Attention: Femme (Friederike Louise Wilhelmine [Hohenzollern] von Preussen) est aussi son cousin.
(1) Il est marié avec Friederike Louise Wilhelmine [Hohenzollern] von Preussen.
Ils se sont mariés le 1 octobre 1791 à Berlin, Berlin, Germany, il avait 19 ans.
Enfant(s):
(2) Il est marié avec Henriette Adrian Luduvica Flora d' Oultremont.
Ils se sont mariés le 17 février 1841 à Berlin, Berlin, Germany, il avait 68 ans.
Enfant(s):
(3) Il est marié avec Juliane Karoline Philippine barones von der Goltz.
Ils se sont mariés à Not Married.
Enfant(s):
(4) Il est marié avec Louise Rouvroy.
Ils se sont mariés à Not Married.
Souverein Vorst 2 dec. 1813, Koning der Nederlanden 16 maart 1815,
troonsafstand 7 oktober 1840. Prins van Oranje Nassau, Graaf van Nassau.
======================================================
Z.M. koning Willem Frederik, koning der Nederlanden, groothertog van Luxemburg, prins van Oranje-Nassau (koning Willem I)
'de Koning-Koopman'. Eerste Nederlandse koning na het herstel van de zelfstandigheid in 1814. Had ervaring als vorst opgedaan in Fulda. Regeerde als verlichte autoritaire vorst en zette zich in voor ontwikkeling van het economisch leven (kanalen!). Weigerde zich lange tijd neer te leggen bij de afscheiding van België en veroorzaakte mede daardoor problemen met de staatsfinanciën. Die financiële politiek was de voornaamste bron van kritiek van de oppositie. Trad in 1840 teleurgesteld af na een beperkte Grondwetsherziening. Verloor de grote lijnen vaak uit het oog, doordat hij zich te veel bezighield met details.
in de periode 1813-1840: staatshoofd
personalia
wijziging in naam en/of titulatuur
-Z.H. prins Willem Frederik van Oranje-Nassau tot 16 maart 1815
-Z.K.H. koning Willem Frederik, graaf van Nassau, vanaf 7 oktober 1840
pseudoniemen, bij-, koos- en schuilnamen
-"De koopman-koning"
-"de kanalenkoning"
-"de koperen koning"; spotnaam die de Belgen hem gaven, omdat hij na zijn inhuldiging koperen in plaats van zilveren munten liet rondstrooien
geboorteplaats en -datum
Wassenaar, 24 augustus 1772
overlijdensplaats en -datum
Berlijn,, 12 december 1843
begraafplaats en -datum
Delft, 2 januari 1844
levensbeschouwing
Gereformeerd (Ned. Hervormd)
loopbaan
-gouverneur van Breda, van 1790 tot 1795
-kapitein-generaal en bevelhebber leger Verenigde Nederlanden, van 1793 tot 18 januari 1795
-landeigenaar in Silezië
-officier in Pruisische krijgsdienst tot 23 augustus 1807
-vorst bisdom Fulda, abdijen Corvey en Weingarten en rijkssteden Dortmund, Issny en Buchhorn, van 3 juli 1802 tot oktober 1806
-vorst van Nassau, van 9 april 1806 tot oktober 1806
-bevelhebber rechtervleugel Pruisische leger, van september 1806 tot oktober 1806
-krijgsgevangene, oktober 1806; kortstondig
-soeverein vorst der Verenigde Nederlanden, van 6 december 1813 tot 16 maart 1815; inhuldiging 30 maart 1814
-Gouverneur-Generaal uit naam der geallieerden in de zuidelijke Nederlanden, van 31 juli 1814 tot 21 september 1815
-koning der Nederlanden, van 16 maart 1815 tot 7 oktober 1840; inhuldiging 21 september 1815 te Brussel
-hertog van Luxemburg, van 17 maart 1815 tot 9 juni 1815
-groothertog van Luxemburg, van 9 juni 1815 tot 7 oktober 1840
officiersrangen
-generaal der Staatse infanterie, vanaf 1790
-luitenant-veldmaarschalk Oostenrijkse leger, vanaf mei 1809
nevenfuncties
overzicht
president Raad van State, van 1814 tot 7 oktober 1840
opleiding(en)
soort en plaats middelbaar onderwijs
privé-onderwijs bij o.a. de wiskundige Euler, de rechtsgeleerde Tollius en de generaal Von Stamfort
soort en plaats academisch onderwijs
studie Hogeschool te Leiden, vanaf 3 november 1789
wetenswaardigheden
uit de publieke sfeer
-Trachtte in 1795 en 1796 tevergeefs van Engeland en Pruisen steun te krijgen voor de strijd tegen de Bataafse Republiek
-Sloot zich in september 1799 aan bij een Engels-Russische expeditie in Noord-Holland, maar moest na het mislukken daarvan terugkeren naar Engeland
-Organiseerde op Wight de "Dutch Brigade"; deze werd later ontbonden
