Généalogie John Muijsers » Jacoba van Beieren (1401-1436)

Données personnelles Jacoba van Beieren 

Source 1

Famille de Jacoba van Beieren

Waarschuwing Attention: Mari (Jan Iv van Brabant) est également son cousin.

(1) Elle est mariée avec Jan van Touraine.

Ils se sont mariés en l'an 1415, elle avait 13 ans.


(2) Elle est mariée avec Jan Iv van Brabant.

Ils se sont mariés en l'an 1418, elle avait 16 ans.

Le mariage est annulé en 1419.


(3) Elle est mariée avec Humphrey van Gloucester.

Ils se sont mariés en l'an 1422, elle avait 20 ans.

Le mariage est annulé en 1428.


(4) Elle est mariée avec Frank van Borssele.

Ils se sont mariés.


Notes par Jacoba van Beieren

Jacoba van Beieren (Le Quesnoy, gedoopt 16 juli 1401 – Slot Teylingen, 9 oktober 1436) was gravin van Holland, Zeeland en Henegouwen tussen 1417 en 1433.
Jacoba werd in 1401 geboren en op 16 juli van dat jaar gedoopt in Le Quesnoy in Henegouwen.[1] Ze is de dochter van graaf Willem VI en Margaretha van Bourgondië. In 1406 werd zij op 5-jarige leeftijd uitgehuwelijkt aan de Franse prins Jan van Touraine. In 1415, toen zij 14 was, werd dat huwelijk voltrokken in Den Haag. Kort daarop overleed Jans oudere broer Lodewijk van Guyenne, waarna Jan de Dauphin van Frankrijk werd, en Jacoba dus Dauphine, oftewel: kroonprinses. In 1417 overleed echter ook Jan van Touraine en werd Jacoba weduwe. Enkele maanden later overleed ook haar vader graaf Willem VI van Holland.
Jacoba volgde haar vader op zestienjarige leeftijd op, maar haar oom, de Luikse bisschop Jan VI van Beieren, had ook zijn oog laten vallen op de erfenis van graaf Willem VI. Hij werd hierin gesteund door de Duitse keizer Sigismund, die verdere invloed van de Bourgondische hertogen in zijn gebieden wilde voorkomen.[2] Jacoba, gesteund door haar moeder Margaretha van Bourgondië zocht haar steun bij Jan zonder Vrees, de hertog van Bourgondië en broer van Margaretha.[3] De strijd tussen Jacoba en Jan VI betekende tevens een oplaaiing van de Hoekse en Kabeljauwse twisten. Onder Jacoba's leiding behielden de edellieden die onder Willem VI gediend hadden hun positie, zij behoorden tot het Hoekse kamp. Daarentegen werd Jan VI van Beieren door de Kabeljauwse edelen gesteund.
Om haar machtspositie te versterken trouwde Jacoba in 1418 met haar neef in de vierde graad Jan IV van Brabant. Ze kreeg hiervoor toestemming van paus Martinus V. Jan VI van Beieren en zijn partijgenoten protesteerden tegen dit huwelijk. Onder druk van keizer Sigismund werd de pauselijke toestemming later ingetrokken. Na het Beleg van Dordrecht en omdat hij zijn financiële verplichtingen niet kon nakomen, verpandde Jan van Brabant het grondgebied van Jacoba voor 12 jaar aan haar vijand Jan van Beieren. De Zoen van Woudrichem, een vredesverdrag tussen Jacoba van Beieren en Jan VI van Beieren, werd ondertekend op 13 februari, 1419. Jacoba liet hierop het huwelijk ongeldig verklaren en vertrok in 1421 naar Engeland, waar zij in 1423 in het huwelijk trad met Humphrey van Gloucester, zoon van koning Hendrik IV van Engeland.

