Er ist verheiratet mit Maria van Manderscheid-Gerolstein.
Sie haben geheiratet rund 1560.
Het eveneens uit de Arkelse bezittingen afkomstige Zuid-Polsbroek kwam eerst aan het geslacht van Woerden van Vliet, in 1423 aan de burggraaf van Montfoort en na allerlei transacties in 1610 in handen van de Amsterdammer Jacob de Graeff. Of het toen een Hollands leen was wist niemand meer en Zuid-Polsbroek is tenslotte een allodiale hoge heerlijkheid gebleven. De heren Van Woerden van Vliet hadden toen al niet meer dan de Hollandse hoge heerlijkheid van Vliet. De kleine gebieden ten zuiden van Oudewater en Hoenkoop hadden zij verloren aan de burggraven van Montfoort. Deze heren na de verdrijving van Herman van Woerden in 1282 door Floris V geïnstalleerd, hebben eeuwenlang gestreefd naar het vestigen van een souvereine heerlijkheid. In de verwarde omstandigheden tijdens de eerste helft van de vijftiende eeuw scheen het te gaan lukken: ze verwierven Hekendorp en Snellerwaard van hertog Philips en de hoge heerlijkheid over hun Utrechtse ambachten van de bisschop in pand. Maar een extreem-Hoekse partijkeuze bracht de heren van Montfoort ten val. Hekendorp en Snellerwaard bleven toch Hollands, Zuid-Polsbroek moesten ze van de hand doen, en in 1546 werd het pandschap van het hooggerecht afgelost. In 1514 / 1515 was het nog een vraag geweest of Hoenkoop wel bij Utrecht hoorde. In 1648 kochten de Staten van Utrecht het burggraafschap van Montfoort van Ferdinand Philips vrijheer van Merode, die na de overdracht alles, wat hij nog aan ambachtsheerlijkheden binnen het burggraafschap bezat, als lenen van Utrecht verkocht. Alleen Blokland, dat in 1282 al een vrij eigen was, bleef een allodium.
Johan van Montfoort | ||||||||||||||||||
± 1560 | ||||||||||||||||||
Maria van Manderscheid-Gerolstein |
Die angezeigten Daten haben keine Quellen.