-Vocht in 1809 aan de zijde van Oostenrijk mee tegen de Fransen en raakte bij de slag bij Wagram (juli 1809) gewond
-Aanvaardde op 2 december 1813 op verzoek van Kemper, Fannius Scholten en Falck als soeverein vorst de regering "onder waarborging eener wijze Constitutie"
-Benoemde in december 1813 en maart 1815 commissies onder leiding van G.K. van Hogendorp die een Grondwet moesten ontwerpen
-Besloot in december 1813 een Staatsblad in het leven te roepen, waarin alle wetten, proclamatiën en soevereine besluiten bekend moeten worden gemaakt. Tevens werd besloten van staatswege een Staatscourant uit te geven, waarin onder meer alle ministeriële besluiten, benoemingen en aanschrijvingen, alsmede officiële advertenties en berichten moeten worden bekendgemaakt.
-Richtte in 1814 de De Nederlandsche Bank op
-Bracht in 1814 een wet tot herstel van de nationale schuld en tot vinding der fondsen benoodigd tot stijving van 's lands kas tot stand
-Voerde in 1814 de dienstplicht in
-Bracht in 1814 de Instructiewet voor de Algemene Rekenkamer tot stand. Deze bepaalt dat de Rekenkamer uit 13 leden bestaat en dat het presidentschap om de drie maanden wisselt. De Rekenkamer krijgt het oppertoezicht over de invordering van 's Lands gelden en de rechtmatigheid van uitgaven. De Rekenkamer kan aanbevelingen doen over de doelmatigheid van uitgaven.
-Op 21 juni 1814 werden in Londen de "acht geheime artikelen" overeengekomen, waardoor de Zuidelijke Nederlanden en Luxemburg met (Noord-)Nederland werden verenigd
-Stelde in 1815 de Militaire Willems-orde en de Orde van de Nederlandse Leeuw in
-Kwam in 1815 met wetgeving waardoor de persvrijheid enigszins werd beknot
-Stelde in 1816 een Algemeen Reglement voor de Nederlandse Hervormde Kerk op
-Verleende elke woensdagmorgen op paleis Noordeinde "Openbaar Gehoor"
-Regeerde veelal via besluiten
-Kon dankzij de zgn. Blanketwet van 1818 strafsancties van toepassing verklaren op het niet naleven van Algemene Maatregelen van Bestuur
-Ontnam in 1819 Van Hogendorp de titel "minister van Staat" wegens diens kritiek op zijn beleid
-Bevorderde de welvaart door opheffing van tollen en heffingen, door opheffing van de gilden en door oprichting van financieringsmaatschappijen (o.a. Algemene Nederlandsche Maatschappij ter begunstiging van de volksvlijt, 1822 en Nederlandsche Handel-Maatschappij, 1824)
-Nam het initiatief tot het graven van het Noord-Hollands Kanaal (1819-1825), de Zuid-Willemsvaart (1822-1826), het Kanaal van Gent naar Terneuzen (1825-1827), het Voornse Kanaal (1827-1829), het Apeldoorns Kanaal (1828) en het Kanaal Brussel-Charleroi (1827-1830)
-Bracht in 1819 een nieuwe Tariefwet tot stand
-Vaardigde in 1819 het Taalbesluit uit, waardoor na 1823 in Vlaanderen alleen Nederlands mocht worden gesproken
-Voerde in 1821 een nieuw belastingstelsel in, waartegen in het Zuiden grote bezwaren bestonden
-Richtte in 1822 het Amortisatie-Syndicaat op
-Tegen zijn financiële beleid ontstond oppositie in de Tweede Kamer (o.a. verwerping begrotingen in 1819 en 1829)
-Vaardigde in 1822 het zgn. conflictenbesluit uit, waardoor conflicten over de competentie van rechtbanken inzake administratieve zaken aan de koning moesten worden voorgelegd
-Stelde in 1823 een ministerraad in, waarvan hijzelf voorzitter was
-Trachtte via zijn provinciale gouverneurs de verkiezing van Tweede-Kamerleden te beïnvloeden
-Richtte in 1825 een staatsschool voor priesteropleiding, het Collegium Philosophicum, op
-Sloot in 1827 een concordaat met de paus over het bestuur van de katholieke kerk in Nederland, waarvan in de praktijk echter weinig terecht kwam
-Bracht in 1829 een wet tot stand houdende algemene bepalingen der wetgeving van het Koninkrijk. Deze bepaalt dat wetten pas bindend zijn als ze behoorlijk zijn afgekondigd. Voorts dat wetten, tenzij anders bepaald, op de 20ste dag na dagtekening van het Staatsblad in werking treden. Rechters moeten volgens de wet rechtspreken, zonder de waarde of billijkheid van de wet te beoordelen.
