In den name godes amen
Op Huijden den 3 maart 1732, des middags de clock omtrent twee uuren, compareerde voor mij Jan Barrevelt Notaris publijcq bij den Ed. Hove van Holland geadmitteert, residerende binnen den stede Beverwijck ende de getuijgen naargenoemt den eersamen Cornelis Louritsz Henneman weduwenaar van Jannitje Jacobs wonende in den banne van Heemskerck aan duijn mijn nots bekent, sieckelijck, sijn verstant reden en memorie wel hebbende en gebruickende, dewelcke verclaarde de genegen te wesen te disponeren van sijne tijdelijcke goederen, en de als me te raden geworden sijnde, uijt hun eijgen vrije wille sonder mislijdinge van iemant te maacken schicken en ordonneren sijn testament en de laaste wille naar alvoren sijn siele in den barmhertige handt godes en desselfs lighaam een eerlijcke begravinge bevolen te hebben als volght.
Soo verclaarden hij testateur te nomineren en te institueren sulcx doende mits desen Louris Cornelisz voor een derde, Jacob Cornelisz voor een derde, ende de kinderen van Trijntje Cornelis Henneman voor een derde part, kinderen en kints kinderen van hem testateur tot sijn eenige ende algeheele erfgenamen in alle goederen soo roerende als onroerde actien crediten ende gereghtigheden mets daar van uijtgesondert die hij testateur metter doode ontruijmen ende aghterlaten sal, met volle reght van eijgendom soodanigh dat ieder voor sijn derde part sal trecken ende genieten als volght te weten de portie van Louris Cornelisz sal wesen, ende bestaan eerstelijck in een huijs ende erve, staande ende leggende aan heemskerckerduijn daar hij Louris Cornelisz tegenwoordigh in woont ...
Wijders verclaarden hij testateur te committeren ende te authoriseren den eersamen Louris Cornelisz en Jacob Cornelisz Henneman, mitsgader Jacob Pieterse weduwenaar van wijlen Trijntje Cornelis Henneman tot vooghden over de minderjarige nagelatene kinderen van wijlen de voornoemde Trijntje Cornelis omme bij sijn comparante afsterven de goederen die de selven kinderen van hem testateur staan te erven te aanvaarden, regeren ende benefitieren tot meeste uijt ende oorbaar vande voorsz kinderen, gevende hun luijden daar toe sodanigen maght, last, authoriteijt ende speciaal bevel ende een ieder daar van int besonder als aan vooghden naar reghten kan woerden gegeven ofte daat toe vereijst werdt, met maght vab substitutie suroogatie ende assumptie, mitsgader met uijtsluijtinge van alle anderen ende wel speciaal met behoorlijck respect den gereghten en weescamer van den dorpe Heemskerck, ofte daar sijn sterfhuijs zal komen te vallen ...
De 16 januarij 1733 compareerden voor mij
mr. Jan van Twuijver notaris publieq, bij
de Ed: Hove van Holland geadmisteert, bin-
nen de stad Alkmaar residerende, ter pre-
sentie van de nagemelte getuijgen, Lou-
ris Cornelisz Henneman, jacob Cornelis Henneman
soonen en ijder voor een derde erfge-
naam van haar vader Cornelis Louritz Henne-
man en van haar moeder Jannetje Jacobs in de
banne van Heemskerk aan duijn beijde overleden,
en Jacob Pieterz weduwnaar van Trijntje
Cornelisz Henneman, die een dochter van
gesegde Cornelis Louritz Henneman en Jannetje
Jacobs, en alsoo voor een gerechte derde meede erf-
genaam van deselve Jannetje Jacobs was; item
noch Cornelis lourisz regerend schepen te Heems-
kerk, en Teunis Dirks wonende aan Velserduijn,
te samen voogden over de twee kinderen van even-
gemelte Jacob Pieters, geteelt bij sijn gesegde vrouw
Trijntje Corrnelisz, bij schepenen van Heemskerk
in dato den 6 januarij gecommisteert ende
geautoriseert tot t doen der afdeeling van de
goederen die sij van haar moeder door t affsterven
van haar grootmoeder Jannetje Jacobs hebben
geërft; en dan noch deselve Jacob Pieters als
voogd over deselve sijn twee onmondige kinderen
geteelt bij sijn gesegde vrouw, en goederen die
sij quamen te erven van haar grootvader Cor-
nelis Lourits henneman volgens desselfs tes-
tament, voor de notaris Barreveld en seekere
getuijgen den 3 maart gepasseert ...
In de kantlijn:
Schout en schepenen
geëxamineert
dese request
aanstaan en
gepresenteert
gelet en overwoo-
gen hebbende
op de saacken
in deselve
vereat, en t
versoek daar
bij gedaan,
approberen, s
kinren goet
de accorde ofte
nadere verder
lingh, van de
gantschen
gemen boedel
soo van Cornelis
Henneman als
van Jannitie
Jacobs, beide
in de voornoemde
requeste gemelt
ingevolge de
acte daar van
voor de notaris
van Twuijver
en seeckere
getuijgen, tot
Alkmaar in
dato, den 16e
januarij laest-
leden, tusschen
de suppten ge-
passeer, alles
na staan form
en inhouden
Actum op den
raathuijse
tot Heemskerk
en bij den
schout, en twee
schepenen uijt
allen namen te
onderteeckent
den 3 feb
1733
J. v. Coevenhoven
Barent Hendrickse
Cornelis Wagemaker
Aan de WE: Agtbaare
geregten van Heemskerk
N.b. vervolgens wordt de inhoud van de notarisakte van 16 januari 1733 vermeld.
Zie verder deze akte.
Wij Adriaen van Coevenhoven schout tot eems-
kerck, Dirck Jansz Paessche regerent, ende Cornelis Gijsbers
out schepenen aldaer, oirconde en kennen, dat voor ons ge-
comen ende verschenen is, den E. Jan van Essen als last
en procuratie hebbende van Juffrouen Catharina en Geert-
ruijt Colombier, gesusters woonende beijde tot haerlem
dewelcke bij desen bekende verkogt quijtgescholden ende
tot vrijen eijgen opgedragen te hebben, aen en ten behoeve
van Cornelis Lourizze Henneman, de helft in een stucke-
lants leggende binnen desen banne aende noortmaetweg
groot dito 1/2 684 roeden, genaemt raeuwers camp
belent ten oosten Arien Jansz Broer, ten zuijden de
maetwegh, ten westen het kinderhuijs tot haerlem
ten noorden de maerdijck. ende dat met de belas-
tinge van 'sheeren tijns, van welcke verkopinge en
opdragte hij comparant in qualite als voors, bekende al wel
ende ten vollen voldaen ende betaelt te zijn ende
dat met een somme van f 100-0- 0 gereet gelt
stellende daeromme den voornoemde coper in volcomen pos-
sessie ende eijgendomme vant voors 1/2 stuckelants
belovende oock het selve ten allen tijden te vrijen
ende waren van alle lasten paghten renten evictien
ende creditien daart selve voor dato deses eenig-
sints mede belast ofte belast ofte beswaert moghte
wesen alles naar reghten vande lande, ende costu-
me van onsen dorpe, stellende daervoren ten onder-
pande specialijck sijn persoon en generalijck alle
sijne goederen roerende ende onroerende present ende
toecomende gene uijtgesondert, maackende alle deselve
subject alle reghten, reghteren, ende executien,
T'oirconde dese bij mij schout voornoemt besegelt ende
bij ons schepenen geteeckent, den 28 october 1694
AV Coevenhoven
Cornelis Gijsbertsz Smacker
Dirck Jansz Paessen
mij present secretaris
JV Coevenhoven
Wij Adriaen van Coevenhoven schout tot heemskerck
Jacob Jansz Heijnstman, ende Dirck Jansz Paessche
schepenen aldaer, oirconde ende kennen dat voor ons gecomen
ende verschenen sijn, den E. Cornelis Mieusz Blauw woonende
tot uijtgeest, en als vader en voogdt over Arent ende Grietie
Isaacx, Item Jan Hessels in huwelijck hebbende Stijntie
Isaacx, dewelcke bij desen bekende verkogt quijtgeschol-
den ende tot vrijen eijgen opgedragen te hebben, aen ende ten
behoeve van Cornelis Lourisz Henneman woonende aen duijn
een stuckelants leggende binnen desen banne genaemt
de camp in breetweer, groot 1590 roeden, belent ten
oosten de Die, ten westen breetweer, van welcke ver-
kopinge en opdragte sij comparanten bekende al wel
ende ten vollen voldaan en betaelt te sijn, ende
dat mette somme van f 686-0- 0 gereet gelt,
stellende daeromme den voornoemde coper in volcomen
possessie ende eijgendomme vant voors stuckelants,
belovende oock het selve ten allen tijden te vrijen
en waren van alle lasten pagten, renten, evictien
ende creditien daert selve voor dato deses eenig-
sints mede belast ofte beswaert mogte wesen, alles
naar reghten vanden lande, ende costume van onsen
dorpe, onder verbandt als naer reghten, T'oir-
conde dese bij mij schout voornoemt besegelt, ende
bij ons schepenen geteeckent, den 26 meij
1695
AV Coevenhoven 1695
Dirck Jansz Paessen
Jacob Jansen Heijnstman
mij present secretaris
JV Coevenhoven
Wij Adriaen van Coevenhoven schout tot eemskerck
Jacob Jansz Heijnstman, ende Dirck Jansz Paessche,
schepenen aldaer, oirconde en kennen dat voor ons ge-
comen ende verschenen is, de heer Melis van
Saftingen woonende tot amsterdam, dewelcke bij de-
sen bekende verkogt quijtgescholden ende tot vrijen eij-
gen opgedragen te hebben aen en ten behoeve van
Cornelis Lourisz Henneman woonende aen duijn 392
roeden lants, leggende binnen desen banne in
breetweer, genaamt in breetweer, belent ten
oosten de Die, ten westen breetweer, van welcke
verkopinge, en opdragte hij heer comparant bekende
al wel ende ten vollen voldaen en betaelt te sijn
ende dat met een somme van aght en tnegentig
gulden en vijff stuivers gereet gelt, stellende daer-
omme den voornoemde coper in volcomen possessie
ende eijgendomme vant voors landt, belo-
vende oock het selve ten allen tijden te vrijen
ende waren van alle lasten paghten renten, evic-
tien ende creditien daert selve voor dato deses
eenigsints mede belast ofte beswaart moghte
wesen, alles na reghten vande lande, en
costume van onse dorpe, onder verbant
als na reghten, T'oirconde dese bij mij schout
voornoemt besegelt, ende bij ons schepenen geteeckent,
den 5en julij 1695
AV Coevenhoven 1695
Dirck Jansz Paessen
Jacob Jansen Heijnstman
mij present secretaris
JV Coevenhoven
Wij Adriaen van Coevenhoven schout tot eemskerck, Ja-
cob Jansz Heijnstman ende Cornelis Jacobsz Prins sche-
penen aldaer, oirconde en kennen dat voor ons gecomen
ende verschenen sijn, Arien Dircxe Oudendijck ende
Arien Gerrrits Grasbosch, in qualite als voogden over de min-
derjarige, item Claes Lourisz, Arent Cornelisz als
in huijwelijck hebbende Guertie Louris, Jan Bouwis
als in huijwelijck hebbende Jannitje Louris ende
Maartie Louris in qualite als meerderjarige kin-
deren van Louris Jansz en Trijn Cornelis. Item
Gerrit Maertsz ende Jan Jansz Verweij, soo voor
haer selven en innestaende voor de kinderen van
Cornelis Sijmensz geprocreert bij Aegtje Maertens,
dewelcke bij desen bekende vercogt quijtgescholden en-
de tot een vrijen eijgen opgedragen te hebben aen en-
de ten behoeve van Cornelis Louris Henneman woonende aen
duijn, een stuckelants leggende binnen desen banne in
de noortbroeck, groot 800 roeden, belent ten noorden
de maerdijck, ten suijden de maetweg, van welcke verko-
pinge en opdragte sij comparanten bekende al wel en ten vollen
voldaen en betaelt te sijn, ende dat mette somme van
f 280-0- 0 gereet gelt, stellende daeromme den voornoemde
coper in volcomen possessie en eijgendomme vant voors
stuckelants, belovende oock het selve ten allen tijden te
vrijen, ende waren van alle lasten, paghten, renten,
evictien ende creditien, daert selve voor dato deses
eenighsints mede belast, ofte beswaert mogte wesen,
alles na reghten vanden lande, en costume van on-
se dorpe, onder verbant als na reghten, T'oir-
conde dese bij mij schout voornoemt besegelt, en bij ons
schepenen geteeckent, den 30e meij 1696
AV Coevenhoven 1696
Jacob Jansen Heijnstman
Cornelis Jacopse Prins
mij present secretaris
JV Coevenhoven
Wij Adriaen van Coevenhoven schout tot eems-
kerck Jacob Jansz Heijnstman ende Cornelis Jacobsz Prins
schepenen aldaar, oirconde ende kennen dat voor ons ge-
comen ende verschenen is, Sr. Havick Jans Halfswaeg
woonende tot schagen, dewelcke bij desen bekende ver-
kogt quijtgescholden en tot een vrijen eijgen opgedragen
te hebben, aen ende ten behoeve van Cornelis Lourisz
Henneman woonende aen duijn, een crofte teellant
leggende binnen desen banne opde geest genaemt
Lijsbet Meuts croft, groot 1057 roeden, belent ten wes-
ten, suijden, en oosten Claes Pietersz Lammerden
ten noorden Louris Jacobsz, van welcke verko-
pinge en opdragte hij comparant bekende al wel
en ten vollen voldaen, en betaelt te sijn, ende
