Geboren op 't erve Hobers in Aene" .. Julij; Jannigjen, dogter van Roelof Hobers en Janne Albers in Aene"
Op deze datum wordt zij niet meer genoemd als bewoner van het huis van" Vaanderig Van Langen" in het Register van het Hoofdgeld "des Carspels van den Hardenberg" .
Sie ist verheiratet mit Jan Hendrik van Langen.
Die Erlaubnis zur Eheschließung wurde am 3. Mai 1750 in Hardenberg erhalten.Quelle 3
Ondertrouwboek Hardenberg: "den 3 Meij Jan Hendrik van Langen, en Jannegje Hobers, beide van Ane"
Kind(er):
Hoofdgeld 1767
Het "Hoofdgeld" is een belasting die betaald moest worden voor ieder inwonend gezinslid boven een bepaalde leeftijd; in 1767 is dat 17 jaar.
Register van het getal der Personen den ouderdom van zeventien jaaren bereikt hebbende, welke sig in de respective Bourschappen des Carspels van den Hardenbergh bevinden: door de respective Rottmeesters deses Carpels opgemaakt van dato 16 en 18 Maij 1767; Ane:
De Vaanderig J: H: van Langen
Ebbe de meit
Janna de meit
Uit deze annotatie blijkt dat Jannigjen Hobers in 1767 overleden is. Vaandrig Jan Hendrik van Langen woont alleen met de meiden Ebbe en Janna. De beide kinderen, Roelof 16 jaar en Anna Helena Elisabeth van Langen 15 jaar, zullen hier ook nog ongetwijfeld wonen, maar worden niet vermeld omdat ze nog geen 17 jaar zijn.
Overdracht van het het Erve en Goed Hoebertink of Hoeberts te Ane
In het Rechterlijk Archief Schoutambt Hardenberg is de volgende akte te vinden. Deze akte noemt alle erfgenamen bij de verdeling van 't erve Hobers, oa de heer J.H. van Langen, weduwnaar van Jannegien Hobers voor zichzelf en voor zijn zoon en dochter.
Folio 329, 329 vo Overdracht van het eerste perceel,uit het Erve en Goed Hoebertink of Hoeberts, ter plaatse Hoberts genaamd, gelegen in de Boerschap Ane, onder dit Schoutampt, bestaande in het woonhuijs met sijn grond en wheere, de beide goorens bij t huijs, en een kalverweide mede bij t huijs gelegen genaamd de kleine Hogt, vier stukken zaaijland op den Camp naast malkanderen gelegen te samen ongeveer vier mudden landt, Een stukjen zaaijland het Vennegien genaamd ongeveer groot twee en een half schepel, Een derde part van drie turfveene akkers in de Roode Schanse, benevens een vijfde part van een volle Drift en Plaggenwhaere, exempt van de Plaggewhaere op de Cijftshaere; door Aaltien Hoberts, weduwe van Egb. Melenberg, sijnde in dezen geadsisteerd met haar zoon Alb. Melenberg als Momboir; Voorst Harmen Hoberts; Eva Marrink, wed. van wijlen Jan Hoberts, voor haarselvs en namens haar dogter, geadsisteerd met haar schoonzoon M. Odink als Momboir; de Heer J.H. van Langen, als in huwelijk gehad hebbende Jannegien Hoberts, voor sigselvs en namens zijn zoon en dogter; Annegien Hoberts, wed. van Jan Monnekemeijer, geadsisteerd met haar schoonzoon Hend. Schuldink als Momboir; Jan Hoberts en sijn huisvrouw Jannegien Gerritsen tutore marito; En dan nog ik Verw. Scholtus J. van Riemsdijk selvs in qualiteit als gevolmagtigde van Egbertien Hoberts, wed. van E. van Dijk, luid procuratie voor Burgemeesteren, Schepenen en de Raden van de Stad Zwolle op 28 april 1773 gepasseerd, en als gevolmagtigde van Jacobus Smit en Elsje Bergveld, welke Elsje Bergveld bevorens is getrouwd geweest met Albert Hoberts, voorts van Henricus ter Hagrijs, suppoost van de Weeskamer der Stad Amsterdam, als op den 1 november 1775 door de Ed. Agtb. Heren Weesmeesteren gesteld en geordonneerd tot voogd over Willem Hoberts, soon van Elsje Bergveld, luid procuratie voor Burgemeesteren en Regeerders der Stad Amsterdam op den 22 november 1775 gepasserd en uitgegaan; Alle te Samen kinderen en Erfgenamen van wijlen Roelof Jansen Hoberts en zijn ehevrouw Jannegien Alberts, aan Jan Hoberts en zijn huisvrouw Jannegien Gerritsen te Ane.
Actum Hardenberg, 22 december 1700 vijfenseventigh.
Deze akte noemt alle kinderen (of nakomelingen) van Roelof Hobers en Jannegien Alberts
Jannigjen Hobers | |||||||||||||||||||||||||||||||||||
Jan Hendrik van Langen |