Genealogie Gomes » Cornelis Jansz Gomes (1717-1786)

Persönliche Daten Cornelis Jansz Gomes 

  • Er wurde geboren am 23. Mai 1717 in Oudeschild (Texel, NH).
  • Er wurde getauft am 23. Mai 1717 in Oudeschild (Texel, NH).Quellen 1, 2, 3
    Doopgetuige: Aagje Pieters
  • Beruf: loods (> 1752, nr 215, 1782).
  • Eigentum: doop; aangifte overlijden; 2e huwelijksinschrijving.
  • Er ist verstorben am 17. Januar 1786 in Oudeschild (Texel, NH), er war 68 Jahre alt.
    Op de vermelde datum werd de impost begraven van f 3,- voldaan
  • Ein Kind von Jan Cornelisz Gomes und Jannetje Jans Ran
  • Diese Information wurde zuletzt aktualisiert am 7. April 2022.

Familie von Cornelis Jansz Gomes

(1) Er ist verheiratet mit Martje Jacobs Pelser.

Sie haben in der Kirche geheiratet am 20. November 1742 in de rk kerk te Oudeschild, er war 25 Jahre alt.Quellen 4, 5, 6, 7


Kind(er):

  1. Martje Cornelis Gomes  1743-1809 
  2. Jan Cornelisz Gomes  1745-< 1747
  3. Jan Cornelisz Gomes  1747-1783 


(2) Er ist verheiratet mit Martje Reijers Kleun.

Die Eheerklärung wurde am 16. April 1755 zu Oudeschild (Texel, NH) gegeben.Quelle 8

Sie haben in der Kirche geheiratet am 2. Mai 1755 in Oudeschild (Texel, NH), er war 37 Jahre alt.Quellen 4, 5, 6, 7

Het huwelijk is rk voltrokken

Kind(er):

  1. Maartje Cornelis Gomes  1756-1798 
  2. Klaas Cornelisz Gomes  1766-1847 


Notizen bei Cornelis Jansz Gomes

Van beroep was hij loods (zie notulen van de heeren commissarissen tot pilotagie, geëxamineerde loodsen).
Hij kan pas in 1752 begonnen zijn na zijn examen. Het eerst in 1758 genoemd. Tussen 1750 en 1758 zijn geen loodsregisters gemaakt, het laatst genoemd in 1786. Het register geeft aan dat hij in 1786 overleed.

Hij is doopgetuige van Dirkje Josephus Tasset op vrijdag 22 januari 1751 te Oudeschild (NHA, Doop-, trouw- en begraafboeken Texel - Rooms Katholiek doopboek Texel (Texel 1647/1812); hij is waarschijnlijk doopgetuige van Cornelis Gomes op zaterdag 24 maart 1770 op Curacao (CBG, Doop-, trouw- en begraafboeken Curacao - Nederduits Gereformeerd doopboek Curacao).
---
Op 17 okt 1753 is de impost begraven voldaan van een kind van Cornelis Jansz Gomes.
---
Uit Den Burg 1622-1830 van Thijs en Miriam Klaassen.

In het voorjaar van 1758 viste Pieter Gerritsz van der Wielen/Spijkman samen met Cornelis Jansz Gomes uit Oudeschild zeven stuks ijzeren geschut op uit de zee tussen Texel en Wieringen. Zonder baljuw Huijdecoper er van in kennis te stellen verkochten ze het geschut voor f 330,- aan Pieter Schepers, die het op zijn beurt doorverkocht aan de Amsterdamse koopman Adriaan Blankert.
Het geschut was al ingescheept toen Huijdecoper het ontdekte en weer liet ontschepen. Het werd op de dijk geplaatst en het vervoer werd uitdrukkelijk verboden. Ondertussen liet Huijdecoper de berging van het geschut in de krant bekendmaken, zodat de eigenaar zich zou kunnen melden. Op 9 april 1759 werd het toch van de dijk gehaald en met de kaag van Reijer Ran aan de koper geleverd.
Bernardus Hendricus van Dam nam er kennis van en meldde het aan Huijdecoper. Uit naam van Huijdecoper werd er een insinuatie en en protestatie gedaan aan Cornelis Jansz Gomes en Pieter Gerritsz Spijkman.
---
Notaris Adriaan Wentel 1742-1760
653 10-2-1760 Cornelis, Willem, Dirk en Grietje Jans Gomes, mitsgaders Joseph Stolte x Aagje Jans Gomes, te zamen instaande voor haar uijtlandige broeder Jan Jansz Gomes, wonende tot Curacao, de andere OS-
Dat haar moeder Jantje Ran in Leven hospita in 't Bontepaard aan t OS op den 23-1-1760 deser werelt was komen te overlijden en dat sij lieden volgens der kinderen pligt wel de nodige orderes tot desselfs begraaffenis hebben gestelt gehad, dog niet anders al pligtshalven en ter Liefde van haar moeder, maar dat sij vervolgens niet konnende resolveren, voor als nog haare nalatenschap te aanvaarden ofte verwerpen, dierhalven verklaarden te kiesen t Jus deliberandi, mitsgaders met het lijk ter aarde te hebben laten bestellen, nog met het verkoopen der verderffelijke waren of dranken als anders eenige de minste acte van herediteijt te hebben willen pleegen, maar bijsonderling daar en tegen protesterende-
Bron: Irene Maas
---
Notaris Zacharias Gravius 1742

