(1616-1621)
(1622-1624)
(1607)
Pieter Schelling
en 1618
(1) Hij is getrouwd met N.N..
Zij zijn getrouwd rond 1580.
Kind(eren):
(2) Hij is getrouwd met Trijntje.
Zij zijn getrouwd rond 1585.
Kind(eren):
Als gevolg van oorlogshandelingen en religieuze vervolgingen nam aan het einde van de zestiende eeuw de immigratie sterk toe. Na de val van Antwerpen (1585) trokken tussen de 100.000 en 150.000 vluchtelingen uit de Zuidelijke Nederlanden naar de protestantse Republiek. De meesten waren protestants. Mogelijkerwijs was Pieter Lambrechts één van hen.
Pieter Lambrechts Schellincx wordt in 1599 voor het eerst vermeld, als Pieter Lambrechtsse den excellente, als hij £18 huur ontvangt vanwege een kamer voor de hellebaardiers.
Archief: Rijksarchief Den Haag
Inventarisnr.: inv.nr. 3.04.06.117 no. 1
Archiefnaam: Weeskamer Strijen
Wij Lenart oolen van der houck ende Antonis bastiaensse
Schepenen in den dorpe ende heerlicheijt van Strijen
Oirconden dat voor ons gecoomen en(de) gecompareert
zijn Pieter lambrechtsse Schellincx weduwnaer wijlen
Trijntge ians d(ochte)r ter eenre, Jan pietersse out ontrent
Vierentwintich jaren geassisteert met den heer
Arnoldum van der swalme dienaer des Godlijcken woorts
tot 's-Gravesande als man en voucht van lijsbetie
jans d(ocht)r sijnen oomer van 's-Moeders sijde en(de) den selves
van der swalme als oomer ende voocht van Pieter pietersse
out ontrent Achtien iaren Alhier mede present
beijde kinderen van den voors(chreven) Pieter lambrechtsse
bij den selven ten echte geprocureert bij de voors(chreven) Trijntge
Jans d(ochte)r ende mitsdien eenige erffgenamen van selve
hare moeder, dewelcke te saemen in der voors(chreven) qualite
v(er)claerden overcoomen ende geaccordeert te wesen
als sij doen mits desen noopende alle de goederen concernerende
de geheelen boedel van den voors(chreven) Schellincx en(de) de naergelatene
goederen van de voors(chreven) Schellincx aen hem behouden sal in eijgendomme
't huijs en(de) erffve met de leerkuijpen ende alle 't gene daerinne
en(de) aen aert ende Nagelvast is (vuijtbehoudert 't leer)
staende ende geleghen in de dorpe van Strijen
en(de) daer aen behoort mitgaders den boomgaert gelegen over d'oude
haven van Strijen in Nieubonaventura vuijtg(e)geven op Erffpacht
bij Corn(elis) van Coolwijck com suis ende nog de helft van de beterschap
van 't erffve bij hem Schellincx gecost van Meuspen welck op erffpacht
overgenoomen gelegen in Nieubonaventura v(oor)s(chreven) All welcke
goederen geestimeert enden bij den selven Schellincx aengenomen sijn
ter somme van veertien hondert ca(rolus) guldens tot XX stuijvers 't stuck
Mits dat hij Schellincx gehouden blijft daerenbooven te betaelen
alle de lasten renten ende erffpachten op de voors(chreven) goederen staende
dat oock den voors(chreven) Jan pieterse in eijgendomme volgen zal eene
huijs ende erffve met den gevolge van dien staende ende gelegen in
dorpe van Westmaese dat tegenwoordich gebruijckt werde bij Willem
Jansse coorencooper en(de) dat ter somme van ses hondert gulden prijse v(oor)s(chreven)
daevooren 't selve bij hem Aengenoomen is. Mits dat hij hij gehouden blijft
te betaelen de somme van seven hondert gulden prijse voors(chreven) die den
voors(chreven) van der swalme over de custingh paijen competeert een
gerecht vierde part in de voors(chreven) somme van veertien ende ses
hondert gulden, soo ist dat den voors(chreven) Schellincx gehouden blijft sulcx
hij belooft mits desen voor sijn contigent aen den voors(chreven) Pieter pieterse
ter cause van dien vuijttereijcken de somme van vier hondert gulden
en den voor(chreven) Jan pieterse blijft gehouden ter cause van de voors(chreven) ses
