mogelijk boer te Smitshoek onder Charlois.
Cornelis was wellicht dezelfde als de Cornelis Ariensz. Sali in de eerder behandelde akte van 8-4-1631. Hij ondertekent daarin als ‘Cornelis Arijsz. Saly’. Voor 100 gld. contant en met een schuldbrief van 311 gld. krijgt Cornelis Adriaensz. Salij, inwoner van Charlois, bij akte van 28- 11-1637 een huis met erf, schuren, ‘teling ende plantagie’ op Charlois omtrent Smitshoek, aan de westzijde belend aan de Charloijschen dijck, getransporteerd van de erfgenamen van Gerit Pietersz. Heijnen en Crijntge Jacobssi. Wellicht betreft deze aankoop een boerderijtje. Dezelfde dag wordt er een schuldbrief ten bedrage van 311 gld. opgemaakts*.
In een uit 1644 daterend kohier van het schoorsteengeld over Charlois is Corn. Adriaensz. Saly genoemd als inwoner van (de jurisdictie) van Charloisss.
Op 7-4-1665 stelt Cornelis Ariensz. Salij zich borg voor (zijn zoon) Leendert Cornelisz. Salij, wonende in Carnis onder West-Barendrecht, als deze verklaart 200 Car. gld. schuldig te zijn aan Willem Jacobsz. opt Sluijs, schepen van West-Barendrecht, naar aanleiding van geleende
geldens.
In febr. 1666 overlijdt Salij en in de kerkrekening te Charlois staat het volgende over hem opgetekend: ‘Cees Salij, op Smitshouck gestorven ende in het Nieulant ofte in Barendrecht begraven5s.
Op 20-5-1667 transporteren Sijmon Leendertsz. Droogendijck, als voogd van de kinderen van Bastiaen Ariensz. Slurp, Leendert Cornelisz. Zalij, Bastiaen Cornelisz. Zalij en Arij Jansz. Cock, allen erfgenamen van wijlen Cornelis Ariensz. Zalij, een huis met erf en boomgaard en met enige vruchten op het land onder Charlois op Smitshoek aan Clement Karsz. Clement voldoet met een schuldbrief ten bedrage van 504 Car. gld.
f. 9v d.d. 28-11-1637: Bastiaen Bastiaensz. Vette getrouwd hebbende Grietgen Geeritsdr. de dochter van Geerit Pietersz. Heijnen voor hem zelf, Gijsbert Geeritsz. Heijne als bestorven bloedvoogd van Jan Geeritsz. van vaders zijde en hem sterk makende voor Claes Roelen als voogd van de voorsz. Jan Geeritsz. van moeders zijde hebben getransporteerd aan Cornelis Adriaensz. Salij onze inwoner een huis, erf en schuur in Charlois omtrent Smitshoek. Schout en schepenen verklaren dat de voorsz. kinderen en erfgenamen van de voorn. Geerit Heijnen en Crijntgen Jacobsdr. met haar erfgenamen met recht tot het eigendom van het voorsz. huis en erf zijn gebannen.
f. 11 d.d. 28-11-1637: Cornelis Adriaensz. Salij onze inwoner bekende schuldig te wezen aan de erfgenamen van Geerit Pieter Heijnen en Crijntgen Jacobsdr. zijn huisvrouw beide zaliger [aanhef: Bastiaen Bastiaensz. Vette en Jan Gerritsz. erfgenamen van Gerrit Heijnen en Crijntgen Jacobsdr.] de som van 311 gld. over rest van kooppenningen van een huis en erf in Charlois omtrent Smitshoek
Er ist verheiratet mit Pleuntje Bastiaens.
Sie haben in der Kirche geheiratet am 24. Mai 1615 in Barendrecht.Quelle 2
j.g. van West Barendrecht won. Charlois (1615), j.d. van West-Barendrecht won. Charlois
Kind(er):
Cornelis Ariensz Salij | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1615 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Pleuntje Bastiaens |
schatting
K.J. Slijkerman, De Oudere generaties van de familiegroepen (Van) Salij alias Donck(jes) alias Plockhaer alias Grootendorst alias Barendrecht uit de contreien van Barendrecht en Charlois, in: Gens Nostra jrg. 1990
Oud rechterlijk archief: Transporten en schuldbrieven van Charlois 1628–1637, GA Rotterdam – ora Charlois inv.nr. 14,door Vorm, T. van der
vermeld in bijgevoegde akte te Charlois, vermeld dat hij daar in de kerkerekingen opgenomen is maar begraven te Barendrecht