Er ist verheiratet mit Judith KOKERNOOT.
Sie haben geheiratet am 2. Juni 1909 in Amsterdam, Netherlands , er war 30 Jahre alt.
Kind(er):
Salomon ROODVELDT | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1909 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Judith KOKERNOOT |
Heden twee Juni negentienhonderd negen zijn voor mij Ambtenaar van den burgerlijken stand van Amsterdam verschenen, ten einde een huwelijk aan te gaan:
Salomon Roodveldt, sjouwerman, geboren en wonende alhier, oud dertig jaren, meerderjarige zoon van Isaac Roodveldt, sjouwerman en Eva Hoepelman, wonende alhier en
Judith Kokernoot, zonder beroep, geboren en wonende alhier, oud zes en twintig jaren, meerderjarige dochter van Abraham Kokernoot, werkman, en Naatje Reens, wonende alhier. De ouders der bruid verklaarden, voor mij tegenwoordig, toe te stemmen in dezen echt.
De beide afkondigingen tot dit huwelijk zijn onverhinderd geschied, alhier den direentwintigsten en dertigsten Mei laatstleden.
Ik heb de aanstaande echtgenooten afgevraagd of zij elkander nemen tot echtgenooten en getrouwelijk alle de plichten zullen vervullen, welke door de wet aan den huwelijken staat verbonden zijn. Nadat deze vragen door hen bevestigend beantwoord werden, heb ik, in naam der wet, uitspraak gedaan, dat zij door het huwelijk aan elkander zijn verbonden.
Als getuigen waren tegenwoordig:
Hessel Presser, diamantversteller, oud vijf en vijftig jaren, Jacob Reens, oom der echtgenoote, oud vijftig jaren, Hartog van Collem, fruithandelaar, oud acht en dergig jaren en Mozes Kokernoot, broeder der echtgenoote, koopman, oud vier en twintig jaren, allen wonende alhier. De echtgenoote verklaarde niet te kunnen naamteekenen als hebbende geen schrijven geleerd.
Waarvan akte, welke overeenkomstig de wet is voorgelezen.
Heden zeven juni negentienhonderd zeventien, verscheen voor mij Ambtenaar van den burgerlijken stand van Amsterdam:
Salomon Roodveldt, oud achtendertig jaren, wonende alhier, die verklaarde, dat op zes dezer des namiddags ten drie ure, in deze gemeente, Joden Houttuinen negenendertig, is geboren een kind van het mannelijk geslacht, uit zijne echtgenoote
Judith Kokernoot, zonder beroep, wonende alhier, aan welk kind wordt gegeven de voornaam van
Abraham.
Gedaan in tegenwoordigheid van Jan Rudolf Munneke, ambtenaar, oud achtentwintig jaren, wonende alhier en van Johannes Jacobus Hamel, ambtenaar, oud drieentwintig jaren, wonende alhier.
Waarvan akte, welke overeenkomstig de wet is voorgelezen.
Was getekend,
1. S. Roodveldt
2. J.R. Munneke
3. J.J. Hamel.
Heden negen februari negentienhonderd veertien, verscheen voor mij Ambtenaar van den burgelijken stand van Amsterdam:
Salomon Roodveldt, venter, oud vijf en dertig jaren, wonende alhier, die verklaarde, dat op zeven dezer, des namiddags ten elf ure in deze gemeente, Joden Houttuinen 39, is geboren een kind van het mannelijk geslacht, uit zijne echtgenoote
Judith Kokernoot, zonder beroep, wonende alhier aan welk kind wordt gegeven de voornaam
Isaäc.
Gedaan in tegenwoordigheid van Jan van Soest, ambtenaar, oud negen en twintig jaren, wonende alhier en van Jan Rudolf Munnette, ambtenaar, oud vijf en twintig jaren, wonende alhier.
Waarvan akte, welke overeenkomstig de wet is voorgelezen.
Was getekend,
1. S. Roodveldt
2. J. van Soest
3. J.R. Munnette
Heden, zes Juli negentienhonderd acht en dertig verschenen voor mij, Ambtenaar van den Burgerlijken Stand van Amsterdam, ten einde een huwelijk aan te gaan:
Verdoner, Isaac, oud zeven en twintig jaren, kleermaker, geboren en wonende alhier, meerderjarige zoon van Verdoner, Meijer, oud vijftig jaren, kleermaker en van De Leeuwe, Saartje, oud acht en vijftig jaren, zonder beroep, beiden wonende te Amsterdam, en
Roodveldt, Sara, oud twee en twintig jaren, naaister, geboren en wonende alhier, meerderjarige dochter van Roodveldt, Salomon, overleden en van: Kokernoot, Judith, oud vijf en vijftig jaren, zonder beroep, wonende te Amsterdam.
De ouders van den bruidegom en de moeder der bruid, hierbij tegenwoordig, verklaarden mij hunne toestemming tot dit huwelijk te geven.
De afkondiging tot dit huwelijk is onverhinderd geschied, alhier.
Bruidegom en bruid verklaarden mij, elkander aan te nemen tot echtgenooten en getrouwelijk alle de plichten te zullen vervullen, welke door de wet aan den huwelijken staat zijn verbonden.
Daarop heb ik, in naam der wet, verklaard, dat zij door het huwelijk aan elkander zijn verbonden.