hondert gulden vuijttereijcken de selven sijnen broeder de somme van
Een hondert gulden maeckenden met de voors(chreven) somme van vier hondert
gulden de somme van vijffhondert gulden wesende een gerecht
vierde paert van de voors(chreven) twee distincte sommen, Welcke
penningen den voors(chreven) schellincx ende Jan P(iete)rsse gehouden sijn te
betaeln in gereden gelde offe anders daervan te betaelen
jaerlicx interest tegens de penningh sestien en(de) daervooren
specialen voor den Gerechten daer 't behoort hijpotequen ende de v(oor)s(chreven)
respective huijsen ende erffven metten toebehooren als vooren en(de)
daervan solempnel(ick) passerende brieven in forma inhoudende dat de
capitale somme niet langer bij de debiteuren Mach onderhouden
werde als het den houder des brieffs gelieven zal Is noch
tusschen de voors(chreven) contrahenten geaccordeert dat den v(oor)s(chreven)
Pieter lambrechtsse tot sijne proffijte behouden sal de nae bes(chreven)
incoomende schulden den voors(chreven) boedel aengaende Te weten
van Jacob woutersse staende op sijn huijs versekert ter somme
van drije en vijftich gulden herman lenartsse de somme van twee
hondert dertich gulde XVI st(uijvers) harman iansse klaphout de somme van
vijffentwintich gulden Arien bastiaensse
seventien gul(de)n Willem iansse van huijshuer vijff ende
veertich gulden de restanten vuijt 't schultbouck de
somme van twee hondert drije ende 't sestich gulden
Claes de gareelmaecker XXII gul(de)n, de weduwe
van Boudewijn bartelmeensse de somme van vijff ende
't sestich gulden, Daertegens den voors(chreven) Schellincx
tot sijne laste geoomen heeft de naebes(chreven) vuijtgaende
schulden te betalen Te weten aan heijltge willems
de somme van twee hondert veertien gulden, 'T weeskint
van Maerten sieren een hondert Achtien gulden,
Arent maertensse de somme van hondert gulden den
rentm(eeste)r Willem van Beveren de somme van hondert Acht ende
dertich gulden, Coen Ariensse Achtien gulden Jaques jansse
Acht ende twintich gulden, harman ienefaesse p(er) rest soo hij
seijt veertich gulden en(de) gemerckt de voors(chreven) vuijtgaende
schulden sijn importerende meerder als de voors(chreven) incoom(ende)
schulden ontrecht de somme van een hondert dertich gulden
zal daeromme den voors(chreven) Schellincx daer van d'eene sal
profiteren aen de naebes(chreven) incoomende schulden off anders
blijven de voors(chreven) sijne kinderen gehouden de helft van de selve
schulden daer van p(er)fecten staet gemaeckt sijnde hem
P(iete)r Lambrechtsse tot sijne vermaene vuijt te reijcken, Is
noch bevoorwaert dat alle 't gene van de naebes(chreven) schulden
suijvers soude mogen procederen coomen sal voor d'eene
helft ten proffijte van(de) voors(chreven) P(iete)r lambrechtsse en(de) d'andere
helft ten proffijte van(de) voors(chreven) kinderen Te weten d'actien
houdende op Coppe goris tot sevenberge acht eb(de) 't negentich
gul(de)n Goossen Corn(elis) van leer XXXVI gul(de)n P(iete)r Matijsse op
's-Gravendeel XXV gul(de)n T'erde paert van een obligatie
op faes (?) Clemmense tot ruermonde behoudende besonder den
interest ses hondert vijfftich gulden de besterffenisse van(de) vader
van den voors(chreven) P(iete)r lambrechtsse de besterffenisse tot Antwerpen
van haes (?) van sittert gewoont hebbende in de venestraet in de
Corenblom 't rest van schout tot 's-Gravendeel de somme
van LXV gul(de)n van ian iansse houtmaecker rest XXX gul(de)n
Jan de Zeeuw op de Westmaes rest XXXI gul(de)n Crijn de
schipper op 's princen lant rest VIII gul(de)n V st(uijvers) de gecedeerde acte
op den boel van P(iete)r andriesse slickboer Cornelis de borst van een