Samen met Humphrey ging zij met een leger in 1424 terug naar Henegouwen om de strijd op te nemen tegen haar ex-echtgenoot Jan van Brabant, die gesteund werd door Filips de Goede, hertog van Bourgondië. Het escaleerde in een persoonlijke ruzie tussen Filips de Goede die een duel wilde uitvechten met Humphrey. De koningen van Engeland en Frankrijk vonden dat beide royals zich niet in z'n duel moesten begeven, Filips bleef echter strijdvaardig, maar Gloucester besloot eind april er toch vanaf te zien. Jacoba bleef achter in Henegouwen. Vervolgens begon de Inname van Henegouwen (1424-25) en moest zij zich overgeven; ze werd in Gent gevangen gezet.[5] Gloucester steunde zijn vrouw nog wel met Engelse troepen in de Slag bij Brouwershaven in 1426, maar het huwelijk werd al snel daarna ontbonden.
Toen haar oom Jan van Beieren in januari 1425 overleed, kwamen de gebieden die hij eerder verpand had gekregen weer bij Jan van Brabant terecht. Echter, onder druk van Filips de Goede, stelde hij in 1425 Filips aan als ruwaard en erfgenaam. Zo zouden de graafschappen aan de hertog van Bourgondië toevallen als Jan kinderloos zou sterven.[4] Dit betekende feitelijk dat deze gebieden onder het gezag van Filips de Goede kwamen.[6] De Hoeken verzetten zich hiertegen en besloten Jacoba van Beieren te bevrijden. De edellieden Spiering en Aalburg van het Schuttersgilde St. Joris van Heusden (opgericht in 1356) slaagden erin Jacoba van Beieren te ontmoeten en met haar werd een ontsnappingsplan gemaakt[bron?]. Jacoba zei niet gestoord te willen worden, omdat ze een bad ging nemen, waarna zij en haar kamenier mannenkleren aantrokken en zo vermomd het kasteel uitliepen waar ze gevangen zaten. Buiten wachtten Spiering en Aalburg met paarden en het viertal wist te ontkomen via Breda en Woudrichem naar Vianen. Hier ontdeed ze zich van haar vermomming en reisde vervolgens verder naar Schoonhoven waar de Hoeken kort daarvoor de macht hadden gegrepen.[7]

Jacoba van Beieren nam samen met de Hoeken de strijd tegen Filips de Goede weer op in de driehoek Gouda - Oudewater - Schoonhoven. Jacoba wist mede met hulp van Floris van Kijfhoek in september 1425, Schoonhoven te veroveren op de bezetters onder Albrecht Beiling. Ze zou daarna de stad incognito in mannengewaad bezocht hebben. Ze nam haar intrek in het kasteel van Gouda, waarvandaan ze haar strijd ondernam tegen de Kabeljauwen in Holland. Ze won een kleine slag bij de Gouwsesluis in 1425.[8] Herhaaldelijk vroeg zij om hulp van haar echtgenoot Humphrey van Gloucester, die nog steeds in Engeland verbleef. Het leidde nog tot de slag bij Brouwershaven, maar de weinige hulp die hij kon bieden was niet genoeg. Na de tegenslag bij Brouwershaven profiteerde Jacoba van de opstand die in Kennemerland was ontstaan. Daar bezetten ontevreden boeren Haarlem. Ze toog er met haar leger naartoe om de opstandige boeren te helpen met het beleg op de stad. Ze brak het beleg echter halverwege op, omdat een ontzettingsleger onderweg was naar Haarlem. Dit leger passeerde echter eerst Gouwsesluis, waar een tweede slag plaatsvond. Jacoba steunde de Kennemerse opstandelingen nog minimaal een half jaar daarna, maar met de Slag bij Hoorn werd deze opstand gebroken.[9] Twee jaar later, in 1428, moest ze vrede sluiten. In dit vredesverdrag (de Zoen van Delft) werd bepaald dat Filips erfgenaam van Jacoba van Beieren zou worden en dat zij niet in het huwelijk mocht treden zonder zijn toestemming. Jacoba bleef in naam nog gravin van Holland, maar moest feitelijk vrijwel alle macht afstaan. Haar huwelijk met Humphrey van Gloucester werd in 1428 door de paus onwettig verklaard, omdat zij volgens de kerk al getrouwd was met Jan van Brabant toen zij met Humphrey in het huwelijk trad.[10] Jan van Brabant stierf echter een jaar eerder, waarmee Jacoba dus weer een ongehuwde vrouw was.

