Hij is geboren om 05.30u; aangifte geb op 24 aug 1875 door de vader; getuigen bij de aangifte: Constantuinus Antonius Broekkamp, 48 jaar, timmerman en Johannes Gerardus Moojen, 44 jaar, bode; beiden wonende op Texel
Doopgetuigen: Hermanus Bruin en Anna de Graaf
Oorzaak: hij is doodgeschoten (oorlogsslachtoffer) op 14 april 1945 bij De Cocksdorp
Hij is overleden hoeve Bouwlust om 18.30u; aangifte overl op 19 apr 1945 door Cornelis de Graaf, 29 jaar, landbouwer, wonende op Texel
Il est marié avec Marretje Witte.
L'avis de mariage a été publié le 29 octobre 1899 à Den Burg (Texel, NH).
Ils se sont mariés le 9 novembre 1899 à Den Burg (Texel, NH), il avait 24 ans.Source 2Getuigen bij het huwelijk: Gerbrand Pietersz Zoetelief, zwager van de bruidegom; Cornelius Witte, broeder van de bruid; Willem de Graaf, broeder van de bruidegom en Maarten Jan WitteIls se sont mariés à l'église le 12 novembre 1899 à Den Burg (Texel, NH), il avait 24 ans.
Enfant(s):
Als hij wordt opgeroepen voor de militaire dienst dan gaat hij bij de Marine. Of hij de Marine uitgezocht heeft of dat de legerleiding hem bij de Marine geplaatst heeft is niet bekend. Als soldaat bij de Marine legt hij kontakten met allerlei mensen die vroeger op de een of andere manier wat te maken hebben gehad met zeevaart, visserij, havendiensten enz. Beroepssoldaat is kennelijk niets voor hem.
Na de marine gaat hij werken bij Leo Niemand die hij vermoedelijk heeft leren kennen in zijn marine-loopbaan.
Leo Niemand heeft werk aangenomen in Antwerpen om daar allerlei scheepswrakken en andere obstakels die op de bodem van de haven liggen op te ruimen.
Michiel was een van die mensen die met een duikerpak aan onder water ging om de kabels en trossen aan de wrakken vast te maken, Michiel was toen ongeveer 23 à 24 jaar. Gevaarlijk werk zal dat ongetwijfeld geweest zijn, zeker in die tijd toen de uitrusting van een duiker stellig minder goed moet zijn geweest als tegenwoordig.
Leo Niemand komt later zelf om het leven tijdens het duiken.
In die tijd had Michiel ook een vissersschuit [in 1900 kocht zijn grootvader voor f 590,- de blazerschuit TX43, die voor de Noordzee geschikt was], kennelijk om de inkomsten wat te verhogen. In deze tijd was Michiel waarschijnlijk al verloofd met Marretje Witte.
Hij stond misschien voor de keus om, of een bestaan te vinden op of aan het water, of weer terug te gaan naar Eijerland en het bestaan als boer, net als zijn vader en grootvader weer op te pakken. Michiel besluit in ieder geval boer te worden.
Zijn grootvader, die eigenaar is van een boerderij in Het Noorden', biedt hem deze boerderij aan voor een schappelijk bedrag. Maar om de een of andere reden gaat Michiel hier niet op in. Als Michiel en Marretje gaan trouwen dan wordt in Antwerpen het huwelijk driemaal afgekondigd.
Michiel en Marretje gaan wonen in het huisje van Marinus Bakelaar naast Bouwlust.
Als Johannes de Graaf in 1903 overlijdt neemt zijn zoon, Michiel de huur van Bouwlust over.
Hij werd een moderne ondernemer die weiland scheurde; hij werd raadslid en kreeg in 1931 een pauselijke onderscheiding, nadat hij 25 jaar in het Armenbstuur zat.
Zijn koeien waren in 1933 vrij van tbc en voor zijn 23 ooilammeren beschikte hij over 23 ha weiland en 2 ha nollen.
Opvallend was dat Giel in 1935 niet meedeelde in het schapenpotje. In 1941 had hij weer 25 schapen.
Kievit de Jonge, de eigenaar, wil voordat de tweede wereldoorlog uitbreekt, zijn bezittingen omzetten in geld.
In een brief aan Michiel, die het voorkoopsrecht heeft, vraagt hij een bedrag. Michiel laat de boel taxeren en schrijft aan Kievit de Jonge terug dat hij het een redelijke vraagprijs vindt, maar omdat de waarde van Bouwlust vooral te danken is geweest aan het harde werken van de familie de Graaf, doet hij een tegenbod.ng
Kievit de Jonge gaat ermee akkoord en zo wordt dus Michiel de Graaf eigenaar van Bouwlust in 1938. Kievit de Jonge vertrekt naar Amerika.
Michiel zet het boerenbedrijf voort en slaagt erin het een gezonde basis te geven.
Thuis gaat het ook voorspoedig, ze krijgen negen kinderen. Drie ervan komen jong te overlijden. De overige 6 kinderen, 1 meisje en 5 jongens, groeien op, gaan naar school en helpen daarna mee op het land.
De crisistijd, omstreeks 1930, was een harde tijd. Dankzij het feit dat vader Michiel het land kon bewerken samen met zijn zoons, die aan het eind van de week genoegen moesten nemen met een zakcent, is Bouwlust door deze moeilijke periode heen gekomen. Andere boeren, die knechten moesten hebben, konden per week zon fl. 15,- loon uitbetalen, terwijl ze het geld eigenlijk niet eens hadden.
Bron: Martin de Graaf
Michiel Wilhelmus de Graaf | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1899 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Marretje Witte |
Akteplaats: Texel
Soort akte: Overlijdensakte
Aktenummer: 93
Registratiedatum: 19-04-1945
Akteplaats: Texel
Soort akte: Huwelijksakte
Aktenummer: 39
Registratiedatum: 09-11-1899