erffhuijs cedulle de somme van XVII gul(de)n I st(uijver) Christoffel op
Sillerhouck Arien damen aenden achter dijck p(er) reste XXIIII
gulden V st(uijvers) van bierexchijs P(iete)r neeff den timmerman de rest
van een obligatie Jan van leijen tot Vlissingen p(er) obligatie is
noch schuldich van een halven os XIIII gul(de)n Jonas claesse p(er) reste
XIIII gulden XV sr(uijvers) den imboel ende huijsraet van bedden met sijn
toebehooren linnen tinnen ijser kooper en(de) houtwerck, klederen
gout silver gemunt en(de) ongemunt wollen linnen niet altoos
vuijtbesondert den voors(chreven) boedel aengaende is bij de voors(chreven)
contraherenten gesepareert en(de) gedeelt elcx voor sijn contingente
portie, Gelijck oock deselve contraherenten noch in vouge voors(chreven)
deelen en(de) separeren sullen alle 't geloijt leer leggende in de leer
kuijpen als oock leggende in de kalck dertich huijden ten huijsse van
touwe (?) sijnde sool en(de) ander leren. Alle 't gene voors(chreven) is belooffden
De voors(chreven) contraherenten in de voors(chreven) qualite van waerden te
houden nu ende ten eeuwigen daegen sonder eenichsints ter
contrarie 't attenteren directel(ick) offe indirectel(ick) onder v(er)bintenisse
Nae recht daertoe staende ende sullen alle vuijtgaende en(de)
incoomende schulden den voors(chreven) boedel aengaende alhier niet
bes(chreven) en(de) voor dat van desen gevallen coomen ende gedragen werden
bij de voors(chreven) Contraherenten pro rata van haerl(uijden) erffenisse Den
'T oirconde dese bij ons Schepenen voors(chreven) onderen op de XXXen
Martije a(nn)o XVIC en(de) Twaelff.
Gebeurtenissen 21 maart 1612
1616: Pieter Schelling schoudt van den dorpe van Strijen en Heijman Lenerts ontvingen 21 £ wegens assisteren van dijckgraef en heemraden op de waterschouwen resp. 3 en 4 dagen (Oudeland Strijen 153 1616).
04 jul 1616: Pieter Lambert Schellincx schout:; in zijn presentie ingaring verponding besteed van 1616 (GA Strijen 68 1616).
01 okt 1616: Pieter Lamberts Schelling schout; in zijn presentie verpachting accijns op tonnebier voor periode 1 okt 1616 t/m 31-3-1617 (GA Strijen 1 1616 fol 108v).
1617: Pieter Scelling schoudt van de dorpe van Strijen heeft dijckgraef en heemraden geassisteert op waterschouwen 4 dagen eveneens Heijmen Lenerts, ontvingen f 24-0-0 (Oudeland Strijen 153 1617).
1617: Pieter Lambrechtsz schout pachter accijns op tonnebier; hij pacht deze accijns voor periode 1 okt 1617 t/m 1-4-1618 voor f 136 Borgen: Hendrick Wijtensz Suijthouck en Jan Hendrixs Roomeijn (GA Strijen 1 1617 fol 109v).
05 jan 1617: Pieter Lambrechts schout besteedt mede het schieten van een burensloot van Oude Haven tot H. Geestdijk (GA Strijen 1 1617 fol 177).
09 mrt 1617: Pieter Lambrechts Schellincx schout; in zijn presentie de dorpsaccijnsen verpacht (GA Strijen 1 1617 fol 22v).
9 mrt 1617: Pieter Lambrechts Schellincx schout: staat borg voor Pieter Pietersz Schellincx (GA Strijen 1 1617 fol 22v).
9 mrt 1617: Pieter Lambertsz schout; In zijn presentie verpachting accijns op tonnebier voor periode 1-4-1617 t/m 30-9-1617 (GA Strijen 1 1617 fol 109).
04 nov 1617: Pieter Lambrechts schout; in zijn presentie ingaring verponding besteed over 1617 (GA Strijen 68 1617).
11 nov 1617: Pieter Lambrechts schout van Strijen pacht de rijethille streckende van de heul af achter Pieter Woutersz Smidt lancx de wech ende de grijent tot de sluijs toe achter Dirck Joostens om 30 schellingen. St. Maarten 1617 (Oudeland Strijen 153 1618).
1618: Pieter Scelling schoudt alhier ontving 27 £ van t gemeneland, assisteerde dijkgraaf en heemraden op de waterschouwen (Oudeland Strijen 153 1618).
