Symen van Ingen, man van Johanna van Geffen
Il est marié avec Johanna van Geffen.
L'autorisation pour le mariage a été obtenu le 21 avril 1752 à Lith.Source 3
Ils se sont mariés à l'église le 7 mai 1752 à Lith.Source 4DTB Lith T NG 1649-1760: Sijmen van Ingen, wonende te Heerewaarden; Johanna van Geffen, geboren en wonende te Lith.
DTB Lith 1: Simon van Inge en Johanna van Geffen.
DTB Heerewaarden 1001, p. 267: Symen van Ingen, JM te Heerewaarden; Johanna van Gefffen, JD van Lith; attestatie van de proclamaties op 07-05-1752.
Enfant(s):
- R.A. Lith 78, f. 25v-28, 24 april 1782: Jan van Geffen wonende binnen de stad s’Bosch, Tomas van Batenburg wonende te Acquoi als in huwelyk hebbende Stien van Geffen, Jenneke van Geffen, wede Hendrik Verhoeven wonende te Maren Symen van Engen wonende binnen de Heerlykheyt Lith, als in huwelyk hebbende Johanna van Geffen Tomas Ketels als last en procuratie hebbende van Hendrik van Staveren en Marytje Lucas Ketels, wonende onder Alphen, zynde laastgemelde een dogter van Lucas Ketels, gepasseert voor den Notaris Jan van der Snoek en getuygen tot Alphen den 31 meert 1782 Item nog deselve Tomas Ketels als last ende procuratie hebbende van Wessel Bunnink en Gerrit Bunnink, wonende bnnen de hooge en vrye heerlykheyt Haze[rs]woude, in qualiteyt als voogden [nieuwe pagina] over de drie minderjarige kinderen van wylen Aafje Gerrits Odijk in huwelyk verwekt aan Egbert Bunnink met namen Lysje, Jan en Jannetje Egberts Bunnink, welke voors. Aafje Gerrits Odyk is een nagelaten dogter van Lucas Ketels, gepasseert voor den president in absentie van den Heer Bailluw en Schout mitsgaders scheepenen van Hazerswoude, den 30 meert 1782 de beyde procuratien alhier geregistreert, Item Tomas Ketels als last ende procuratie hebbende van Gysbert van Syl wonende te Langeraar in huwelyk hebbende Cornelia Odyk, Hermanus Odyk wonende te Alphen, en Leendert van den Bruk wonende te Soeterwoude, in huwelyk hebbende Aaltje Odyk, gepasseert voor Heeren Scheepenen te Kessel den 21 meert 1782, zynde de Constituanten in de gemelde procuratien vermeld in prive en in qualiteit Erf- [nieuwe pagina] genaamen bij representatie van de kinderen Lucas Keetels. Item als nog den meegemelde Tomas Keetels, voor sig selve en als last en procuratie hebbende van Dielis Keetels, Johanna Ketels, Jan Keetels, Gerrit Keetels, Huybert Keetels, Megtelina Keetels, Geertruyd Keetels, alle wonende binnen de Heerlykheyt Lith, kinderen en Erfgenamen van haaren vader, Jan Huybert Keetels, en nog de laastgemelden, als Erfgenaamen, voor negen tiende parten van Hendrik Beeken eenige Erfgenaam van de wed. Jan Beeke, volgens acte van procuratie gepasseert voor Heeren schepenen van Kessel den negenden meert 1700 twee en tagtig, mitsgaders Johannes Vriesekolk, secretaris te Kessel, als last en procuratie hebbende van Jan van de Wiel wonende te Alphen in Gelderland, in huwelyk hebbende Myntje Beeke als erfgenaam voor het resteerende een tiende part, van Hendrik [nieuwe pagina] Beeke, gepasseert voor Heeren scheepenen van Kessel, den sesde Meert 1700 twee en tagtig /\ [invoeging van tekst in de marge -] /\welke drie laastgemelde procuratien alhier ter secretarye zyn geregisteert [-] wesende Jan van Geffen Stien van Geffen, Janneke van Geffen, Johanna van Geffen, Jan Huybert Keetels de wede Jan Beeke en de kinderen van Lucas Keetels ider voor een sevende part gecustitueerde [?] Erfgenamen, van Jenneke Hendrik Keetels in leeven hui[s]vrouw van Peter van de Graaf te vooren getrouwd geweest, met Berend van Geffen volgens testamentaire dispositie gepasseert voor Heeren Drossaert en schepenen der Heerlykheyt Kessel den eerste April 1700 vijf en tsestig en also te zamen voor het geheel,
