Doopgetuigen: Maria Philippo de Merrei.
Maria Philippo, rentenierster te Groningen, logerend bij Dirk Anthony Okhuijzen te Amersfoort.
1857. Testament 22 september
Zij benoemt tot erfgenaam van haar nalatenschap:
"Haar zuster, Elisabeth Hendrika Philippo, (weduwe van Dirk Anthony Okhuijzen)
"Wilhelmina Lucovica Philippo (weduwe van Deventer) ieder voor 1/3 deel
"De kinderen van wijlen haar broeder, Cornelis Johannes Philippo. m.n. Catharina Geraldina Philippo - Gerardus Philippo (landbouwer te Bekveld onder Hengelo) - Petronella Geertruida Philippo, gehuwd met Wouterus Cornelis Pull (te Rotterdam) - Cornelis Philippo (te Amersfoort) tesamen voor 1/3 deel
Bij vooroverlijden van een of meer der genoemde erfgenamen, erven hun kind of kinderen.
Zij benoemt tot uitvoerder van haar wilsbeschikking, bezorger van haar begrafenis en redderaar van haar boedel, haar neef Eduard Cornelis Okhuijzen (hoofdcommies der posterijen, wonend te Den Haag) Hiervoor legateert zij hem 6 zilveren lepels en vorken uit haar moeders boedel afkomstig (vrij van kosten en rechten)
De getoonde gegevens hebben geen bronnen.