15 mrt 1618: Pieter Lambrechts Schellincx schout; in zijn presentie de dorpsaccijsen verpacht (GA Strijen 1 1618 fol 23).
15 mrt 1618: Pieter Lambrechts Schellincx schout pachter accijns op tonnebier; hij pacht deze accijns voor periode 1-4-1618 t/m 30-9-1618 voor f 355 Borgen: Hendrick Wijtens Suijthouck, Pieter Pietersz Schellincx (GA Strijen 1 1618 fol 110).
15 mrt 1618: Pieter Lambrechts schout staat borg voor Pieter Pieter Pietersz Schellincx (GA Strijen 1 1618 fol 23v).
23 jul 1618: Pieter Lamberts Schellincx schout; in zijn presentie ingaring verponding 1618 Oud Bonaventua besteed en Oud Strijen (GA Strijen 68 1618).
30 sep 1618: Pieter Lambrechtsz Schellincx schout; in zijn presentie accijns op tonnebier verpacht voor periode 1-4-1618 t/m 30-9-1618 (GA Strijen 1 1618 fol 110).
30 sep 1618: Pieter Lambertsz Schellincx schout; in zijn presentie verpachting accijns op tonnebier voor periode 1-10-1618 t/m 31-3-1619 (GA Strijen 1 1618 fol 110v).
1619: Pieter Scellingh schout van de dorpe van Strijen en Heijman Lenerts ontvingen 30 £ van t gemeneland wegens assisteren van dijkgraaf en heemraden op de waterschouwen (Oudeland Strijen 154 1619).
1619: Pieter Lambrechts schout in Strijen en pachter der grove waren ontving 4 £ 12 schell van 't gemeneland over de impost van de grove waren (Polder West Nieuwland 397 1619).
1619: Pieter Lambrechts scout van Strijen pacht de rijethille vanaf de heul achter Pieter Wouters smit langs de wech en de grient tot de sluijs toe achter Dirck Joosten om 30 st. (Oudeland Strijen 154 1619).
14 mrt 1619: Pieter Lambrechtsz schout; in zijn presentie de dorpsaccijnsen verpacht (GA Strijen 1 1619 fol 24).
09 jun 1619: Pieter Lamberts Schellincx schout;: in zijn presentie ingaring verponding 1619 besteed (GA Strijen 68 1619).
22 jun 1619: Pieter Lambrechts Schellincx schout ondertekent verkoopakte van erf aan zuidzijde van burendijk naar de haven (GA Strijen 1 1619 fol 21v).
26 okt 1619: Pieter Lambrechts Schellincx schout van Strijen; hij verkoopt in procuratie aan Hugo Muijs van Holij land in Nieuw Bonaventura belend ten zuiden de erfgenamen van Thonis Cleijsse, ten ten noorden Jan Damisse (RA 's-Gravendeel 2 1619).
1620: Pieter Scelling schout van den dorpe van Strijen assisteerde dijkgraaf en heemraden vier dagen op de waterschouwen (Oudeland Strijen 154 1620).
15 mrt 1620: Pieter Lamberts Schellinx schout; in zijn presentie accijns op tonnebier verpacht voor periode 1-10-1619 t/m 31-3-1620 (GA Strijen 1 1619 fol 112).
15 mrt 1620: Pieter Lambrecht Schellincx schout; in zijn presentie dorpsaccijnsen verpacht (GA Strijen 1 1620 fol 25).
27 sep 1620: Pieter Lamberts Schellincx schout:; in zijn presentie accijns op tonnebier verpacht voor half jaar ingaande 1 okt 1620 (GA Strijen 1 1620 fol 112v).
11 nov 1620: Pieter Lambrechts schout van Strijen pacht de riethille vanaf de heul achter Pieter Wouters smit lancx de wech en de grijent tot de sluijs toe achter Dirck Joosten om 30 schell. St. Maerten 1619 (Oudeland Strijen 154 1620).
28 nov 1620: Pieter Lamb Schellincx schout:; in zijn presentie ingaring verponding besteed (GA Strijen 68 1620).
1 apr 1621: Pieter Lamberts Schellincx schout; in zijn presentie accijns op tonnebier verpacht voor periode 1-4-1621 t/m 30-9-1621 (GA Strijen 1 1621 fol 113).
1 apr 1621: Pieter Lambertsz Schellincx schout; in zijn presentie de dorpsaccijnsen verpacht (GA Strijen 1 1621 fol 26).
