f. 90 d.d. 18-10-1640: Eldert Jansz. voor hem zelf voor de ene helft, Barent Eldertsz. en Mateeus Cornelisz. getrouwd hebbende Janneken Eldertsdr. voor haar zelf, Lenert Gijsbertsz. Schilperoort als voogd van Gijsbert Barentsz. het nagelaten weeskint van Barent Eldertsz. daar moeder af was Berbertgen Gijsbertsdr. zal. die ook present was en in deze consent droeg voor zoveel het nodig is, en vermits dat de voorn. Lenert Schilperoort op heden niet kon compareren zo heeft hij procuratie gezonden, Jacob Adriaensz. hem sterk makende en in deze vervangende Jochem Heijndricksz. Cranendonck getrouwd gehad hebbende Aelbrechtgen Elderde en Barent Jorisz. als voogd van de nagelaten weeskinderen van de voorn. Aelbrechtgen Elderde daar vader af is de voorn. Jochem Heijndricksz. Cranendoncq al te samen voor de andere helft, hebben in voorsz. kwaliteit voorsz. getransporteerd aan Bastiaen Gennen hoogheemraad van Charlois omtrent 2 morgen 2 hond 58 roeden land gelegen in Robbenoord in het Sepsen Block in Charlois. [aanhef: giftbrief voor Bastiaen Geenen door Eldert Jansz. en zijn kinderen en kindskinderen.]
No. 59 Eldert Janse, weduwnaar en boedelhouder van Leent je Barendse en voogd over zijn minderjarige kinderen, alsmede zijn meerderjarige kinderen, Barent Ellertse, Teeuw Cornelisse, man van Jannetje Ellertse, Jochem Hendrikse Kranendonk, man van Aelbrechtje Ellertse en Barend Jorisse als voogd van de kinderen van Aelbrechtje Ellertse, verkopen 2 1/2 morgen teel land gelegen in Robbenoord in het sepsenblok, belend ten oosten en zuiden de heer Huijssen ten westen Leendert Dinghen en ten noorden advokaat d'Ouw en Adriaan Fredenburg. koper blijft Bastiaan Genen voor 2275 gulden, borgen Santwech en schout Pors. Voorts wordt verkocht vee, kleding, gereedschap en inboedel. 18 oktober 1640
No. 75 Barent Eldertse, Jochem Hendrikse Cranendonck, man van Aalbrechtje Eldertse en Mateeus Cornelisse, man van Jannetje Elderts, kinderen en erfgenamen van Eldert Janse verhuren twee percelen weiland in het abtsblok. 3 mei 1645.
f. 59 d.d. 8-12-1650: Jochem Heijndrixsz. Cranendonck voor hem zelf en als procuratie hebbende van Jan Pijl zijn schoonzoon beide wonende in Oud Beijerland, dezelve procuratie d.d. 7-12- 1650, en Matheeus Cornelisz. Velthoen tot Ridderkerk als erfgenaam van Eldert Jansz. zaliger elk voor een derde part hebben getransporteer aan de heer Johan Reijniersz. de Witt tot Rotterdam en dat ten behoeve van Jannetgen Loijers nagelaten weeskind van Abraham Loijer
daar moeder van was Jannetgen Reijniersdr. de Witth omtrent 3 morgen weiland in Charlois in het Abtsblok.
Grietge Heijndrikx Kranendonk, weduwe van Geen Aelbertsz, wonende op het Charloise dorp, annuleert haar codicil van 18 maart 1631 en haar testamenten van 29 augustus 1645 en 26 augustus 1649, die alle drie bij notaris Jacob Duyffhuysen zijn opgemaakt, bovendien de akte van belofte, die Grietge door "sinistere inductie" voor Adriaen Jacobsz Gelttelder en Jacob Clementsz, schepenen van Katendrecht, op 19 juli 1649 heeft opgemaakt, waarin zij beloofd zou hebben dat Pieter Clementsz Pors of zijn kinderen naast de andere erfgenamen van haar nalatenschap zullen genieten. Verder annuleert zij haar testament van 12 april 1650 voor notaris Jan van Aller met de toevoeging van 13 augustus 1658 (akte 47 van dit inventarisdeel) voor deze notaris.
Adriaentge Leenderts Slurp, vrouw van Leendert Cornelisz Smeer, dochter van haar overleden volle zuster Lijntge Heijndriks Kranendonk, ontvangt een legaat van 298 gulden.
Tot haar erfgenamen benoemt zij genoemde Adriaentge, Leentge Joachims Kranendonk, de dochter van haar broer Joachim Heijndriksz Kranendonk, en de kinderen van Soetge Heijndrikx Kranendonk voor de ene helft en de andere helft komt toe aan genoemde Adriaentge, Leentgen en de kinderen van Soetge samen met haar halfbroer Aryen Heijndriksz Kranendonk en haar halfzusters Annetge en Marijtge Heijndrikx Kranendonk. Verder gaat er een legaat van 150 gulden naar Pieter Pietersz den Dubbelden, die de zoon is van Pieter Pietersz den Dubbelden de Oude, haar overleden halfbroer van moederszijde.
Grietge bepaalt dat haar doodsmaal bij haar neef genoemde Smeer, wonende in Charlois, gehouden moet worden, waarvoor hij 100 gulden uit de nalatenschap zal ontvangen. Tot executeurs van de nalatenschap en voogden over de minderjarige erfgenamen benoemt zij genoemde Smeer en haar halfbroer Aryen Heijndriksz Kranendonk uit Katendrecht. De executeurs zullen een redelijk salaris voor hun werk ontvangen met goedvinden en als arbiter Karel van Aller, advocaat. Als iemand
Inhoud vervolg:
van de erfgenamen het niet eens is met de nalatenschap, zal zijn erfdeel naar de Diaconie-armen van de Gereformeerde Kerk van Charlois gaan.
Sie ist verheiratet mit Jochem Hendriksz Cranendonck.
Sie haben in der Kirche geheiratet rund 1620.Quelle 5
Aelbrechtje Elderts Rijsdijk | ||||||||||
± 1620 | ||||||||||
Jochem Hendriksz Cranendonck |
ONS VOORGESLACHT | Jaargang 72 | juli/augustus 2017 | K.J. Slijkerman
Oud rechterlijk archief Charlois: Openbare verkopingen en verpachtingen 1594-1664, Charlois, ORA inv. nr. 28, Karsseboom, E. , Ball, M.
Transporten en Schuldbrieven van Charlois 1648-1657, (GA Rotterdam – ora Charlois inv. 16)
https://stadsarchief.rotterdam.nl/zoek-en-ontdek/notariele-akten/zoekresultaat-notarieel/?mistart=64&mivast=184&mizig=365&miadt=184&miamount=4&milang=nl&misort=unitdate%7Casc&miview=ldt&mizk_alle=smeer&miaet=1
zie akte van 18-10-1640, daarin als gehuwd vermeld