dat mette somme van f 650-0- 0 gereet gelt,
Stellende daeromme den voornoemde coper in vol-
comen possessie en eijgendomme vande voors
crofte lants, belovende oock deselve ten
allen tijden te vrijen ende waren van alle las-
ten, paghten, renten, evictien ende creditien
daert selve voor dato deses eenighsints mee-
de belast ofte beswaart moghte wesen, alles
naar reghten vanden lande, ende costume van
onse dorpe, onder verbandt als naer reghten,
T'oirconde dese bij mij schoudt voornoemt besegelt,
ende bij ons schepenen geteeckent, den 14
februarij 1697
AV Coevenhoven
Cornelis Iakobse Prins
Jacob Jansen Heijnstman
mij present secretaris
JV Coevenhoven
Wij Adriaen van Coevenhoven schout tot eemskerck,
Cornelis Gijsberts, ende Pieter Jans Pieten schepe-
nen aldaer, oirconde en kennen dat voor ons
gecomen ende verschenen is, Cornelis Jans Lam-
merden woonende alhier, dewelcke bij desen
bekende verkogt quijtgescholden ende tot een
vrijen eijgen opgedragen te hebben aen ende ten
behoeve van Cornelis Louris Henneman, woonende
mede alhier, een crofte teellant leggende
binnen desen banne aen duijn genaamt de ven, groot
637 roeden, belent ten noorden de heer Cloeck, ten
suijden Sijmen Ootgerts, dit lant heeft een vrije
notwegh, over de werf en lant van Claes Jacobsz
en is verder geconditioneert dat den coper sal
onderhouden de hooftbeeck en uijtwateringh, ende
Claes Jacobsz de conijnheijningh, van welcke ver-
copinge en opdragte hij comparant bekende al wel
ende ten vollen voldaan en betaalt te sijn, ende
dat mette somme van f 200-0- 0 gereet gelt, stel-
lende daeromme den voornoemde coper in volcomen
possessie ende eijgendomme vant voors stucke-
lants, belovende oock het selve ten allen tijden
te vrijen ende waren van alle lasten, paghten, renten
evictien, ende creditien, daart selve voor dato deses
eenighsints mede belast ofte beswaart moghte wesen
alles naer reghten vande lande, ende costume van
onse dorpe, onder verbant als naar reghten,
T'oirconde dese bij mij schout voornoemt besegelt, ende
bij ons schepenen geteeckent, den 27 februarij 1699
AV Coevenhoven
Cornelis Gijsbertsz
Pieter Janse Piete
mij present secretaris
JV Coevenhoven
Wij Adriaan van Coevenhoven schout
tot Eemskerck, Engel Cornelisz ende Jan Sijmonsz
Schuijt schepenen aldaar oirconde en kenne dat voor
ons gecompareert ende verschenen sijn. Maartje Louris
weduw van Jasper Jacobsz voor haar selffs als
de gerechte helft toebehorende, Cornelis Jaspersz,
Jacob Jaspersz, Pieter Jaspersz, Jan Cornelis Reijersz
in huwelijck hebbende Neeltje Jaspers, Gerrit
Pietersz in huwelijck hebbende Maartje Jaspers,
alle kinderen en erffgenamen van zaliger Jasper
Jacobsz, voor de andere helft, dewelcke bekende
quijtgescholden ende tot eenen vrijen eijgendom op-
gedragen te hebben aan ende ten behoeve van
Cornelis Lourisz Henneman, woonende binne desen
banne aan duijn, eerstelijck een stucke landt
gelegen binne desen banne op de geest genaamt
kenuwen camp en tusschen cien, Item noch
een stucke landt daar aan geanxeert genaamt
de menacker, groot te samen 1267 roeden
belendt ten noorden de kinderen van Jacob Willemsz,
ten zuijden de weduw van Pieter Sijmonsz, ten
oosten de luttick cie, ten westen de groote
ciebeeck, van welcke verkoopinge en op-
drachte sij comparanten bekende al wel en ten volle
voldaan en betaalt te sijn, en dat met een somme
van seven hondert en vijfftigh caroli gulde, den
eersten met den laasten penningh daar van ontfangen
te hebbe, soo dat sij daaromme niet alleen te samen
maar oock een ijder in solidum verbinden, renuncierende
ten dien eijnde vande benefitien ordinis divisionis et
excussionis, ende ten reguarde vande voornoemde weduw
vant senatus consultum vellejanum, wesende vande res-
pective renunciatie der selve tot hun genoegen
ende ten volle daar van onderrigt, belovende het
voors stucke landt ten allen tijden te sullen vrijen
en waren, soo alsmen alle goederen is schuldigh te
vrijen ende te waren, alles naar rechten van den
landen ende costume van onsen dorpe, onder verbandt
als naar rechten, T'oirconde bij mij schout
voornoemt besegelt ende bij ons schepenen geteeckent
den 8 december 1706
A: v: Coevenhoven
Jan Sijmensz Schuijt
Wij Adriaan van Coevenhoven schout tot
eemskerck, Cornelis Morchs , ende Jan Klaasz
Molenaar, schepenen aldaar, oirconde en kenne, dat
voor ons gecompareert en verschenen sijn Teunisje
Aalberts weduw van wijlen Cornelis Lourisz Pieten,
en Louris Jaspersz als in huwelijck hebbende Neeltje
Cornelis dochter van Teunisje Aalberts, dewelcke bekende
verkogt quijtgescholden ende tot eenen vrijen eijgen-
dom opgedragen te hebben aan en ten behoeven van
Cornelis Lourisz Henneman, woonende binne desen
banne aan duijn, een stucke landt gelegen binne desen
banne inde noordtbroeck, genaamt de bots, groot
567 roeden, (?) belendt ten noorden Cornelis Spanjerberg,
ten suijden de wateringh, van welcke verkopinge
en opdraghte sij comparanten bekende al wel en ten volle
voldaan en betaalt te sijn en dat mette somme van
vier en vijfftigh caroli gulde gereet gelt, den eersten
met den laasten penning daar van ontfangen te hebben,
stellende daaromme den voornoemde coper in volcome
possesie en eijgendomme vant voors stucke
landt, belovende oock het selve ten allen
tijden te vrijen ende te waren, van alle lasten
pachten, renten evictien ende creditien daart
selve voor dato deses eenigsints mede belast ofte
beswaart mochte wesen, alles naar rechten van den
landen ende costume van onsen dorpe, onder verbandt
als naar rechten, T'oirconde dese bij mij schout
voornoemt besegelt en bij ons schepenen geteeckent
den 10 jannuarij 1708
A: v: Coevenhoven
Jan Clasen Molenaer
Wij Adriaan van Coevenhoven schout tot
eemskerck, Louris Decker en Hendrick Doornbos,
schepenen aldaar oirconde en kenne dat voor ons
gecompareert ende verschenen sijn, Jan Jacobsz, Cornelis
Jacobsz, en Maartje Jacobs Schuijt broeders en suster woonende binne
desen banne aan eemskerkerduijn, dewelcke bekende
bij desen verkogt quijtgescholden ende tot eenen vrijen
eijgendom opgedragen te hebben aan en ten behoeven
van Cornelis Lourisz Henneman woonende mede binne
desen banne aan duijn, een stucke weijlandt gelegen
binne desen banne genaamt tushen cien
groot een morgen 767 roeden
noch een gedeelte in een stucke landt gelegen als boven aan
de suijt seijde van de hoevens, tot midden inde
hoevens toe groot 1104 roeden, comt de groote te
samen drie morgen 271 roeden, belendt beijde
stucke landt ten westen de groote ci beeck, ten
suijden den E. coper, ten oosten de luttick ci,
ten noorden de verkopers, van welcke verkopinge
en opdragte sij comparanten bekende al wel en ten
volle voldaan en betaalt te sijn en dat mette som-
me van sestien hondert vierenvijftigh caroli gulde
10 stuijvers gereet gelt, den eersten met den laasten
penning daar van ontfangen te hebben, stellende
daaromme den voornoemde coper in volcomen possesie
en eijgendomme van de voors stucke landt,
belovende oock de selven ten allen tijden te vrijen
ende te waren van alle lasten pachten, renten
evictien ende creditien, daar deselve voor dato
deses eenighsints mede belast ofte beswaart
mogte wesen, alles naar regten van den landen
ende costume van onsen dorpe, onder verbandt
als naar reghten, T'oirconde dese bij mij schout
voornoemt besegelt en bij ons schepenen geteeckent
den 15 meij 1708
A: v: Coevenhoven
Louris Decker
H. Doorenbos
Jacob Jaspersz, Cornelis Jaspersz, Jan
Cornelis Reijersz als in huwelijk hebbende
Neeltje Jaspers,
Tussengevoegd: Gerrit Pietersz in huwelijk hebbend Maartje Jaspers
Cornelis Huijbertsz en Cornelis
Henneman en Cornelis de Wolff als vooghden
over Jan Pietersz minderjarige soon van Pieters
Jaspersz en Maarijtie Cornelis, als mede Engel
Dircxs in huwelijk hebbende Marijtje Cornelis,
Jan Cornelis Reijersz en Jacob Jaspersz als
voogden over Jasper en Maartje Pieters mede
minderjarige kinderen van Pieter Jaspersz en
Trijntje Reijers. alle als erffgenamen van Jasper
Jacobsz en Maartje Louris
In de kantlijn:
solvit den 40e penning
en 1/10 verhoging f 4-2-8
Wij Adriaen van Coevenhoven schout tot heems-
kerck, Jan Sijmonsz Schuijt en Casteleijn Decker
schepenen aldaar, oirconde en kennen dat voor
ons gecomen en verschenen is, Louris Arijensz Blom
wonende tot velsen dewelcke bij desen bekende ver-
coght quijtgescholden en tot een vrijen eijgendom
opgedragen te hebben, aan en ten behoeve van
Cornelis Lourisz Henneman regerend schepen
dese dorps, een stuckelants leggende binnen desen
banne op de geest, genaemt Marij Suijckers acker
groot 507 roeden, belent ten zuijden Jan Dircxe en
Jan Thomasz, ten noorden de stad haerlem, ten
westen de grooten houtwegh, ten oosten Louris
Smacker, van welcke vercopinge en opdraghte
hij comparant bekende al wel en ten vollen vernoeght
voldaan en betaalt te zijn, en dat mette somme
van f 150-0- 0 gereet gelt, stellende daaromme
den voornoemde coper in volcomen possessie en eijgendomme
vant voors stuckelants, belovende oock het
selve ten allen tijden te vrijen en te waeren van
alle lasten, paghten, renten, evictien, en credi-
tien daart selve voor dato deses enighsints mede
belast ofte beswaart moghte wesen, alles naer
reghten van den lande en costume van onsen dorpe
stellende daervoren ten onderpande specialijck
sijn persoon en generalijck alle sijne goederen
roerende en onroerende present en toecomende
gene uijtgesondert, maackende alle deselve sub-
ject voor alle reghten, reghteren, en executien
T'oirconde dese bij mij schout voornoemt bezegelt
en bij ons schepenen geteeckent opden 1 meij 1711
A.v. Coevenhoven
Jan Sijmonsz Schuijt
Lourijs Decker
In de kantlijn:
solvit den 40e penning
en 1/10 verhoging f 4-8-0
Wij Adriaen van Coevenhoven schout tot heemskerck
Cornelis Claesz Spanjersbergh en Cornelis Groenland
schepenen aldaer, oirconde en kennen dat voor ons
gecomen en verschenen sijn, Meijnou Louris wonende
alhier, Hendrick Garbrantsz Kuijper als in huijwelijck
hebbende Antie Claes, en Cornelis Claesz Duijnmeijer
wonende tot hillegom, dewelcke bij desen bekende
vercoght quijtgescholden en tot een vrijen eijgen-
dom opgedraegen te hebben, aen en ten behoeve
van Cornelis Lourisz Henneman regerend schepen
deses dorps, een stuckelants leggende binnen
desen banne op de hem, genaemt van Egbert Jansz
groot 947 roeden, belent ten noorden Dirck Cornelis
Sijmonsz, ten oosten de Die, ten westen Arijen
Broer, van welcke vercopinge en opdraghte
sij comparanten bekende al wel en ten vollen vernoeght
voldaan en betaalt te sijn, en dat mette somme
van f 160-0- 0 gereet gelt, stellende daeromme
den voornoemde coper in volcomen possessie en eijgen-
domme vant voors stuckelants, belovende oock
het selve ten allen tijden te vrijen en te waeren
van alle lasten, paghten, renten, evictien en
creditien daart selve voor dato deses enighsints
mede belast ofte beswaart moghte wesen, alles
naer reghten van den lande en costume van onsen
dorpe, stellende daervoren ten onderpande speci-
alijck haer persoonen en generalijck alle hare
goederen roerende en onroerende present en
toecomende gene uijtgesondert maackende
alle deselve subject voor alle reghten, reghteren
en executien, T'oirconde dese bij mij schout
voornoemt besegelt, en bij ons schepenen geteec-
kent opden 26 meij anno 1711
A.v. Coevenhoven
Cornelis Spanjersbergh
C. Groenlandt
In de kantlijn:
Solvit den 40e penning en 1/10
verhoging f 30-5-0
Wij Adriaen van Coevenhoven schout
tot heemskerck, Engel Cornelisz en Dirck
Louritsz Bergen scheepenen aldaar, oirconde
en kennen dat voor ons gecomen en verscheenen
is, Louris Cornelis wonende in desen banne
aan duijn, dewelcke bij desen bekende vercoft
quijtgescholde, en tot een vrijen eijgendom
opgedragen te hebben, aan ende ten behoeven
van Cornelis Henneman mede woonende
binnen desen banne aan duijn, een huijs en
daart selve op staat staande en gelegen
aan duijn voors groot 306 roeden belent
ten noorden en oosten de schilpwegh