1 apr 1621: Pieter Lambertsz schout pachter van het recht van de waag; hij pacht deze impost voor 1 jaar ingaande half maart 1621 voor f 20 (GA Strijen 1 1621 fol 26).
27 nov 1621: Pieter Lambrechts Schellingh, eertijds schout van Strijen compareert 27 november 1621 voor schepenen van Claeswael, bekent gene pretentie actie te hebben meerder te hebben en te behouden op t Huys en erve van za. Engel Maertensz en dat vanwege Abraham Engelsz en bekent ten volle van f 42-0-0 cederende t.b.v. Jacob Engelsz alle actie en recht hem comparant daervore gecompeteert hebbende gehat. Gedaen: 27 nov 1621 t.o.v. Adriaen Cornelisz Meeldijck en Willem Ariaensz Lem (RA Cromstrijen 75 1621).
10 mrt 1622: Pieter Lamberts Schellinx schepen: in zijn presentie dorpsaccijnsen verpacht (GA Strijen 1 1622 fol 26v).
07 mei 1622: Pieter Lambrechts Schellincx schepen van Strijen; voor hem compareren Philips van Cromstrijen en Jacob van Bokhoven namens Cromstrijen en Jan Joostensz, Hendrick Huygens en Bastiaen Pleunen Dolaert namens de Clem voor vaststellen van scheiding tussen Cromstrijen en de Clem (Archief Lande van Essche doos 36 perkament 28a 1622).
17 mei 1622: Pieter Lambrechtsz schepen van Strijen: voor hem achte gepasseerd inzake limieten tussen buitenlant Clem eb ambachtsheerlijkheid Cromstrijen (Archief Lande van Essche doos 36 perkament 24a 1622).
15 nov 1622: Pieter Lambrechts schepen besluit mede de bermsloot van de Scheckeldijck te schieten en planken voetpad aan te brengen (GA Strijen 1 1622 fol 177v).
1623: Pieter Lambrechts Schellinck; hij en de schout ontvingen nog f 20 dec 0 wegens boedel van Kappekeet (Weeskamer Mijnsheerenland 1 1623 fol 153).
06 apr 1623: Pieter Lambrechts schepen; in zijn presentie inventaris van gewichten in de waag gemaakt (GA Strijen 1 1623 fol 28).
14 mrt 1624: Pieter Schellincx schepen; absent bij verpachting accijns op tonnebier (GA Strijen 1 1624 fol 116).
1613: Pieter Schellincx te Strijen gaf met de schipper acte van verklaring af dat 't vaethen wijns angebracht was. Het vaethen was gebruikt op de rekening over 1612. De waersman was naar Dordt gereist. Betaald werd 24 schellingen (Polder West Nieuwland 391 1613).
28 apr 1613: Pieter Schellincx in Strijen ontving 11 £ 2 schell. van 't gemeneland als medestander van de wijnaccijns en over impost van 't vaethen wijns (Polder West Nieuwland 391 1613).
18 feb 1614: Pieter Schellincx in Strijen ontving 3 £ 8 schell. van 't gemeneland over de impost van 16.000 backsteen en 22.000 plaveijs wegens de nieuwe steenen heul (Polder West Nieuwland).
27 nov 1614: Pieter Lambrechts Schelling, pachter van de bieraccijns te Strijen; Gerit Dircks wordt gemachtigd door schout en schepenen zich tot bovengenoemde te wenden met betrekking tot Gerit Thonisse Cranendonck (RA 's-Gravendeel 38 1614).
24 jan 1615: Pieter Lambrechts Schelling; Gerit Dirks neemt paard in arrest van Andries Dircks Aertoom die borg was voor bovenstaande terzake van bieraccijns (RA 's-Gravendeel 38 1615).
12 mrt 1615: Pieter Lambrechtsz Schellincx, pachter van recht van de waag; hij betaald f 11 voor de pacht voor 1 jaar vanaf half maart 1615. Borg: Pieter Aerts Bercheijck (GA Strijen 1 1615 fol 6).
1616: Pieter Lambrechtsz pachter van de grove waren ontving 5 £ 6 schellingen van 't gemeneland wegens 40.000 steen en 12 hoet calck (Polder West Nieuwland 394 1616).
11 mrt 1616: Pieter Schellincx pachter recht van de waag; hij pacht deze dorpsimpost voor f 12-10 voor 1 jaar ingaande half maart 1616 (GA Strijen 1 1616 fol 7v).
