Spellingvariant: Watze Joukes of Watse Jouwkes
Watse Joukes, korvenmaker te Sappemeer (DGZ nageslacht Mandema), geb. voor 11-4-1668 (UTI G6, fol. 37, april 1693), won. Stavoren 1710, vermaner Waterlandse Gemeente te Sappemeer 1711-1760, overl. Sappemeer 1763, tr. ca 1695 Trijntje Aukes; kind. Auke Watses tr. Sappemeer 1726 Elisabeth Berends, Jouke Watses tr. Sappemeer 1733 Claaske Mellis, Jan Watses tr. Sappemeer 1733 Grietje Berends.
_______________________________________________________________
Watze Joukes, de grootvader van Watze Joukes Mandema, was vanaf 1710 tot zijn overlijden in 1763 leraar geweest bij de verenigde Vlaams-Waterlandse gemeente van Sappemeer.
Watse Joukes was de stamvader van het doopsgezinde geslacht Mandema.
WOR SS1, folio 88 vso, 11 mrt 1750. Aangifte voor het collateraal namens Watse Joukes, te Sapmeer in Groningerland, wegens de erfenis van zijn broer Pytter Joukes, onlangs te Workum overleden, voor 1415 cgl aangeslagen op het personele cohier.
The Waterlander congregation at Sappemeer also dates from an early period. Outstanding families in this congregation have been Mulder, Mandema, and Benes. Hendrik Jacobsz was a preacher here in 17? – c. 1733, Harm Jacobsz 1730-72, Watse Joukes (Mandema) (d. 1763) 1710-60, and Roelof Sebes 1764-72.
Il est marié avec Trijntje Aukes.
Ils se sont mariés à l'église environ 1695.Source 1
Enfant(s):
Egbert Lantinga
"Ernstige godsvrucht en gezond verstand: een selectie uit de dagboeken van Foeke Wigles Gorter" van Bert Dop; Egbert Lantinga; SCO 130-2; 1728, erfgenamen Oebele Jans, schuitevaarder te Terhorne; www.gameo.org
"Ernstige godsvrucht en gezond verstand: een selectie uit de dagboeken van Foeke Wigles Gorter" van Bert Dop; Egbert Lantinga; www.gameo.org