ten suijden Dirck Louritsz Borsie, ten
westen de wildernis, Item een stuck lants
gelegen binnen desen banne aan duijn voors
genaamt deVen groot 1725 roeden, ten
noorden Laurits Grasbos, ten suijden Kniertje
Engels, ten oosten de groot cie, ten westen Teunisje
Aalberts, dit lant heeft een eijgen wal tussen
dit en Teunisje Aalberts, alsmede een vrije
notwegh op Teunisje Aalberts lants tot inde
wildernis toe, van welcke vercopinge en
opdraghte hij comparant bekende alwel ten
vollen vernoeght, voldaan, en betaalt te sijn, en dat
met de somme van f 1100 gulden gereet gelt,
stellende daaromme den voornoemde coper in volcomen
posessie en eijgendom vant voors huijs en lant
belovende oock het selve ten allen tijden te
vrijen ende te waren, van alle lasten, pagten
renten, evictien en crediten, daart selve voor
dato deses eenighsints mede belast ofte beswaart
moghte wesen, alles naar reghten van den
landen en costumen van onsen dorpe, stellende
daar vooren ten onderpande specialijck sijn
persoon en generalijck alle sijne goederen, roerende
en onroerende present en toecomende geene uijtgesondert, maackende alle
deselve subject, voor alle regten, regteren en executien
ten oirconde desen bij mij schout voornoemt
besegelt, en bij ons schepenen geteeckent op den
10 meij 1712
A.v. Coevenhoven
Engel Cornelisz
D.L Bergen
in de kantlijn:
Solvit den 40e penning en 1/10
verhoging f 4-19-0
Wij Adriaen van Coevenhoven schout tot heems-
kerck, Engel Cornelisz regerend en Cornelis Groen-
land out schepenen aldaar, oirconde en kennen
dat voor ons gecomen en verschenen sijn de eerbare Maart
Jans Boerties wonende tot alckmaar als voogdesse
over haar twee minderjarige kinderen genaamt
Jan en Grietie Haringcarspel, vermogens de acte
van voogdije daar van voorden notaris Arent Rollerus
ende seeckere getuijgen tot beverwijck gepasseert
op dato den 5 junij 1705, ende den eersame Pieter Claasz
Cruijff wonende tot nieuwe nierop, als wettige
aangestelde voogt over gescheijde kinderen vande
edel agtbaren heeren schepenen der stede beverwijck
volgens de acte van authorisatie daar van sijnde in
dato den 23 december 1716 en sulcx in die qualite
wegens en voorde goederen van wijlen Arent Haring-
carspel, en deselve Maart Janse Boerties mitsga-
ders Jan Jansz Peet wonende tot assendelft als
voogdesse en voogt over meergenoemde minderjarige
kinderen vande voornoemde Arent Haringcarspel gepasseert
bij Willem Jansz Haringcarspel der kinderen oom
voor den notaris Poulus Dier en seeckere getuijgen
tot beverwijck voornoemt in dato den 11 feb. 1710
ons schout en schepenen geexhibeert en voorgelesen
en sulcx in die qualite voorde goederen als erffge-
namen onder benefitie van inventaris van geseijde
Willem Jansz Haringcarspel, ende bekende bij desen
vercoght quijtgescholden en tot een vrijen eijgen-
domme opgedragen te hebben, aan en ten behoeve
van Cornelis Lourisz Henneman wonende alhier,
een stuckelants leggende binnen desen banne aan
de groote houtwegh, groot 1030 roeden, belent ten westen
de groote houtwegh, ten oosten Jacob Snijer, ten
noorden Jan Lourisz Backer, te suijden de kerck-
beeck, van welcke vercopinge en opdragte sij com-
paranten bekende al wel en ten vollen vernoeght vol-
daan en betaalt te sijn, en dat mette somme van
f 180-0- 0 gereet gelt, stellende daaromme den voornoemde
coper in volcomen possessie en eijgendomme vant
voors stuckelants, belovende oock het selve ten
allen tijden te vrijen en te waeren van alle lasten
paghten, renten, evictien en creditien daart selve
voor dato deses enigsints mede belast ofte be-
swaart mogte wesen, alles naar regten van den lan-
de en costume van onsen dorpe, stellende daar-
voren ten onderpande specialijck alle de goe-
deren en innecomsten vande voors kinderen
roerende en onroerende present en toecomende
gene uijtgesondert, maackende alle deselve sub-
ject voor alle regten regteren en executien,
t'oirconde dese bij mij schout voornoemt beze-
gelt, en bij ons schepenen geteeckent opden
20e meij anno 1717
A.v. Coevenhoven
Engel coprnelisz
C. Groenlandt
in de kantlijn:
Solvit den 40e penning en 1/10
verhoging f 9-18-0
Wij Adriaen van Coevenhoven schout tot heemskerck,
Engel Cornelisz regerend en Cornelis Groenland out-
schepenen aldaar, oirconde en kennen dat voor ons
gecomen en verschenen sijn, Jacob Joosten, Cniertie
Joosten, Jannetie Mulders weduwe van Arijen Joosten
ijder voor 1/3 part, dewelcke bij desen bekende vercoght
quijtgescholden en tot een vrijen eijgendomme op-
gedragen te hebben, aan en ten behoeve van Cornelis
Lourisz Henneman wonende alhier, een stuckelant
leggende binnen desen banne op de geest, genaamt
tusschen cien, groot 1255 roeden, belent ten oosten
de luttick ciebeeck, ten suijden Louris Grasbos,
ten westen de grote ciebeeck, ten noorden
Cornelis Spanjersberg, van welcke vercopinge
en opdragte sij comparanten bekende al wel en
ten vollen vernoeght voldaan en betaalt te sijn
en dat mette somme van f 360-0- 0 gereet gelt,
stellende daaromme den voornoemde coper in volcomen
possessie en eijgendomme vant voors stucke-
lants, belovende oock het selve ten allen tijden
te vrijen en te waeren van alle lasten, paghten
renten evictien en creditien daart selve voor
dato deses enigsints mede belast ofte beswaart
moghte wesen, alles naar regten van den lande
en costume van onsen dorpe, stellende daar-
voren ten onderpande specialijck haar perso-
nen en generalijck alle hare goederen roerende
en onroerende present en toecomende gene
uijtgesondert, maackende alle deselve subject
voor alle regten regteren en executien, t'oir-
conde dese bij mij schout voornoemt bezegelt,
en bij ons schepenen geteeckent, opden 20e meij
anno 1717
A.v. Coevenhoven
Engel coprnelisz
C. Groenlandt
Pieter Verhamme
Jan Sijmen Schuijt
in de kantlijn:
Solvit den 40e penning en 1/10
verhoging f 13-15-0
Wij Adriaen van Coevenhoven schout tot heemskerck
Jan Sijmonsz Schuijt en Dirck Lourisz Bergen schepenen
aldaar, oirconde en kennen dat voor ons
gecomen en verschenen is, Jan Jacobsz Stoutenburgh wonende op
schoter vlieland als last en procuratie hebbende van
Jannitie Engels wonende op schoter vlieland
welcke procuratie is gemaackt opden 20 junij 1717 voor
den notaris Melchior van Cleijnenberg tot haarlem
ons schout en schepenen vertoont, voorgelesen en al-
hier ten prothocolle geregistreert, ende bekende bij
desen vercoght quijtgescholden en tot een vrijen eijgen-
domme opgedragen te hebben, aan en ten behoeve van
Cornelis Lourisz Henneman regerent schepen alhier
eerstelijck een stuckelants leggende binnen desen
banne, genaamt van Lammert Jansz, groot 971,5 roe-
den, Item een stuckelants leggende binnen desen banne
genaamt opden hem, groot 700 roeden , Item een stuc-
kelants leggende binnen desen banne, genaamt tussen
de houtwegen. groot 624,5 roeden ende laastelijck
een stuckelants leggende binnen desen banne, ge-
naant op hartmeet, groot 433 roeden, van welcke
vercopinge en opdragte hij comparant bekende al
wel en ten vollen vernoegt voldaan en betaalt te
sijn, en dat mette somme van f 500-0- 0 gereet gelt
stellende daaromme den voornoemde coper in volcomen posses-
sie en eijgendomme vande voors landerijen, belovende
oock deselve ten allen tijden te vrijen en te waren
van alle lasten, paghten, renten, evictien en creditien
daart selve voor dato deses enigsints mede belast ofte
beswaart mogte wesen, alles naar regten van den lan-
de en costume van onsen dorpe, stellende daarvoren ten
onderpande specialijck haar persoon en generalijck
alle hare goederen roerende en onroerende present en
toecomende gene uijtgesondert maackende alle deselve
subject voor alle regten regteren en executien, t'oirconde
dese bij mij schout voornoemt bezegelt, en bij ons schepe-
nen geteeckent opden 25e junij anno 1717
A.v. Coevenhoven
Jan Sijmons Schuijt
Dirck Bergen
in de kantlijn:
Solvit den 40e penning en 1/10
verhoging f 8-4- 6
Wij Adriaen van Coevenhoven schout tot heems-
kerck, Jan Sijmonsz Schuijt en Dirck Bergen
schepenen aldaar, oirconde en kennen, dat voor
ons gecomen en verschenen is, Dirck Pietersz
wonende alhier aan duijn, dewelcke bij desen bekende
vercoght quijtgescholden en tot een vrijen
eijgendom opgedragen te hebben, aan en ten
behoeve van Cornelis Lourisz Henneman wonen-
de mede aan duijn een huijs erff en werff
staande en gelegen binnen desen banne aan
heemskerkckerduijn groot 292 roeden, belent
ten westen Aalbert Cornelisz ten oosten
de schilpweg van welcke vercopinge en op-
dragte hij comparant bekende al wel en
ten vollen vernoegt voldaan en betaalt te
sijn en dat mette somme van f 299-0- 0 ge-
reet gelt, stellende daaromme den voornoemde
coper in volcomen possessie en eijgendomme
vant voors huijs erff en werff belovende
oock het selve ten allen tijden te vrijen en
te waeren van alle lasten, paghten, renten, evic-
tien en creditien daart selve voor dato deses
enigsints mede belast ofte beswaart mogte
wesen, alles naar regten van den lande en cos-
tume van onsen dorpe, stellende daarvoren
ten onderpande specialijck sijn persoon en
generalijck alle sijne goederen roerende en
onroerende present en toecomende gene uijt-
gesondert, maackende alle deselve subject
voor alle regten, regteren en executien, t'oir-
conde dese bij mij schout voornoemt bezegelt,
en bij ons schepenen geteeckent opden
17 januarij anno 1718
A.v. Coevenhoven
Jan Sijmons Schuijt
Dirck Bergen
in de kantlijn:
Solvit den 40e penning en 1/10
verhoging f 22-7- 2
Wij Adriaen van Coevenhoven schout tot heems-
kerck, Jan Sijmonsz Schuijt en Dirck Bergen sche-
penen aldaar, oirconde en kennen, dat voor ons
gecomen en verschenen is, Dirck Pietersz wonen-
de alhier aan duijn, dewelcke bij desen bekende vercoght
quijtgescholden en tot een vrijen eijgendom opge-
dragen te hebben aan en ten behoeve van Cornelis
Lourisz Henneman wonende mede aan duijn
een stuckelants leggende binnen desen banne
genaamt blommencroft tusschen cien, groot 1949
roeden, belent ten oosten de luttick cie ten
westen Claas Spijckerman, van welcke ver-
copinge en opdragte hij comparant bekende al
wel en ten vollen vernoegt voldaan en be-
taalt te sijn, en dat mette somme van f 813-0- 0
gereet gelt, stellende daaromme den voornoemde
coper in volcomen possessie en eijgendomme
vant voors stuckelants, belovende oock het
selve ten allen tijden te vrijen en te waren van
alle lasten, pagten, renten, evictien en creditien
daart selve voor dato deses enigsints mede
belast ofte beswaart mogte wesen alles
naar regten van den lande en costume van
onsen dorpe stellende daarvoren ten onderpan-
de specialijck sijn persoon en generalijck
alle sijne goederen roerende en onroerende
present en toecomende gene uijtgesondert
maackende alle deselve subject voor alle
regten, regteren en executien, t'oirconde dese
bij mij schout voornoemt bezegelt, en bij ons
schepenen geteeckent opden 17 januarij
anno 1718
A.v. Coevenhoven
Jan Sijmons Schuijt
Dirck Bergen
In de kantlijn:
Solvit den 40 penning
en 1/10 verhoging f 3-10-0
Wij Adriaen van Coevenhoven schout tot heemskerck
Cornelis Groenland en Cornelis Spanjersberg sche-
penen aldaar, oirconde en kennen, dat voor ons
gecomen en verschenen is, Aalbert Cornelisz
wonende aan duijn, dewelcke bij desen bekende
vercogt quijtgescholden en tot een vrijen eij-
gendom opgedragen te hebben, aan en ten
behoeve van Cornelis Lourisz Henneman
wonende mede aan duijn, een stuckelants
leggende binnen desen banne genaamt Dirck
Willemsz tuijn, groot 800 roeden, belent ten
suijden Jan Droogh, ten westen de wildernis
ten oosten de coper, ten noorden de vercoper
van welcke vercopinge en opdraghte hij com-
parant bekende al wel en ten vollen ver-
noeght voldaan en betaalt te sijn, en dat
mette somme van f 127-10-0 gereet gelt,
stellende daaromme den voornoemden coper
in volcomen possessie en eijgendomme,
vant voors stuckelants, belovende oock
het selve ten allen tijden te vrijen en te
waren, van alle lasten, pagten, renten,