17-10-1742 Corn: Jansz Hans 33 en Jacob Kragt 19, OS, ten versoeken van Corn: Jansz Gomes, OS, aennemer van een park wier dijk N 149 voor het Schild- dat zij beijde te gelijk op 16-9-1742 zijn geweest op de dijk en ook op het selve park Dijks dat den req: hadde aengenomen om te maken, dat zij doen gehoort hebben dat hij req: vraegde aan Pieter Jacobsz Smit of hij nu veel wier wilde leveren voor zijn park op twee mannen zeggen gelijk als hij reets daer opgebragt had om het park dijk op te maken waarop Pieter Jacobd Smit antwoorde naan, en voegde daer nog bij dat den req: zijn gang daer mede konde gaen

25-10-1742 Pieter Jacobsz Smit, OS, [machtigde] Pieter Admiraal- tegens eenen Cornelis Jansz Gomes-
Bron: Irene Maas
---
HET GEBEURDE OP HET MARSDIEP

De zee ver-kwik-t: over de stranding van de 'Schooteroog' 1770

In het notarieel archief van het Rijksarchief Haarlem bevindt zich een verklaring betreffende een schipbreuk onder Texel, opgemaakt door notaris Jan Star (prot. 4898) over de stranding van het schip 'Schooteroog' op de Haaksgronden op 22 januari 1770. Over de lading van het schip, waaronder "eene groote quantiteyt quiksilver" is nogal het een en ander te doen geweest. Waardoor het verhaal ook uitvoerig verteld is in "Nieuwe Nederlandse Jaarboeken of vervolg der Merkwaerdigste Geschiedenissen, die voorgevallen zijn in de Vereenigde Provincien, de Generaliteitslanden en de Volksplantingen van den Staat. Zesde deel 1771, Amsterdam/Leiden".

Over de stranding, waar een groot aantal Texelaars getuigen van waren, staat in het protocol van Jan Star dat Cornelis Gomes, Jan Corneliszoon Gomes, Cornelis Janszoon Troost en Reyndert Simonsz met hun loodsvaartuig kwamen bij het op de Haaks zittende schip Schooteroog (schipper Dirk Frost) en dat Frost de mannen toeriep: "Mijn schip zinkt... wij moeten vlugten". Het loodsvaartuig had vervolgens de schipper, zijn bemanning en de loods opgenomen, "blijvende sij egter tot aan den avond om en bij het schip zeylen, dewelke sij al meer zagen wegzinken en opzij vallen, waarna zij des avonts vandaar gezeylt en vervolgens met het selve overgenomen volk tot agter de Hors gekomen zijn”. Toen ze de volgende morgen weer naar het schip gingen zagen ze “dat de masten overboort vielen en het schip eyndelijk geheel verbrijseld werd...". Toen men op het laatst niets meer van het schip "konde sien of ontdekken", zei schipper Frost: "Laat ons nu maar na de wal gaan, so als sij ook terstont deeden en na het Oude Schilt zijn gezeylt, alwaar sij op ordre van den heer Commissaris Roosenboom al het voornoemde scheepsvolk en de Loots uit de Kaag van schipper Reijer Dan hebben overgescheept en sij vervolgens (door Roosenboom) verboden zijn om niet aan wal te komen tot nader ordre".

Mr. Frederic Roosenboom was "commies ter recherche", een functionaris die de lading van schepen inspecteerde om in- en uitvoerrechten te kunnen heffen. Of hij recht had om schipper Frost en zijn bemanning op te sluiten op een kaagschip? Want, de Texelaars gingen uiteraard wel op zoek naar de lading van het gezonken schip. Zij gingen "met veele schuyten dreggende en zoekende" en hadden ten slotten "eyndelijk het geluk met haare dreg aan een swaar touw vast te geraken... ontdekkende met hetzelve te bergen tegelijk ook een anker en dat daaromtrent nog meer goederen lagen". Na de vindplaats gemerkt te hebben gingen ze de volgende dag "met vijf schuyten in compagnie" verder zoeken en zagen toen kans "het eerste van alle eenige vatjes quiksilver te bergen", voorts blijkt na de stranding van het schip 'Schooteroog' "wijd en zijd in zee hebben vinden drijvende diverse goederen bestaande in talk, franse zeep enz. sonder dat wij iemand daarbij of omtrent gewaar wierden die zig voorgaf als schipper, stuurman of eygenaar van die drijvende goederen te zijn". Tja, denk je dan, dat gaat ook moeilijk als de weledelgestrenge heer Roosenboom de schipper en zijn bemanning opgeborgen heeft aan boord van een Texelse kaagschipper!

