Bastiaen was schout te Cillaarshoek 1561-1566, wordt vermeld in Strijen 1543 en daar ook gegoed. Woont 1557-1570 te Cillaarshoek.
Bastiaen Adriaensz. Spruyt, vanaf 1548 in de domeinrekeningen van Holland vermeld als pachter van landerijen, woont vanaf 1557 te Cillaarshoek (domeinrekening Holland inv. 2632, f. 6r)
- 10e penning 1542: Bastiaen Spruyt bezit een huis in de parochie Strijen, betaalt 4 1/2 gl., bezit in Oud-Strijen 5 mrg. 16 hont land en in Strijen buitendijks 4 mrg. 75 roeden. Hij wordt ook vermeld in de kohieren van 1553 en 1561. (NA, Archief Staten van Holland vóór 1572)
- 1548: Sebastiaen Arien Mijchielsz. heeft van 1540 tot en met 1548 14 Rijnse gl. pacht betaald van een stuk land van 3 morgen, dat eigendom is van de kerk en ligt aan de westzijde van de Krepelweg (GA Strijen inv. 48)
- 1561, 1562, 1563: Bastiaen Adriaensz. vermeld als schout van Cillaarshoek (NB: dit is misschien een ander [H.J. Barendregt, o.c., p. X]).
- 31 juli 1566: Bastiaen Adriaensz. Spruyt vermeld als schout van Cillaarshoek (civiele sententies van Holland anno 1566, register 72, nr. 0 [?], f. 111)
Er ist verheiratet mit Leijtge.
Sie haben in der Kirche geheiratet rund 1535.Quelle 1
Kind(er):
drie van de vier kinderen Spruijt behoren tot de voorouders, een er van is niet betrouwbaar omdat de bronnen (nog) niet volledig aanwezig zijn; dit gaat op voor Aert Sebastiaen wiens zoon Sebastiaen een zoon Cornelis krijgt. Daaruit een zoon Arij waarvan geen doopbronnen zijn.
Wapen: in goud drie zwarte schoorsteenhalen paalsgewijs geplaatst. Helmteken: een zwarte vlucht. Dekkleden: goud en zwart. (Ons Voorgeslacht 1964, p. 131)