Handelt in vee
Tot zijn faillissement per 24-2-1844
t.t.v. zijn faillissement in 1844
t.t.v. overlijden
Overleden op het adres Achterburgwal kanton 1 Buurt B nr. 31 (Binnengasthuis)
Il est marié avec Joanna Maria Offerman.
Ils se sont mariés le 10 octobre 1826 à Breukelen-St.Pieters (Huize Vechtzicht), il avait 24 ans.Source 1
Enfant(s):
In 1835 verhuist hij met zijn vrouw en 5 kinderen naar Leiden waar hem het postmeesterschap is verleend. In 1844 verkeert hij in staat van faillissement en keert hij terug naar Arnhem.
Na zijn faillissement als postmeester in Leiden verkeerde Wilhelmus Laurentius in constante geldnood. In 1851 werd hij door de rechtbank te Amsterdam veroordeeld tot een geldboete van 500 gulden en 3 jaar gevangenisstraf wegens oplichting van een lakenhandelaar ("het gebruik maken van bedriegelijke middelen om het bestaan van een niet bestaand vermogen of krediet te doen gelooven, zich doen afgeven van goederen en het langs dien weg zich bedriegelijk meester maken van een deel van een anders bezittingen"). Onder het voorwendsel dat hij laken nodig had voor de bekleding van rijtuigen voor een door hem op te richten diligence onderneming werd hem laken geleverd, die hij vervolgens niet betaalde maar wel doorverkocht. Hij schroomde hierbij niet om misbruik te maken van de goede naam van zijn broer die in Arnhem een diligenceonderneming had.
Na twee jaar gezeten te hebben in de strafgevangenis te Hoorn werd hem gratie verleend en keert hij terug in Amsterdam en woont hij naast zijn door de rechtbank in Amsterdam in kennelijke staat van onvermogen verklaarde broer Joannes in Amsterdam op de Haarlemmerdijk. Hij overlijdt in 1853 in het Binnengasthuis.
Wilhelmus Laurentius Burgers | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1826 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Joanna Maria Offerman |