Tenslotte verklaarden, aldus het protocol van de Texelse notaris, "alle betrokkenen als uyt eene mond dat sij tenminste negen dagen nadat het voormelde schip door desselfs equipagie verlaten en vervolgens ten eenenmale vergaan en verbrijseld was, op de Haaks voornoemt, ten diepte van tenminste twaalf voeten bij laag water, zonder dat eenig sigtbaar kenmerk van hetselve schip of wrak overgebleven was, of bij haar getuygen, is ontdekt geworden dus volkomen blind zijnde op diverse dagen met seer veel moeyten en gevaren en bekomen schade aan hunnen vaartuygen van den bodem der zee, met vissers instrumenten gezogt hebben, opgehaalt, gevist en geborgen hebben eene grote quantiteyt quiksilver en eenige andere goederen, sonder dat den voorn. Schipper of iemant van desselfs equipage, eygenaar of gevolmagtigde...".

Maar zo simpel lag het niet. Uit bovengenoemde jaarboek 1771 blijkt dat de eigenaars van de goederen, kooplieden te Amsterdam, vonden dat die goederen niet thuishoorden bij de heer Binkhorst, baljuw (en opperstrandvonder) van Texel, maar bij hen, uiteraard na vergoeding van bergloon. Helaas waren de bergers, waaronder "de loots-luyden Cornelis Gomes en Cornelis Blom weigerig om deselven naar herwaarts over te brengen". Binkhorst ging zelf naar Amsterdam om de zaak te bespreken, maar keert onverrichter zaken terug. Hij deelt mee dat "hij de goederen niet afgeeft zonder toestemming van Gecommitteerde Raden van het Noorder Quartier". Daarover is mr. Hop, vertegenwoordiger van de eigenaren Jan Herman Martens en de Firma Clifford & Zn dermate verbolgen, dat hij zich direct wendt tot de Staten van Holland. Uit de in het jaarboek opgenomen correspondentie wordt duidelijk dat de zaak toch iets ingewikkelder lag dan in het notarisprotocol van Jan Star gesteld werd. De 'Schooteroog' zou hulp hebben gekregen van vier loodsschuiten, waarvan twee zijn beladen met koopmansgoederen en naar Amsterdam gebracht, de derde heeft het volk opgenomen, de vierde is bij het schip gebleven tot de 23e augustus 's morgens, toen de masten vielen, de zijden van het schip openbraken en de drijfbare lading met de vloed naar buiten is gedreven en de rest is gezonken. Naast bergers van Texel kwamen er vervolgens ook van andere plaatsen, tot aan Enkhuizen aan toe!

Om het allemaal nog wat ondoorzichtiger te maken legde schipper Dirk Frost tenslotte op 19 januari 1771 een nogal afwijkende verklaring af voor notaris Willem Dekker te Amsterdam. Daarin staat o.a. te lezen dat het door de Texelaars verklaarde "voor het grootste gedeelte tegen de waarheid is en anders verklaard is als is voorgevallen". Hij verklaarde ook dat "hij met zijn schip vastzat op de Noorder Haaks en dat er bij hem zijn gekomen de schuiten van Jan Theuniszn van der Sterre, van Simon Daalder en als laatste de schuit van Cornelis Buysekool. Dat vervolgens meerdere schuiten rond zijn schip waren gekomen o.a. de schuit van Cornelis Gomes, die hem verzocht ook aangenomen te worden, dat hij hem echter niet nodig had, maar dat als hij meer schuiten nodig had, hij de volgende zou zijn. Dat vervolgens twee schuiten met kwik aan boord zijn gezeild; de derde bleef bij het schip en had de 'Schooteroog' op sleeptouw toen het weer toenam en het water viel begon het schip geweldig te stoten en brak het touw, waarmee de schuit vastzat, aan stukken. Toen kwam het scheepsvolk in gevaar van verdrinking en werd Gomes aangeroepen om hen aan boord te nemen en zij zijn met groot levensgevaar in zijn schuit overgegaan met hunne plunje en kisten en hadden zij ook meegenomen een zakje met vierentachtig gulden aan spaargeld, de zeebrieven en Turkse pas. Hij moest met zijn bemanning in quarantaine en kon zodoende niets doen om het schip of iets van haar lading te kunnen bergen....".

