Enfant(s):
In Gemert zijn er twee verschillende families Van Strijbosch. Beiden ontlenen hun naam aan de hoeve Strijbosch in Handel. Hier wordt de oudste beschreven. De andere staat ook op deze site.
De oudste vermeldingen van leden van de Van Strijbosch betreffen een Gevart van Stijbosch. Er is verder een vermelding in de Bossche Protocollen van een Gevart van Strijbosch, zoon van Jan van Bakel en volgens Bakelse cijnsregisters zou deze Jan van Bakel een natuurlijke zoon zijn van een heer Gevart. Dat zou eventueel Gevart van Doerne, heer van Deurne kunnen zijn.
Zie ook https://www.heemkundekringbakelenmilheeze.nl/bakel-een-middeleeuws-dorp-pvdm
---
NB
Gevaert (Van Der Vloet) Heer van Doerne
Was Ridder en Heer van Doerne en voogd van Echternach. Van der Vloet verwijst naar de boerderij de Vloet in Deurne. Had ook de hoeve te Loen in Deurne alsmede tienden vanLiessel.
Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Het geslacht Van Doerne was van oorsprong een ministeriaal middeleeuws geslacht uit Deurne, verbonden aan de hertogen van Brabant. De namen Gevard en Everard komen veelvuldig in deze voor.
Als stamvader wordt Gheyvardus van Doerne beschouwd. Hij werd in 1306 vermeld als lid van een seendgerecht, en was gehuwd met een dame uit het geslacht Van den Bogaard. Voor 1334 overleed hij. Over zijn voorvaderen tasten we in het duister. Hij is waarschijnlijk een nazaat van Gevardus, meier van de abdij van Echternach te Deurne omstreeks 1200. Deze Gevardus had opvallend genoeg ook een broer Everardus, die een 'gewoon' horig hoevenaar namens Echternach in Deurne was. Het lijkt erop, dat inde loop van de late middeleeuwen de meiers van Echternach zijn overgestapt naar de invloedssfeer van de hertog van Brabant, die als opkomende landsheerlijke macht hen hiervoor heeft beloond met de lage heerlijkheidsrechten.
In de loop van de late middeleeuwen bestonden er twee takken van de familie. De eerste, die van Gheyvardus' zoon Gevard (overleden voor 1350), leverde de heren van Deurne tot 1456. De woonde aanvankelijk op het Cranendoncks leengoed Ter Vloet in het Kerkeind, maar verplaatste de residentie omstreeks 1380 naar het Haageind, waar het Klein Kasteel en een naastgelegen watermolen werden gebouwd. Gevard's achterkleinzoon Jan van Doerne moest in 1456 de heerlijkheid van de hand doen, omdatwettige erfgenamen ontbraken.
De tweede zoon van Gheyvardus, Everard (overleden voor 1371), had eveneens nageslacht. Zijn zoon Gevard van Doerne (overleden tussen 1407 en 1409) liet vermoedelijk kort voor 1397 het Groot Kasteel bouwen, tegenover dat van zijn verwanten uit de andere tak van de familie. In 1519 kochten zijn nazaten zowel het Klein Kasteel als de heerlijkheidsrechten, waardoor voor het eerst in de historie de nazaten van Everard zich heer van Deurne mochten noemen.
Verval van de familie
Na de dood van Jan van Doerne in 1606 gingen de heerlijkheid en beide kastelen over in handen van het geslacht Van Wittenhorst via Van Doerne's enige dochter. In 1653 verdween de heerlijkheid ook uit de handen van dit nageslacht. De macht van de VanDoerne's was toen tanende. Nog tot in 1724 hadden zij de heerlijkheid Asten in handen, die zij in het midden van de 17e eeuw via huwelijk hadden verkregen. De rechten op het Blokhuis in Liessel verloren zij al in 1657.
Zie ook https://www.genealogieonline.nl/stamboom-goossens-van-der-heijden/I13902.php
Les données affichées n'ont aucune source.