Er ist verheiratet mit Jenneken Goijaert Schepens.
Sie haben geheiratet rund 1568.
Kind(er):
Goijaert Jan Riemslegers | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
± 1568 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Jenneken Goijaert Schepens |
==================264=======================
Goijaert zoon wijlen Jan Riemslegers als man van Jenneken dochter
van Goijaert Embrecht Scepens verkoopt een stuk land, deels akker en
deels weiland, gelegen in Oirschot herdgang de Notel, b.p. de
gemeijnte, de kinderen van Gijsbert Mathijs Roefs, Corstiaen
Huijskens. Hij verkoopt het perceel nu aan Peters Jans Crommen en
de verkoper belooft alle lasten van zijn kant af te handelen, behoudens
de jaarlijkse grondchijns en de dorpslasten voor zover die erop
drukken. Datum 16 april 1568, getuigen Heijden en Crom die het
aandroegen.
==================142=======================
Goijaert zoon Eijmbrecht Jan Schepens die ook optreedt voor zijn
zoon Mattijs, verkoopt het vierde deel van een kapitaal van 215
gulden welk bedrag Aert Henricks van Gestel aan deze
Goijaerden Schepens had beloofd vanwege genoemde Mattijs per a.s.
Maria Lichtmisdag 1574, conform een obligatie daarvan opgemaakt
voor schepenen
446-v)
d.d. 9 januari 1571. Hij verkoopt dit kapitaal nu aan Goijaerden Jan
Riemenslager en de verkoper belooft alle lasten van
zijn kant af te handelen. Datum 17 maart 1576, getuigen Vleuten,
Joerden en Gestel.
==================342=======================
245)
Er is een bepaalde kwestie ontstaan tussen de kinderen van wijlen Goort Jan Rijemeslag
als eisende partij enerzijds en Marieke weduwe van Henrick Gijsbert Hoppenbrouwers
als gedaagde partij ter andere zijde, omdat haar man zaliger als voogd over de genoemde
kinderen van Jan Goort Rijemeslag al de roerende en onroerende bezittingen tot zich had
genomen en dat bezit in het openbaar had verkocht en het geld daarvan had ontvangen en
waarvan deze kinderen daarvan een behoorlijk overzicht en afrekening wensen te hebben.
In deze procedure was het nu zover gekomen dat door bemiddeling van heren schepenen
van Oirschot, was verklaard dat partijen vandaag bij elkaar zouden dienen te komen voor
Niclaes Ariens van Nistelroij, hun collega schepen en voor Goijaert Peters Verhoeven als
president-raadsman van Oirschot om voor zover mogelijk een overeenkomst over de
kwestie te maken. Ondanks het feit dat beide partijen bereid waren tot een minnelijke
schikking te komen, is men echter niet tot overeenstemming kunnen komen, maar om
verdere kosten van een procedure te besparen hebben partijen de bemiddeling ingeroepen
van arbiters, te weten in de personen van genoemde van Nistelroij en Verhoeven, waarbij
partijen beloven
246)
de uitspraak van hen na te zullen komen, op straffe van een boete voor diegeen die zich
niet aan de uitspraak houdt, zijnde de kosten van het verteer van vandaag en nog 6 gulden
voor de fabriek van de St. Petruskerk en 6 gulden voor de fabriek van de St.
Odulphuskerk ( de scheiding van kerk en staat was nog verre zoek in die dagen, JT ).
Datum 7 december 1626, getuigen Scheijntgens en Verachter, schepenen in Liempde (
Liempde??, secretaris Goossens is waarschijnlijk nog met zijn gedachten in
Esch/Liempde waar hij voorheen secretaris was, want beide schepenen zijn schepenen te
Oirschot,JT )
==================343=======================
Nadat de bemiddeling van hiervoor heeft plaatsgehad hebben de arbiters uitgesproken dat
de gedaagde weduwe vanwege de aanspraken van de 5 genoemde kinderen van Goort Jan
Riemeslag, als eisende partij, daarbij met uitzondering van drie van hen, die al met de
weduwe tot overeenstemming zijn gekomen, die per a.s. Nieuwjaarsdag anno 1627 een
bedrag van 51 gulden zal betalen en de kosten van het vertreer van vandaag. Alle overige
kosten van de procesvoering tussen partijen zullen door ieder van hen afzonderlijk
worden gedragen. Nadat partijen de uitspraak hebben aanhoord, hebben genoemde
kinderen, te weten Jan senior, Jan junior en hun zuster Marieken kinderen van Goort Jan
Riemeslag, met Daniel van de Schoot als voogd van deze Marieken, voor henzelf
handelend en mede ook voor
247)
hun broer Peter en optredend voor de kinderen van wijlen hun zuster Heijlken als partij
ter ener zijde en genoemde Merieken als weduwe met haar broer Adriaen, hierbij beloofd
deze uitspraak na te zullen komen. Datum en getuigen als boven.