Die laatste zin werpt natuurlijk een heel ander licht op de zaak. De bemanning van het schip, op weg van Fiume en Triest aan de Middellandse Zee, moet met oog op besmettingsgevaar in quarantaine, dat is letterlijk veertig dagen in afzondering blijven. Meester Roosenboom had niet alleen het recht, hij had zelfs de plicht de bemanning af te zonderen.... Maar het had de hele onver-kwik-kelijke geschiedenis er niet eenvoudiger op gemaakt... !!

J.T. Bremer

Met dank aan de heer Loek Deugd van het Maritiem Documentatie Centrum “Wraksys” voor het verschaffen van de gegevens.

Verklaringen betr. Een schipbreuk onder Texel. Notarieel Archief R.A. Haarlem. Prot. 4898. Notaris Jan Star Texel. d.d. 15-9-1770.

Acte n. 32 B 1770

Heden den vijftienden September seventhien honderd seventig compareerden voor mij Jan Star Notaris bij den Edelen Hove van Holland geadmitteerd resideerende ter stede en Eylande Texel.... etc......

Cornelis Gomes, Jan Cornelisz Gomes, Jan Maartensz Graaff, Jacob Drost, Cornelis Jansz Troost, Reyndert Simonsz, Jan Blom, Reyer Huysmans, Joacob Will. Blom, Hendrik Ariensz Burger, Willem Kley, Jacob de Vaan, Cornelis van de Schans, Teunis Dekker, Cornelis T. Van der Sterre, Teunis Jansz van der Sterre, Jan Koendertsz, Gerrit Kolk, Willem Dalmajer, Michiel Roemyn, Jacobus Phillipijn, Hendrik van Gent, Bart Kisteman, Pieter Blank, Jacob Jansz Dalmajer, de jonge Jan Buysekool, Cornelis Snooy, Arien de Waard, Jan Jansz Namen, Hendrik Lammertsz Dito, Jan Lammertsz Dito, Klaas Buyser, Pieter Gijsz Romeyn, Hendrik Klaasz de Wit, Arien Buyskes, Cornelis Corn. Jonker, Simon de Graaff, Jan W. Zoetelief, Gijsbert Romeyn, Arien Smit, Maarten Smit, Cornelis M. Smit, Cornelis Jansz Smit, Jan Corn. Bas, Jan Dalmajer de jonge, Reijer Jansz Bas, Simon Buysekool, Cornelis Jansz Huysman, Pieter Flens, Jan P. Bommel, Cornelis Arisz Zunderdorp, Willem T. de Wijn, Lambert Duij, Lambert Blom, Gerrit Driesz van Dijk, Cornelis Willemsz van der Sterre, Pieter Dekker, allen schippers, lootslieden en zeevarende Persoonen, respectievelijk woonagtig aen het Oude Schil op desen Eylande, van competenten ouderdom om getuygenis der waarheyd te geven ...

... ten versoeke van Mr. Cornelis, Schout en Dijkgraaff & c. deses Eylands in qualiteyt als gesubstitueerde van de Heer Rentmeester Generaal van haar Ed. Groot Mog. Domeijnen in Westvriesland en het Noorder Quartier .. .

Eerst Cornelis Gomes, Jan Corn. Gomes, Cornelis Jansz Troost en Reyndert Simons, afzonderlijk dat sij getuygen op twee en twintig Augustus jongsleden met haar lootsvaartuig bij het te dier tijd op de Haaks zittende schip genaamt SCHOOTEROOG, gevoert bij Schipper Dirk Frost gekomen zijn, welk schip in veel gevaar was van aldaar te vergaan, waarom de gen. Schipper Frost aan haar getuygen toeriep om bij hem aan boord te komen, zeggende daarbij: mijn schip zinkt en dan zijn wij alle weg; dat het gevaar een weynig tijds daarna nog grooter wordende, deselve schipper weder aan haar riep, mijn schip zinkt door zijn Lading aanstonts weg, wij moeten vlugten; waarop sij getuygen zulks mede ziende terstont aan het schip zijn gekomen en voorn. Schipper met zijn geheele Equipage en de Loots in hun schip hebben overgenomen; blijvende sij egter tot aan den avond om en bij het schip zeylen, hetwelke sij getuygen al meer zagen wegzinken en opzij vallen waarna zij des avonts van daar gezeylt en vervolgens met het selve overgenomen volk tot agter de Hors gekomen zijn.

Dat zij getuygen wijders den volgenden morgen met haar schuijt ent selve volk wederom onder zeijl gegaan om na het voorn. Schip te zien, dog zagen toen de masten van het selve over boort vielen en het schip eyndelijk geheel verbrijseld werd, sodanig dat men ten laatsten niets meer daar van konde sien of ontdekken, dat daar op de gem. Schipper Frost tegen haar getuygen zeijde: laat ons nu maar na de wal gaan, so als sij getuygen ook terstont deeden en na het Oude Schil zijn gezeijlt, alwaar zij op ordre van den Heer Commissaris Roosenboom al het voorn. Scheepsvolk en de Loots in de Kaag van Schipper Reyer Dan hebben overgescheept en zij vervolgens van voorn. Commissaris verboden zijn om niet aan de wal te mogen komen tot nader ordre.

