Il est marié avec Elisabeth Loo.
Ils se sont mariés le 26 novembre 1697 à Haarlem.
Enfant(s):
Gerard’s vader was:
II. Thomas van Swieten, als oudste kind zijner ouders te Leiden geboren en gedoopt in de kerk aan de Bakkersteeg 7 Aug. 1662. Nauwelijks 7 jaar oud verloor hij zijn vader, Gerrit Thomasz. vam Swieten, die bontwerker of peltier was en die niet veel meer naliet dan eenen grooten magazijnvoorraad, gedeeltelijk slechts bewerkt.
Met zijn 2 jaar jonger broertje Philippus werd hij onder voogdij gesteld van een neef, den zeer voornamen notaris Lambertus van Swieten en een behuwd neef, Mr. Nicolaas Dedel, die tweemaal met eene van Swieten gehuwd en zeer vermogend was. Na diens dood, einde 1670, volgde de notaris Engel van Haestenraedt hem als voogd op. Terwijl Philippus in het vak zijns vaders werd bekwaamd, kwam Thomas reeds jong bij zijn voogd op kantoor, voorzeker eene goede leerschool, daar notaris van Swieten eene uitgebreide practijk had in de stad, maar vooral buiten bij den grootendeels R.C. gebleven landadel. Zoo was hij o.a. de beheerder in de moeilijke afwikkeling van den desolaten boedel van den voorlaatsten Heer Gerrit van Poelgeest, tevens schout en baljuw van de vrije heerlijkheid Hoogmade, uit dien boedel afkomstig. Sinds 23 Dec. 1692 zelf tot notaris benoemd, kon Thomas zich weldra, dank zij de verworvene betrekkingen in een druk notariaat verheugen, dat na den dood van zijn voogd 1705 nog meer in beteekenis toenam, terwijl hij ook diens opvolger werd in het schoutambt van Hoogmade.
Door zijn executeurschap in den boedel van Frans Loo te Amsterdam, die alhier gewoond had, maakte hij kennis met diens volle nicht Elisabeth Loo te Haarlem. Zij was ook te Amsterdam geboren en eene dochter van Gerard Loo uit Limburg en Sara van Bancken uit Delft en was 10 Febr. 1692 voor schepenen van Haarlem gehuwd met Cornelis van Campen, die reeds 1 April 1694 begraven werd. Als weduwe woonde zij samen met hare volle zuster, Anna Catharina, een klopje. Hare moeder was hertrouwd met een Heer Kiliaen, waarbij zij nog drie kinderen had, Anna, Gerard, en Jan. Op huwelijksche voorwaarden van 7 Nov. teekende zij 9 Nov. met notaris Thomas van Swieten aan en huwde voor schepenen van Haarlem op 26 Nov 1697. Vermoedelijk is Gerard het oudste kind geweest ; ik vond nog de aangifte van overlijden van twee andere kinderen, nl. 26 Juni 1703 en 20 Dec. 1708. Hun doop zal ook in de kerk der Jesuiten hebben plaats gevonden. Reeds 29 Dec. 1708 werd aangifte gedaan van het overlijden van Elisabeth Loo, nalatende één zoon. Thomas’ moeder had met haren jongsten zoon, Philippus, den bontwerker, samengewoond; toen deze ongehuwd in April 1703 stierf trok zij niet bij haren oudsten zoon in, evenmin toen deze weduwnaar geworden was. Ik vermoed, dat zij zich niet thuis gevoelde in de voornamere en rijkere omgeving waarin de notaris verkeerde; in zijn testament draagt hij zijnen executeurs en voogden over zijn zoon op, voor zijne moeder datgene te doen, wat noodig mocht blijken. In deze opvatting word ik gesterkt door het feit, dat Gerard bijna 17 jaar was, toen zijne grootmoeder stierf en blijkens het artikel van den Heer E.L. van Swieten, niet eens meer wist hoe zij heette.
Sedert den dood van de vrouw van den notaris, woonde hare zuster, het Klopje, bij hem in. Korten tijd was zij wederom naar Haarlem teruggekeerd, want de notaris was op 29 Juli 1710 alhier hertrouwd met eene rijke weduwe, Johanna Maria van Haerlem, weduwe met één zoon van den brouwer in „de Roskam” Corrnelis van Leeuwen. Zij was uit Delft afkomstig en aldaar 27 Aug 1683 met den Leidenaar van Leeuwen gehuwd. De archivaris van Delft kon mij niets mededeelen omtrent hare geboorte en ouders. Dit huwelijk was echter niet van langen duur, want in Jan. 1711 verklaarde zij voor notaris van Swanenburgh, dat zij al lang niet meer bij elkaar woonden en dat zij ook nooit meer bij hem thuis zou komen. Daar beiden Catholiek waren, konden zij natuurlijk niet scheiden, maar zij beschouwde dit huweliijk als nooit plaats gehad hebbende, noemde zich wederom Wed. van Leeuwen en is als zoodanig ook van 20-27 April 1716 in de Pieterskerk begraven.
Anna Catharina Loo was inmiddels weder bij haren zwager teruggekeerd, doch zij stierven schielijk en kort na elkaar, de notaris op 8, zijne schoonzuster op 14 Juli 1712. Zoo stond de kleine Gerard op nauwelijks 12 jarigen leeftijd vrijwel alleen op de wereld. Zijne levensbeschrijvers zeggen allen, dat hij niet rijk was. Al had de 20-jarige practijk zijns vaders dezen nu niet bepaald zeer vermogend gemaakt, toch liet deze, blijkens den inventaris, eenige belangrijke vaste goederen na, o. a. in Beverwijk en een zeer grooten en kostbaren inboedel, waarbij een aantal schilderijen van bekende meesters en een grooten voorraad zilverwerken bijzonder opvallen; wel een contrast met de vrij armzalige nalatenschap van zijnen vader. Verder was Gerard ook erfgsnaam van zijne tante, die zijn vader zoo spoedig in den dood volgde.
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Bakkersteeg.
Het oudste R.K. doopboek van Leiden is van de statie die een onderkomen vond in een pand aan de Bakkersteeg, thans Pelikaanstraat geheten. Zeker nadat het complex enige keren uitgebreid was, besloeg het een terrein dat aan de voorkant uitkwam aan de Haarlemmerstraat en aan de achterkant in de Pelikaanstraat. Dat doopboek begint al in het jaar 1642, maar het is niet duidelijk of de statie toen al daar gevestigd was.
De eerste pater Dominicaan kwam pas rond het jaar 1650 naar Leiden; sedertdien bleef deze kerk in handen van de Dominicanen (ook wel predikheren genoemd), die de statie de patroonheilige Sint Dominicus gaven. In februari 1846 werd begonnen met nieuwbouw ter plaatse; deze werd op 9 november van dat jaar ingezegend. Door de opheffing van de staties en de invoering van nieuwe parochies was voor deze kerk geen plaats meer. Op 2 februari 1857 werd er de laatste mis opgedragen; daarna werd het een R.K. Armenschool. De statie werd grotendeels gevoegd bij de Hartebrugparochie; in het archief van die parochie bevindt zich dan ook een kopie van de doopboeken van deze kerk van vóór 1811.
Thomas van Swieten | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
1697 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Elisabeth Loo |
Les données affichées n'ont aucune source.