11 mrt 1616: Pieter Schellincx pachter recht van de turfton; hij pacht deze dorpsimpost voor f 6 voor 1 jaar ingaande half maart 1616 (GA Strijen 1 1616 fol 7v).
04 jul 1616: Pieter Lambert Schellincx schout:; in zijn presentie ingaring verponding besteed van 1616 (GA Strijen 68 1616).
01 okt 1616: Pieter Lamberts Schelling schout; in zijn presentie verpachting accijns op tonnebier voor periode 1 okt 1616 t/m 31-3-1617 (GA Strijen 1 1616 fol 108v).
1617: Pieter Lambrechtsz schout pachter accijns op tonnebier; hij pacht deze accijns voor periode 1 okt 1617 t/m 1-4-1618 voor f 136 Borgen: Hendrick Wijtensz Suijthouck en Jan Hendrixs Roomeijn (GA Strijen 1 1617 fol 109v).
1617: Pieter Lambrechts ontving 5 £ van t gemeneland over impost van steen t.b.v. heulen in t Oudelant (Oudeland Strijen 153 1617).
09 mrt 1617: Pieter Lambrechts Schellincx schout; in zijn presentie de dorpsaccijnsen verpacht (GA Strijen 1 1617 fol 22v).
9 mrt 1617: Pieter Lambertsz schout; In zijn presentie verpachting accijns op tonnebier voor periode 1-4-1617 t/m 30-9-1617 (GA Strijen 1 1617 fol 109).
19 dec 1617: Pieter Lambrechts pachter van de grove waren ontving 4 £ van 't gemene land wegens de impost van 40.000 steens (Polder West Nieuwland 395 1617).
15 mrt 1618: Pieter Lambrechts Schellincx schout; in zijn presentie de dorpsaccijsen verpacht (GA Strijen 1 1618 fol 23).
15 mrt 1618: Pieter Lambrechts Schellincx schout pachter accijns op tonnebier; hij pacht deze accijns voor periode 1-4-1618 t/m 30-9-1618 voor f 355 Borgen: Hendrick Wijtens Suijthouck, Pieter Pietersz Schellincx (GA Strijen 1 1618 fol 110).
23 jul 1618: Pieter Lamberts Schellincx schout; in zijn presentie ingaring verponding 1618 Oud Bonaventua besteed en Oud Strijen (GA Strijen 68 1618).
30 sep 1618: Pieter Lambertsz Schellincx biedt f 140 voor pacht van accijns op tonnebier voor periode 1-10-1618 t/m 31-3-1619, niet door hem gepacht (GA Strijen 1 1618 fol 110v).
30 sep 1618: Pieter Lambrechtsz Schellincx schout; in zijn presentie accijns op tonnebier verpacht voor periode 1-4-1618 t/m 30-9-1618 (GA Strijen 1 1618 fol 110).
30 sep 1618: Pieter Lambertsz Schellincx schout; in zijn presentie verpachting accijns op tonnebier voor periode 1-10-1618 t/m 31-3-1619 (GA Strijen 1 1618 fol 110v).
1619: Pieter Lambrechts schout in Strijen en pachter der grove waren ontving 4 £ 12 schell van 't gemeneland over de impost van de grove waren (Polder West Nieuwland 397 1619).
14 mrt 1619: Pieter Lambrechtsz schout; in zijn presentie de dorpsaccijnsen verpacht (GA Strijen 1 1619 fol 24).
09 jun 1619: Pieter Lamberts Schellincx schout;: in zijn presentie ingaring verponding 1619 besteed (GA Strijen 68 1619).
15 mrt 1620: Pieter Lambrechts Schellincx pachter van de wijn- en bieraccijns, pachter van het recht van turfton, pachter van het recht van de waag; hij pacht deze accijnsen voor f 166, voor f 22 en voor f 6 voor 1 jaar, ingaande half maart 1620. Borg Hendrick Wijtens Suijthouck (GA Strijen 1 1620 fol 25).
15 mrt 1620: Pieter Lamberts Schellinx schout; in zijn presentie accijns op tonnebier verpacht voor periode 1-10-1619 t/m 31-3-1620 (GA Strijen 1 1619 fol 112).
15 mrt 1620: Pieter Lambrecht Schellincx schout; in zijn presentie dorpsaccijnsen verpacht (GA Strijen 1 1620 fol 25).