Dat zij getuygen wijders vier a vijf dagen daar na benevems nog eenige anders schuyten zijn vergaen om de Plaats daar het voorsz. Schip verongelukt was op te zoeken, of zij ook iets van het selve of de Lading souden kunnen ontdekken, dog zij konden den eersten dag daarvan niets ontwaar worden, egter den volgenden dag met vele schuyten dreggende en zoekende hadden zij getuygen eyndelijk het geluk met haare dreg aan een swaar touw vast te geraken, het geene sij vervolgens ook geborgen hebben, ontdekkende met hetselve bergen tegelijk ook een anker, en dat daaromtrent nog meer goederen lagen, waarom sij van die Plaats vaste merken aan 't Land namen om deselve bij vervolg weder te kunnen vinden, varende toen vandaar naar binnen en scheepten het voorn. Geborgen Touw in de Ligter van Schipper Jan Kok, waarna zij den daaraan volgende dag, zijnde den eerste deser maand wederom met vijf schuyten in Compagnie na de voorsz. bij hun ontdekte plaats zijn gevaren en te dien tijd aldaar het eerste van alle eenige vatjes quiksilver geborgen hebben.

Wijders verklaarden de voorn. Jan Willem Blom, Teunis Dekker, Gerrit Kolk, Willem Dalmajer, Michiel Romeyn, Pieter Blank, Jacob Jansz Raben, Jan Kragt, Jan Jansz Dalmajer, Jan Buysekool, Cornelis Snooy, Hendrik Klaasz de Wit, Jan Willemsz Zoetelief, Gijsbert Romeyn, Maarten Smit, Cornelis Mz Smit, Cornelis Jansz Smit, Cornelis Gomes, Jan Gomes, Cornelis Jansz Troost en Reyndert Simonsz insgelijks en afzonderlijk, dat sij getuygen korten tijd nadat het voorn. Schip op den 23e Augustus voormeld verongelukt en vergaan was, wijd en zijd in zee hebben vinden drijven diverse goederen, bestaande in Talk, Spaanse Zeep, sonder dat zij iemand daarbij of omtrent gewaar wierden die zig voorgaf als schipper, stuurman of Eygenaar van die drijvende goederen te zijn, dat sij getuygen te dier tijd en gedeeltelijk ook den volgenden dag eenige van die goederen opgevist en vervolgens alhier aan den Heer Requirant in desen hebben aangebragt.

Eyndelijk verklaarden alle de Comparanten consonnantelijk en als uyt eenen mont, dat zij getuygen ten minsten negen dagen nadat het voorgemelde schip door desselfs Equipage verlaten en vervolgens ten eenenmale vergaan en verbrijsseld was, op de Haaks voornoemt, ter diepste van ten minsten twaalf voeten bij laag water, sonder dat eenig sigtbaar kenmerk van hetzelve schip of wrak overgebleven was, of bij haar getuygen is ontdekt geworden en dus volkomen blind zijnde op diverse dagen met seer veel moeyten, gevaren en bekomen schade aan hunne vaartuijgen van den bodem der zee, met vissersinstrumenten gezogt hebben, opgehaelt, gevist en geborgen hebben eene groote quantiteyt quikzilver en eenige andere goederen, sonder dat den voorn. Schipper of iemant van desselfs Equipage Eijgenaar of gevolmagtigden of iemand die zig van hunnentwege voorgaf eijgendom of Directie daar van of over te hebben daarbij of omtrent geweest... en de aldus geborgen goederen... als onbeheert zijnde, aan den heer Offcicier den Heer Requirant in dezen hebben aangebragt en overgegeven...

Aldus gepasseert... ten overstaan van Cornelis Kok en Cornelis Kooyman, scheepenen deses Eylands als getuyghen...

NB: Kwik, ook kwikzilver genoemd, is een zeer zwaar zilverkleurig vloeibaar metaal. Kwikzilver is letterlijk: levendig zilver (vgl. Kwiek, en in het Engels quick), vroeger ook wel mercurius genoemd, naar de lichtvoetige Romeinse god (van de handel).

De oudste groeven in Europa zijn die van Almaden in Spanje, die reeds door de Romeinen werden ontgonnen. Pas in de 15e eeuw werd de tweede mijn in Idria (Italie) ontdekt. Buiten Europa komt het slechts voor in Mexico en de Verenigde Staten. Evenals zilver en goud is kwik chemisch gezien een edelmetaal: het roest niet. Het wordt van oudsher gebruikt in de schilderkunst en de geneeskunst, in meetinstrumenten (thermometer, barometer, later vooral in chemische/electronische industrie). Kwikverbindingen in het (oppervlakte)water zijn vanwege de giftigheid een ernstige bedreiging voor het milieu.
J.T.B.