evictien, en creditien, daart selve voor dato
deses enigsints mede belast ofte beswaart
mogte wesen, alles naar regten van den
lande en costume van onsen dorpe, stellende
daar voren ten onderpande specialijck
sijn persoon, en generalijck alle sijne goe-
deren, roerende en onroerende, present en
toecomende, gene uijtgesondert maac-
kende alle deselve subject, voor alle
regten, regteren, en executien, t'oirconde
dese bij mij schout voornoemt besegelt
en bij ons schepenen geteeckent opden
11 april anno 1719
AV Coevenhoven
Cornelis Spanjersbergh
C. Groenlandt
In de kantlijn:
Solvit den 40 penning
en 1/10 verhoging f 5-4-8
Wij Adriaen van Coevenhoven schout tot heems-
kerck Cornelis Groenland en Cornelis Spanjers-
bergh schepenen aldaar, oirconde en kennen,
dat voor ons gecomen en verschenen sijn
Willem Hendricxe als bij schout en sche-
penen van velsen gestelt, sijnde tot voogt
over Jan Pietersz, onmondig kint van Pie-
ter Jaspersz, volgens acte, in dato den 10
april 1719, voor de ene helft, en Jasper
Pietersz wonende aan de brouwersvaart
voor de andere helft, dewelcke bij desen
bekende vercogt quijtgescholden en tot
een vrijen eijgendom opgedragen te
hebben, aan en ten behoeve van Cornelis
Lourisz Henneman mede schepen alhier,
een crofte lants leggende binnen desen banne
genaamt louwen croft, groot 1201 roeden
belent ten suijden Jan Dircxe, ten westen
de luttick cie, ten noorden Louris Cornelisz
en ten oosten Pieter Cornelisz, van welcke
vercopinge en opdraghte sij comparanten
bekende al wel en ten vollen vernoeght
voldaan en betaalt te sijn, en dat mette
somme van f 190-0- 0 gereet gelt, stellende
daaromme den voornoemden coper in vol-
comen possessie en eijgendomme, van de
voors croft lants, belovende oock het
selve ten allen tijden te vrijen en te waren,
van alle lasten, pagten, renten, evictien
en creditien, daart selve voor dato deses
enigsints mede belast ofte beswaart mogte
wesen, alles naar regten van den lande en
costume van onsen dorpe, stellende daar
voren ten onderpande specialijck hare
persoonen, en generalijck alle hare goederen
roerende en onroerende, present en toecomende
gene uijtgesondert, maackende alle deselve
subject, voor alle regten, regteren en
executien, t'oirconde dese bij mij schout
voornoemt besegelt en bij ons schepenen
geteeckent opden 11 april anno 1719
A.v. Coevenhoven
Cornelis Spanjersbergh
C. Groenlandt
In de kantlijn:
Solvit den 40 penning
en 1/10 verhoging f 5-5-0
Wij Adriaen van Coevenhoven schout tot heems-
kerck Cornelis Groenland en Cornelis Spanjers-
berg schepenen aldaar, oirconde en kennen,
dat voor ons gecomen en verschenen is,
Jan Cornelis Reijers wonende aan duijn dewelc-
ke bij desen bekende vercogt quijtgescholden
en tot een vrijen eijgendom opgedragen te
hebben, aan en ten behoeve van Cornelis Lourisz
Henneman wonende mede aan duijn, eerstelijk
een stucke hoijland gelegen binnen desen banne
in de cleijne maat, genaamt cnopgras, groot
493 roeden, belent ten noorden Jan Lourisz,
ten suijden Juffrou Opmeer, Item een crofte
lants gelegen binnen desen banne op de geest
genaamt benoorden de oudendijck groot
823 roeden, belent ten westen 't Gasthuijs
van wijck op zee, ten oosten het went
ten noorden en zuijden Engel Cornelisz
van welcke vercopinge en opdraghte hij
comparant bekende al wel en ten vollen ver-
noeght voldaan en betaalt te sijn, en dat
mette somme van f 191-0-0 gereet gelt,
stellende daaromme den voornoemden coper
in volcomen possessie en eijgendomme van de
voors stuckelants, belovende oock deselve
ten allen tijden te vrijen en te waren, van
alle lasten, pagten, renten, evictien en
creditien, daart selve voor dato deses enig-
sints mede belast ofte beswaart mogte
wesen, alles naar regten van den lande en
costume van onsen dorpe, stellende daar
voren ten onderpande specialijck sijn per
- soon, en generalijck alle sijne goederen
roerende en onroerende, present en toeco-
mende gene uijtgesondert, maackende
alle deselve subject, voor alle reghten
reghteren, en executien, t'oirconde dese
bij mij schout voornoemt besegelt en bij
ons schepenen geteeckent opden 11e
april anno 1719
AV Coevenhoven
Cornelis Spanjersbergh
C. Groenlandt
In de kantlijn:
Solvit den 40 penning
en 1/10 verhoging f 0-5-8
Wij Adriaen van Coevenhoven schout tot heems-
kerck Cornelis Spanjersberg en Cornelis Groenlant
schepenen aldaar, oirconde en kennen, dat voor ons
gecomen en verschenen is, Cornelis Jacobsz wonende
op dorregeest, dewelcke bij desen bekende ver-
cogt quijtgescholden en tot een vrijen eijgendom
opgedragen te hebben, aan en ten behoeve van
Cornelis Lourisz Henneman, out schepen deses
dorps, een stuckelants leggende binnen desen
banne genaamt het paardelant, van Jacob Lou-
risz, groot 870 roeden, belent ten noorden de sant-
vennebeeck, ten oosten de watering, ten westen
Juffrou Schouten, ten suijden Marijtie Poelenburgh
van welcke vercopinge en opdraghte hij com-
parant bekende al wel en ten vollen vernoeght
voldaan en betaalt te sijn, en dat mette
somme van f 10-0- 0 gereet gelt, stellende daa-
romme den voornoemden coper in volcomen
possessie en eijgendomme, vant voors stuc-
kelants, belovende oock het selve ten allen
tijden te vrijen en te waren, van alle lasten, pag-
ten, renten, evictien, en creditien daart selve voor
dato deses enigsints mede belast ofte beswaart
mogte wesen, alles naar regten van den lande
en costume van onsen dorpe, stellende daar voren
ten onderpande, specialijck sijn persoon, en
generalijck alle sijne goederen, roerende en
onroerende, present en toecomende, gene uijt
- gesondert, maackende alle deselve subject
voor alle regten, regteren, en executien, t'oircon-
de dese bij mij schout voornoemt besegelt en bij
ons schepenen geteeckent op den 20 junij anno 1719
A.v. Coevenhoven
C. Groenlandt
Cornelis Spanjersbergh
In de kantlijn:
Solvit den 40 penning
en 1/10 verhoging f 8-5-0
Wij Adriaen van Coevenhoven schout tot heems-
kerck, Cornelis Groenland en Jan Dircxe sche-
penen aldaar, oirconde en kennen, dat voor ons
gecomen en verschenen sijn, Maartie Poulis weduwe
van wijlen Louris Arijensz Grasbos, Jan Sijmonsz
Schuijt en Dirck Lourisz, wonende beijde alhier,
in qualite als bij schout en schepenen deses
dorps gestelt tot wettige voogden over de min-
derjarige kinderen vande voornoemde Louris
Arijensz Grasbos, en Maartie Poulis volgens
acte in dato den 24 junij 1719, dewelcke bij
desen bekende vercogt quijtgescholden en
tot een vrijen eijgendom opgedragen te
hebben, aan en ten behoeve van Cornelis
Lourisz Henneman, out schepen deses dorps,
een stuckelants leggende binnen desen banne
genaamt 't campie van Jan Claasz, groot
876 roeden, belent ten oosten Antie van
Boeckhout, ten suijden Juffrou Schouten, dit
land heeft een vrije notwegh over de camp van
Rijckeman, toecomende de schout Coevenho-
ven, Item een crofte lants leggende binnen
desen banne genaamt de camp aan de streng
groot 1633 roeden, belent ten westen Pieter
Cornelisz, ten noorden de streng, ten suijden de
erven van Jr. van Veen, van welcke verco-
pinge en opdraghte sij comparanten bekende
al wel en ten vollen vernoegt voldaan en
betaalt te sijn, en dat mette somme van
f 300-0- 0 gereet gelt, stellende daaromme
den voornoemden coper in volcomen possessie
en eijgendomme, vande voors stuckelants
belovende oock deselve ten allen tijden te
vrijen en te waren, van alle lasten, pagten
renten, evictien, en creditien, daart selve voor
dato deses enigsints mede belast ofte be-
swaart mogte wesen, alles naar regten van
den lande en costume van onsen dorpe, stel-
lende daar voren ten onderpande, specia-
lijck hare personen, en generalijck alle
hare goederen, roerende en onroerende
present en toecomende, gene uijtgesondert
maackende alle deselve subject, voor alle
regten, regteren, en executien, t'oirconde
dese bij mij schout voornoemt besegelt en
bij ons schepenen geteeckent op den 25
junij anno 1719
A.v. Coevenhoven
C. Groenlandt
dit merck
heeft Jan Dircxe
self gestelt
In de kantlijn:
Solvit den 40 penning
en 1/10 verhoging f 2-8-6
Wij Adriaen van Coevenhoven schout tot heems-
kerck Jan Sijmonsz Schuijt en Jan Dircxe schepenen
aldaar, oirconde en kennen, dat voor ons gecomen
en verschenen sijn, de voornoemde comparanten, dewelc-
ke bij desen bekende vercogt quijtgescholden en
tot een vrijen eijgendom opgedragen te hebben, aan
en ten behoeve van Cornelis Henneman, out sche-
pen dese dorps, een stuckelants leggende binnen
desen banne, genaamt de gieren, groot 1200 roe-
den, belent ten westen de cleijne houtweg, ten
noorden de kinderen van Louris Grasbos, ten oosten
de groote houtweg, ten suijden Arijen Jansz, als
bruijcker, van welcke vercopinge en opdragte
sij comparanten bekende al wel en ten vollen
vernoeght voldaan en betaalt te sijn, en dat
mette somme van f 88-0- 0 gereet gelt, stel-
lende daaromme den voornoemden coper in
volcomen possessie en eijgendomme, vant
voors stuckelants, belovende oock het
selve ten allen tijden te vrijen en te waren
van alle lasten, pagten, renten, evictien, en
creditien, daart selve voor dato deses enigsints
mede belast ofte beswaart mogte wesen, alles
naar regten van den lande, en costume van onsen
dorpe, stellende daar voren ten onderpande, spe-
cialijck hare personen, en generalijck alle
hare goederen, roerende en onroerende, present
en toecomende, gene uijtgesondert, maackende
alle deselve subject, voor alle regten, regteren
en executien, t'oirconde dese bij mij schout
voornoemt besegelt en bij ons schepenen geteec-
kent op den 10 april anno 1720
A.v. Coevenhoven
Jan Sijmens Schuijt
dit merck is bij Jan
Dircxe selfs gestelt
In de kantlijn:
Solvit den 40 penning
en 1/10 verhoging f 10-4-0
Wij Adriaen van Coevenhoven schout tot heemskerck
Cornelis Spanjersberg en Jan Dircxe, schepenen aldaar
oirconde en kennen dat voor ons gecomen en
verschenen sijn, de voornoemde comparanten, dewelc-
ke bij desen bekende vercogt quijtgescholden en
tot een vrijen eijgendomme opgedragen te hebben
aan en ten behoeve van Cornelis Lourisz Henne-
man wonende aan heemskerckerduijn, een
crofte lants leggende binnen desen banne op
de geest , genaamt Baart Jans croft, ent
franse land, groot 1367 roeden, be
lent ten westen de coper, ten oosten de cleijne houtwegh
ten noorden Garbrant Hendricxe als bruijcker
ten suijden de vercopers, Item een croft
lants leggende als boven op de geest
genaamt beurten land, groot 573,5 roeden
belent ten westen Jan Dircxe, ten oosten de
cleijne houtweg, ten noorden de vercopers,
ten suijden de heer burgemeester Haaswindius
van welcke vercopinge en opdrachte sij
comparanten bekende al wel en ten vollen
vernoegt voldaan en betaalt te sijn, en
dat mette somme van f 371-0- 0 gereet gelt
stellende daaromme den voornoemden coper
in volcomen possessie en eijgendomme van
de voors croften lants, belovende oock deselve
ten allen tijden te vrijen en te waren
van alle lasten, pagten, renten, evictien
en creditien, daart selve voor dato deses
enigsints mede belast ofte beswaart mogte
wesen, alles naar regten, van den lande en
costume van onsen dorpe, stellende daar
voren ten onderpande, specialijck alle de
goederen van de voornoemde Pieter Cornelisz
roerende en onroerende, present en toeco-
mende, gene uijtgesondert, maackende
alle deselve subject, voor alle regten
regteren, en executien, t'oirconde dese bij
mij schout voornoemt besegelt en bij ons
schepenen geteeckent op den 10 junij anno 1720
A.v. Coevenhoven
dit merck is bij Jan
Dircxe selfs gestelt
Cornelis Spanjersbergh
In de kantlijn:
Solvit den 40 penning
en 1/10 verhoging f 2-8-6
Wij Adriaen van Coevenhoven schout tot
heemskerck, mr. Pieter Verhammen, en Jan
Dircxe, schepenen aldaar, oirconde en kennen
dat voor ons gecomen en verschenen sijn, Corne-
lis Lourisz Henneman, oud schepen dese
dorps, dewelcke bij desen bekende vercogt
quijtgescholden en tot een vrijen eijgendom
opgedragen te hebben, aan en ten behoeve
van de wel edelen gestrengen heer mr.
