HOEFNAGEL (JoRis) of G e o r g e H o e f n a g h e l , afstammeling van een aanzienlijk geslacht, in 1545 te Antwerpen geboren [...] Hij stierf' in 1600 te Weenen.
Aa, A.J. van der; Aardrijkskundig Woordenboek der Nederlanden 1839-1851; 13 banden; uitgave Centraal Bureau voor de Genealogie en Stichting Historic Future; Den Haag 2011.