Elle est mariée avec Willem IV van den Bergh.
Ils se sont mariés le 11 novembre 1556 à Meurs (Noordrijn-Westfalen), elle avait 17 ans.
Enfant(s):
Maria van Nassau (Dillenburg, 18 maart 1539 – Kasteel Ulft, 28 mei 1599), gravin van Nassau, Katzenelnbogen, Vianden en Dietz, was de tweede dochter uit het huwelijk van Willem de Rijke en Juliana van Stolberg. Maria was een zuster van prins Willem van Oranje.
Maria trouwde te Meurs op 11 november 1556 met graaf Willem IV van den Bergh (1537-1586). Op 28 februari 1557 hielden Willem v.d. Bergh en Maria v. Nassau hun feestelijke intocht in 's-Heerenberg. Maria had daar een protestante predikant in dienst en ook Willem had protestante sympathieën.
Nadat in 1574 het Kasteel van Leerdam compleet verwoest werd door de Spanjaarden bestuurde zij voor haar broer het graafschap Leerdam.
Graaf Willem pleegde verraad aan zijn zwager Willem van Oranje door over te lopen naar de Spanjaarden. Het verraad kwam aan het licht en Maria en haar echtgenoot werden op last van de Gelderse Staten op 5 november 1583 gevangengezet, maar door toedoen van Oranje kwamen ze weer snel vrij, wegens gebrek aan bewijs.
Na het overlijden van Willem IV van den Bergh werd Maria van Nassau gravin van den Bergh en de nieuwe vrouwe van Boxmeer.
Maria is begraven in de grafkelder van de kerk te 's-Heerenberg. Een van haar dochters, Elisabeth, was nog enige tijd abdis van stichten van 1604-1614 in Essen (Duitsland) en Nottuln, en heeft bij de Contrareformatie in Duitsland een bescheiden rol gespeeld.
Huis Bergh is een kasteel in de stad 's-Heerenberg gemeente Montferland, in de Nederlandse provincie Gelderland. Huis Bergh was het stamslot van de graven van Bergh. Het Land van den Bergh was vóór 1486 een bannerij en vanaf 1486 (rijks-)graafschap Bergh. Huis Bergh is de grootste waterburcht in Nederland.
NB. Dr Jan Herman van Heek, Kasteelheer van Huis Bergh. Hij zocht als textieldirecteur in Enschedé een middeleeuws kasteel of havezate met een rijke historie, waar hij de rest van zijn leven althans gedeeltelijk zou kunnen doorbrengen. Hij had al meerdere te koop staande kastelen bezichtigd toen zijn vader op 18 mei 1912 een brief kreeg van diens kennis Marinus Prakke, die bij de Heidemaatschappij werkte. Prakke schreef dat Huis Bergh en bijbehorende bezittingen, eigendom van Willem, vorst van Hohenzollern, graaf van Bergh, te koop waren. Of Van Heek sr. of een van zijn zonen daar geen belangstelling voor had? Dat had Van Heek sr. niet, maar Jan Herman had dat wel. Over de koopsom zijn de bronnen niet eensluidend: 840.000, 850.000 en 860.000 mark worden genoemd. De tegenwaarde moet zo'n 495.000 gulden zijn geweest, nu 4,8 miljoen euro. Voor dit bedrag deed vorst Willem niet alleen afstand van het vastgoed en de grond in Bergh, maar ook van de rechten en plichten die daarbij hoorden.
Hij was ridder in de orde van de Nederlandse Leeuw (1930), grootofficier in de Orde van Oranje-Nassau (1946), de Eerepenning van de Vereniging Gelre (1929), de gouden jubileumpenning van Vereniging Natuurmonumenten (1931), de Bergsma-Medaille van de ANWB (1947), de Zilveren Anjer van het Prins Bernhard Cultuurfonds, de gouden legpenning van de Koninklijke Nederlandse Oudheidkundige Bond (1948), de gouden Erepenning van de Provincie Gelderland, de gouden eremedaille van Enschede (1956) en de Rijkserepenning in goud (1953).
Hij was ereburger van Bergh (1953)
Maria van Nassau Dietz | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1556 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Willem IV van den Bergh |
Les données affichées n'ont aucune source.