Joachim Rendorp, vrij heere van Marquette
et. etc., een stuckelants leggende binnen
desen banne genaamt de gieren, groot 1200
roeden belent ten westen de cleijne houtweg
ten noorden de kinderen van Louris Gras-
bos, ten oosten de groote houtweg, ten suijden
Arijen Jansz als bruijcker, van welcke
vercopinge en opdrachte hij comparant
bekende al wel en ten vollen vernoegt
voldaan en betaalt te sijn, en dat mette
somme van f 88-0- 0 gereet gelt, stellende
daaromme den voornoemde heer coper in volcom
en possessie en eijgendomme, vant voors stuc-
kelants, belovende oock het selve ten
allen tijden te vrijen en te waren, van
alle lasten, pagten, renten, evictien, en
creditien, daart selve voor dato deses
enigsints mede belast ofte beswaart
mogte wesen, alles naar regten, van den
lande en costume van onsen dorpe, stellende
daar voren ten onderpande, specialijck
sijn persoon, en generalijck alle sijne goede-
ren, roerende en onroerende, present en
toecomende, gene uijtgesondert maac-
kende alle deselve subject, voor alle regten
regteren, en executien, t'oirconde dese bij mij
schout voornoemt bezegelt en bij ons
schepenen geteeckent op den 1e november anno 1720
A.v. Coevenhoven
mr. P. Verhammen
dit merck is bij Jan
Dircxe selfs gestelt
In de kantlijn:
Solvit den 40 penning
en 1/10 verhoging f 14-0-8
Wij Adriaen van Coevenhoven schout tot
heemskerck, mr. Pieter Verhammen en
IJsbrant Cornelissen schepenen aldaar
oirconde en kennen, dat voor ons gecomen
en verschenen is, de heer Hendrick Muijlman
schepen en raad der stede beverwijck, dewelcke
bij desen bekende vercogt quijtgeschol-
den en tot een vrijen eijgendomme opge-
dragen te hebben, aan en ten behoeve van
Cornelis Lourisz Henneman, out schepen dese
dorps, een huijs en erff, met een stucke-
lants, staande en gelegen binnen desen banne
aan heemskerckerduijn, groot
1100 roeden, belent ten westen en noorden
Kniertje Arijens, ten oosten de groote cie
ten suijden de bavelaan, van welcke ver-
copinge en opdrachte hij comparant
bekende al wel en ten vollen vernoecht
voldaan en betaalt te sijn en dat mette
somme van vijff hondert en tien guldens
gereet gelt, stellende daaromme den
voornoemde coper in volcomen possessie en
eijgendomme, vant voors huijs, erff en
stuckelants, belovende oock deselve ten
allen tijden te vrijen en te waren, van alle
lasten, pagten, renten, evictien, en creditien
daart selve voor dato deses enigsints mede
belast ofte beswaart mogte wesen, alles
naar regten van den lande en costume van
onsen dorpe, stellende daar voren ten
onderpande, specialijck sijn persoon, en
generalijck alle sijne goederen, roerende
en onroerende, present en toecomende, gene
uijtgesondert, maackende alle deselve
subject, voor alle regten, regteren, en
executien, t'oirconde dese bij mij schout voor-
noemt besegelt en bij ons schepenen geteec-
kent op den 11e april anno 1721
A.v. Coevenhoven
mr. P. Verhammen
IJsbrant Cornelisse
In de kantlijn:
Solvit den 40 penning
en 1/10 verhoging f 10-6-4
Wij Johannis van Coevenhoven schout
tot heemskerck, Jan Sijmonsz Schuijt en
mr. Pieter Verhammen, schepenen aldaar
oirconde en kennen, dat voor ons gecomen
en verschenen is, Jan Cuijper wonende alhier
in de kerckbuert, dewelcke bij desen
bekende vercogt quijtgescholden en tot
een vrijen eijgendomme opgedragen te
hebben, aan en ten behoeve van Cornelis
Lourisz Henneman, regerend schepen deses
dorps, de helft in een stuckelants leg-
gende binnen desen banne genaamt
shartogen ven, groot dito helft ontrent
1200 roeden, belent ten westen de erven
Santtijn, ten suijden 't kint van Jacob Plan-
tijt, ten oosten Juffrou Groenendijck, ten
noorden de weduwe mr Sijmen Poelenburg
van welcke vercopinge en opdrachte
hij comparant bekende al wel en ten
vollen vernoecht voldaan en betaalt
te sijn, en dat mette somme van
f 375-0- 0 gereet gelt, stellende daa-
romme den voornoemde coper, in vol-
comen possessie, en eijgendomme, vant
voors halve stuckelants, belovende
oock het selve ten allen tijden te
vrijen en te waren, van alle lasten
pagten, renten, evictien, en creditien
daart selve voor dato deses enigsints
mede belast ofte beswaart mogte
wesen, alles naar regten van den
lande en costume van onsen dorpe
stellende daar voren ten onderpande
specialijck sijn persoon, en genera-
lijck alle sijne goederen, roerende en
onroerende, present en toecomende
gene uijtgesondert, maackende alle
deselve subject voor alle regten
regteren, en executien, t'oirconde
dese bij mij schout voornoemt besegelt
en bij ons schepenen geteeckent op
den 23 junij anno 1721
J.v. Coevenhoven
Jan Sijmonsz Schuijt
mr. Pieter Verhammen
in de kantlijn:
Solvit den 40 penning
en 1/10 verhoging f 3-0-8
Wij Johannis van Coevenhoven schout tot heemskerck
Jan Sijmonsz Schuijt, en Pieter Pietersz Kaasenbroodt
schepenen aldaar, oirconde en kennen dat voor ons geco-
men en verschenen is, Cornelis Lourisz Henneman
regerend schepen deses dorps, dewelcke bij desen be-
kende vercogt quijtgescholden en tot een vrijen
eijgendomme opgedragen te hebben, aan en ten behoeve
van Griet Jacobs, weduwe wijlen Cornelis Jansz, wonende
binnen desen banne aan duijn, een stuckelants
leggende binnen desen banne, genaamt tusschen de
houtwegen, groot 624,5 roeden, belent ten suijden
Bouwe Pietersz, ten noorden Claas Jacobsz, ten oosten
de coopster, ten westen de cleijne houtwegh, van
welcke vercopinge en opdragte hij comparant bekende al wel
en ten vollen vernoegt voldaan en betaalt te sijn, en
dat mette somme van f 110-0- 0 gereet gelt, stellende
daaromme den voornoemde vrouwe coperse in volcomen
possessie en eijgendomme vant voors stuckelants, belo-
vende oock het selve ten allen tijden te vrijen en
te waren, van alle lasten, pagten, renten, evictien
en creditien, daart selve voor dato deses enigsints
mede belast ofte beswaart mogte wesen, alles naar
regten van den lande en costume van onsen dorpe
stellende daarvoren ten onderpande specialijck sijn
persoon en generalijck alle sijne goederen, roerende
en onroerende, present en toecomende, gene uijtge-
sondert, maackende alle deselve subject, voor alle
regten, regteren, en executien, t'oirconde dese bij
mij schout voornoemt bezegelt, en bij ons sche
penen geteeckent op den 9e maart anno 1723
J.v. Coevenhoven
Jan Sijmonsz Schuijt
Pieter Pietersz Kaasenbroot
in de kantlijn van folio 104v:
Solvit den 40 penning
en 1/10 verhoging f 14-6-0
Wij Johannis van Coevenhoven schout tot heems-
kerck, Jan Sijmonsz Schuijt, en Pieter
Pietersz Kaassenbrood, schepenen aldaar oirconde en
kennen, dat voor ons gekomen en verschenen sijn
de voornoemde comparanten, dewelcke bij desen bekende
vercogt quijtgescholden, en tot een vrijen eijgen-
domme opgedragen te hebben, aan en ten behoeve
van Cornelis Lourisz Henneman, regerend schepen
deses dorps, een croft teelland leggende binnen
desen banne op de geest, genaamt de croft van
Wildeman, in breetslagt, groot 1001 roeden
belent ten suijden Arijen Broer, ten noorden de
koper, ten westen de houtweg, ten oosten
Willem Hendricxen, sijnde dese croft land belast
met een notweg, van een stuck landgelegen
in breetslagt, toebehorende Willem Hendricxen
Item een stuck land leggende als boven, genaamt
de helmis ackers, groot 1002 roeden, belent
ten noorden de coper, ten oosten den Armen
van heemskerck, ten westen de luttick cie, ten
suijden het kaackje, leggende dit stuck
land gemeen met den Armen van heemskerck
Item een stuckje land leggende als boven
genaamt het caackje, groot 924 roeden
belent ten westen de luttick cie, ten
suijden Teunis Michielsz, ten oosten de
heer Muijlman, ten noorden de helmis
ackers, sijnde dit stuck land mede belast
met een notweg van een stuck, genaamt
Willem Neel Dieuwers croffie, toebehorende
de heer Muijlman voornoemt, van welcke ver-
kopinge en opdrachte sij comparanten
bekende al wel en ten vollen vernoeght
voldaan en betaalt te sijn, en dat mette
somme van f 520-0- 0 gereet gelt, stellende
daaromme den voornoemde coper in volkomen possessie
en eijgendomme, van de voors stuckelants
belovende oock deselve ten allen tijden te
vrijen en te waren, van alle lasten, pagten
renten, evictien, en creditien daart selve voor
dato deses enigsints mede belast ofte
beswaart mochte wesen, alles naar regten
van den lande en costume van onsen dorpe
stellende daar voren ten onderpande specia-
lijck haere personen, en generalijck alle
haere goederen, roerende en onroerende, present
en toecomende, gene uijtgesondert, maac
- kende alle deselve subject, voor alle
regten, regteren, en executien, t'oirconde
dese bij mij schout voornoemt bezegelt en bij
ons schepenen geteeckent op den 12 meij
anno 1723
J.v. Coevenhoven
Jan Sijmonsz Schuijt
Pieter Pietersz Kaasenbroot
n.b. Voornoemde comparanten uit deze akte zijn de erffgenamen van wijlen Jan Dircxen
in de kantlijn:
Solvit den 40 penning
en 1/10 verhoging f 236-10-0
Wij Johannis van Coevenhoven schout tot heemskerck
mr.Pieter Verhammen en Cornelis Pietersz Wage-
maacker, schepenen aldaar, oirconde en kennen
dat voor ons gecomen en verschenen is, de heer
Theodorus Heijmenbergh, hooftingeland mitysgaders
schepen en hoogheemraad van de oude sijpe, soo
als last en procuratie hebbende van de gesament-
lijcke erffgenamen van de heer David de Swaan
gepasseert voor de notaris Jan Barrevelt, reside-
rende binnen de stede beverwijck, en seeckere
getuijgen op den 17 maart 1720, ons schout en
schepenen bovengenoemtr geexibeert, voorgelesen
en agter dese ten prothocolle folio 126, geregistreert
alsmede volgens het ackort ende verdrag voor
de Ed.mogende heeren commissarissen aangegaan
verdragen ende gearresteert tussen den e. comparant
Johannis Batista Vermoelen, in qualite als exe-
cuteur van de testamente en uijterste wille
van wijlen juffrou Cornelia de Schot, eerst weduwe
van de heer Jan Baptista Vermoelen, ende laast
van de heer Pedro Beijdaals, en enige erffgenaam
van vrouwe Judith de Schot, laaste weduwe van de
heer Reijnier de Swaan, de oude, in dato den 16e
junij 1723, mede ten prothocolle folio 127, gere-
gistreert, waartoe om kortsheijt halven in desen
wert gerefereert, en gehouden voor soo veel noot
geinsereert, dewelcke bij desen bekende in sijn
bovengemelte qualiteijt vercogt quijtgescholden
en tot een vrijen eijgendomme opgedragen te
hebben, aan en ten behoeve van Cornelis Lourisz
Henneman, Cornelis Groenland, Cornelis Cornelisz
Velserman, Pieter Pietersz Kaasenbrood, Jan Lourisz
van Veen, Michiel Jansz, Cornelis Schoorl, en
Jacob Moerbeeck, wonende de seven eerste
comparanten alle tot heemskerck, ende laaste in
de beverwijck, alle de huijsinge en landerijen
gelegen inde banne van heemskerck (hier onder
gespecificeert,) dewelcke de voornoemde erff-
genamen van de heer Davit de Swaan, bij erffenisse
hebben verkregen, ende de gemelte heer David de
Swaan in sijn privee waren toebehorende, als
mede die gene welcke door transport van opge-
melte heer Johannes Batista Vermoelen in
qualiteijt als boven, van dato den 5e october 1723
becomen, namentlijcke 't huijs poelenburgh met
desselfs koetshuijs, stallingen, twee bouhuijsen
boomgaarden, laanen, houtgewassen, en landerijen
rontom het selve gelegen, groot volgens de mor-
gen boecken 18 morgen 161,5 roeden, belent
ten oosten de hecksloot, ten suijden de heer
Korstiaan Heemskerck, ten westen de hofflander
off oosterwegh, ten noorden Trijntie Doornbos
de maarlaan, en de weduwe Jacob Schipper, Item
twee krofte voor de laan, groot tsamen 1972,5
roeden, belent ten oosten de hofflander off ooster-
wegh, ten suijden de heer Joachim Rendorp, ten
westen de wijckweg, ten noorden de kinderen
Jacob Keijser, en den weledelen heer Jean Deuts
heer van heemskerck etc., Item een stuck
land genaamt de hooge kroft, groot 1246 roeden
belent ten suijden Maartie Cornelis, ten wes-
ten Jan Heemskerck, ten noorden de kinderen
Cornelis Mos, ten oosten de wijckwegh, Item
een huijs en erff, gelegen opde maar, 't erff
sonder groote soo het voorgaande is gepossideert
en beseten, Item een stuckelants genaamt de
velst, met het rietbos daar aan, groot t samen
1476,5 roeden, belent ten noorden de maarsloot
ten oosten het volgende stuck, ten suijden de vogelcoij
ten westen de hecksloot, Item een stuck land, ge-
naamt haasjens ven, en hugens mad, groot 1491
roeden, belent ten westen 't voorgaande stuck
ten noorden de maarsloot, ten suijden de heer
Corstiaan Heemskerck, Item de vogelcoij, groot
900 roeden, belent ten oosten 't voorgaande stuck
ten suijden de heer Corstiaan Heemskerck, ten
westen 't volgende stuck, ten noorden de velst.
Item een stuck land genaamt 't hoijland voor
de kooij, groot 1042 roeden, belent ten oosten de
vogelkoij, ten suijden de heer Corstiaan Heemskerck
ten westen de hecksloot, ten noorden de velst.
Item een stuck land genaamt soutmans camp
groot 1750 roeden, belent ten suijden en westen
Daniel Schoon, ten noorden de maarsloot, ten
oosten 't volgende stuck, Item een stuck land
genaamt schoenmaackers camp, groot 1932 roeden
belent ten westen 't voorgaande stuck, ten noor-
den de maarsloot, ten oosten de banscheijdinge
van uijtgeest, ten zujden 't volgende stuck.