Bron: uitgave van de Historische Vereniging Texel, nummer 53, december 1999, bladzijde 4 tot en met 8.
---
Notaris Adriaan Wentel 1761-1777
129: 8-10-1764 Aarjan Maartensz de Waard, Hendrik Claasz de Wit en Zijmon Maartensz Graaff, Loodslieden OS, ten versoeke van Cornelis Gomes, schipper van een Loodsschuijt- schip de Windhont (4 blz)

304: 19-6-1769 Cornelis Gomes, Cornelis Jansz Troost, Jan Maartensz Graaf en Jan Gomes, alle Zeelieden, OS, op versoek van Lambert Dijker, OD,
Cornelis Gomes persisteert bij sijne attestatie dd 27-5-1769 voor Jan Star, namentlijk dat hij met Lambert Dijker op den 2-12-1769 [68] op t schip de Jonge Willem, zittende diestijds op de Bos in de grond, alleen heeft Zamen gesprooken eenvoudig weg dat hij Cornelis Gomes voor sijn schuijt en Volk zoude hebben 8 portien en dat Lambert Dijker met zijn Caag en Volk zoude hebben 4 portien, sonder dat hij Cornelis Gomes nog zijn Volk eenige de minste afspraak met t volk van Lambert Dijker heeft gehad of gehouden, en dat hij dus het woord van, ende Requiranten is Zamen gesprooken soo als daar in gemeld staad, aanmerkt voor een schrijffout en t selve bij desen herroept, als hebbende met niemand geduurende dien dagh der berging anders Zamen gesprooken als met Lambert Dijker alleen-
Eijndelijk getuijden sij alle te Zamen nog dat sij niet weeten of geduurende de berging bij t gemelde schip gehoort te hebben, hoe of op wat wijse het Volk van LD bij hem waren-

83: 15-6-1772 Cornelis Gomes, OS, [machtigde] Abraham Wentel in zijne zaak contra Cornelis Binkhorst, schout

88: 27-6-1772 Jan Jacobsz Ran, Cornelis Gomes en Willem Jacobsz Ran, OS, schip de Charlotta uit de gronde te halen en naar Amsterdam te brengen, maar [het was te lek om dat te doen]

213: 24-10-1775 Cornelis Gomes, OS, [machtigde] Abraham Wentel generalijk

234: 23-5-1776 Cornelis Gomes en Theunis Duijnker, beijde schippers van Loodsvaartuijgen, redders en salveerders van t schip en Lading van de Maria Reijnbrandina Agnes, gekomen van Zurinamen- [machtigden] Jacob Groot en Gerrit Sant tot Hoorn- [om aan hun geld te komen]
Bron: Irene Maas
---
Notaris Abraham Wentel 1771-1811
50: 13-11-1775 attestatie Cornelis Gomes, Hendrik Claasz de Wit en Cornelis Buisman, loodslieden OS

51: 29-11-1775 attestatie ten dienste van Cornelis Goomes over schip de Twwe Gebroeders

361: 13-4-1782 contract Christiaan Kähler, capitein van het onder OD in de grond zittende eenmast hoeker Gallioot Anna Carolina en Cornelis Gomes, schipper van een Loodsvaartuig OS
Aanbesteed en aangenoomen om dit schip vandaar en in de Haven te brengen-

538: 29-9-1785 contract cap Salomon Sijkes van de Heart of Oak (door de mond en interpretatie van Claas Rijk, de Engelsche Taale verstaande en spreekende) en Cornelis Gomes- om het volwater zittende schip van de grond in vlotwater en vervolgens in de haven van Medemblik te brengen
Bron: Irene Maas
---
Notaris Jacobus van Steenbergen
96: 7 en 8-11-1779 Inventaris te Oudeschild van allen Zodanige Balken, en verdere goederen als in Zee op diverse daagen zo den 31 October als in het begin van November 1779 zonder bijweesen van Eigenaar zijn opgevist, geborgen, en onder de bewaring van den WelEdele Gest: heer en Mr Gijsbert Coenraad Willem Reijnbach, strandvonder van den Eijlande Texel zijn gesteld
Lijst van aanbrengers en aantal balken (6 bladz) zoals
Cornelis Gomes 66 balken van diverse lengten van 18 tot 22 voet
Scheepsgereedschappen zoals
Cornelis Gomes 2 ankers ieder swaer bij gissing 1300 a 1400 ponden en een anker Touw, zo ver men zien kon halfsleete, en circa ter Lengte van 100 vademen, dit Leijd in de Kaag van Hendrik Lattje

107: 23-12-1779 bergers van de hier volgende goederen door een ieder van hun uijt het op de Eijerlandse gronden verongelukte schip de Rosenboom op 18-12-1779 van Hamburg naar Lisabon
Goederen geborgen door Schipper Cornelis Gomes met deszelfs Schuijsvolk bestaande in 16 personen ten Zijnen Huijse aan't Oude Schil alhier opgeslaagen, 2 bladzijden sc 402
Bron: Irene Maas
---
Zie: http://books.google.com/books?id=c7w8AAAAYAAJ&printsec=frontcover&hl=nl#v=onepage&q=&f=false pagina 85, 233 en 234.