Een halve Morgen Land geleegen binnen deze Heerlykheyt Lith in de agterste Middelste hoeve oost belent Evert van der Haage west Anthony van Nouhuys strekkende van de middelste hoeve tot den broekgraaf, [nieuwe pagina] de transportanten pro se et qq aangekoomen by Erfenisse voornoemdt hebben sy publicq verkogt ten overstaan van Heeren Officier en Scheepenen der Heerlykheyt Kessel aan [doorhaling] Ida Brandts voor eene Somme van drie en tagtig guldens, de slaagen daar onder begreepen, volgens verkoopsconditie, synde van dato den derde april 1700 twee en tagtig en mits desen wettelyk ende Erfelyk gecedeert, opgedragen ende overgegeven aan [doorhaling] Ida Brandts voornoemdt, te zamen met alle de brieven en beschyden daar van synde, en met den [...] regten de transportanten pro se et qq daar in competerende, met helmelinge voltijdenisse en Cas en maniere in doen gewoonlyk zynde, belovende op verbant van hunne en deselvs principaale persoonen present en toekomende goederen, respectieve, dit cederen opdragen ende overgeeven, altyd te sullen ende doen houden voor goed vast steedig ende van waerden, ende alle commer, calangie ende aantal daar innen wesende, of komende af te sullen doen geheelyk los en vrij, uitgenomen zal de verkrygster tot haare lasten moeten nemen, nu ende ten eeuwigen daage, maken en onderhouden, mitsgaders op de eerst te voeren clopschouw [nieuwe pagina] geloven voor drie en een halve voeten Maasdyk onder de schouwe van Lith tussen paal 53 en 54, als mede te moeten betalen een jaarlykse Cyns aan de Heeren van Lith van twee penningen den hond doende, ofte zo veel min ofte meer t Cynsboek is mede brengende mitsgaders schaaden en Commeren zo van slooten straten, wegen en waterlaten, s’landts, Dorps en Polders lasten regten en servituten als van oudts regt en gewoonten (...) daar toe te onderhouden en betalen syn staande en over zulks geen uitgezondert.
Compareerde meede den opgemelde [doorhaling] Johannes van Baren zig fort en sterk makende voor Ida Brandts, en verklaarde opgemelde dyken, en lasten sodanig te sullen maken ende betalen dat de transportanten pro se et qq daar van sullen zyn en blyven bevrijd onder verband als naar [...] en hebben de transportanten pro Se et q.q. op de gedaane afvraginge verklaart, dat voors. land is vrij allodiaal en niet leenroerig aan eenige hooven van leen. Aldus gepasseert tot Lith op heeden den vierentwintigste April 1700 twee en tagtig ten overstaan van de Heer Pieter Benjamin Papo Drossaert en Bartholomeus Pyll scheepen in Lith
dit + merck stelt Jan van Geffen
dit + merck stelt Tomas van Batenborg
Thomas Ketes [sic]
Sijmen van engen
dit + merk steld Jenneke van Geffen, wede H Verhoeven
Johannes van Baaren
Vriezekolk qq
P:B:Papo
B Pijll
PH Fenema
- R.A. Lith 78, f. 28v-29v, 24 april 1782: Dezelfde personen verkopen publiekelijk 3,75 hond land te Lith in de voorste Middelste Hoeve, aangekomen uit de erfenis, voor 74 gulden aan Jacobus van Maaren te Lith.
Tekende o.a. “sijmen van engen”.