27 sep 1620: Pieter Lamberts Schellincx schout:; in zijn presentie accijns op tonnebier verpacht voor half jaar ingaande 1 okt 1620 (GA Strijen 1 1620 fol 112v).
1 apr 1621: Pieter Lamberts Schellincx schout; in zijn presentie accijns op tonnebier verpacht voor periode 1-4-1621 t/m 30-9-1621 (GA Strijen 1 1621 fol 113).
1 apr 1621: Pieter Lambertsz Schellincx schout; in zijn presentie de dorpsaccijnsen verpacht (GA Strijen 1 1621 fol 26).
1 apr 1621: Pieter Lambertsz schout pachter van het recht van de waag; hij pacht deze impost voor 1 jaar ingaande half maart 1621 voor f 20 (GA Strijen 1 1621 fol 26).
10 mrt 1622: Pieter Lamberts Schellinx schepen: in zijn presentie dorpsaccijnsen verpacht (GA Strijen 1 1622 fol 26v).
10 mrt 1622: Pieter Lambertsz Schellincx pachter wijn- en bieraccijns, pachter recht van de waag; borgen voor hem zijn Gillis Jans de Bois en Jacob Coenraets (GA Strijen 1 1622 fol 26v).
10 mrt 1622: Pieter Lambertsz pachter wijn- en bieraccijns, pachter recht van de waag; hij pacht deze impost voor 1 jaar ingaande half maart 1622 voor f 160 en idem waagrecht voor f 20 (GA Strijen 1 1622 fol 26v).
15 mrt 1622: Pieter Lambertsz Schellincx pachter accijns op tonnebier; hij pacht deze accijns voor half jaar ingaande 1-4-1622 voor f 280. Borgen: Gillis Jans de Bois en Joost Coenen (GA Strijen 1 1622 fol 114).
14 mrt 1624: Pieter Schellincx schepen; absent bij verpachting accijns op tonnebier (GA Strijen 1 1624 fol 116).
02 apr 1635: Pieter Lamberts Schellincx pachter van recht van de waag: hij pacht deze impost voor 1 jaar ingaan 1-4-1635 voor f 4 (GA Strijen 1 1635 fol 34v).
01 apr 1636: Pieter Lambrechts Schellincx pachter recht van de waag: hij pacht deze impost voor f 6 ingaan 1-4-1636 (GA Strijen 1 1636 fol 36).
01 apr 1637: Pieter Lambrechts Schellincx pachter van recht van de turfton, pachter van recht van de waag; hij pacht deze impost voor 1 jaar ingaande 1-4-1637 voor f 6 en waagrecht voor f 6 (GA Strijen 1 1636 fol 35v).
30 mrt 1638: Pieter Schellincx pachter recht van de waag; hij pacht deze impost voor 1 jaar ingaande 1-4-1638 voor f 6 Borg: Govert Verca (GA Strijen 1 1638 fol 36).
13 feb 1602 (RA 's-Gravendeel 1 1602): Pieter Lambrechts Schilting; een rechtzaak tegen Cornelis Leenders Quartel.
18 jun 1602 (RA 's-Gravendeel 1 1602): Pieter Lambrechts Schilling; een rechtzaak tegen Cornelis Leenderts.
29 dec 1602 (RA Cromstrijen 75 1603): Pieter Lambrechts Schellinck als procuratie hebbende van Lenert Hendricx Visser en Pleun Ariaensz zijn mede staender procuratie gepasseert voor gerechte van Strijen 29 dec 1602 en voor schepenen van Cromstrijen 16-2-1603 en hij Pieter Lambrechts eijst de gedachde de somme van f 100-0-0 ter cause van acht schaeren goets soo paerden als beeste in 1602 lopende jare.
20 feb 1603: Pieter Lambrechts tegen Pleun Ariens, ter zake van salaris met betrekking tot Jan Cornelisse, schoutszoon van Klaaswal op Bueringendingdach (RA 's-Gravendeel 37 1603).
12 jun 1604: Pieter Lambrechts Schilling procureur van Pieter Gerrits Timmerman (RA 's-Gravendeel 37 1604).
25 apr 1609: Pieter Lambrechts Schellincx tegen Adriaen Coppogius van Sevenberge (RA 's-Gravendeel 37 1609).