Als getuigen waren tegenwoordig:
Kokernoot, Mozes, oom der bruid, koopman, oud drie en vijftig jaren en Verdoner, Louis, broeder van den bruidegom, koopman, oud zes en twintig jaren, beiden wonende te Amsterdam.
De moeders hvan bruidegom en bruid hebben deze akte, wegens onkunde, niet getekend.
Was getekend.
Heden vijf en twintig Juni negentienhonderd drie en twintig, verscheen voor mij Ambtenaar van den burgerlijken stand van Amsterdam:
Salomon Roodveldt, venter, oud vier en veertig jaren, wonende alhier, die verklaarde, dat op heden, des voormiddags ten vier ure in deze gemeente, Joden Houttuinen negen en dertig, is geboren een kind van het vrouwelijk geslacht, uit zijne echtgenoote
Judith Kokernoot, zonder beroep, wonende alhier, aan welk kind wordt gegeven de voornaam van
Lena.
Gedaan in tegenwoordigheid van Sicco Jacobus ter Beeke, kantoorbediende, oud drie en twintig jaren, wonende alhier en van Johannes Jacobus Hamel, kantoorbediender, oud negen en twintig jaren, wonende alhier.
Waarvan akte, welke overeenkomstig de wet is voorgelezen.
Was getekend:
S. Roodveldt
S.J. ter Beeke en
J.J. Hamel
Heden achttien april negentienhonderd tien verscheen voor mij Ambtenaar van den burgerlijken stand van Amsterdam:
Salomon Roodveldt, werkman, oud een en dertig jaren, wonende alhier, die verklaarde dat op zeventien dezer des voormiddags ten zeven ure, in deze gemeente Joden Houttuinen negen en dertig, is geboren een kind van het vrouwelijk geslacht, uit zijne echtgenoote
Judith Kokernoot, zonder beroep, wonende alhier, aan welk kind wordt gegeven de voornaam van
Eva.
Gedaan in tegenwoordigheid van Gautier Oltmans, ambtenaar, oud een en veertig jaren, wonende alhier en van Jan van Soest, ambtenaar, oud zes en twintig jaren, wonende alhier.
Waarvan akte, welke overeenkomstig de wet is voorgelezen.
Was getekend,
S. Roodveldt
G. Oltmans
J. van Soest
Heden zestien december negentienhonderd twaalf, verscheen voor mij Ambtenaar van den burgerlijken stand van Amsterdam
Salomon Roodveldt, sjouwerman, oud vier en dertig jaren, wonende alhier, die verklaarde dat op veertien dezer, des namiddags ten vijf ure, in deze gemeente Joden Houttuinen 39 is geboren een kind van het vrouwelijk geslacht, uit zijne echtgenoote
Judith Kokernoot, zonder beroep, wonende alhier, aan welk kind wordt gegeven de voornaam van
Naatje.
Gedaan in tegenwordigheid van Jan van Soest, ambtenaar, oud acht en twintig jaren, wonende alhier en van Jan Rudolf Munneke, ambtenaar, oud vier en twintig jaren, wonende alhier.
Waarvan akte, welke overeenkomstig de wet is voorgelezen.
Was getekend,
S. Roodveldt
J. van Soest
J.R. Munneke.
Heden, drie en twintig Augustus negentienhonderd elf, zijn voor mij Ambtenaar van den burgerlijken stand van Amsterdam verschenen, ten einde een huwelijk aan te gaan:
Levie Roodveldt, koopman, geboren en wonende alhier, oud vijf en twintig jaren, meerderjarige zoon van Isaac Roodveldt, koopman, en Eva Hoepelman, zonder beroep, beiden wonende alhier en
Heintje van Thijn, zonder beroep, geboren en wonende alhier, oud vier en twintig jaren, meerderjarige dochter van Abraham van Thijn, werkman en Mietje Presser, zonder beroep, beiden wonende alhier. De ouders des bruidegoms verklaarden voor mij tegenwoordig toe te stemmen in dezen echt.
De beide afkondigingen tot dit huwelijk zijn onverhinderd geschied, alhier den vijf en twintigsten Juni en den tweeden Juli laatstleden. Bij deze akte is tevens overgelegd een proces-verbaal van tusschenkomst van de Recher in het Kanton Amsterdam, waaruit blijkt dat de ouders der bruid op de oproep niet zijn verschenen.
Ik heb bruidegom en bruid afgevraagd of zij elkander nemen tot echtgenooten en getrouwelijk alle de plichten zullen vervullen, welke door de wet aan den huwelijken staat verbonden zijn. Nadat deze vragen door hen bevestigend beantwoord werden heb ik, in naam der wet, uitspraak gedaan, dat zij door het huwelijk aan elkander zijn verbonden.
Als getuigen waren tegenwoordig:
Benjamin van Linda, barbier, oud een en twintig jaren, Salomon Roodveldt, broeder der echtgenoots, koopman, oud twee en dertig jaren, Jozef Wegloop, venter, oud drie en twintig jaren en Meijer Kloos, werkman, oud vijf en zeventig jaren, allen wonende alhier. De echtgenoote en de moeder des echtgenoots verklaarden niet te kunnen naamteekenen, als hebbende geen schrijven geleerd.
Waarvan akte, welke overeenkomstig de wet is voorgelezen.