Haben Sie Ergänzungen, Korrekturen oder Fragen im Zusammenhang mit Cornelis Jansz Gomes?
Der Autor dieser Publikation würde gerne von Ihnen hören!


Zeitbalken Cornelis Jansz Gomes

  Diese Funktionalität ist Browsern mit aktivierten Javascript vorbehalten.
Klicken Sie auf den Namen für weitere Informationen. Verwendete Symbole: grootouders Großeltern   ouders Eltern   broers-zussen Geschwister   kinderen Kinder

Vorfahren (und Nachkommen) von Cornelis Jansz Gomes


Mit der Schnellsuche können Sie nach Name, Vorname gefolgt von Nachname suchen. Sie geben ein paar Buchstaben (mindestens 3) ein und schon erscheint eine Liste mit Personennamen in dieser Publikation. Je mehr Buchstaben Sie eingeben, desto genauer sind die Resultate. Klicken Sie auf den Namen einer Person, um zur Seite dieser Person zu gelangen.

  • Kleine oder grosse Zeichen sind egal.
  • Wenn Sie sich bezüglich des Vornamens oder der genauen Schreibweise nicht sicher sind, können Sie ein Sternchen (*) verwenden. Beispiel: „*ornelis de b*r“ findet sowohl „cornelis de boer“ als auch „kornelis de buur“.
  • Es ist nicht möglich, nichtalphabetische Zeichen einzugeben, also auch keine diakritischen Zeichen wie ö und é.

Verwandschaft Cornelis Jansz Gomes



Visualisieren Sie eine andere Beziehung

Quellen

  1. RANH, Doop-, trouw- en begraafboeken Texel - Rooms Katholiek doopboek Texel (Texel 1647/1812
  2. Oudeschild: Rooms-Katholieke dopen
  3. NHA, Doop-, trouw- en begraafboeken Texel - Rooms Katholiek doopboek Texel (Texel 1647/1812)
  4. RANH, Doop-, trouw- en begraafboeken Texel - Rooms Katholiek trouwboek Texel (Texel 1675/1812)
  5. NHA, Doop-, trouw- en begraafboeken Texel - Rooms Katholiek trouwboek Texel (Texel 1675/1812)
  6. Texel , DTB RK, T: 1649-1657,1675-1812
  7. Texel rk trouwen 1649-1657, 1675-1812
  8. Texel, aangifte impost trouwen 1752-1812

Anknüpfungspunkte in anderen Publikationen

Diese Person kommt auch in der Publikation vor:

Historische Ereignisse

  • Die Temperatur am 23. Mai 1717 war um die 16,0 °C. Quelle: KNMI
  •  Diese Seite ist nur auf Niederländisch verfügbar.
    Van 1702 tot 1747 kende Nederland (ookwel Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden) zijn Tweede Stadhouderloze Tijdperk.
  • Im Jahr 1717: Quelle: Wikipedia
    • 1. Februar » Der Stumme Sejm von 1717 beendet formell den unter russischem Einfluss stehenden Aufstand der Konföderation von Tarnogród gegen König August II. von Polen-Litauen. Im Stummen Sejm ist die Goldene Freiheit des Liberum Veto den Abgeordneten des Sejms, des polnischen Parlaments, verwehrt.
    • 4. April » Die Oper Tito Manlio von Attilio Ariosti hat ihre Uraufführung am King’s Theatre in London.
    • 27. Mai » In Südamerika wird aus Teilen der bereits bestehenden spanischen Vizekönigreiche Neuspanien und Peru das Vizekönigreich Neugranada gegründet.
    • 24. Juni » Die Erste Großloge von England wird durch den Zusammenschluss von vier Freimaurerlogen gegründet.
    • 22. August » Die Eroberung der osmanisch beherrschten Festung Belgrad durch Prinz Eugen von Savoyen und seine Armee beeindruckt einen Zeitgenossen so sehr, dass er das im zum Volkslied mutierenden Prinz Eugen, der edle Ritter späteren Generationen überliefert.
    • 28. September » In Preußen wird die allgemeine Schulpflicht eingeführt.
  • Die Temperatur am 2. Mai 1755 war um die 12,0 °C. Der Wind kam überwiegend aus Süden. Charakterisierung des Wetters: geheel betrokken regen. Quelle: KNMI
  • Erfstadhouder Prins Willem V (Willem Batavus) (Huis van Oranje-Nassau) war von 1751 bis 1795 Fürst der Niederlande (auch Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden genannt)
  • Regentes Anna (Huis van Oranje-Nassau) war von 1751 bis 1759 Fürst der Niederlande (auch Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden genannt)
  • Im Jahr 1755: Quelle: Wikipedia
    • 25. Januar » Auf Anregung von Michail Wassiljewitsch Lomonossow gründet Iwan Iwanowitsch Schuwalow nach einem Erlass von Zarin Elisabeth I. in Moskau die erste Universität Russlands, die heutige Lomonossow-Universität.
    • 15. April » Nach neunjähriger Arbeitszeit veröffentlicht Samuel Johnson sein Wörterbuch Dictionary of the English Language. Es gilt bis heute als eines der einflussreichsten Wörterbücher in der Geschichte der englischen Sprache.
    • 15. Juni » Die Uraufführung der Oper Il Don Chisciotte von Ignaz Holzbauer erfolgt in Schwetzingen.
    • 9. Juli » Franzosen- und Indianerkrieg: In der Schlacht am Monongahela (auf dem Gebiet des heutigen Pittsburgh) fügt eine aus Indianern und einigen französischen Soldaten bestehende Truppe einem zahlenmäßig überlegenen britischen Heer eine vernichtende Niederlage zu.
    • 26. Juli » Papst Benedikt XIV. gibt mit der Enzyklika Allatae sunt die erste kompakte Ostkirchenenzyklika heraus.
    • 8. September » Briten und Franzosen bekämpfen einander während des Franzosen- und Indianerkrieges in der Schlacht am Lake George.
  • Die Temperatur am 17. Januar 1786 war um die 1,0 °C. Charakterisierung des Wetters: betrokken mist. Quelle: KNMI
  • Erfstadhouder Prins Willem V (Willem Batavus) (Huis van Oranje-Nassau) war von 1751 bis 1795 Fürst der Niederlande (auch Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden genannt)
  • Im Jahr 1786: Quelle: Wikipedia
    • 17. Januar » Pierre Méchain entdeckt einen Kometen, der später als Enckescher Komet benannt wird.
    • 19. Januar » An der Königlichen Oper in Stockholm erfolgt die Uraufführung der tragischen Oper Gustav Wasa von Johann Gottlieb Naumann.
    • 7. Februar » Die komische Oper Prima la musica e poi le parole von Antonio Salieri wird in der Orangerie von Schloss Schönbrunn in Wien uraufgeführt. Bei gleicher Gelegenheit wird auch das Singspiel Der Schauspieldirektor von Wolfgang Amadeus Mozart nach dem Libretto von Johann Gottlieb Stephanie zur Uraufführung gebracht, das ein ähnliches Thema behandelt. Salieris Werk erhält vom Publikum den Vorzug.
    • 1. Mai » Die Oper Le nozze di Figaro, KV492, von Wolfgang Amadeus Mozart wird am Burgtheater in Wien uraufgeführt. Das italienische Libretto stammt von Lorenzo Da Ponte und basiert auf der Komödie La Folle Journée, ou Le mariage de Figaro von Pierre Augustin Caron de Beaumarchais aus dem Jahr 1778. Die Oper wird vom Wiener Publikum sehr gemischt aufgenommen.
    • 29. Oktober » Die Italienische Reise führt Johann Wolfgang von Goethe zum ersten Mal nach Rom, 'dieser Hauptstadt der Welt'.
    • 30. November » Der spätere Kaiser (1790 bis 1792) Leopold II. von Habsburg-Lothringen schafft in seinem Stammland Toskana als erstem Land der Welt die Todesstrafe sowie die Folter ab.


Gleicher Geburts-/Todestag

Quelle: Wikipedia

Quelle: Wikipedia


Über den Familiennamen Gomes

  • Zeigen Sie die Informationen an, über die Genealogie Online verfügt über den Nachnamen Gomes.
  • Überprüfen Sie die Informationen, die Open Archives hat über Gomes.
  • Überprüfen Sie im Register Wie (onder)zoekt wie?, wer den Familiennamen Gomes (unter)sucht.

Die Genealogie Gomes-Veröffentlichung wurde von erstellt.nimm Kontakt auf
Geben Sie beim Kopieren von Daten aus diesem Stammbaum bitte die Herkunft an:
R. R. Gomes, "Genealogie Gomes", Datenbank, Genealogie Online (https://www.genealogieonline.nl/genealogie-gomes/I45.php : abgerufen 6. Mai 2024), "Cornelis Jansz Gomes (1717-1786)".