Hij is getrouwd met Slaerne van Haernen.
Zij zijn getrouwd
Kind(eren):
kasteel Honingen
Klik op een minifoto om de grote foto te zien.
Het ambacht Kralingen lag aan een bocht in de Nieuwe Maas, waarin grond aanslibde. In 1164 werd naar aanleiding van een overstroming een waterkering aangelegd, de huidige Oudedijk/'s-Gravenweg. Aan weerszijden van de dijk werd land ontgonnen. Een buitendijkse voordijk werd aangelegd, die later Schielandse Hoge Dijk ging heten, de huidige Oostzeedijk/Honingerdijk. Later werd deze verhoogd tot een permanente dijk. Kralingen was dus een polder. In de middeleeuwen heersten de ambachtsheren van Kralingen over het gebied. Al in 1244 wordt een zekere Hugo van Cralinghen genoemd. Zij resideerden op slot Honingen, dat lag tussen de Slotlaan, Essenweg en Hoflaan. Het werd enkele malen verwoest het laatst in 1572, tijdens de tachtigjarige oorlog. In 1668 kocht Rotterdam het terrein aan en bouwde er een herenhuis.
uit: http://www.xs4all.Nederland/~couvreur/ned/rdam/kralingen.htm
In 1297 werd het huis Honingen bewoond door Hugo van Cralingen, ambachtsheer van Cralingen in 1244. Waarschijnlijk heeft ridder Hugo van Cralingen, stadhouder van Zuid Holland, het statige maar zwakke slot in de dertiende eeuw laten bouwen.
De naam Honingen komt voor het eerst voor op 9 juni 1297, wanneer er sprake is van land gelegen tussen Honinghen en Rubroec. Of het kasteel dan reeds bestaat, is niet zeker, maar op 6 augustus 1318 is dat wel het geval. Op deze dag draagt Oetsier van Cralingen, ridder, zijn huis te Honinghe op aan het kapittel van Brielle, om het onmiddellijk terug te ontvangen tegen betaling van 10 lb. Hollands per jaar.
uit: Ons Voorgeslacht, orgaan van de Zuidhollandse Vereniging voor Genealogie, nr. 96, febr. 1962.
Volgens de Rotterdamse historicus Jacob Lois (ca. 1672): 'Dit slodt is verbrandt ende bedorven in den jare 1426 van eenen Willem Nagel' ... 'wederom wel gerepareert ende opgemaekt in t jaer 1462 van heer Floris van Cralingen, ...'
Het leenregister van Honingen behelst o.m. een aantal 'verlijen' (een oud woord voor verhuren) door Gerrit (V) van Assendelft.
In 1573 dient het tot gevangenis voor de watergeus Lumey van der Marck.
Enkele jaren voor jonker Jan (Johan V van Assendelft 1544-1618) in 1578 het bezit van Honingen aanvaardt, is het slot een der vele slachtoffers van de 80-jarige oorlog ('resterende alleenlyck de mueren').
De bewoners hebben dit waarschijnlijk zelf gedaan, om te verhinderen dat de Spanjaarden er in trokken. Lois: 'sedert de jaere 1574 door alle de inlantsche troubelen seer geruwineert ende bedorven en verbrant, ende daernaer geheel tot een ruwiene blyven leggen.'
Op 12 oktober 1668 koopt de stad Rotterdam van de heer Van Assendelft o.a. de heerlijkheid van Cralingen met de ruine van het kasteel Honingen. In juni 1672 heeft de stad Rotterdam 'alles tot den gront toe laeten afbreecken ende alles slechten.'
het kasteel Honingen op z'n mooist.
Klik hier voor: Terug naar de Homepage
Klik hier voor: Assendelft - Batelaan Homepage.
Voor informatie of suggesties: (XXXXX@XXXX.XXX)
Of breng een bezoek aan de Assendelft - Batelaan Homepage.
