Joost Jacobsz., priester van Delft. Joost Jacobsz. en zijn broer Pieter Jacobsz. hebben in koop van Sebastiaen Gobben als gerechte erfgenaam voor de helft van de overleden Lenert Cleijs Seghersz. een stuk land dat zij doorverkopen aan Jacob Dirricxsz.,heemraad in Mijnsheerenland van Moerkercken en aan Adriaen Jacobsz. [ora Mijnsheerenland, inv. nr. 2, 27-09-1560 ]. In 1561 heeft dezelfde Jacob Diricxsz. in huur van Bastiaen Gobbenz., dan toebehorende Joost Jacobsz., 3½ morgen zaailand. Op 2 juli 1562 approberen en confirmeren Pieter Jacobsz. te Delft en zijn broer JoostJacobsz. alzulk consent als weleer aan Pieter Jacobsz. en wijlen Cornelis Jacobsz,mNeeltge Claes Zeghersdr. en Neeltge Joosten werd verleend [ora Mijnsheerenland, inv. nr. 2, fol. 124 (1553-1567)]. Op 21 augustus 1561 verkoopt Joost Jacobsz. 4½ morgen land aan Jacob Dircksz., die gehuwd is met Adriaentge Adriaen Yemansdr. Joost is dat stuk land aangekomen van de rentmeester van jonkheer Chaerles van St. Omaers [ora Mijnsheerenland, inv. nr. 2, fol. 141ve (1553-1567)]. De kinderen van Cornelis Jacobsz. van Moerkercken te Delft worden op 27-05-1563 vertegenwoordigd door (zijn broer) Joost Jacobsz., priester te Delft en diens broer Pieter Jacobsz. [ora Mijnsheerenland, inv. nr. 2, fol. 143ve]. Op 10-03-1566 stilo curie Hollandie (1567) is een zeker Cornelis Pietersz. Pons te Dordrecht verkoopt als gemachtigde van de kinderen van Cornelis Jacobsz. van Moerkercken, eertijds penningmeester van Oud-Strijen, aan Andries Zeghersz. 3½ morgen cijnsland in het Oudeland van Moerkercken [ora Mijnsheerenland, inv. nr. 2, fol. 190 (1553-1567)].