Met Pasen in 1433 deed Jacoba volledig afstand van haar titel als gravin van Holland, Zeeland en Henegouwen. Vaak wordt beweerd dat dit te maken zou hebben met een geheim huwelijk met Frank van Borssele waarmee zij een van de voorwaarden van de zoen van Delft schond. Dit is echter niet meer dan een legende.[11] Filips de Goede had haar politiek machteloos gemaakt door haar vertrouwelingen bij haar weg te spelen en hun loyaliteit te kopen. Daarnaast was haar financiële positie ernstig verslechterd.[12] Hierdoor kon zij niet anders dan de landen overdragen aan Filips en kwamen Holland, Zeeland en Henegouwen in handen van de hertogen van Bourgondië. Jacoba kreeg verschillende gebieden en steden, met name in Zeeland, om in haar onderhoud te voorzien. De voornaamste hieruit waren de heerlijkheid Voorne, Tholen en Goes met Zuid-Beveland.[13] Ze kreeg tevens het voormalige graafschap van haar vader Oosterbant in leenbeheer.

Na de overdracht van haar landen verbleef ze op de landen die haar waren toebedeeld. In het voorjaar van 1434 trad ze in het huwelijk met Frank van Borssele.[14] Dit huwelijk was economisch voor beide partijen gunstig, al was voor Jacoba ook liefde in het spel.[15] Lang heeft ook dit huwelijk niet geduurd. In 1436 werd ze ziek. Na een ziekbed van enkele maanden op het slot Teylingen, stierf zij op 9 oktober 1436 op 35-jarige leeftijd aan tuberculose.

De wens van Jacoba van Beieren te worden begraven in de kerk van Sint-Maartensdijk is niet ingewilligd. Zij werd begraven bij haar voorouders in de Hofkapel op het Binnenhof in Den Haag onder het koor in de kerk. Bij de teraardebestelling van Jacoba in 1436 was de Hofkapel op het Binnenhof vol mensen

Avez-vous des renseignements supplémentaires, des corrections ou des questions concernant Jacoba van Beieren?
L'auteur de cette publication aimerait avoir de vos nouvelles!


Barre chronologique Jacoba van Beieren

  Cette fonctionnalité n'est disponible que pour les navigateurs qui supportent Javascript.
Cliquez sur le nom pour plus d'information. Symboles utilisés: grootouders grand-parents   ouders parents   broers-zussen frères/soeurs   kinderen enfants

Ancêtres (et descendants) de Jacoba van Beieren

Jacoba van Beieren
1401-1436

(1) 1415
(2) 1418
(3) 1422
(4) 

Frank van Borssele
± 1395-1470


Avec la recherche rapide, vous pouvez effectuer une recherche par nom, prénom suivi d'un nom de famille. Vous tapez quelques lettres (au moins 3) et une liste de noms personnels dans cette publication apparaîtra immédiatement. Plus de caractères saisis, plus précis seront les résultats. Cliquez sur le nom d'une personne pour accéder à la page de cette personne.

  • On ne fait pas de différence entre majuscules et minuscules.
  • Si vous n'êtes pas sûr du prénom ou de l'orthographe exacte, vous pouvez utiliser un astérisque (*). Exemple : "*ornelis de b*r" trouve à la fois "cornelis de boer" et "kornelis de buur".
  • Il est impossible d'introduire des caractères autres que ceux de l'alphabet (ni signes diacritiques tels que ö ou é).



Visualiser une autre relation

Les sources

  1. https://nl.wikipedia.org/wiki/Jacoba_van_Beieren

Des liens dans d'autres publications

On rencontre cette personne aussi dans la publication:

Événements historiques

  • En l'an 1436: Source: Wikipedia
    • 25 mars » le pape Eugène IV consacre la coupole du dôme de Florence, construite depuis 1420 sur des plans de Brunelleschi, qui achève ainsi la basilique, dont la construction avait débuté en 1293.


Même jour de naissance/décès

Source: Wikipedia

Source: Wikipedia


Sur le nom de famille Van Beieren


La publication Généalogie John Muijsers a été préparée par .contacter l'auteur
Lors de la copie des données de cet arbre généalogique, veuillez inclure une référence à l'origine:
John Muijsers, "Généalogie John Muijsers", base de données, Généalogie Online (https://www.genealogieonline.nl/genealogie-daemen/I3841.php : consultée 25 juin 2024), "Jacoba van Beieren (1401-1436)".