Item een stuck land genaamt kalven camp
groot 1566 roeden, belent ten noorden t voor-
gaande stuck, ten oosten de banscheijding van
uijtgeest, ten suijden Cornelis Wagemaacker, ten
westen Barber Jans, Item een stuck
land, genaamt gors camp, groot 1262 roeden
belent ten westen sinjeur Nicolaas Branger, ten
noorden de heer Soutman als rentmeester, ten
oosten de banscheijdinge van uijtgeest, ten suij-
den de maarsloot, laastelijck een stuck land
genaamt de vijffhoeven, gemeen met de stad
haarlem, groot 1391 roeden, belent ten oosten
de banscheijdinge van uijtgeest, ten suijden de
kinderen van Bartelemies Heemskerck, ten
westen de hecksloot, ten noorden de heer
Korstiaan Heemskerck , alles met sodanige vrij en
onvrijheden als het selve van de voorgaande eijge-
naars is gepossideert en beseten, behoudens dat
het leen, dat te leen gehouden plag te werden
van de graaflijckheijt van Holland nu voor vrij
en alodiaal goet wort opgedragen, bij de selven
graaflijckheijt affgelost en geroijeert in dato
den 24 november 1724, van welcke verkopinge en
opdragte hij heer comparant bekende al wel en
ten vollen vernoegt voldaan en betaalt te sijn
en dat mette somme van f 8600 - - gereet gelt
stellende daaromme den voornoemde copers in volco-
men possessie en eijgendomme van de voors
huijsinge, stallingen, boomgaarden, laanen
houtgewassen en landerijen, hier voren genoemt
belovende oock deselve ten allen tijden te sullen
vrijen en waren, van alle lasten, pagten, renten
evictien en creditien, daart selve voor dato deses
enigsints mede belast ofte beswaart mogte we-
sen, alles naar regten van den lande en costume
van onsen dorpe, stellende daarvoren ten onder-
pande specialijck de erffgenamen van de heer
David de Swaan haare personen, en generalijck
alle haare goederen, roerende en onroerende
present en toecomende, gene uijtgesondert,
maackende alle deselve subject, voor alle reg-
ten, regteren en executien, t'oirconde dese bij
mij schout voornoemt bezegelt, en bij ons
schepenen geteeckent op den 5e december anno 1724
J.v. Coevenhoven
mr. P. Verhamme
Cornelis Pietersen Wagemaker
In de kantlijn:
Solvit den 40 penning
en 1/10 verhoging f 9-2-14
Wij Johannis van Coevenhoven schout tot heemskerck
mr. Pieter Verhammen en Cornelis Wagemaacker
schepenen aldaar, oirconde en kennen dat
voor ons gekomen en verschenen sijn, Cornelis
Lourisz Henneman, Cornelis Groenland
Cornelis Velserman, Pieter Pietersz Kaassenbrood
Jan Lourisz van Veen, Michiel Jansz, en
Jacob Moerbeeck, dewelcke bij desen bekende
verkoght quijtgescholden, en tot een vrijen
eijgendomme opgedragen te hebben, aan en ten
behoeve van Cornelis Schoorl wonende binnen
desen dorpe 7/8 parten in twee stucken land
leggende binnen desen banne, genaamt de
croften voor de laan, groot in het geheel
1972,5 roeden, belent ten oosten de oosterweg
ten suijden de heer Joachim Rendorp, ten
westen de wijckerwegh, ten noorden de heer
van heemskerck, en de kinderen van Jacob
Keijser, de wal van de heer Joachim Rendorp
integendeel, behoort de wal van de agterste
croft aan de gemelte croft, van welcke vercopinge
en opdrachte sij comparanten bekende al
wel en ten vollen vernoeght, voldaan, en
betaalt te sijn, en dat mette somme van
f 332-10-0 gereet gelt stellende daaromme
den voornoemde koper in volkomen possessie en eijgen-
domme vant de voors 7/8 parten in de twee stucken
land, belovende oock deselve ten allen tijden
te vrijen en te waren, van alle lasten, paghten
renten, evictien, en creditien, daart selve voor dato
deses enigsints mede belast ofte beswaart
moghte wesen, alles naar regten, van den lande
en costume, van onsen dorpe, stellende daar voren
ten onderpande, specialijck haere personen, en
generalijck alle haere goederen, roerende en
onroerende, present en toekomende, gene uijtge
sondert, maackende alle deselve subject, voor
alle regten, regteren, en executien, t'oirconde dese
bij mij schout voornoemt besegelt en bij ons
schepenen geteeckent, op den 3e maart
anno 1725
J.v. Coevenhoven
mr. P. Verhammen
Cornelis Wagemaker
In de kantlijn:
Solvit den 40 penning
en 1/10 verhoging f 12-8-10
Wij Johannis van Coevenhoven schout tot heemskerck
mr. Pieter Verhammen en Cornelis Wagemaacker
schepenen aldaar oirconde en kennen dat voor
ons gecomen en verschenen is, Gerrit Teunisz
wonende binnen desen banne, dewelcke bij desen
bekende gekoght te hebben van Cornelis Lourisz
Henneman, Cornelis Groenland, Cornelis Velserman
Pieter Pietersz Kaassenbroot, Jan Lourisz van Veen
Michiel Jansz, Cornelis Schoorl en Jacob
Moerbeeck, gesamentlijcke eijgenaars van
Poelenburg cum annexis, een boeren huijs met
het land daart op staat, staande en leggende
binnen desen banne, groot ontrent 1980 roeden
sullende het selve voor de grond betalen, in de
verponding op letter c. tegens 1850 roeden
, ter somme van f 12-8- 3 belent ten westen de oosterweg
ten noorden Trijntie Doornbos, ten zuijden de
laan van poelenburg, ten oosten de noorder
weijde van poelenburg en dat voor de somme
van f 452-0- 0 welcke somme hij comparant
belooffde te betalen, de ene helft gereet, en de
andere helft op primo november aanstaande
en datalles met vrij suijver goet en ganckbaer
gelt, sonder enige cortinge te mogen doen, stelde
en verbonde, hij comparant voort gene voors
staat, ten onderpande specialijck, het voors
huijs en land, soo als het selve op dato deses
aan hem comparant getransporteert en opgedragen
is, mitsgaders sijn persoon en generalijck
alle sijne goederen, roerende en onroerende,
present en toekomende gene uijtgesondert
maackende alle deselve subject voor alle
regten, regteren en executien, t'oirconde dese bij
mij schout voornoemt besegelt en bij ons
schepenen geteeckent op den 3e maart anno 1725
J.v. Coevenhoven
mr. P. Verhammen
Cornelis Wagemaker
In de kantlijn:
Solvit den 40 penning
en 1/10 verhoging f 16-16-14
Wij Johannis van Coevenhoven schout tot heemskerck
mr. Pieter Verhammen en Cornelis Wagemaacker
schepenen aldaar, oirconde en kennen dat voor
ons gekomen en verschenen sijn, Cornelis Lourisz
Henneman, Cornelis Velserman, Pieter Pietersz
Kaassenbrood, Jan Lourisz van Veen, Michiel Jansz
CornelisSchoorl, en Jacob Moerbeeck, dewelcke
bij desen bekende verkoght quijtgescholden en tot
een vrijen eijgendomme opgedragen te hebben
aan en ten behoeve van Cornelis Groenland, wonende
binnen desen dorpe, 7/8 parten, in een stuck
weij land, leggende binnen desen banne, genaamt
de velst met het rietbos, groot in het geheel
1476 roeden, belent ten noorden de maarsloot, ten
westen de hecksloot, ten suijden de vogelkooij
ende Corstiaan Heemskerck, hebbende dit perceel
een vrije notwegh, overt erff vant maarhuijs
en is belast met een notwegh, van alle de
landen van poelenburg, daar achter gelegen
alsmede van het stuck, genaamt over de
maar van Jan Cornelisz ijegenwoordig toekomende
Daniel Schoon tot wijck op zee, van welcke
verkopinge en opdrachte, sij comparanten bekende
al wel en ten vollen vernoecht, voldaan, en
betaalt te sijn, en dat mette somme van
f 612-10-0 gereet gelt, stellende daaromme den
voornoemde coper, in volkomen possessie en eijgendomme
vant de voors 7/8 parten, in het stuck weij land
belovende oock deselve ten allen tijden, te vrijen
en te waren, van alle lasten, pagten, renten
evictien, en creditien, daart selve voor dato deses
enigsints mede belast ofte beswaart mogte
wesen, alles naar reghten, van den lande, en
costume, van onsen dorpe, stellende daar voren
ten onderpande, specialijck haere personen
en generalijck alle haere goederen, roerende
en onroerende, present en toekomende, gene
uijtgesondert, maackende alle deselve subject
voor alle regten, regteren en executien
t'oirconde dese bij mij schout voornoemt
besegelt, en bij ons schepenen geteeckent
op den 3e maart anno 1725
J.v. Coevenhoven
mr. P. Verhammen
Wij Johannis van Coevenhoven schout tot
heemskerck mr. Pieter Verhammen en
Cornelis Wagemaacker schepenen aldaar
oirconde en kennen dat voor ons gekomen
en verschenen sijn, Cornelis Lourisz Henneman
Cornelis Groenland, Cornelis Velserman
Pieter Pietersz Kaassenbroot, Jan Lourisz van
Veen, Michiel Jansz, Cornelis Schoorl
en Jacob Moerbeeck, gesamentlijcke
eijgenaars van Poelenburg cum annexis
dewelcke bij desen bekende vercoght quijt-
gescholden, en tot een vrijen eijgendomme
opgedragen te hebben, aan en ten behoeve van
Gerrit Teunisz, wonende binnen desen banne
een boeren huijs, met het land daart op
staat, staande en leggende binnen desen
banne, groot ontrent 1980 roeden, sullende
het selve voor de grond betalen, in de verponding
op letter c. tegens 1850 roeden, ter somme van
f 12-8- 3 belent ten westen de oosterwegh
ten noorden Trijntie Doornbos, ten zuijden
de laan van poelenburg, ten oosten de noorder
weijde van poelenburg, van welcke verkopinge
en opdrachte sij comparanten bekende al wel
en ten vollen vernoeght voldaan en betaalt
te sijn, en dat met een custingbrieff op heden
gepasseert, stellende daaromme den voornoemde
coper in volcomen possessie en eijgendomme
van het voors huijs en land, belovende oock
het selve ten allen tijden te vrijen en te waren
van alle lasten, paghten, renten, evictien
en creditien, daart selve voor dato deses
enigsints mede belast ofte beswaart mogte
wesen, alles naar regten van den lande en costume
van onsen dorpe, stellende daar voren ten
onderpande, specialijck hare personen en
generalijck alle haare goederen, roerende
en onroerende, present en toekomende gene
uijtgesondert, maackende alle deselve subject
voor alle regten, regteren en executien, t'oirconde
dese bij mij schout voornoemt bezegelt en bij ons
schepenen geteeckent op den 3e maart anno 1725
J.v. Coevenhoven
mr. P. Verhammen
Cornelis Wagemaker
In de kantlijn:
Solvit den 40 penning
en 1/10 verhoging f 0-13-12
Wij Johannis van Coevenhoven schout tot heemskerck
mr. Pieter Verhammen, en Cornelis Wagemaacker
schepenen aldaar, oirkonde en kennen dat voor
ons gekomen en verschenen is, de voornoemde
heer comparant, dewelcke bij desen bekende
verkoght quijtgescholden, en tot een vrijen
eijgendomme opgedragen te hebben, aan en ten
behoeve van Cornelis Henneman wonende
binnen desen banne aan duijn, een perceel
land leggende binnen desen banne, groot
1 mergen 206 roeden, 20 voeten, genaamt de
oorties, gekarteert no.11, , belent ten oosten
breetweer, ten suijden en noorden, de kinderen
van Louris Crijnen, ten westen de stad haarlem
van welcke verkopinge en opdrachte hij heer
comparant bekende al wel en ten vollen
vernoecht voldaan en betaalt te sijn, en dat
mette somme van f 25-0-0 gereet gelt, stel-
lende daaromme den voornoemden coper in
volkomen possessie en eijgendomme, van het
voors perceel land, belovende oock het
selve ten allen tijden, te vrijen, en te waren
van alle lasten, paghten, renten, evictien
en creditien, daart selve voor dato deses
enigsints mede belast, ofte beswaart
moghte wesen, alles naar reghten, van den
lande en costume van onsen dorpe, stellende
daar voren ten onderpande, specialijck alle
de goederen en innekomsten van de commanderije
van St. Jan der stad haarlem, soo roerende
als onroerende, present en toekomende, gene
uijtgesondert, maackende alle deselve
subject, voor alle reghten, reghteren, en
executien, t'oirkonde dese bij mij schout
voornoemt besegelt en bij ons schepenen
geteeckent op den 7e maart anno 1725
J.v. Coevenhoven
mr. P. Verhammen
Cornelis Wagemaker
n.b.: De voornoemde heer comparant is op folio 142r als volgt vermeld:
Heer Hendrick Haaswinius, Raad en oud Burgemeester, als mede
Rentmeester van de goederen van de commanderije
van St. Jan der stad Haarlem, als last en gemagtigt
sijnde van de edele groot Achtbare heeren Burgemeester
van der voornoemde stad.
