(1) Er ist verheiratet mit Niesje Homan.
Sie haben geheiratet im Jahr 1608.
eigenaar Havezate Laarwoud in Zuidlaren.
In 1646 verkoopt Caspar van Selbach Huis Verwolde in Emmen aan Anna ten Hove, weduwe van Johan van Selbach.
Op 26-4-1609 is Jan van Selbach namens zijn vrouw bij Willem Hidding eiser tegen Jan Hidding en Hindrik Hidding, broers. Het betreft de erfenis van Dubbelt Hidding, weduwe van Bastiaan Hidding. Etstoel 14 deel 1 folio 23v d.d. 26 4 1609
Op 1-4-1611 is er weer sprake van Jan van Selbach namens zijn vrouw Niese als eiser tegen de mombers over Carel Hidding, de zoon van wijlen Willem Hidding en Niese. Het betreft nu ook de erfenis van Bastiaan Hidding en Dubbelt Lattringe.
In 1612 is Jan van Selbach namens zijn vrouw eiser tegen Jan Rammering. Het betreft de erfenis van de helft van de goederen van wijlen Bastiaen Rammering en Marretien Willinge. Volgens de uitspraak van de Etstoel zijn de huwelijkse voorwaarden van 1586 geldig. In de akte is Marretien Habinge doorgehaald en vervangen door Marretien Willinge. Etstoel 14 deel 2 folio 235 d.d. 20 4 1612
Op 22 4 1616 zijn Jan Willinge te Peize en Johan Willinge te Tynaarlo en hun zusters eisers tegen Johan Homan, Willem Bavinck en Jan van Selbach en consorten. Het betreft de erfenis van Herman Willinge. De zaak wordt verwezen naar volgende lotting. In de volgende lottingen komt deze zaak niet meer aan de orde, mogelijk hebben de partijen een schikking getroffen. Etstoel 14 deel 4 folio 20 d.d. 22 4 1616
Kind(er):
(2) Er ist verheiratet mit Anna ten Hove.
Sie haben geheiratet rund 1615.
Kind(er):
De heer Klaas S. de Boer heeft uitgebreid onderzoek gedaan naar de Van Selbachs. In Gens Nostra 2021, jaargang 76 nummer 4 publiceert hij hier een artikel over:
Over Johan: Henricks zoon Johan woonde aanvankelijk bij Emmen. Hij verbleef, vóór 1603, enige tijd aan het hof van graaf Johan VII van Oldenburg. Echter, Johan van Oldenburg was met zijn broer in een strijd om de opvolging als graaf geraakt, met internationale verwikkelingen en inmenging. Van Selbach raakte daar echter zeer gefrustreerd, hij walgde van het gekonkel aan het hof. Hij besloot daarom naar Drenthe terug te keren om zonder bestuurlijke functie zijn leven te leiden. In 1603 was hij op de landdag aanwezig, waar iedere eigenerfde het recht had te komen. Echter, volgens oud recht mocht dit zo niet, want zijn vader Henrick was er ook, en een zoon mocht niet tegen zijn vader kunnen stemmen. Johan trouwde met de weduwe Niessien Homans. Uit dit huwelijk zijn de kinderen Hendrickien, Roelof en Hendrik van Selbach geboren. Johan had dus een boerderij, in 1612 werd hij onder Emmen aangeslagen voor bezaaide landen: 10 mud (ongeveer 2,4 ha). Hij trouwde (zijn tweede huwelijk) omstreeks 1615 met Anna ten Hove en verhuisde naar Zuidlaren. Daar werd hij 1627 tot ette van Oostermoer gekozen en zo ging hij als lid van de etstoel meerdere keren per jaar naar het Landshuis. En hij werd in Zuidlaren ouderling van de kerk. Hij ondertekende het verslag van de, vermoedelijk, eerste zitting van de kerkenraad in 1633. Zijn naam staat onder die van Arnoldus Bottichius, de mede door hem in 1623 benoemde dominee die ondertussen zijn schoonzoon was geworden. Johan stierf in 1639.
Johan van Selbach | |||||||||||||||||||||||||||||||||||
(1) 1608 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||
Niesje Homan | |||||||||||||||||||||||||||||||||||
(2) ± 1615 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||
Anna ten Hove |
Die angezeigten Daten haben keine Quellen.