==================174=======================
176)
Peter zoon wijlen Goijaert Embregt Jan Schepens, Aert zoon wijlen
Henricks van Gestel als man van Ikenen, Goijaert zoon wijlen Jans de
Riemeslach als man van Jenneken, voor henzelf en ook optredend
voor Jan Henrick Willems als man van Heijlkenen, gezusters en
dochters van genoemde Goijaert Embrecht Jan Schepens, verder nog
optredend voor Mathijs zoon van dezelfde Goijaert Schepens voor
zover deze nog in leven is, verkopen een weiland genoemd den
Eertborn, gelegen in Oirschot herdgang Straten, ter plaatse genoemd
de Castaerden, b.p. Jan Aerts, Gijsbert Jan Hoppenbrouwers, Henrick
int Ekerschot onze collega schepen, met een pad aan Eijmbrecht
Dielis Dircks. Het perceel wordt nu verkocht aan Gijsbrechten
Frederiks van der Aa en de verkopers beloven alle lasten van hun kant
af te handelend, behalve de grondchijns. Datum 19 april 1586,
getuigen Ekerschot en Metser die het aandroegen.
==================336=======================
Niclaes Wouters van de Loo verkoopt hierbij het huis, tuin grond
etc., gelegen in Oirschot herdgang Straten op de Loijenhoeck aldaar,
b.p. Dirck Rutgers van Kerkoerle, de weduwe en kinderen van Job
van der Ameijden, de straat. Ook verkoopt hij een akker ter zelfder
plaatse als hiervoor, b.p. vermelde Dirk Rutgers van Kerkoerle, de
hoeve van Bijsterveld, de weduwe en kinderen van Job van der
Ameijden, het erf van de verkoper. Nog verkoopt hij een stuk land,
deels land en deels weide, ter zelfder plaatse als hiervoor gelegen, b.p.
Jan Jan Schepens, Dirck Rutgers van Kerkoerle, de hoeve van
Bijsterveld, zoals hij deze bezittingen heeft gekocht van Jan de oudste,
Peter en Jan de jongste, van Arien Niclaessen als
124)
man van Aleijt, van Henrick Gijsbert Hoppenbrouwers en van Peter
Goijaert Schepens als voogden van Henrick, onbekwaam zijnde, van
Metgen, Heesken, Catharijn en Marijke allen wettige kinderen van
wijlen Goijaert Jan Riemeslach, op grond van een schepenbankdecreet
d.d. 18 maart j.l. en conform vervolgens de schepenbrief van Oirschot
d.d. 13 april 1609. Hij verkoopt dit bezit nu aan Dielen Dielen Dircks
en de verkoper belooft alle lasten van zijn kant af te handelen, behalve
de dorpslasten. De koper moet zorgen voor onderhoud van wegen en
waterlopen. Datum 4 juni 1610, getuigen H. Hoppenbrouwers en Ven
die het aandroegen.
==================125=======================
Jan de oudste, Peter en verder Jan de jongste, Arien Niclaessen als
man van Aleijt, verder Henrick Gijsbert Hoppenbrouwers en Peter
Goijaert Schepens als voogden over de kinderen Henrick, Heesken,
Catalijn en Marijke zijnde allen wettige kinderen van wijlen Goijaert
Jan Riemeslach, die op grond van een schepenverordening van
Oirschot d.d. 18 maart j.l. daartoe zijn gemachtigd,
339)
verkopen een huis met tuin en erbij gelegen grond en toebehoren,
gelegen in Oirschot, herdgang Straten op de Loijenhoek, b.p. Dirk
Rutgers van Kerckoerle, de weduwe en kinderen van Job van der
Ameijden, de straat. Verder verkopen ze een akker die ter zelfder
plaatse is gelegen, b.p. Dirk Rutgers van Kerkoerle, de hoeve van
Bijsterveldt, de weduwe en kinderen van Job van der Ameijden, het
erf van de verkopers. Verder verkopen ze nog een stuk land, deels
akker en deels weiland, ter zelfder plaatse gelegen, b.p. Jan Jan
Schepens, Dirk Rutgers van Kerkoerle, de hoeve van Bijsterveldt. Alle
genoemde goederen worden nu verkocht aan Niclaes Wouters van der
Loo. Genoemde verkopers en de voogden beloven alle lasten van hun
af te handelen behalve dat de koper hieruit elk jaar aan het kapittel in
Oirschot een rente van f. 8.10.- moet betalen, verder aan Claes Ariens
van Nistelroij f. 9.- per jaar, aan meester Dirk van der Ameijden f. 7.-
per jaar, aan de weduwe van Niclaes Quest f. 7.- per jaar, aan Jan
Haubraken f. 6.5.- per jaar, aan Henrick Gijsbert Goijaert
Hoppenbrouwers f. 5.8.-
339v)
per jaar, aan Willem Willem Goosens f. 2.- per jaar, aan Dirk de
Hoppenbrouwer 34 stuivers en een halve braspenning per jaar, aan
Christoffel Quest 14 lopen rogge per jaar, aan Jan van Berendonk of
diens weduwe en kinderen 12 lopen rogge per jaar, aan Willem
Vingerlincx te Diessen 2 lopen rogge per jaar of zoveel als de
desbetreffende brief vermeldt en verder de grondcijns van ca. 2
stuivers. Datum 13 april 1609, getuigen Croonenburch en Schoot.