De memorie van aangifte voor het recht van successie vermeldt aan bezittingen (kleding en zilverwerk) een bedrag van f 80,=, waarop in mindering wordt gebracht aan dokters-en begrafenis-kosten een bedrag van f 100,=. Per saldo een negatief resultaat van f 20,=. De aangifte wordt door beide ouders ondertekend op 20 oktober 1832.
[151 - Bron: Rijksarchief Noord-Brabant, Memories van successie, kantoor Made en Drimmelen, inv no 17, no 178.]
Die angezeigten Daten haben keine Quellen.