-Bracht in 1829 een wet tot stand tot beteugeling van onrust en kwaadwilligheid en inzake persdelicten
-Stelde in januari 1830 een grondwetscommissie in o.l.v. staatsraad Van Pabst van Bingerden en in 1831 een geheime commissie-Canneman
-Legde op 13 september 1830 de Staten-Generaal twee vragen voor. Ten eerste of er noodzaak was om de nationale instellingen te wijzigen en ten tweede of de betrekkingen tussen Noord en Zuid moesten worden veranderd. Op de eerste vraag antwoordde in de Tweede Kamer 50 leden met 'ja' en 44 met 'nee' (bij 6 onthoudingen). Op de tweede vraag antwoordde 55 leden met 'ja' en 43 met 'nee' (bij 2 onthoudingen). In de Eerste Kamer werden beide vragen tezamen door 31 leden met 'ja' en 7 met 'nee' beantwoord.
-Vaardigde op 5 oktober 1830 een proclamatie uit, waarin de afscheiding van de zuidelijke Nederlanden de facto werd bevestigd
-Zond op 1 augustus 1831 een leger onder bevel van zijn zoon naar België (Tiendaagse Veldtocht)
-Ondanks overwinningen moest dit leger zich vanwege Franse interventies terugtrekken
-Op 21 mei 1833 kwam in Londen een wapenstilstand tot stand
-Legde zich pas in 1839 neer bij de afscheiding van België (19 april 1839 aanvaarding 24 artikelen van Londen van oktober 1831)
-Keerde zich tegen de in 1834 ontstane Afscheiding in de Nederlandse Hervormde Kerk
-Voerde in 1838 een Burgerlijk Wetboek, Wetboek van Koophandel en Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering in
-Tijdens zijn bewind werd in 1839 de eerste spoorlijn (Haarlem-Amsterdam) geopend
-Moest in 1839 toestemmen in het ontslag van de ministers Van den Bosch en Beelaerts van Blokland nadat de Tweede Kamer zich tegen hun financiële voorstellen had gekeerd
-Stemde in 1840 toe in een Grondwetsherziening. Door deze herziening wordt de Grondwet aangepast aan de afscheiding van België. Er koment 58 Tweede-Kamerleden (waaronder drie uit Limburg). Verder wordt o.a. de strafrechtelijke ministeriële verantwoordelijkheid ingevoerd en worden Noord- en Zuid-Holland gesplitst.
uit de privé-sfeer
Huwde in 1841 met zijn voormalige (katholieke) hofdame Henriëtte d'Oultremont
anekdotes
Zijn detailzucht en werklust blijkt uit het grote aantal stukken dat hij dagelijks afdeed, soms meer dan honderd per dag. Ook op zon- en feestdagen werkte hij door. In 1822 deed hij op eerste kerstdag 212 stukken af.
