(1) Il est marié avec Hendrikien Gerrits.
Ils se sont mariés à l'église le 8 mars 1716 à Beekbergen, il avait 27 ans.
Enfant(s):
(2) Il est marié avec Johanna van Maanen.
Ils se sont mariés à l'église le 23 avril 1747 à Arnhem, il avait 59 ans.
In 1719 naar Oosterbeek gegaan en ca 1724 van Oosterbeek naar Eerbeek.
De papiermolens in de provincie Gelderland, alsmede ……… (H. Voorn)
De Klingelbeekse te Oosterbeek, no 47, blz 273
Gerrit Jansen en zijn vrouw hebben huis- en molenopstal in augustus 1722 voor 2300 gld verkocht aan Jan Pauwelsen Schut en Hendrickje Gerrits. Jan Pouel (Pauwel) Schut is 1 april 1688 gedoopt als zoon van Marten Jansen Schut, papiermaker op de Huygensmolen (no 64) te Wiesel, en van Beeltien Gerrits Hulshof. Zij kwamen in 1719 naar Oosterbeek, met hun zoons Gerrit en Cornelis. Jan Pauwel Schut is omstreeks 1724 naar Eerbeek vertrokken met de zoons en de inmiddels geboren dochter Hesther. In Eerbeek kocht hij in 1727 de molen het Oude Klooster (no 49). De molen aan de Slijpbeek zal toen door hem zijn verpacht. Schut zat er financieel beter bij dan de meeste Veluwse papiermakers. Wel werd de Klingelbeekse molen in mei 1723 belast met een hypotheek van 700 gld, maar die werd al drie jaar later afgelost. Alleen een obligatie van oktober 1727 groot 800 gld is eerst in 1767 afgelost. In 1729 kwamen Schut, zijn vrouw en vier kinderen –inmiddels was een zoon Abraham geboren– Oosterbeek terug. Hij bleef eigenaar van de molen in Eerbeek, die hij aan Abraham Pannekoek had verpacht. De molen in Oosterbeek beheerde hij nu zelf, geholpen door de zoons; de zoon Gerrit kocht echter in 1745 de molen op de Elshegge (no 43). Schuts vrouw Hendrikje Gerrits is 10 september 1745 te Oosterbeek overleden. Op 9 maart 1747 werd het erfmagescheid ‘opgericht’ tussen de weduwnaar en zijn kinderen, waarbij de molen in Oosterbeek aan de vader werd toegewezen, de zesbaks papiermolen in Eerbeek, dan in pacht gebruikt door Abraham Pannekoek en Aart Schut, ging naar de kinderen. Bovendien kregen de kinderen elk 530 gld, de twee jongsten later nog 30 gld.
De kinderen waren: Gerrit Schut, gehuwd met Hendrikje van de Wall, Cornelis Schut, gehuwd met Fransina Elsibe Hoeffnagels, Hester Schut, die in 1749 met Gerrit Jansen van Ommen trouwde, en Abraham Schut, in 1749 gehuwd met Mayken Jansen van Ommen. Hester Schut is in 1754 als weduwe hertrouwd met Jacob Willem Schuler, geboren in Hessen-Darmstadt.
Jan Pouwel Schut hertrouwde in april 1747 met Johanna van Manen, die weduwe was van Christiaen van der Cluys. Tot in 1753 heeft Jan Pouwel het bedrijf voortgezet, volgens de gegevens uit 1749 toen met vier meiden en knechts. In september 1753 verkocht Schut de molen voor 800 gld aan zijn zoon Abraham, die de molen overigens al enigd tijd in gebruik had.
De papiermolens in de provincie Gelderland, alsmede ……… (H. Voorn)
Het Oude Klooster te Eerbeek, no 49, blz 279
Omstreeks 1724 kwamen vier kinderen van een achterkleinzoon van Marten orges, Marten Jansz Schut gehuwd met Beeltien Gerrits Hulshoff, naar Eerbeek, waaronder de oudste van de vier Jan Pouwel Schut, in 1688 op de Huygensmolen geboren en vóór zijn vertrek naar Eerbeek papiermaker op de Klingelbeekse molen te Oosterbeek (no 47).
Na het overlijden van Anna Swarthoff verkochten haar kinderen op 13 mei 1727 de papiermolen met de hofstede, ‘soo als deselve lange jare bij Peter Cornelissen gebruikt is geweest’ voor 8500 gld aan Jan Pouwel Schut en zijn vrouw Hendrickje Gerrits. De aankoop werd ten dele gefinancierd door een hypothecaire lening van 6000 gld, verstrekt door de koster Derk Smynck en Govert Lauterbach. Jan Pouwel Schut, die in 1724 de molen aan de overkant van de beek, Het Klooster, had gepacht en aan zijn broer Pouwel Marten in gebruik had gegeven, keerde in 1729 terug naar zijn Oosterbeekse molen en liet de papiermakerij op de bovenste van de dubbele molen het Oude Klooster over aan zijn zwager Abraham Pannekoek en op de onderste molen werd het werk verricht door zijn broer Aart Schut. Jan Pouwel Schut werd weduwnaar in 1747. Op 9 maart van dat jaar werd het moederlijk erfdeel tussen de kinderen verdeeld. Zij kregen de dubbele papiermolen met zes bakken, op eigen water en grond, met het daarin gevestigde kapitaal, en met de hofstede, die nu de Jan Kersten hofstede werd genoemd, en met een stukje land genaamd de Sibillen Acker. Bovendien kreeg elk der vier kinderen 530 gld, waaruit wel blijkt dat Jan Pouwel Schut een welgesteld man was. Zijn kinderen waren niet allen in de papiermolen geïnteresseerd.
Jan Pouels Schut | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
(1) 1716 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Hendrikien Gerrits | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
(2) 1747 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Les données affichées n'ont aucune source.