In de kantlijn:
Solvit den 40 penning
en 1/10 verhoging f 6-17-8
Wij Johannis van Coevenhoven schout tot heems-
kerck mr. Pieter Verhammen, en Cornelis
Wagemaacker schepenen aldaar, oirkonde
en kennen dat voor ons gekomen en verschenen
is, de voornoemde heer comparant, dewelcke
bij desen bekende verkoght quijtgescholden
en tot een vrijen eijgendomme opgedragen
te hebben, aan en ten behoeve van Cornelis
Henneman, wonende binnen desen banne
aan duijn, een perceel land leggende
binnen desen banne, groot 1 mergen 185
roeden, 16 voeten, gekarteert no.10, genaamt
van de commandeurs tusschen cien, belent
ten suijden Teunis Michielsz, ten westen
de voorwegh, ten noorden juffrou van der
Werve, ten oosten de luttick cie, van welcke
verkopinge en opdrachte hij heer comparant
bekende al wel en ten vollen vernoeght
voldaan en betaalt te sijn, en dat mette
somme van f 250-0-0 gereet gelt, stellende
daaromme den voornoemden coper in vol-
komen possessie en eijgendomme, van het
voors perceel land, belovende oock het
selve ten allen tijden, te vrijen, en te waren
van alle lasten, paghten, renten, evictien
en creditien, daart selve voor dato deses
enigsints mede belast, ofte beswaart
moghte wesen, alles naar reghten, van
den lande en costume van onsen dorpe
stellende daar voren ten onderpande
specialijck alle de goederen, en innekomsten
van de commanderije van St. Jan der stad
haarlem, soo roerende als onroerende
present en toekomende, gene uijtgesondert
maackende alle deselve subject, voor
alle reghten, reghteren, en executien, t'oir-
konde dese bij mij schout voornoemt
besegelt en bij ons schepenen geteeckent
op den 7e maart anno 1725
J.v. Coevenhoven
mr. P. Verhammen
Cornelis Wagemaker
n.b.: De voornoemde heer comparant is De Heer Hendrick Haaswinius (zie vorige akte)
In de kantlijn:
Solvit den 40 penning
en 1/10 verhoging f 6-17-8
Wij Johannis van Coevenhoven, schout tot heemskerck
mr. Pieter Verhammen, en Cornelis Wagemaacker
schepenen aldaar, oirkonde en kennen dat voor
ons gekomen en verschenen sijn, Cornelis Schoorl
wonende binnen desen dorpe, voor de ene helft
Item deselve mitsgaders Cornelis Lourisz Henneman
Cornelis Groenland, Cornelis Velserman, Pieter
Pietersz Kaassenbrood, Jan Lourisz van Veen
Michiel Jansz en Jacob Moerbeeck voor de andere
helft, dewelcke bij desen bekende verkoght quijt-
gescholden, en tot een vrijen eijgendomme opge-
dragen te hebben, aan en ten behoeve van Cornelis
Blom, wonende tot assum, vier vijffde parten in
een stuck hooij land, leggende binnen desen banne
genaamt de vijffhoeve, groot dito parten 2782
roeden,, belent ten westen de hecksloot, ten
noorden Corstiaan Heemskerck, ten oosten
de banscheijding tot uijtgeest, ten suijden de
kinderen van Bartolomeus Heemskerck, van
welcke verkopinge en opdrachte, sij comparanten
bekende al wel en ten vollen vernoecht voldaan
en betaalt te sijn, en dat mette somme van
f 250-0- 0 gereet gelt, stellende daaromme den
voornoemden coper in volkomen possessie en
eijgendomme, van de voors parten land, belovende
oock deselve ten allen tijden te vrijen en te
waren, van alle lasten, pagten, renten evictien
en creditien daart selve voor dato deses enigsints
mede belast ofte beswaart mogte wesen
alles naar regten van den lande en costume
van onsen dorpe, stellende daar voren ten
onderpande specialijck, haere personen en
generalijck alle haere goederen, roerende en
onroerende present en toekomende, gene uijtge-
sondert, maackende alle deselve subject, voor
alle reghten, reghteren en executien, t'oirkonde
dese bij mij schout voornoemt, besegelt en bij
ons schepenen geteeckent, op den 7e maart
anno 1725
J.v. Coevenhoven
mr. P. Verhammen
Cornelis Wagemaker
In de kantlijn:
Solvit den 40 penning
en 1/10 verhoging f 5-10-0
Wij Johannis van Coevenhoven, schout tot heemskerck
Jan Sijmonsz Schuijt en mr. Pieter Verhammen
schepenen aldaar, oirkonde en kennen dat voor ons
gekomen en verschenen is, Maartie Louris wo-
nende aan velserduijn, dewelcke bij desen bekende
verkoght quijtgescholden en tot een vrijen eijgen-
domme opgedragen te hebben, aan en ten behoeve
van Cornelis Henneman oud schepen deses dorps
een kroft teelland, leggende binnen desen banne
genaamt lammerden croft, groot 918 roeden
belent ten oosten de kinderen van Jan Arijensz
ten suijden de heren Sauttijn, ten westen de coper
ten noorden Louris Pietersz, is belast met sheeren
thijns, dit voors land heeft een vrije notwegh
over het land van de kinderen van Jan Arijensz, tot
op de houtweg toe, en over dit voors land heeft
het land toebehorende aan gemelte kinderen
van Jan Arijensz een vrije notweg west aan,
van welcke vercopinge en opdragte sij comparante
bekende al wel en ten vollen vernoeght voldaan
en betaalt te sijn, en dat mette somme van f 200-0-0
gereet gelt, stellende daaromme de voornoemde coper
in volkomen possessie en eijgendomme van de voors
croft teelland, belovende oock deselve ten allen
tijden te vrijen en te waren van alle lasten
pagten, renten, evictien en creditien, daart
selve voor dato deses enigsints mede belast ofte
beswaart mogte wesen, alles naar regten van
den lande en costume van onsen dorpe, stellende
daarvoren ten onderpande specialijck haar per-
soon en generalijck alle haare goederen, roerende
en onroerende, present en toecomende gene uijt-
gesondert, maackende alle deselve subject voor
alle regten, regteren, en executien, t'oirkonde
dese bij mij schout voornoemt bezegelt, en bij ons
schepenen geteeckent op den 3e october anno 1725
J.v. Coevenhoven
mr. P. Verhammen
Jan Sijmonsz Schuijt
In de kantlijn:
Solvit den 40 penning
en 1/10 verhoging f 0-8-4
Wij Johannis van Coevenhoven schout tot heems-
kerck, Jan Sijmonsz Schuijt en mr. Pieter Verham-
men schepenen aldaar, oirkonde en kennen
dat voor ons gekomen en verschenen is
Cornelis Henneman wonende aan heemskerc-
kerduijn, dewelcke bij desen bekende verkoght
quijtgescholden en tot een vrijen eijgendomme
opgedragen te hebben, aan en ten behoeve van
Cornelis Groenland, wonende binnen desen
dorpe, een stuckje land leggende binnen
desen banne in breetweer, groot 392 roeden
belent ten noorden de koper, ten oosten de
banschijdingh van uijtgeest , ten suijden de
breetweers sloot, ten westen de erffgenamen
van Coevenhoven, van welcke verkopinge en
opdraghte hij comparant bekende al wel en
ten vollen vernoeght voldaan en betaalt
te sijn en dat mette somme van f 15-0-0
gereet gelt, stellende daaromme den
voornoemde koper in volkomen possessie en eijgen-
domme van het voors stuckje land, belovende
oock het selve ten allen tijden te vrijen
en te waren, van alle lasten, paghten
renten, evictien en creditien, daart selve voor
dato deses enighsints mede belast ofte
beswaart moghte wesen, alles naar regten
van den lande en costume van onsen dorpe
stellende daar voren ten onderpande, speci-
alijck sijn persoon, en generalijck alle sijne
goederen, roerende en onroerende. present
en toekomende, gene uijtgesondert, maac-
kende alle deselve subject, voor alle regten
reghteren en executien, t'oirkonde dese bij
mij schout voornoemt besegelt en bij ons
schepenen geteeckent op den 7e meij
anno 1726
J.v. Coevenhoven
Jan Sijmonsz Schuijt
mr. P. Verhammen
In de kantlijn:
Solvit den 40 penning
en 1/10 verhoging f 8-10-8
Wij Johannis van Coevenhoven
schout tot heemskerck, Dirck Teunisz
en Barent Hendricxen schepenen aldaar
oirkonde en kennen,dat voor ons gekomen
en verschenen is, Guertie Leenders weduwe
wijlen Dirck Oudendijck, wonende tot velsen
dewelcke bij desen bekende verkogt, quijt-
gescholden, en tot een vrijen eijgendomme
opgedragen te hebben, aan en ten behoeve van
Cornelis Henneman,wonende heems-
kerckerduijn, een stuck lant, leggende
binnen desen banne, genaamt tusschen cien en
Claas Blommencroft, groot 1377 roeden
belent ten noorden de schout Coevenhoven
ten westen de groot cie, ten suijden Pieter
Claesz Os, en ten oosten de luttick cie beeck
van welcke verkopinge en opdraghte hij
comparant bekende al wel en ten vollen
vernoegt, voldaan en betaalt te sijn, en
dat mette somme van f 310-0-0
gereet gelt, stellende daaromme den
voornoemde koper, in volkomen possessie en
eijgendomme vant voors stuck land
belovende oock het selve ten allen tijden
te vrijen, en te waren, van alle lasten
pagten, renten, evictien en creditien, daart
selve voor dato deses, enigsints, mede
belast,ofte beswaart mogte wesen, alles
naar regten van den lande en costume, van
onsen dorpe, stellende daar voren ten
onderpande, specialijck haar persoon
en generalijck, alle haare goederen
roerende, en onroerende, present en toeko-
mende, gene uijtgesondert, maackende
alle deselve subject, voor alle regten
regteren, en executien, t'oirkonde dese bij
mij schout voornoemt, besegelt, en bij ons
schepenen, geteeckent, op den 4e meij
anno 1728
J.v. Coevenhoven
Dirck Teunisse
Barent Hendrickse
In de kantlijn:
Solvit den 40e penning
en 1/10 verhoging
f 3-6-0
Wij Johannis van Coevenhoven schout
tot Heemskerk, Dirck Teunisz en Barent Hendrikz
scheepenen aldaar, oirkonde
en kennen dat voor ons ge-
komen en verscheenen zijn Bouwe Pietersz als in hu-
welijk hebbende Maartje Alberts voor 1/4 part, ende nog
deselve in gemelte qualiteijt, als eenige erfgenaam van
desselfs vader Albert Cornelisz, die insgelijks erfgenaam voor
1/4 part was, en dus te samen voor de eene helft, mitsga-
ders Jan Dirkz, meede voor 1/4 ende laastelijk Wulbert Cornelisz
van den Bergh, als in huwelijk hebbende Grietje Dirks
Koolstruijk, voor 't laaste 1/4 part, en dus bijde voor de
andere helft en over sulks alle te samen in die quali-
teijt eenige geinstitueerde erfgenaamen van Michiel
Jansz volgens der selver testamente van dato den 26
maart 1728 vor de notaris Jan Barrevelt en ge
-tuijgen tot heemskerk gepasseert dewelke bij desen
bekende vercogt quijtgescholden en tot een vrijen
eijgendomme opgedragen te hebben, aan en ten behoeve
van Cornelis Lourisz Henneman, regerend scheepen alhier
een stuk geest landt leggende binnen desen banne ge-
naamt lammerden croft 918 roeden, belent ten oosten
de houtwegh, ten zuijden de heere Sauttijn en ten westen
de kooper, van welke vercoopinge en opdragte sij com-
paranten bekende al wel en ten vollen vernoegt
voldaan en betaalt te zijn, en dat mette somme van
120 gld gereet gelt, stellende daaromme den voornoemde
kooper in volkomen possessie en eijgendomme van het
voorsz stuk landt, beloovende ook het selve ten allen
tijden te vrijen en te waren van alle lasten, pagten
renten, evictien en creditien, daar het selve
voor dato deses enigsints meede belast ofte beswaart
mogte weesen, alles naar regten van den landen,
en costume van onsen dorpe, stellende daar voren
ten onderpande specialijk hare persoonen, en generalijk
alle hare goederen roerende en onroerende present
en toekomende geene uijtgesondert maakende alle
deselve subject voor alle regten regteren en execu-
tien t'oirconde dese bij mij schout voornoemt besegelt
en bij ons scheepenen geteekent op den 28 april anno 1729
J.v. Coevenhoven
Dirck Teunisse
Barent Hendrickse
In de kantlijn:
Solvit den 40e penning
en 1/10 verhoging
f 6-3-12
Wij Johannis van Coevenhoven schout tot
Heemskerk, Dirck Teunisz en Barent Hendrikz scheepe-
nen aldaar, oirkondeen kennen dat voor ons gekomen
en verscheenen sijn, de voornoemde heren comparanten dewel
ke bij desen bekende, in vooren gemelte qualiteijten te
hebben vercogt, quijtgescholden, en tot een vrijen eijgen-
domme opgedragen te hebben aan en ten behoeve van
Cornelis Lourisz Henneman, regerend scheepen alhier, een
stuk geest landt leggende binnen desen banne genaamt
Aaf Jans croft, groot 1719,5 roeden , doende in de ver-
ponding f 9-15-0, belent ten zuijden de oudendijk, ten
westen de luttik ciebeek, ten noorden de heer Nicolaas
Wildeman en ten oosten 't went wegje, van welke
vercoopinge en opdragten sij comparanten in hare
respective qualiteijten, bekende al wel en ten vollen
vernoegt voldaan, en betaalt te zijn, en dat mette
somme van 225 gld gereet gelt stellende daaromme
den voornoemde kooper in volkomen possessie en eijgendom-
me van het voorsz stuk landt, beloovende ook het
selve ten allen tijden te vrijen, en te waren van
alle lasten, pagten, renten, evictien, en creditien
daar het selve voor dato deses enigsints meede belast
ofte beswaart mogte weesen, alles naar regten van
den landen, en costume van onsen dorpe, stellende
daar vooren ten onderpande specialijk de twee eerste
comparanten hunne persoonen, en
generalijk alle hare goederen, ende ten respecte van
de heeren voogden de persoonen en goederen harer
pupillen, soo roerende als onroerende present en
toecomend gene uijtgesondert, maakende alle deselve
subject voor alle regten, regteren, en executien t'oirconde
dese bij mij schout voornoemt besegelt en bij ons schepenen
geteekent op den 28e april anno 1729
J.v. Coevenhoven
Dirck Teunisse
Barent Hendrickse
In de kantlijn:
Solvit den 40 penning
en 1/10 verhoging f 0-18-2
Wij Johannes van Coevenhoven, schout tot
heemskerk, Barent Hendricxen en Gijsbert de Haas
schepenen aldaar, oirconde en kennen dat voor ons
gekomen en verscheenen is, Cornelis Henneman oud
schepen deses dorps, dewelke bij desen bekende verkogt