Hij had in den strijd tusschen moeder en zoon de partij van Margaretha gekozen en behoorde dus tot de hoekschgezinde edelen.
Willem V sloot, na den getroffen zoen met zijn moeder, vrede met Ogier 2 Jan. 1354 (v. Mieris, Gr. Charterboek II, 821).
Dan maakte hij met zijn broeder Willem een scheiding en deeling van de ouderlijke goederen en ook van die van zijn grootvader Arend van Hodenpijl (v. Mieris, a.v. IV, 162).
Hij bezat Cralingen en het slot Honingen, komt in 1380 voor als heer van West-IJselmonde (of Ogiersambacht) en is baljuw van Kennemerland en West-Friesland geweest, vermoedelijk tusschen 1367 en 1380.
In zijn latere levensjaren trad hij zeer eigengerechtigd op en haalde zich daardoor de groote ontevredenheid van hertog Albrecht op den hals.
Niet alleen had hij sluizen bevischt, die de graaf onbevischt had willen laten en als vennoot van rotterdamsche kooplieden goederen langs tollen vervoerd, zonder de geeischte rechten te betalen, maar had ook in Kralingen den zeevond en de heerlijkheid aangetast zonder bevel, ook zonder daarvan rekening te doen, en zijn slot Honingen met 4 morgen lands, die feitelijk het kapittel te Brielle toekwamen, opgedragen aan 's graven echtgenoote, van wie hij deze, en later van Willem v. Oostervant, weer in leen had terugontvangen, en zoo meer.
Hij was voor al deze zaken te Zierikzee in gijzeling gedaagd en niet verschenen, had althans geen voldoening gegeven, om welke redenen Albrecht 27 Maart 1389 (1390) het aan zijn zoon Willem van Oostervant overlaat Ogier te berechten (v. Mieris, III, 554).
In den zoon vond Ogier blijkbaar geen streng rechter; ja, spoedig was hij weer met den hertog verzoend.
Dat de zoon 's vaders vijand geworden was, is daarop ongetwijfeld van invloed geweest.
In 1393, des Vrijdags na St. Elisabethsdag, beloofde hertog Albrecht hem, Ogier, te ontheffen en verzet te doen van alle opdrachten van zijn leengoed gedaan aan W.v. Oostervant, die zijn vijand geworden was (Reg. Memoriale BD Cas R. fol. 75 vo).
Den 28. Jan. 1394 ontving Ogier zeker goed gelegen binnen het ambacht Cralingen, vroeger mede als huwelijksgoed gegeven aan zijn dochter bij haar huwelijk met Dirk van de Lecke, thans balling 's lands, welk goed daardoor onbedijkt was blijven liggen (Reg. Lit. V. Cas E. fol. 152 vo).
Nadien vinden wij Ogier niet meer vermeld en onder de opgeroepen edelen tot den krijg in Friesland komt hij niet voor.
Hij zal dus in 1394 of 95 zijn overleden.
Hij was gehuwd met een jonkvr. Haernen en won bij haar twee dochters, t.w. Gilia van C. in 1388 gehuwd met Dirk van der Leck.
Zij was dood in 1413 en hij, ridder, zoon van Jan van Polanen, heer van Breda, erfde Cralingen en Honingen en kreeg bij zijn huwelijk West-IJselmonde; de tweede dochter Elburg van C. vrouwe van Starrenburg, huwde Arend van Duivenvoorde, ridder (Ned. Leeuw XXXIV, 260).
Behalve deze twee dochters had Ogier nog een bastaardzoon Roelof v.C., in 's graven dienst dood gebleven en een bastaarddochter, die voor 1397 is overleden.
Zie: Craandijk in Rotterd. Jaarboekje II: Rotterdamsche Historiebladen II A, 579-592.
Ogier van Cralingen | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Slaerne van Haernen |
Added by confirming a Smart Match
MyHeritage.com family tree Family site: G.J. Hofte Web Site Family tree: GJHofte20121101 - 2013-08-03 13-44-31