overige bijzonderheden
adressen
-Wassenaar, Huis ten Bosch, vanaf 24 augustus 1772
-Londen, Hampton Court, van 18 januari 1795 tot mei 1796
-Berlijn, van mei 1796 tot 1813
-terugkeer in Nederland, 30 november 1813
-'-Gravenhage, van november 1813 tot oktober 1840
-Berlijn, van oktober 1840 tot 12 februari 1843
onderscheidingen
-Grootmeester Militaire Willemsorde
-Grootmeester Orde van de Nederlandse Leeuw
predikaten/adellijke titels
-erfprins van Oranje-Nassau tot 9 april 1806
-vorst van Fulda, van 1802 tot 1806
-graaf van Corvey, Weingarten en Dortmund, van 1802 tot 1806
-hertog van Luxemburg, van maart 1815 tot 21 september 1815
-hertog van Limburg, van 19 april 1839 tot 7 oktober 1840
erefuncties
-beschermheer (Koninklijk) Nederlandsch Instituut van Wetenschappen te Amsterdam
-protector Hollandsche Maatschappij van Wetenschappen te Haarlem
-protector Het Genootschap der Proefondervindelijke Wijsbegeerte te Rotterdam
-beschermheer Maatschappij der Nederlandsche Letterkunde te Leiden
-beschermheer Genootschap der Beschouwende en Werkdadige Wis-, Bouw-, Natuur-, Reken- en Tekenkunde, onder de zinspreuk 'Mathesis Scientiarum Genitrix' te Amsterdam
-protector Nederlandsche Huishoudelijke Maatschappij te Haarlem
-protector Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen
-beschermheer Koninklijke Academie van Wetenschappen en Fraaije Letteren te Brussel, van 1815 tot 1830
-beschermheer Koninklijke Academiën van beeldende kunsten te Amsterdam en Antwerpen
-beschermheer Koninklijke Maatschappij ter aanmoediging der Schoone Kunsten te Brussel, van 1815 tot 1830
-beschermheer Maatschappij van vrije nastreving en ter aanmoediging van Schoone Kunsten te Luik, van 1815 tot 1830
-beschermheer Koninklijke Maatschappij van Landbouw en Kruidkunde te Gent, van 1815 tot 1830
-beschermheer Koninklijke Maatschappij van Vaderlandsche Taal- en Letterkunde te Brugge, van 1815 tot 1830
-beschermheer Maatschappij voor Natuur- en Letterkunde 'Diligentia' te 's-Gravenhage
-beschermheer Provinciaal Genootschap van Kunsten en Wetenschappen te Utrecht
publicaties/bronnen
publicaties over
-J.A. Bornewasser, "Koning Willem I", in: C.A. Tamse (red.), "Nassau en Oranje in de Nederlandse geschiedenis" (Utrecht, 1996)
-Nieuw Nederlandsch Biografisch Woordenboek, dl. I, 1560
-H.Th. Colenbrander, "Willem I. Koning der Nederlanden" (2 dln., Amsterdam 1931-1935)
-Y. Schmitz, "Willem I. Koning van Noord en Zuid" (Hasselt, 1966)
-L.J. Plemp van Duiveland, "Willem Frederik, koning der Nederlanden" (Amsterdam, 1949)
-L.J. Rogier, "De eerste twee koningen uit het huis Oranje", in: L.G.J. Verberne, "Geschiedenis van Nederland in de jaren 1813-1850" (Utrecht/Antwerpen, 1958)
-J.S. Wijne, "Koning Willem I" (Den Haag, 1964)
familie/gezin
naam vader
Willem, prins van Oranje, vorst van Nassau, vorst van Fulda en graaf van Corvey (sinds 1802) (Willem V, later Willem Batavus)
naam moeder
F.S.W. prinses van Pruisen Frederika Sophia Wilhelmina (prinses Wilhelmina)
samenlevingsvorm
-gehuwd te Berlijn, 1 oktober 1791; echtgenote overleden 12 okt. 1837
-gehuwd (tweede huwelijk) te Berlijn, 17 februari 1841
naam partner
F.L.W. prinses van Pruisen Friederike Louise Wilhelmine
naam 2e partner
H.A.L.F. gravin d'Oultremont de Wégimont Henriëtta Adriana Ludovica Flora
kinderen
2 zoons en 1 dochter
broers en zusters
1 zuster en 1 broer
familierelaties
-Zoon van erfstadhouder Willem V Batavus van Oranje-Nassau
-Vader van koning Willem II 9291000/bio/10005>
-Vader van prins Frederik 9291000/bio/10003>
-Grootvader van koning Willem III 9291000/bio/10006>
-Schoonzoon van koning Frederik Willem II van Pruisen
Guillaume I de Nassau (1772-1843)
- fils de Guillaume V -
Roi des Pays-Bas(1815-1840), Grand-Duc de , Prince d' et de Nassau
Les données affichées n'ont aucune source.