- R.A. Lith 78, f. 30-31, 24 april 1782: Dezelfde personen verkopen publiekelijk 3, 5 hond land te Lith in de Papenhoef, aangekomen uit de erfenis, voor 81 gulden aan Geert Keetels.
Tekende o.a. “symen van engen”.
- R.A. Lith 78, f. 31v-32v, 24 april 1782: Dezelfde personen verkopen publiekelijk 1 morgen land te Lith in de Wiel, aangekomen uit de erfenis, voor 219 gulden aan Seymen van Ingen, inwoner te Lith.
Tekende o.a. “sijmen van engen”.
- R.A. Lith 78, f. 33-34, 24 april 1782: Dezelfde personen verkopen publiekelijk een halve morgen land te Lith in de Janshoef, aangekomen uit de erfenis, voor 132 gulden aan Johanna Verhoeven, weduwe van Peter van de Graaf, te Kessel.
Tekende o.a. “sijmen van engen”.
- R.A. Lith 78, f. 34v-35v, 24 april 1782: Dezelfde personen verkopen publiekelijk 1,25 hond land te Lith in de Janshoef, aangekomen uit de erfenis, voor 33 gulden aan Johanna Verhoeven.
Tekende o.a. “Sijmen van engen”.
- R.A. Lith 78, 24-06-1782: Compareerde op heeden den vier en twintigste Junij 1700 twee en tagtig voor de ondergetekende scheepenen van Groot Lith Seymen van Engen inwoonder der voorseyde Heerlykheyt welke opentlijk bekende ende verklaarde, gelijk by deesen bekennende ende verklaarende is wel ende deugdelyk schuldig te zijn, aan ende en behoeve van de Heer Johannes Vriezekolk, Secretaris der Heerlykheeden Kessel en Empel eene Capitaale somme van vyf en tseventig guldens, tot twintig stuivers elken gulden gereekent, goed gangbaar hollandts geld, tyde der betaalinge Cours en de loop hebbende welke Capitaale somme van vyf en tseventig guldens, hij Seymen van Engen gelooft op generaal verband van syn persoon ende goederen hebbende ende verkrygende, [nieuwe pagina] te sullen opleggen ende betaalen aan voornoemde Heer Johannes Vriezekolk ofte desselvs regts verkrygende van heeden data deezes over een jaar met den intrest van dien zeggens vier guldens van het hondert gereekent, vrij van alle lasten, egeene van dien uitgescheijden, zonder eenig tegenseggen van regten ofte daar buiten overmits de opregte deugdelykheyt der schult is spruitende van goede en wel aangetelde penningen bij hem gelover voornoemd uit handen van opgemelde Heer Johannes Vriezekolk tot syn Contentement ende gerief ter leen ontfangen ende genooten zo hy bekende ende verklaarde bij ende mits dese renuntierende over zulks de gelover van de Exceptie van onaangetelden gelde die hy en Cas van geen dadelyke aantellingen zoude kunnen proponeeren, en ofte het gebeurde dat voorschreven somma ten voorschreven dagen niet wierde gerestitueerdt maar [?) niet wedersydts gelieven langs bleven staan, so gelooft hij Seymen van Engen daar van den intrest tegens vier guldens van het hondert te sullen blyven betaalen, jaarlyks tot de volle en effectueele aflossinge ende quitaige toe, ende en Cas van resti- [nieuwe pagina] tutie ofte repetitie zal men gehouden zyn zulks elkanderen geregtelyk drie maanden voor de verschyndag opzegginge te doen. Aldus gepasseert tot Lith als uit hoofdt deeses ten overstaan van Bartholomeus Pyll en Pontiaan Albertus van Twist schepenen in Lith.
[w.g.] Symen van Engen
B:Pijll
P:A:van Twist
PH: Fenema
- R.A. Lith 100, f. 27v-29: 08-09-1792:Request Johanna van der Wielen, w.v. Sijmon van Ingen [Van der Wielen = Van Geffen?].
Seymen alias Sijmen van Enghen alias van Ingen alias van Inge | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1752 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Johanna van Geffen |