quijtgescholden en tot een vrijen eijgendomme opgedragen
te hebben, aan en ten behoeve van Cornelis Groenland
mede oud schepen alhier, een stuckje land leggende
binnen desen banne in breetweer, groot 177 roeden
belent ten noorden, westen en suijden de koper, en
ten oosten de verkoper, van welke verkopinge en
opdraghtehij comparant bekende al wel en ten
vollen vernoegt voldaan en betaalt te sijn, en dat
mette somme van f 33-0-0 gereet gelt, stellende
daaromme den voornoemde coper in volkomen possessie
en eijgendomme van het voorsz stuckje land, belovende
ook het selve ten allen tijden te vrijen en te waren
van alle lasten, paghten, renten, evictien en creditien
daart selve voor dato deses enigsints mede belast
ofte beswaart mogte wesen, alles naar reghten
van den landen en costume van onsen dorpe, stel-
lende daarvoren ten onderpande specialijck sijn
persoon, en generalijck alle sijne goederen, roerende
en onroerende, present en toekomende gene uijtgesondert
maackende alle deselve subject voor alle reghten
reghteren en executien, t'oirconde dese bij mij
schout voornoemt besegelt, en bij ons schepenen
geteekent op den 15 junij 1730
J.v.Coevenhoven
Barent Hendrickse
Gijsbert de Haas
In de kantlijn van folio 82v:
Solvit den 40 penning
en 1/10 verhoging f 22-0-0
Wij Johannes van Coevenhoven
schout tot heemskerck, Barent Hendriksz
en Cornelis Wagemaker scheepenen aldaar
oirconde en kennen dat voor ons gekomen
en verschenen is, Cornelis Pietersz wonende
aan heemskerkerduijn, dewelke bij deesen
bekende verkogt quijtgescholden, en tot een
vrijen eijgendomme opgedragen te hebben
aan en ten behoeve van Cornelis Henneman
wonende meede aldaar, een stuk weijland,
leggende binnen desen banne, genaamt
't snoeklandt, met de drie ackers, te samen
groot 3067,5 roeden, belent ten westen
de voorwegh, en ten noorden Louwris Pietersz
Biersteeker, nogh een stuk land leggende
als vooren genaamt de strenghcroft met
een acker tesamen groot 1568 roeden
belent ten zuijden Jan Heemskerk en
ten noorden de moolenstrengh, van welke
vercoopinge en opdragte hij comparant be-
kende al wel en ten vollen vernoegt vol-
daan, en betaalt te zijn, en dat mette
zomme van f 800-0-0 gereed gelt, stel-
lende daaromme den voornoemde koper, in
volkomen possessie en eijgendomme van
de voorsz stukken landt, belovende
ook deselve ten allen tijden te vrijen en te
waren, van alle lasten, pagten, renten
evictien, en creditien, daar deselve voor
dato deeses eenigsints meede belast ofte
beswaart mogte weesen, alles naar regten
van den lande, en costumen van onsen
dorpe, stellende daar voren ten onderpande
specialijk zijn persoon, en generalijk alle
zijne goederen, roerende, en onroerende,
present, en toekomende, geen uijtgesondert
makende alle deselve subject, voor alle
regten, regteren, en executien, t'oirconde
deese bij mijn schout voornoemt beseegelt, en
bij ons schepenen geteekent op den 5e
februarij anno 1732
J.v.Coevenhoven
Barent Hendrickse
Cornelis Wagemaker
In de kantlijn:
Solvit den 40 penning
en 1/10 verhoging f 7-0-4
Wij Barent Hendriksz, Cornelis
Wagemaker, en Jacob Pietersz, scheepenen tot
heemskerk, (de eerste als presiderende) en dat
voor en in plaatse van de schout aldaar, de-
wijle het navolgende perseel, door hem selfs
wert getransporteert en opgedragen, oirconde
en kennen dat voor ons gekomen en verscheenen
zijn, de voornoemde comparanten, dewelke bij deesen
bekende, in de voorengenoemde qualiteijt te
hebben vercogt quijtgescholden, en tot een vrijen
eijgendomme opgedragen, aan en ten
behoeve van Cornelis Henneman wonende
aan heemskerkerduijn, een huijs, erff, en tuijn
met het land daar bij behoorende, staande en
leggende binnen desen banne aan duijn voornoemt
groot te samen 1057 roeden , belent ten
noorden en zuijden Cornelis Pietersz, ten oosten
de groote ciebeek, en ten westen de voorwegh
van welke vercoopinge en opdragte zij compa-
ranten bekende al wel en ten vollen vernoegt
voldaan en betaalt te zijn, en dat mette
zomme van f 255-0-0 gereed gelt, stellende
daaromme den voornoemde kooper
in volkomen pos-
sessie en eijgendomme van het voorsz huijs
erff, en tuijn etc., belovende ook deselve ten allen
tijden te vrijen en te waren van alle lasten, pagten
renten, evictien, en creditien daar deselve voor
dato deeses eenigsints meede belast ofte beswaart
mogte weesen, alles naar regten van den landen, en
costumen van onsen dorpe, stellende daar voren
ten onderpande een ieder crediteur des voorsz
boedel zijne geregtigheijt, als meede der selver
personen, en goederen, roerende, en onroerende,
present, en toecomende, geene uijtgesondert, makende
alle deselve subject voor alle regten, regteren, en
executien, t'oirconde dese bij mij president besegelt
en bij de twee andere scheepenen geteekent op den
14 april anno 1732
Barent Hendrickse
Cornelis Wagemaker
Jacob Pieterse
Solvit den 40 penning
en 1/10 verhoging f 4-10-12
Wij Johannes van Coevenhoven
schout tot heemskerk, Barent Hendriksz
en Cornelis Wagemaker, scheepenen aldaar, oirconde
en kennen dat voor ons gekomen, en verschenen
zijn, Reijer Claasz wonende tot castricum
en Jan Jacobsz wonende tot heemskerck
als geauthoriseert, en gequalificeert zijnde
van de crediteuren, en schulteijsschers, van den
boedel van Jannetje Schouten, over
leden tot wijk aan duijn, ingevolge de acte van
qualificatie, daar van onder de handt ge-
passeert, in dato den --- april 1731, en
volgende dagen, ons schout en scheepenen geexi-
beert voorgeleesen en agter deesen ten protho-
colle folio 89 geregistreert, dewelke bij
desen bekende vercogt quijtgescholden, en tot
een vrijen eijgendomme opgedragen te hebbe,
aan en ten behoeve van Cornelis Henneman
oud schepen alhier, 1/4 part, in een stuk
hooij landt leggende binnen deesen banne
aan de oosterzij, genaamt in 's hertogen ven
groot dito 1/4 part 616,25 roeden, belent
ten westen deukelmeer, en ten noorden
Pieter Louwrisz Stelt, van welke vercopinge
en opdragte zij comparanten bekende al wel
en ten vollen vernoeght, voldaan, en betaalt
te zijn, en dat mette zomme van f 165-0-0
gereed gelt, stellende daaromme den
voornoemde kooper in volkomen possessie en
eijgendomme, van de 1/4 part, in het voorsz
stuk landt, belovende ook 't selve ten allen
tijden te vrijen, en te waren, van alle lasten,
pagten, renten, evictien, en creditien, daar
het selve voor dato deses enigsints meede
belast, ofte beswaart mogte weesen, alles
naar regten, van den landen, en costumen
van onsen dorpe, stellende daar vooren
ten onderpande, een ieder crediteur, des
voorsz boedels, zijne geregtigheijt, als
meede desselfs persoonen, en goederen, roe-
rende, en onroerende, present en toecomende
geene uijtgesondert, makende alle deselve
subject, voor alle regten, regteren,en executien
t'oirconde deese bij mij schout voornoemt besegelt
en bij ons scheepenen geteekent, op den
1 maij anno 1732
J.v.Coevenhoven
Barent Hendrickse
Cornelis Wagemaker
In de kantlijn:
Solvit den 40e penning
en 1/10 verhoging f 13-12-4
Wij Johannes van Coevenhoven
schout tot heemskerk, Barent Hendriksz
en Cornelis Wagemaker, scheepenen aldaar, oirconde, en
kennen, dat voor ons gekomen, en verscheenen is
Cornelis Pietersz, oud scheepen alhier, wonende tot
bergen, dewelke bij deesen bekende vercogt, quijt-
gescholden, en tot een vrijen eijgendomme opgedragen
te hebbe, aan en ten behoeve van Cornelis Henneman
oud schepen deses dorps, eerstelijk een stuk weij-
land, leggende binnen desen banne, genaamt de
werfjes groot 685,25 roeden, belent ten zuijden
Pieter Louwrisz, ten westen de voorwegh, en ten
noorden de kooper, Item een stuk weijlandt, leg-
gende als vooren, genaamt Maartje Valkenkroft
halff, groot 555 roeden belent ten noorden
Oloff Cornelisz, en ten zuijden het volgende stuk
laastelijk een stuk land, leggende als vooren
genaamt tusschen de cien van de stad, groot 995
roeden, belent ten noorden 't voorgaande per-
ceel, en Niesje Claas, ten oosten de luttik cie
en ten zuijden Pieter Louwrisz, van welke ver-
koopinge en opdragte hij comparant bekende al
wel en ten vollen vernoeght voldaan en betaalt
te zijn, en dat mette zomme van 495-0-0
gereet gelt, stellende daaromme den voornoemde koper
in volkomen possessie en eijgendomme van de voorsz
stukke landt, belovende ook deselve ten allen tijden
te vrijen en te waren van alle lasten, pagten, renten
evictien, en creditien daar deselve voor dato deses
enigsints meede belast ofte beswaart mogte weesen
alles naar regten van den landen, en costumen
van onsen dorpe, stellende daar vooren ten onder-
pande specialijk zijn persoon, en generalijk alle
zijne goederen, roerende, en onroerende, present en
toecomende, geene uijtgesondert, makende alle
deselve subject voor alle regten, regteren, en
executien, t'oirconde dese bij mij schout voornoemt
beseegelt, en bij ons scheepenen geteekent op den
6 maij anno 1732
J.v.Coevenhoven
Barent Hendrickse,
Cornelis Wagemaker
Voor het gerecht van Velsen worden Cornelis Arentse de Wolff, Cornelis Lourisse ende Cornelis Huijbertsen de jonge worden aangesteld tot voochden van Jan Pietersz out 2 jaar, zoon van wijlen Pieter Jaspersen en Marritie Cornelis
Weesmannen van Velsen komen overeen met Cornelis Huijbertsen jonghe en Cornelis Lourisse Henneman als voochden van Jan Pietsersen, out 2,5 jaar, zoon van wijlen Pieter Jaspersen dat de weduwe als boedelhoudster de erffportie van haar zoon zal beheren.
Willem Hendrixks Coster neffens Cornelis Lourisz woont aen Heemkerkerduijn worden als voocht aangestelt over Jan Pieterse, out 14 jaaren, zoon van wijlen Pieter Jasperszen Marijtie Cornelis Cleijpoel.
Il est marié avec Jannetje Jacobs.
Ils se sont mariés le 19 janvier 1688 à Haarlem (Op het graf van Maarten van Heemskerk).
Ils se sont mariés à l'église le 20 janvier 1688 à Heemskerk (RK).Source 56Enfant(s):
Cornelis Laurense Henneman | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1688 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Jannetje Jacobs |
Schepenaktes en transportaktes NoordHollands Archief
Transportakten Noordhollands Archief
Noordhollands Archief
Archief Alkmaar
Noordhollands Archief, toegang 1032, inv.nr. 256, olio 074r
Noordhollands Archief, toegang 1032, inv.nr. 256, folio 085r
Noordhollands Archief, toegang 1032, inv.nr. 256, folio 092v
Noordhollands Archief, toegang 1032, inv.nr. 256, folio 115r
Noordhollands Archief, toegang 1032, inv.nr. 256, folio 129v
Noordhollands Archief, toegang 1032, inv.nr. 256, folio 162r
Noordhollands Archief, toegang 1032, inv.nr. 257, folio 037v
Noordhollands Archief, toegang 1032, inv.nr. 257, folio 051r
Noordhollands Archief, toegang 1032, inv.nr. 257, folio 056r
Noordhollands Archief, inv.nr. 257, folio 70r-71v
Noordhollands Archief, toegang 1032, inv.nr. 257, folio 121r
Noordhollands Archief, toegang 1032, inv.nr. 257, folio 123r
Noordhollands Archief, toegang 1032, inv.nr. 257, folio 146v
Noordhollands Archief, toegang 1032, inv.nr. 257, folio 196r en 197v
Noordhollands Archief, toegang 1032, inv.nr. 257, folio 197r
Noordhollands Archief, toegang 1032, inv.nr. 257, folio 200v
Noordhollands Archief, toegang 1032, inv.nr. 257, pagina 208v
Noordhollands Archief, toegang 1032, inv.nr. 257, 209r
Noordhollands Archief, toegang 1032, inv.nr. 258, folio 010r
Noordhollands Archief, toegang 1032, inv.nr. 258, folio 011v
Noordhollands Archief, toegang 1032, inv.nr. 258, pagina 8v
Noordhollands Archief, toegang 1032, inv.nr. 258, folio 017r
Noordhollands Archief, toegang 1032, inv.nr. 258, folio 019r
Noordhollands Archief, toegang 1032, inv.nr. 258, folio 030r
Noordhollands Archief, toegang 1032, inv.nr. 258, folio 040v
Noordhollands Archief, toegang 1032, inv.nr. 258, folio 044r
Noordhollands Archief, toegang 1032, inv.nr. 258, folio 049v
Noordhollands Archief, toegang 1032, inv.nr. 258, folio 054r
Noordhollands Archief, toegang 1032, inv.nr. 258, folio 099r
Noordhollands Archief, toegang 1032, inv.nr. 258, folio 104r
Noordhollands Archief, toegang 1032, inv.nr. 258, folio 124v, 124r, 125v en 125r
Noordhollands Archief, toegang 1032, inv.nr. 258, folio 137v
Noordhollands Archief, toegang 1032, inv.nr. 258, 131r
Noordhollands Archief, toegang 1032, inv.nr. 258, folio 138v
Noordhollands Archief, toegang 1032, inv.nr. 258, folio 130v
Noordhollands Archief, toegang 1032, inv.nr. 258, folio 147r
Noordhollands Archief, toegang 1032, inv.nr. 258, folio 146v
Noordhollands Archief, toegang 1032, inv.nr. 258, folio 155r
Noordhollands Archief, toegang 1032, inv.nr. 258, folio 162v
Noordhollands Archief, toegang 1032, inv.nr. 258, folio 189r
Noordhollands Archief, toegang 1032, inv.nr. 259, folio 016r
Noordhollands Archief, toegang 1032, inv.nr. 259, folio 032v
Noordhollands Archief, toegang 1032, inv.nr. 29e, folio 030r
Noordhollands Archief, toegang 1032, inv.nr. 259, folio 064v
Noordhollands Archief, toegang 1032, inv.nr. 259, folio 082r
Noordhollands Archief, toegang 1032, inv.nr. 259, folio 086r
Noordhollands Archief, toegang 1032, inv.nr. 259, folio 88r en 89v
Noordhollands Archief, toegang 1032, inv.nr. 259, folio 091v
Noordhollands Archief, toegang 3101, inv.nr. 1040, folio 53
Noordhollands Archief, toegang 3101, inv.nr. 1040, folio 60
DTB en notarieële akte van 1733
DTB Heemskerk op FS