8 okt 1613: Pieter Lamberts met procuratie van Arij Willems tegen Gijsbert de Conninck met procureur Gijsbert de Jager, terzake van verteerde kosten en anders. Met verklaring van Geerit Dircks Bode (RA 's-Gravendeel 38 1613).
11 jun 1615: Pieter Lambrechts won. te Strijen; Abraham Eijnghels sijnde een soon en kint van Eijnghel Markus en van Beatrijs Claesse en heeft getransp. aen en t.b.v. voorn. Pieter Lambrechts van sijn portieen deel van sijn voorn. vader van sijn nagelaten goederen mits dat de schulden van sijn vader eerst voldaen sullen sijn bedragende f 80-0-0 of f 90-0-0 voorn. Abraham Eijnghels bekent bij handen van voorn. Pieter Lambrechts voldaen te sijn. Abraham Eijnghels heeft geen recht op ¼ part (RA Cromstrijen 74 1615).
12 apr 1623: Pieter Lambrechts Schellinck deurwaerder; ontving f 20 dec 0 over costen en verdienst salaris int inspecteren van Lenert Willems goederen (Weeskamer Mijnsheerenland 1 1623 fol 164).
07 jun 1625: Pieter Lambrechtsz Schellingh compareert voor de secretaris van Cromstrijen als procuratie hebbende van Cornelis Jansz Houcksewech en Dinghman Thonisz dewelcke sich heeft geconstitueert als appelaln . ofte reformat voor de Hooge vierschaar van Strijen sulcx sijn goede raet gedragen sal present Claes Huibrechts van Houte als schepen (RA Cromstrijen 75 1625).
20 jun 1626: Pieter Lambrechts Schellingh; Laurens Woutersz van Weeda, Hendrick Borrits van der Wael, Seger Jaconbs Cranendonck, Claes Huybrechts van Houte, Claes Jacobs Hoochvliet, Thonis Dircxsz van der Stee schepenen van Strijen en Roelant Jansz Weeninck schout. Pieter Lambrechts Schellingh als procuratie hebbende van Heeren dijkgraef en heemraden van 't nieuwe bedijckte land van Groot Cromstrijen. Alsoo Jan Aertsz en Arij Willemse won. Tot Spijckenisse verloopen hebben 20-6-1626 de dijckgraef en heemraden valselijck hebben beschuldicht op de straet voor de deur van de schout dat de dijckgraef en heemraden het hun toekomende arbeijtsloon onder hun circussen soude leggen en daermee voor de duijvel souden varen (RA Cromstrijen 75 1625).
1629: Pieter Lambrechtsz procureur ontving f 8-6-0 van 't gemeneland over verdient salaris als anders (Polder Groot Cromstrijen 150 1629).
20 apr 1630: Pieter Lambrechts Schellinx; Joris Franken wonende in de Plaet constituut Pieter Lambrechts Schellincx ad lethes in omnibus et contra omnibus cam petestate substituende Actum 20-4-1630. Present de schout en schepen Weeda. Comp. Voor schout en schepenen van Cromstrien Cleijs Cornelisz van Drijel (RA Cromstrijen).
1631: Pieter Lambrechts Schellingh ontving f 1-14-0 van t gemeneland, had de heemraden landwaerts in absentie van de bode gedagvaert (Oudeland Strijen 155 1631/1632).
1631: Pieter Lambrechts Schellinghs ontving f 6-12-0 van t gemene land wegens dachvaerden van verscheidene landeijgenaeren uit verscheijdene quartueren (Oudeland Strijen 155 1631/32).
30 okt 1607: Pieter Lambrechts schout te Cillaarshoek, lasthebbende van Sijmon Hendriks, verkoopt mede land aan Adriaen Claesse Snaijens, ook voor Adriaen Cornelisse als voogd van het weeskind van Aeltgen Hendricks (RA 's-Gravendeel 37 1607).
9 mrt 1617: Pieter Lambrechts Schellincx schout: staat borg voor Pieter Pietersz Schellincx (GA Strijen 1 1617 fol 22v).
15 mrt 1618: Pieter Lambrechts schout staat borg voor Pieter Pieter Pietersz Schellincx (GA Strijen 1 1618 fol 23v).
20 okt 1638: Pieter Lambrechts Schellincx ontvangt geld voor zijn diensten uit de rekening tot wering van de vagebonden over 1636 en 1637 (RA 's-Gravendeel 85).